Jo Vincent op Kerstconcert
van Zang en Vriendschap
NOC gaat in 1954 congres wijden
aan sportprobleem
VICTORIA
Twee Deense emigranten met de
„Cembo" op weg naar Australië
aarswems
Radio
de Rooij
DINSDAG 22 DECEMBER 1953
HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
8
Verhouding prestaties
massa en individu
Haarlems Dagblad
Crematie T. C. R. Smit
Betrouwbaarheidsrit
Kerstnummer „De
Reddingboot" indruk
wekkend document
Vanf3.-totf4.50
Kerst-tentoonstelling
op Van Thielschool
Ir. Roderkerk dankbaar
WATER
Burgemeester houdt
Nieuwjaarsreceptie
CONSOL-PEILAPPARAAT AAN BOORD
Motorpech betekende c ponthoud in IJmuiden
Meisje door motorfiets
aangereden
„Vondelkwartier" hield
Kersttentoonstelling
In de Dierentuin in 's-Gravenhage heeft
dr. J. Linthorst Homan, voorzitter van het
Nederlands Olympisch Comité, ter jaar
vergadering een openingstoespraak gehou
den. In het algemeen geldt de stelregel
aldus de voorzitter, dat een land op een be
paald gebied top-prestaties kan vervullen,
wanneer mensen met bijzondere aanleg
zich kunnen baseren op een gedegen alge
meen niveau en daar boven kunnen 4uit-
stijgen. Het komt wel voor dat een enke
ling de hoogste niveaux bereikt ook wan
neer hij zijn bekwaamheden van de grond
af individueel heeft moeten opbouwen,
zonder steun van een algemeen niveau
van vergelijking en stimulering, doch dat
is een uitzondering.
In verreweg de meeste gevallen kan een
top-prestatie slechts worden bereikt, als de
omgeving heeft zorggedragen voor de steun
van algemene belangstelling en aanmoedi
ging, welke geestelijk en materieel het be
reiken van dat hoogste heeft mogelijk ge
maakt. Het bereiken van grote resultaten
is gewoonlijk slechts mogelijk wanneer er
de spanning van een ruime selectie heeft
plaats gevonden. Dus wanneer er een wis
selwerking is geweest tussen individuele
aanleg en inspanning enerzijds, en gezonde
mededinging anderzijds.
Congres
Het vraagstuk van de verhouding tussen
de prestaties der velen en die van de enke
ling is verre van nieuw en is aldus dr.
Linthorst Homan, na Helsinki van steeds
groter belang geworden. En daarom aeht
bet NOC het juist dit probleem te doen be
spreken op een ééndaags congres, op 15
Mei 1954 in Den Haag te houden, welke
büeenkomst tevens is bedoeld als viering
van het zestigjarig bestaan van het Inter
nationaal Olympisch Comité.
Het amateurisme
Ook het amateurisme staat in het mid
delpunt der publieke belangstelling. Twee
dingen staan hier tegenover elkaar. Bij
het huidige kostenpeil wordt het steeds
moeilijker uit eigen beurs de kosten te be
strijden, welke in de huidige sportgewoon-
ten onontkoombaar zijn. En het tweede
punt is, dat men in steeds meer landen ter
wereld dit probleem oplost doordat de staat
of het organisatieleven de voorwaarden
schept welke öf voor velen öf voor enke
len de overwinning der moeilijkheden ge
makkelijker maakt.
Men ziet op de olympische spelen steeds
meer de prestaties en de records stijgen en
ofschoon dat in vele gevallen een louter
individuele levens-prestatie van de betrok
ken enkeling is, is het in zeer vele andere
gevallen het gevolg van faciliteiten, welke
in het betrokken land voor de selectie en
voor de betrokken athleet of het betrok
ken team zijn verleend. Daarbij maakt het
in de praktijk weinig verschil of het de
Het is een goede, hartelijke
gewoonte uw vrienden en
relaties een gelukkig nieuw
jaar te wensen.
En u kunt dit niet eenvoudiger
en tegelijkertijd vollediger doen
dan door een
OPHECHTE HAARLEMSCHE COURANT
De prijs bedraagt slechts 20 cent per
m.m., minimum 12 m.m., maximum
60 m.m.
In deze Nieuwjaarswensen wordt
slechts de gewone courantletter ge
bruikt met een enkele vetle regel.
Bij groter formaat en groter letter
wordt de gewone losse-m.m.-prijs
berekend, of de plaatsing op het
bestaande contract in mindering
gebracht.
Zendt ons tfldig uw opdracht voor
publicatie in ons nummer van Donder
dag 31 December (of Zaterdag 2 Januari)
GROTE HOUTSTRAAT 93
SOENDAPLEIN 37
Zeer velen hebben gisteren in de aula
van het crematorium in Velsen de laatste
eer bewezen aan het stoffelijk overschot
van de heer T. C. R. Smit, die in vele
Haarlemse verenigingen tijdens zijn leven
een belangrijke plaats innam.
In de aula werd het woord gevoerd door
een neef van de verscheidene, waarna de
heer C. Spaargaren het podium betrad,
om als voorzitter van de afdeling Haarlem
van de Nederlandse Reisvereniging, naar
hij zeide „uiting te geven aan de gevoelens
van rouw" bij het verscheiden van de vice-
voorzitter de heer Smit.
Det heer P. H. Wegerif, algemeen voorzi-
ter van de Vereniging voor Facultatieve
Lijkverbranding merkte onder meer op:
Gelukkig is de mens, die naast zijn bezig
heden van elke dag tijd heeft zich te
wijden aan ideeële zaken. De heer Smit be
schikte over een onuitputtelijke energie;
er is geen tweede mens die met zoveel
toewijding aan de verwezenlijking van de
idealen van onze vereniging heeft gewerkt.
Ir. D. Kruyf bracht namens de Sociëteit De
vereniging een laatste vriendengroet, de
heer C. F. Keyser sprak uit naam van
de afdeling Haarlem van de Vereniging
voor Facultatieve Lijkverbranding en de
heer W. Bulten, tweede voorzitter van de
afdeeling Heemstede noemde in zijn rede
de overledene een waardig pionier van de
crematiegedachte. De heer A. Koomen,
voorzitter van de „Eerste coöperatieve as
sociatie voor uitvaartverzorging" merkte
op dat de heer Smit deze associatie on
schatbare diensten had bewezen.
Onder orgelspel van het Largo van
Handel daalde de met een bloemstuk van
witte seringen bedekte kist, waarna de
weduwe, mevrouw Smit, voor de betoonde
belangstelling dank zegde.
Zondag 27 December houdt de Motorclub
Haarlem een betrouwbaarheidsrit over een
lengte van 100 km. De prijzen zullen be
staan uit wild en gevogelte. Bovendien
wordt door een van de leden een beker als
extra prijs beschikbaar gesteld voor de
best geleverde prestatie. Er wordt om 1 uur
gestart bij café Meijer, Ramplaan, Haarlem.
staat is of het op andere wijze geschiedt.
Hoe de oplossing hier zal moeten zijn, is
een zaak van het Internationale Olympi
sche Comité.
Het probleem van de ruimte
Overgaande tot dat, wat de laatste jaren
werd aangeduid, met „nieuwe taak van het
N.O.C." en dat concreet bestaat uit het sa
menwerken met de overheid op het gebied
van de voorziening van Nederland van
ruimtelijke outillage voor sport en licha
melijke ontwikkeling, zeide de voorzitter
van het N.O.C.dat de problematiek van
de ruimtelijke vragen der Nederlandse
sport-beoefening en lichamelijke opvoeding
pas na de oorlog in al zijn ernst duidelijk
is geworden. Het N.O.C. is bijzonder dank
baar voor twee dingen. Ten eerste dat de
overheid, vooral via de DUW, grote aan
dacht aan velden en terreinen geeft, en ten
tweede dat de regering het NOC heeft toe
gestaan, als technisch adviserend lichaam
daarbij medewerking te verlenen door de
waarneming van het secretariaat van de
centrale advies-commissie voor speel- en
sportterreinen.
In een rede van de minister van Sociale
Zaken kwam echter de volgende passage
voor: „het technische werk, dat het N.O.C.
op dit tererin doet, wordt van overheids
wege gesubsidieerd, maar de liefde kan
niet van één kant komen. De financiële
basis van dit prachtige werk is slechts ver
zekerd, als ook de grote sportorganisaties
en met name de Koninklijke Nederlandse
Voetbalbond, die zeer veel belang bij deze
zaak heeft, bereid zijn hun aandeel in de
financiering bij te dragen.
Het lijkt mij, aldus dr. Linthorst Homan
niet voor misverstand vatbaar dat de mi
nister hiermede bedoelde, dat hij het be
treurde dat tot heden een vaste financiële
basis aan ons „nieuwe werk" ontbreekt en
dat de minister geenszins over het hoofd
zag, dat de K.N.V.B. het N.O.C. tot heden
telkenmale belangrijk heeft gesteund.
Wrijvingen
Nadat dr. Linthorst Homan als zijn oor
deel had uitgesproken, dat de organisatie
van het N.O.C. geschikt is in deze proble
men zijn rol goed te vervullen, gaf de voor
zitter van het Olympisch Comité uiting
aan zijn bezorgdheid over de diepgaande
wrijvingen in enkele takken van sport.
Het N.O.C. kan slechts bemiddelen, wan
neer dat wordt gevraagd en ook dan slechts
adviseren. Maar in een enkel geval was die
ervaring bijzonder teleurstellend.
Voetbalbond antwoordt
Ir. H. F. Hopster, voorzitter van de Ko
ninklijke Nederlandse Voetbalbond, herin
nerde er naar aanleiding van de rede van
de minister van Sociale Zaken aan, dat
ten aanzien van de „oude taak" van het
N.O.C. (Olympische Spelen) de K.N.V.B.
zeer veel steun heeft verleend bij de orga
nisatie van de Olympische Dag, waarvan
belangrijke baten zijn binnengekomen dank
zij de medewerking van het Nederlands
elftal, dat een deel van de recette van de
ontmoeting om de gouden onafhankelijk-
beidsbeker aan het N.O.C. wordt afgestaan,
dat zowel in 1948 als in 1952 toeslagen op
landenwedstrijden zijn geheven welke
resp. f 34.000 en f 25.000 hebben opge
bracht en dat zelfs een deel van de kosten
van voorbereiding en uitzending naar Hel
sinki van het Nederlands elftal door de
bond zelf is gedragen.
Nu doelde de minister, aldus ir. Hopster,
wellicht op de steun van de bond inzake de
„nieuwe taak" van het N.O.C. maar de
voorzitter van de voetbalbond meende er
op te moeten wijzen dat in de periode van
Juni 1949 tot Augustus 1952 in totaal
f 41.000 voor de nieuwe taak aan het N.
O. C. is afgedragen en dat verder in 1953
de bond f 15.000 voor de nieuwe taak heeft
betaald. Geen enkele nationale sportbond
kan zich thans echter volgens spreker bin
den aan een gegarandeerd bedrag voor de
komende jaren.
BegrotïngsteKort
Bij de behandeling van de begroting
1954 kwam vast te staan, dat voor dat jaar
een bedrag van ruim f 31.000 beschikbaar
zal komen voor storting in het fonds Olym
pische Spelen, dat evenwel voor de begro
ting „nieuwe taken" een tekort van f 6.665
is geschat.
Ir. H. F. Hopster deelde, onder appiaus
mede, dat de K.N.V.B. in beginsel kan toe
zeggen, dit nadelig saldo voor 1954 te zul
len opvangen.
Uitvoerig werd gediscussieerd over nei
voorstel tot toelating van de Nederlandse
Jiu Jitsu en Judo Bond als lid van de bond,
waarvoor het bestuur van het N.O.C. een
afwijzend advies heeft gegeven. Ir. H. F.
Hopster bleek een warm voorstander voor
toelating van deze bond te zijn. Besloten
werd om dit punt nogmaals aan de orde te
stellen op de voorjaarsvergadering.
Olympische Spelen 1956
Dr. Linthorst Homan deelde bij het
agendapunt inzake de voorbereiding tot
deelneming aan de Olympische Spelen 1956
(Winterspelen 1956 Cortina d'Ampezzo en
Zomerspelen Melbourne) mede, dat bin
nenkort het bestuur van het N.O.C. contact
zal zoeken met de z.g. Olympische sport
bonden. Spr. hoopte, dat de bonden een
realistische kijk op de verhoudingen zullen
hebben en dat men zich vooral bewust
moest zijn van het pijnlijke vraagstuk,
welke achterstand ons land thans heeft op
de meeste landen van de wereld.
ADVERTENTIE
Wij geven U een betrouwbaar advies bij de
keuze van Uw
PHILIPS - ERRES - FRIDOR
BRAUN - GRAETZ S-N.R. - METZ
Betaling in overleg.
Ged. Oude Gracht 52 tegenover de kerk
NZHRM tijdens de ramp
Dezer dagen verscheen het Kerstnummer
van „Dc Reddingboot", het tijdschrift voor
mededelingen van de Koninklijke Noord-
Zuidhollandse Redding-Maatschappij, geheel
gewijd aan het moedige werk van onze red
dingboot-bemanningen gedurende de Fe
bruaristorm en tijdens de evacuatie in de
getroffen gebieden. Evenzeer als men zich
de omvang van de ramp in het begin van
dit jaar niet heeft kunnen voorstellen zonder
zelf de getroffen gebieden te hebben bezocht,
evenzeer is het moeilijk voorstelbaar wat de
bemanningen van de Neeltje Jacoba, de
Prins Hendrik, de Brandaris, de Joan
Hodshon, de Insulinde en de schippers van
verscheidene hulp-reddingboten aan moed
hebben opgebracht en aan kracht hebben
moeten bezitten om de talloze schepen, die
plotseling in gevaar verkeerden, uit hun
moeilijke posities te bevrijden.
Het Kerstnummer van „De Reddingboot"
geeft er een nauwkeurig verslag van en
volgt de boten beurtelings op hun zware
tochten. Het werd geïllustreerd met opna
men van schepen, die overal langs de kust
vastliepen.
Enkele passages uit het verslag willen wij
hier aanhalen.
De S.O.S.-berichten bleven bij het Rijks-
kuststation IJmuiden-radio tot 2 Februari
niet uit de aether. Dit betekent, dat de red
dingboten twee etmalen vrijwel onafgebro
ken in de weer waren, zonder dat de beman
ningen ook maar een half uur konden slapen.
Terwijl de „Prins Hendrik" zich naar de
Vliehors worstelde waar het Zweedse schip
..Virgo" dreigde vast te lopen op de gevaar
lijke gronden, vertrokken de „Insulinde"
en de Brandaris naar de Franka II, een
Nederlands motorschip, dat het in de om
geving van het lichtschip Terschellinger-
bank niet meer kon bolwerken tegen de
hoge zeeën.
De schipper van de Insulinde vertelde na
deze tocht onder meer het volgende.
„Ik stuurde WZW voor en nadat we zo
drie kwartier gevaren hadden gingen we
weer in de wal sturen. Het begon zo hier
en daar al door te breken (waarmee de
schipper wil zeggen, dat steil oprijzende
grondzeeën voor over stortten). We kwamen
in de branding en alles ging goed. Toen we
boven op een stuk water stonden zagen de
toren van Schiermonnikoog. Ik besloot om
nog wat meer om de West te gaan en het
strandgat binnen te lopen. Zwaar was de zee
hier riet meer. Maar toen gebeurde het on
gelooflijke. Ineens kwam er een muur van
water opzetten vlak naast ons. In probeerde
nog de boot op zee te krijgen, maar het was
al te, laat en met een donderende klap werd
de Insulinde weg geslingerd. We stonden
met drie man in de stuurhut vastgesjord.
We gingen voor een paar seconden onder
water en lagen zeker plat f90 graden slagzij),
de masten over het water. En mijn gedachten
waren, het is gebeurd, hij gaat onderste
boven, maar God zij dank richtte het trouwe
schip zich weer. Toen ik mijn positieven
weer bij elkaar had zag ik Jannes fde stuur
man) staan, maar Gjoerd (oDstapper) Was
verdwenen. Angst bekroop mij maar wonder
boven wonder hing hij buiten boord, aan de
touwen van zijn reddingriem. Ik wil hierbij
miin dank betuigen aan de beide motor-
drjjvers Scheepstra en Frik, die de kop er
bij hebben gehouden ondanks de zwieper,
die zij onderin hebben gemaakt".
Ook de Brandaris kreeg het hard te ver
duren. Toen de reddingboot door een grond-
zee werd meegesleurd kwam er een enorme
spanning in de vier duims Manillatros, zodat
deze brak. De schipper Klaas Tot raakte
daarbij de top van een wijsvinger kwijt. Het
rapnort over dit schip eindigt met de op
merking, dat dit een van de zwaarste toch
ten is geweest gedurende het bestaan van
de „Brandaris".
Terwijl de „Joan Hodshon" de branding
van de Eierlandse gronden tegemoet ging om
te trachten hulp te bieden bij de tanklichter
Oder", die daar in moeilijkheden verkeer
de, werd de „Neeltje Jacoba" gealarmeerd
door het Franse schip „Carthage", dat ter
hoogte van Katwijk aan Zee dreigde vast te
lopen. En zo ging het door. Er werd een
groot aantal mensen gered met levensgevaar.
Het aantal beloningen voor hun werk was
ook uit het buitenland overstelpend.
Dit alles werd vele malen uitvoeriger
samengevat in het Kerstnummer van „De
Reddingboot", dat hierdoor een indruk
wekkend document is geworden.
ADVERTENTIE
Wij brengen U daar
Van Kaantjes
tot Kaviaar
(inclusief Bourg.)
In 't Binnenhofje:
Trio Vlssers-de Leur
De Nederlandse permanente vertegenwoordiger bij de UNO J. von Balluseck onder
tekent een Protocol, waarin de functies en bevoegdheden van de Volkenbond, vast
gelegd bij de Slavernij-Conventie in 1926, worden overgedragen aan de UNO. Achter
hem staan van links naar rechts: Constantin Siravropoulos, hoofd van het Rechts
kundige Departement van de UNO, dr. J. Vixseboxse en mr. H. Scheltema, beide
leden van de Permanente Delegatie van Nederland bij de UNO.
De Mr. J. H. van Thielschool in Haarlem
heeft weer, gelijk de voorgaande jaren, bij
zondere aandacht besteed aan het Kerst
feest. De ouders van de leerlingen van zes
leerjaren hebben gisteravond tussen acht
en tien uur een kijkje kunnen nemen in
het gebouw aan de Karolingenstraat, waar
van het intérieur van onder tot boven fees
telijk en zeer smaakvol werd aangekleed.
Van klas tot klas hebben zij kunnen vol
gen wat hun kinderen met eenvoudig en
weinig materiaal fabrieken. Bovendien
hebben zij een heldere indruk gekregen
van een werkwijze, die van het kind een
voorname dosis fantasie en verantwoorde
lijkheidsgevoel vraagt.
Van September tot in deze dagen zijn de
kinderen regelmatig met de voorbereiding
in de weer geweest. De aardrijkskundeles
was daarvoor bij uitstek geschikt gezien
de resultaten. Deze les leverde een aantal
kaarten van onze provinciën op, die geheel
zijn samengesteld uit karton, papier en
dergelijke materialen. Dit valt samen met
een nieuwe al meer besproken methode,
volgens welke het kind de soms droge stof
beter in het geheugen houdt en bovendien
met meer plezier leert. Want „zodra de
handen er aan te pas komen zijn ze vol
aandacht", aldus het hoofd van de Van
Thielschool, de heer J. F. N. DEKKER.
De gangen waren behangen met Kerst
takken en voorzien van zelfgemaakte lamp
jes. Aan de muren in de klassen hingen
overal kalenders, waarbij zij op de omlijs
tingen de verbeelding naar hartelust de
vrije loop hebben gelaten. Voorts trof men
er aardige kleiwei-kjes aan. Bij de inrich
ting van de lokalen hebben de kinderen
een grote vrijheid gehad, waarvan zij ten
volle gebruik hebben gemaakt. Als belo
ning voor alles wat zij voor deze tentoon
stelling hebben gepresteerd vonden de
leerlingen vanmorgen een zakje snoep op
hun tafels, een presentje van de ouder
commissie.
Mede dank zij de activiteit van de Am
sterdamse gemeentepolitie (afdeling Ad
miraal de Ruyterweg) heeft de directeur
van het Nationale park „De Kennemer-
duinen", ir. Rodehkerk, thans de collectie
kleurenfoto's (diapositieven) terug, welke
hij verleden week in Sloterdijk verloor.
Daardoor is het hem mogelijk zijn na-
tuurbeschermingasctie door middel van
lezingen aan de hand van kleurenopne-
mingen voort te zetten.
ADVERTENTIE
DRINKT GEREGELD
NATUURLIJK BRONWATER
ADVERTENTIE
ONDER ELKE KERSTBOOM
De burgemeester van Haarlem en me
vrouw CremersDe Bruijn zullen op 1
Januari 1954 ten stadhuize een Nieuw
jaarsreceptie houden des namiddags van
4 tot 5.30 uur voor autoriteiten, besturen
van verenigingen en instellingen en al de
genen, die op enigerlei wijze met het ge
meentebestuur in relatie staan.
Onder grote belangstelling had Maan
dagavond het concert van de Koninklijke
Liedertafel „Zang en Vriendschap" plaats,
waarop Jo Vincent, nu zij besloten is haar
carrière als zangeres te beëindigen, een
van haar laatste podiumsuccessen beleefde.
Het was tevens voor het laatst dat Emmy
van Eden, de trouwe „vleugeladjudante"
van de gevierde zangeres de eer genoot
haar te mogen begeleiden. Wat aan het slot
van de avond aanleiding gaf tot een even
hartelijke als originele afscheidsspeech van
de vaardige muzikale begeleidster.
Op deze, als „Kerstconcert" aangekon
digde avond werd een programma uitge
voerd, dat wel niet doorlopend uit Kerst
nummers bestond, maar dan toch als ge
heel in de sfeer verwijlde. Jo Vincent be
gon met een paar oud-Franse Noëls en
liet daarop een ontroerend mooie vertol
king horen van „Les Prières" van Caplet,
met aan het slot een prachtig beheerste
climax. Wie bij het vaarwel zeggen van
een brillante loonbaan zo iets nog weet
te presteren, heeft zichzelf waarachtig niet
overleefd! Verder zong zij „gewone"
Kerstliedjes, die iedereen zingt, of althans
zou kunnen zingen, zoals „Nu zijt welle-
IN DE VRIESKOU VAN DE MAANDAGOCHTEND kwam tegen elf uur een klein
houten, fel wit geschilderd vaartuigje met de zeiltjes aan de mast en een Deense
vlag achterop, op de stroom op de IJmuidense pieren aandrijven. Wind stond er
niet meer en de twee opvarenden, forse Deense knapen, zagen het spel van de stroom
met hun houten scheepje maar donker in, nu zij het enge gat tussen de pieren in
moesten. Al zeven dagen lang zwalkten zij over de Noordzee, nadat ze Aalborg in
Denemarken hadden verlaten en de motor het na veel proesten had begeven. Zeilend
trachtten ze verder te komen om een haven te bereiken en daar de twintig pk weer
leven in te blazen. Schipper H. de Jager van de IJM 231 kreeg het scheepje toen in het
oog en was zo bereidwillig de Deen naar binnen te slepen. En het trof, want schipper
De Jager spreekt een mondje Deens, waar de twee mannen danig van opkeken.
Dit scheepje was dan de „Cembo", tien
meter lang en eigendom van de Denen
Ole Petersen en Björn Loehr, die zich in
het hoofd hebben gezet met het huikje van
Denemarken naar Melbourne in Australië
te emigreren. Zij komen uit Nijkobing en
zijn nu al twee weken onderweg, na Aal-
borg te hebben aangedaan. Ole is radio
telegrafist op de grote vaart en Björn heeft
als stuurman gevaren. Uit sportief oog
punt, maar ook met het oog op de toe
komst om over een woonverblijf en wan
neer ze geen werk kunnen vinden desnoods
over een vissersscheepje te beschikken,
hebben zij de kleine „Cembo" gekocht om
er mee naar de nieuwe wereld te varen.
Met de motor en als het kan ook zeilend.
Nu is die motor na twee weken al uit
gevallen en Ole, die gistermiddag IJmui
den introk om eens te vragen wat een repa
ratie zou kosten, kwam met een somber
gezicht terug: twee honderd gulden had
men hem gezegd. Er moet een nieuw on
derdeel in het motortje komen in Rot
terdam is het zo te krijgen en Ole en
Björn riskeren het toch echt niet om zon
der die motor uit te varen. Zeilend komen
we er niet, zeggen ze want zij hebben ge
noeg ervaring op de koopvaardij opgedaan
om te weten wat de zee kan zijn.
Bij de Deense consul aankloppen? Daar
voelen ze niet veel voor. Al hun geld heb
ben ze in het scheepje en de uitrusting en
het voedsel voor een overtocht van drie
en een halve maand gestoken en het moet
nu eenmaal sport blijven. Zo denken die
twee er over. Gistermiddag wisten ze nog
niet hoe die twee honderd gulden bij el
kaar te krijgen, maar ze twijfelden er niet
aan, of er zou dit jaar een oplossing ko
men. Ze denken de Kerstdagen in ieder
geval maar in Nederland door te brengen.
Peilapparaat
Aan dek hebben de twee Denen een
watertank staan, die vierhonderd liter wa
ter bevat. Voorts staan er twee vaten olie
voor de motor en uit de verdere uitrusting
blijkt wel, dat deze Ole en Björn de zaak
weloverwogen hebben aangepakt. Om hun
plaats op zee te bepalen kochten ze zelfs
een peilapparaat, een consol-trainer. Zij
kunnen daarmee hun positie elke dag be
palen en een stevig nummer muziek hou
den ze er bij over. In de ruimen van het
uit 1936 daterende scheepje hebben ze
voorts enig vistuig opgeslagen, dat ze in
Australië denken te gebruiken, wanneer
er geen werk mocht zijn te vinden. En
wanneer dat wel het geval mocht zijn, dan
wist Björn wel een oplossing: „Sunday-
fishing".
Maar zover is het nog niet. De ernst
heeft op het deurtje van de motorkamer
geklopt en Ole en Björn zitten er behoor
lijk mee in hun maag. Ze voelen er niet
veel voor om hier hun reis te laten stran
den.
Schipper De Jager heeft hen binnengebracht
en misschien vinden ze dan nog wel een
Nederlander, die de motor kan repareren
tegen een lagere prijs, zodat er geen nieuw
onderdeel nodig is. Dan gaan ze verder:
via Portugal, de Canarische eilanden, Cape
Town en Melbourne. Als ze aankomen zul
len ze een kaartje sturen, hebben ze ge
zegd.
ADVERTENTIE
ANEGANG 14 (naast C en A)
Pracht collectie
KALENDERS
Gistermiddag omstreeks halfzes stak de
achtjarige Loesje Rouwhorst wonende in
de Frans Halsstraat, de rijbaan van het
Julianapark over. Zij werd aangereden
door een motorrijder, de 22-jarige Haar
lemmer L. T., die op dat ogenblik onge
veer aan de linkerkant van de rijbaan
reed. Met ernstige wonden aan het gezicht
is zü naar het ziekenhuis St. Joannes de
Deo gebracht; de motorfiets werd aan de
voorzijde beschadigd.
kome" en „Herders, Hij is geboren", maar
die door'de klank, het innige sentiment en
de natuurlijke voordracht van een kunste
nares als Jo Vincent een betekenis krijgen,
die velen er niet in vermoed zullen hebben.
Deze verrukking, die uitging van „Het was
zo stil" en het reliëf, dat het volkse tafe
reeltje „Herders, Hij is geboren" kreeg,
zal aan het publiek wel hebben laten er
varen dat „kunst" die op het gemoed
werkt (ze hoeft daarom niet sentimenteel
te zijn) op een eenvoudige wijze tot stand
kan komen, zonder pathos of uiterlijke
schittering van stemvituositeit. De indruk,
die de zangeres met deze simpele liederen
maakte, zal menigeen als een kostbare her
innering aan dit gedenkwaardige concert
meedragen. Ook die welke zij wekte met
het in het Nederlands gezongen oud-Cata
laanse Kerstlied, dat ook reeds door de
organist Albert de Klerk in het begin van
de avond als variatiewerk van Louis
Claude d'Aquin gespeeld was.
Dit typisch Franse „Noël" (de Spaanse
melodie was ook in Frankrijk en in de
Nederlanden gemeengoed) bood aan de
organist een zeldzaam gunstige gelegen
heid de kenmerkende kwaliteiten van het
Haarlemse concertorgel te demonstreren
met al de finesses van de Franse rococo
stijl en het timbre dat daarbij hoort. En
daaruit bleek weer eens overduidelijk dat
Aristide Cavaillé Coll, de bouwer van het
kostbare instrument, op oude tradities
steunde.
De Koninklijke Liedertafel preludeerde
met het Benedictus uit de „Missa in die
festo" van Diepenbrock op een grote on
derneming: de uitvoering van dit geweldige
werk in zijn geheel. Zoiets durf ik althans
vermoeden, in gedachten vooruitlopend op
de aanstaande viering (in 1955) van het
125-jarig bestaan. De pracht van deze man-
nenkoormuziek, omrankt door een heer
lijke orgelpartij, die nergens beter klinken
kan dan op ons Cavaillé Coll-orgel, kwam
met dit fragment reeds de overtuiging
geven, dat dit een buitengewoon feestnum
mer kan worden.
Eveneens met orgelbegeleiding zong het
koor, onder de secui-e en bezielende leiding
van Jac. P. Loorij, een drietal Kerstzangen
op Engelse tekst, waarvan vooral „O come
Emmanuel" (een fraaie Dorische melodie)
een diepe indruk op ons maakte. Een pas
send onbegeleid Kerstmotet „Hodie Chris
tus natus est" van Palestrina werd mede
zeer goed vertolkt, maar het a capella-
zingen van het koor bereikte zijn hoogte
punt met de negro-spiritual „Deep river".
Na afloop van het concert werd Jo Vin
cent gehuldigd door de voorzitter der Lie
dertafel, de heer A. J. van Houten, die
haar dankte namens alle aanwezigen voor
haar wijdingvolle zang op deze avond,
die men zich zal blijven herinneren als een
heerlijk en ontroerend afscheid van Neder
lands grootste zangeres. En bij het over
handigen van bloemen en een geschenk
klonk hartelijk het „Zij leve lang" uit
meer dan honderd mannenkelen.
JOS. DE KLERK
Een Kerststemming hing over de ten
toonstellingsruimte waarin de speeltuinver
eniging „Vondelkwartier" in Oud-Schpten
een aantal producten van het winterciub-
werk exposeerde. Het is een verheugend
feit dat vele ouders en belangstellenden
het clubgebouw aan deze noordpunt van
.de Vergierdeweg bezoeken want zonder
hun interesse ontbreekt de nodige stimu
lans voor de leiders en leidsters die zich
met enthousiasme beschikbaar stelden.
In zes weken tijd werden 276 werkstuk
ken klaargemaakt en deze stonden op met
wit beklede tafels te pronk. De inzending
van de fröbelafdeling bleek de hoogste met
tachtig stuks.
De pas opgerichte postzegelclub liet zien
hoe men postzegels behandelt. Een aantal
keurig beplakte vellen lag tentoongesteld
en een der leiders van deze club vertelde
van het enthousiasme dat de jeugdige phi-
latelisten bindt. De grote attractie is voor
hen steeds weer het exemplaar dat ze ca
deau krijgen, en dan is er het ruilen en
het luisteren naar de leider wanneer deze
iets voorleest over deze leerzame hobby.
Het geheel had een goed-verzorgde,
frisse aanblik. Het is aardig steeds weer
de grote verschillen te zien die werkjes,
gemaakt naar eenzelfde voorbeeld ver
tonen. Bij de allerkleinsten treft men dik
wijls nog een speelse tendenz, die het hen
moeilijk maakt, het eenmaal begohnena
af te maken.