Jo Vincent op Kerstconcert van Zang en Vriendschap NOC gaat in 1954 congres wijden aan sportprobleem VICTORIA Twee Deense emigranten met de „Cembo" op weg naar Australië aarswems Radio de Rooij DINSDAG 22 DECEMBER 1953 HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT 8 Verhouding prestaties massa en individu Haarlems Dagblad Crematie T. C. R. Smit Betrouwbaarheidsrit Kerstnummer „De Reddingboot" indruk wekkend document Vanf3.-totf4.50 Kerst-tentoonstelling op Van Thielschool Ir. Roderkerk dankbaar WATER Burgemeester houdt Nieuwjaarsreceptie CONSOL-PEILAPPARAAT AAN BOORD Motorpech betekende c ponthoud in IJmuiden Meisje door motorfiets aangereden „Vondelkwartier" hield Kersttentoonstelling In de Dierentuin in 's-Gravenhage heeft dr. J. Linthorst Homan, voorzitter van het Nederlands Olympisch Comité, ter jaar vergadering een openingstoespraak gehou den. In het algemeen geldt de stelregel aldus de voorzitter, dat een land op een be paald gebied top-prestaties kan vervullen, wanneer mensen met bijzondere aanleg zich kunnen baseren op een gedegen alge meen niveau en daar boven kunnen 4uit- stijgen. Het komt wel voor dat een enke ling de hoogste niveaux bereikt ook wan neer hij zijn bekwaamheden van de grond af individueel heeft moeten opbouwen, zonder steun van een algemeen niveau van vergelijking en stimulering, doch dat is een uitzondering. In verreweg de meeste gevallen kan een top-prestatie slechts worden bereikt, als de omgeving heeft zorggedragen voor de steun van algemene belangstelling en aanmoedi ging, welke geestelijk en materieel het be reiken van dat hoogste heeft mogelijk ge maakt. Het bereiken van grote resultaten is gewoonlijk slechts mogelijk wanneer er de spanning van een ruime selectie heeft plaats gevonden. Dus wanneer er een wis selwerking is geweest tussen individuele aanleg en inspanning enerzijds, en gezonde mededinging anderzijds. Congres Het vraagstuk van de verhouding tussen de prestaties der velen en die van de enke ling is verre van nieuw en is aldus dr. Linthorst Homan, na Helsinki van steeds groter belang geworden. En daarom aeht bet NOC het juist dit probleem te doen be spreken op een ééndaags congres, op 15 Mei 1954 in Den Haag te houden, welke büeenkomst tevens is bedoeld als viering van het zestigjarig bestaan van het Inter nationaal Olympisch Comité. Het amateurisme Ook het amateurisme staat in het mid delpunt der publieke belangstelling. Twee dingen staan hier tegenover elkaar. Bij het huidige kostenpeil wordt het steeds moeilijker uit eigen beurs de kosten te be strijden, welke in de huidige sportgewoon- ten onontkoombaar zijn. En het tweede punt is, dat men in steeds meer landen ter wereld dit probleem oplost doordat de staat of het organisatieleven de voorwaarden schept welke öf voor velen öf voor enke len de overwinning der moeilijkheden ge makkelijker maakt. Men ziet op de olympische spelen steeds meer de prestaties en de records stijgen en ofschoon dat in vele gevallen een louter individuele levens-prestatie van de betrok ken enkeling is, is het in zeer vele andere gevallen het gevolg van faciliteiten, welke in het betrokken land voor de selectie en voor de betrokken athleet of het betrok ken team zijn verleend. Daarbij maakt het in de praktijk weinig verschil of het de Het is een goede, hartelijke gewoonte uw vrienden en relaties een gelukkig nieuw jaar te wensen. En u kunt dit niet eenvoudiger en tegelijkertijd vollediger doen dan door een OPHECHTE HAARLEMSCHE COURANT De prijs bedraagt slechts 20 cent per m.m., minimum 12 m.m., maximum 60 m.m. In deze Nieuwjaarswensen wordt slechts de gewone courantletter ge bruikt met een enkele vetle regel. Bij groter formaat en groter letter wordt de gewone losse-m.m.-prijs berekend, of de plaatsing op het bestaande contract in mindering gebracht. Zendt ons tfldig uw opdracht voor publicatie in ons nummer van Donder dag 31 December (of Zaterdag 2 Januari) GROTE HOUTSTRAAT 93 SOENDAPLEIN 37 Zeer velen hebben gisteren in de aula van het crematorium in Velsen de laatste eer bewezen aan het stoffelijk overschot van de heer T. C. R. Smit, die in vele Haarlemse verenigingen tijdens zijn leven een belangrijke plaats innam. In de aula werd het woord gevoerd door een neef van de verscheidene, waarna de heer C. Spaargaren het podium betrad, om als voorzitter van de afdeling Haarlem van de Nederlandse Reisvereniging, naar hij zeide „uiting te geven aan de gevoelens van rouw" bij het verscheiden van de vice- voorzitter de heer Smit. Det heer P. H. Wegerif, algemeen voorzi- ter van de Vereniging voor Facultatieve Lijkverbranding merkte onder meer op: Gelukkig is de mens, die naast zijn bezig heden van elke dag tijd heeft zich te wijden aan ideeële zaken. De heer Smit be schikte over een onuitputtelijke energie; er is geen tweede mens die met zoveel toewijding aan de verwezenlijking van de idealen van onze vereniging heeft gewerkt. Ir. D. Kruyf bracht namens de Sociëteit De vereniging een laatste vriendengroet, de heer C. F. Keyser sprak uit naam van de afdeling Haarlem van de Vereniging voor Facultatieve Lijkverbranding en de heer W. Bulten, tweede voorzitter van de afdeeling Heemstede noemde in zijn rede de overledene een waardig pionier van de crematiegedachte. De heer A. Koomen, voorzitter van de „Eerste coöperatieve as sociatie voor uitvaartverzorging" merkte op dat de heer Smit deze associatie on schatbare diensten had bewezen. Onder orgelspel van het Largo van Handel daalde de met een bloemstuk van witte seringen bedekte kist, waarna de weduwe, mevrouw Smit, voor de betoonde belangstelling dank zegde. Zondag 27 December houdt de Motorclub Haarlem een betrouwbaarheidsrit over een lengte van 100 km. De prijzen zullen be staan uit wild en gevogelte. Bovendien wordt door een van de leden een beker als extra prijs beschikbaar gesteld voor de best geleverde prestatie. Er wordt om 1 uur gestart bij café Meijer, Ramplaan, Haarlem. staat is of het op andere wijze geschiedt. Hoe de oplossing hier zal moeten zijn, is een zaak van het Internationale Olympi sche Comité. Het probleem van de ruimte Overgaande tot dat, wat de laatste jaren werd aangeduid, met „nieuwe taak van het N.O.C." en dat concreet bestaat uit het sa menwerken met de overheid op het gebied van de voorziening van Nederland van ruimtelijke outillage voor sport en licha melijke ontwikkeling, zeide de voorzitter van het N.O.C.dat de problematiek van de ruimtelijke vragen der Nederlandse sport-beoefening en lichamelijke opvoeding pas na de oorlog in al zijn ernst duidelijk is geworden. Het N.O.C. is bijzonder dank baar voor twee dingen. Ten eerste dat de overheid, vooral via de DUW, grote aan dacht aan velden en terreinen geeft, en ten tweede dat de regering het NOC heeft toe gestaan, als technisch adviserend lichaam daarbij medewerking te verlenen door de waarneming van het secretariaat van de centrale advies-commissie voor speel- en sportterreinen. In een rede van de minister van Sociale Zaken kwam echter de volgende passage voor: „het technische werk, dat het N.O.C. op dit tererin doet, wordt van overheids wege gesubsidieerd, maar de liefde kan niet van één kant komen. De financiële basis van dit prachtige werk is slechts ver zekerd, als ook de grote sportorganisaties en met name de Koninklijke Nederlandse Voetbalbond, die zeer veel belang bij deze zaak heeft, bereid zijn hun aandeel in de financiering bij te dragen. Het lijkt mij, aldus dr. Linthorst Homan niet voor misverstand vatbaar dat de mi nister hiermede bedoelde, dat hij het be treurde dat tot heden een vaste financiële basis aan ons „nieuwe werk" ontbreekt en dat de minister geenszins over het hoofd zag, dat de K.N.V.B. het N.O.C. tot heden telkenmale belangrijk heeft gesteund. Wrijvingen Nadat dr. Linthorst Homan als zijn oor deel had uitgesproken, dat de organisatie van het N.O.C. geschikt is in deze proble men zijn rol goed te vervullen, gaf de voor zitter van het Olympisch Comité uiting aan zijn bezorgdheid over de diepgaande wrijvingen in enkele takken van sport. Het N.O.C. kan slechts bemiddelen, wan neer dat wordt gevraagd en ook dan slechts adviseren. Maar in een enkel geval was die ervaring bijzonder teleurstellend. Voetbalbond antwoordt Ir. H. F. Hopster, voorzitter van de Ko ninklijke Nederlandse Voetbalbond, herin nerde er naar aanleiding van de rede van de minister van Sociale Zaken aan, dat ten aanzien van de „oude taak" van het N.O.C. (Olympische Spelen) de K.N.V.B. zeer veel steun heeft verleend bij de orga nisatie van de Olympische Dag, waarvan belangrijke baten zijn binnengekomen dank zij de medewerking van het Nederlands elftal, dat een deel van de recette van de ontmoeting om de gouden onafhankelijk- beidsbeker aan het N.O.C. wordt afgestaan, dat zowel in 1948 als in 1952 toeslagen op landenwedstrijden zijn geheven welke resp. f 34.000 en f 25.000 hebben opge bracht en dat zelfs een deel van de kosten van voorbereiding en uitzending naar Hel sinki van het Nederlands elftal door de bond zelf is gedragen. Nu doelde de minister, aldus ir. Hopster, wellicht op de steun van de bond inzake de „nieuwe taak" van het N.O.C. maar de voorzitter van de voetbalbond meende er op te moeten wijzen dat in de periode van Juni 1949 tot Augustus 1952 in totaal f 41.000 voor de nieuwe taak aan het N. O. C. is afgedragen en dat verder in 1953 de bond f 15.000 voor de nieuwe taak heeft betaald. Geen enkele nationale sportbond kan zich thans echter volgens spreker bin den aan een gegarandeerd bedrag voor de komende jaren. BegrotïngsteKort Bij de behandeling van de begroting 1954 kwam vast te staan, dat voor dat jaar een bedrag van ruim f 31.000 beschikbaar zal komen voor storting in het fonds Olym pische Spelen, dat evenwel voor de begro ting „nieuwe taken" een tekort van f 6.665 is geschat. Ir. H. F. Hopster deelde, onder appiaus mede, dat de K.N.V.B. in beginsel kan toe zeggen, dit nadelig saldo voor 1954 te zul len opvangen. Uitvoerig werd gediscussieerd over nei voorstel tot toelating van de Nederlandse Jiu Jitsu en Judo Bond als lid van de bond, waarvoor het bestuur van het N.O.C. een afwijzend advies heeft gegeven. Ir. H. F. Hopster bleek een warm voorstander voor toelating van deze bond te zijn. Besloten werd om dit punt nogmaals aan de orde te stellen op de voorjaarsvergadering. Olympische Spelen 1956 Dr. Linthorst Homan deelde bij het agendapunt inzake de voorbereiding tot deelneming aan de Olympische Spelen 1956 (Winterspelen 1956 Cortina d'Ampezzo en Zomerspelen Melbourne) mede, dat bin nenkort het bestuur van het N.O.C. contact zal zoeken met de z.g. Olympische sport bonden. Spr. hoopte, dat de bonden een realistische kijk op de verhoudingen zullen hebben en dat men zich vooral bewust moest zijn van het pijnlijke vraagstuk, welke achterstand ons land thans heeft op de meeste landen van de wereld. ADVERTENTIE Wij geven U een betrouwbaar advies bij de keuze van Uw PHILIPS - ERRES - FRIDOR BRAUN - GRAETZ S-N.R. - METZ Betaling in overleg. Ged. Oude Gracht 52 tegenover de kerk NZHRM tijdens de ramp Dezer dagen verscheen het Kerstnummer van „Dc Reddingboot", het tijdschrift voor mededelingen van de Koninklijke Noord- Zuidhollandse Redding-Maatschappij, geheel gewijd aan het moedige werk van onze red dingboot-bemanningen gedurende de Fe bruaristorm en tijdens de evacuatie in de getroffen gebieden. Evenzeer als men zich de omvang van de ramp in het begin van dit jaar niet heeft kunnen voorstellen zonder zelf de getroffen gebieden te hebben bezocht, evenzeer is het moeilijk voorstelbaar wat de bemanningen van de Neeltje Jacoba, de Prins Hendrik, de Brandaris, de Joan Hodshon, de Insulinde en de schippers van verscheidene hulp-reddingboten aan moed hebben opgebracht en aan kracht hebben moeten bezitten om de talloze schepen, die plotseling in gevaar verkeerden, uit hun moeilijke posities te bevrijden. Het Kerstnummer van „De Reddingboot" geeft er een nauwkeurig verslag van en volgt de boten beurtelings op hun zware tochten. Het werd geïllustreerd met opna men van schepen, die overal langs de kust vastliepen. Enkele passages uit het verslag willen wij hier aanhalen. De S.O.S.-berichten bleven bij het Rijks- kuststation IJmuiden-radio tot 2 Februari niet uit de aether. Dit betekent, dat de red dingboten twee etmalen vrijwel onafgebro ken in de weer waren, zonder dat de beman ningen ook maar een half uur konden slapen. Terwijl de „Prins Hendrik" zich naar de Vliehors worstelde waar het Zweedse schip ..Virgo" dreigde vast te lopen op de gevaar lijke gronden, vertrokken de „Insulinde" en de Brandaris naar de Franka II, een Nederlands motorschip, dat het in de om geving van het lichtschip Terschellinger- bank niet meer kon bolwerken tegen de hoge zeeën. De schipper van de Insulinde vertelde na deze tocht onder meer het volgende. „Ik stuurde WZW voor en nadat we zo drie kwartier gevaren hadden gingen we weer in de wal sturen. Het begon zo hier en daar al door te breken (waarmee de schipper wil zeggen, dat steil oprijzende grondzeeën voor over stortten). We kwamen in de branding en alles ging goed. Toen we boven op een stuk water stonden zagen de toren van Schiermonnikoog. Ik besloot om nog wat meer om de West te gaan en het strandgat binnen te lopen. Zwaar was de zee hier riet meer. Maar toen gebeurde het on gelooflijke. Ineens kwam er een muur van water opzetten vlak naast ons. In probeerde nog de boot op zee te krijgen, maar het was al te, laat en met een donderende klap werd de Insulinde weg geslingerd. We stonden met drie man in de stuurhut vastgesjord. We gingen voor een paar seconden onder water en lagen zeker plat f90 graden slagzij), de masten over het water. En mijn gedachten waren, het is gebeurd, hij gaat onderste boven, maar God zij dank richtte het trouwe schip zich weer. Toen ik mijn positieven weer bij elkaar had zag ik Jannes fde stuur man) staan, maar Gjoerd (oDstapper) Was verdwenen. Angst bekroop mij maar wonder boven wonder hing hij buiten boord, aan de touwen van zijn reddingriem. Ik wil hierbij miin dank betuigen aan de beide motor- drjjvers Scheepstra en Frik, die de kop er bij hebben gehouden ondanks de zwieper, die zij onderin hebben gemaakt". Ook de Brandaris kreeg het hard te ver duren. Toen de reddingboot door een grond- zee werd meegesleurd kwam er een enorme spanning in de vier duims Manillatros, zodat deze brak. De schipper Klaas Tot raakte daarbij de top van een wijsvinger kwijt. Het rapnort over dit schip eindigt met de op merking, dat dit een van de zwaarste toch ten is geweest gedurende het bestaan van de „Brandaris". Terwijl de „Joan Hodshon" de branding van de Eierlandse gronden tegemoet ging om te trachten hulp te bieden bij de tanklichter Oder", die daar in moeilijkheden verkeer de, werd de „Neeltje Jacoba" gealarmeerd door het Franse schip „Carthage", dat ter hoogte van Katwijk aan Zee dreigde vast te lopen. En zo ging het door. Er werd een groot aantal mensen gered met levensgevaar. Het aantal beloningen voor hun werk was ook uit het buitenland overstelpend. Dit alles werd vele malen uitvoeriger samengevat in het Kerstnummer van „De Reddingboot", dat hierdoor een indruk wekkend document is geworden. ADVERTENTIE Wij brengen U daar Van Kaantjes tot Kaviaar (inclusief Bourg.) In 't Binnenhofje: Trio Vlssers-de Leur De Nederlandse permanente vertegenwoordiger bij de UNO J. von Balluseck onder tekent een Protocol, waarin de functies en bevoegdheden van de Volkenbond, vast gelegd bij de Slavernij-Conventie in 1926, worden overgedragen aan de UNO. Achter hem staan van links naar rechts: Constantin Siravropoulos, hoofd van het Rechts kundige Departement van de UNO, dr. J. Vixseboxse en mr. H. Scheltema, beide leden van de Permanente Delegatie van Nederland bij de UNO. De Mr. J. H. van Thielschool in Haarlem heeft weer, gelijk de voorgaande jaren, bij zondere aandacht besteed aan het Kerst feest. De ouders van de leerlingen van zes leerjaren hebben gisteravond tussen acht en tien uur een kijkje kunnen nemen in het gebouw aan de Karolingenstraat, waar van het intérieur van onder tot boven fees telijk en zeer smaakvol werd aangekleed. Van klas tot klas hebben zij kunnen vol gen wat hun kinderen met eenvoudig en weinig materiaal fabrieken. Bovendien hebben zij een heldere indruk gekregen van een werkwijze, die van het kind een voorname dosis fantasie en verantwoorde lijkheidsgevoel vraagt. Van September tot in deze dagen zijn de kinderen regelmatig met de voorbereiding in de weer geweest. De aardrijkskundeles was daarvoor bij uitstek geschikt gezien de resultaten. Deze les leverde een aantal kaarten van onze provinciën op, die geheel zijn samengesteld uit karton, papier en dergelijke materialen. Dit valt samen met een nieuwe al meer besproken methode, volgens welke het kind de soms droge stof beter in het geheugen houdt en bovendien met meer plezier leert. Want „zodra de handen er aan te pas komen zijn ze vol aandacht", aldus het hoofd van de Van Thielschool, de heer J. F. N. DEKKER. De gangen waren behangen met Kerst takken en voorzien van zelfgemaakte lamp jes. Aan de muren in de klassen hingen overal kalenders, waarbij zij op de omlijs tingen de verbeelding naar hartelust de vrije loop hebben gelaten. Voorts trof men er aardige kleiwei-kjes aan. Bij de inrich ting van de lokalen hebben de kinderen een grote vrijheid gehad, waarvan zij ten volle gebruik hebben gemaakt. Als belo ning voor alles wat zij voor deze tentoon stelling hebben gepresteerd vonden de leerlingen vanmorgen een zakje snoep op hun tafels, een presentje van de ouder commissie. Mede dank zij de activiteit van de Am sterdamse gemeentepolitie (afdeling Ad miraal de Ruyterweg) heeft de directeur van het Nationale park „De Kennemer- duinen", ir. Rodehkerk, thans de collectie kleurenfoto's (diapositieven) terug, welke hij verleden week in Sloterdijk verloor. Daardoor is het hem mogelijk zijn na- tuurbeschermingasctie door middel van lezingen aan de hand van kleurenopne- mingen voort te zetten. ADVERTENTIE DRINKT GEREGELD NATUURLIJK BRONWATER ADVERTENTIE ONDER ELKE KERSTBOOM De burgemeester van Haarlem en me vrouw CremersDe Bruijn zullen op 1 Januari 1954 ten stadhuize een Nieuw jaarsreceptie houden des namiddags van 4 tot 5.30 uur voor autoriteiten, besturen van verenigingen en instellingen en al de genen, die op enigerlei wijze met het ge meentebestuur in relatie staan. Onder grote belangstelling had Maan dagavond het concert van de Koninklijke Liedertafel „Zang en Vriendschap" plaats, waarop Jo Vincent, nu zij besloten is haar carrière als zangeres te beëindigen, een van haar laatste podiumsuccessen beleefde. Het was tevens voor het laatst dat Emmy van Eden, de trouwe „vleugeladjudante" van de gevierde zangeres de eer genoot haar te mogen begeleiden. Wat aan het slot van de avond aanleiding gaf tot een even hartelijke als originele afscheidsspeech van de vaardige muzikale begeleidster. Op deze, als „Kerstconcert" aangekon digde avond werd een programma uitge voerd, dat wel niet doorlopend uit Kerst nummers bestond, maar dan toch als ge heel in de sfeer verwijlde. Jo Vincent be gon met een paar oud-Franse Noëls en liet daarop een ontroerend mooie vertol king horen van „Les Prières" van Caplet, met aan het slot een prachtig beheerste climax. Wie bij het vaarwel zeggen van een brillante loonbaan zo iets nog weet te presteren, heeft zichzelf waarachtig niet overleefd! Verder zong zij „gewone" Kerstliedjes, die iedereen zingt, of althans zou kunnen zingen, zoals „Nu zijt welle- IN DE VRIESKOU VAN DE MAANDAGOCHTEND kwam tegen elf uur een klein houten, fel wit geschilderd vaartuigje met de zeiltjes aan de mast en een Deense vlag achterop, op de stroom op de IJmuidense pieren aandrijven. Wind stond er niet meer en de twee opvarenden, forse Deense knapen, zagen het spel van de stroom met hun houten scheepje maar donker in, nu zij het enge gat tussen de pieren in moesten. Al zeven dagen lang zwalkten zij over de Noordzee, nadat ze Aalborg in Denemarken hadden verlaten en de motor het na veel proesten had begeven. Zeilend trachtten ze verder te komen om een haven te bereiken en daar de twintig pk weer leven in te blazen. Schipper H. de Jager van de IJM 231 kreeg het scheepje toen in het oog en was zo bereidwillig de Deen naar binnen te slepen. En het trof, want schipper De Jager spreekt een mondje Deens, waar de twee mannen danig van opkeken. Dit scheepje was dan de „Cembo", tien meter lang en eigendom van de Denen Ole Petersen en Björn Loehr, die zich in het hoofd hebben gezet met het huikje van Denemarken naar Melbourne in Australië te emigreren. Zij komen uit Nijkobing en zijn nu al twee weken onderweg, na Aal- borg te hebben aangedaan. Ole is radio telegrafist op de grote vaart en Björn heeft als stuurman gevaren. Uit sportief oog punt, maar ook met het oog op de toe komst om over een woonverblijf en wan neer ze geen werk kunnen vinden desnoods over een vissersscheepje te beschikken, hebben zij de kleine „Cembo" gekocht om er mee naar de nieuwe wereld te varen. Met de motor en als het kan ook zeilend. Nu is die motor na twee weken al uit gevallen en Ole, die gistermiddag IJmui den introk om eens te vragen wat een repa ratie zou kosten, kwam met een somber gezicht terug: twee honderd gulden had men hem gezegd. Er moet een nieuw on derdeel in het motortje komen in Rot terdam is het zo te krijgen en Ole en Björn riskeren het toch echt niet om zon der die motor uit te varen. Zeilend komen we er niet, zeggen ze want zij hebben ge noeg ervaring op de koopvaardij opgedaan om te weten wat de zee kan zijn. Bij de Deense consul aankloppen? Daar voelen ze niet veel voor. Al hun geld heb ben ze in het scheepje en de uitrusting en het voedsel voor een overtocht van drie en een halve maand gestoken en het moet nu eenmaal sport blijven. Zo denken die twee er over. Gistermiddag wisten ze nog niet hoe die twee honderd gulden bij el kaar te krijgen, maar ze twijfelden er niet aan, of er zou dit jaar een oplossing ko men. Ze denken de Kerstdagen in ieder geval maar in Nederland door te brengen. Peilapparaat Aan dek hebben de twee Denen een watertank staan, die vierhonderd liter wa ter bevat. Voorts staan er twee vaten olie voor de motor en uit de verdere uitrusting blijkt wel, dat deze Ole en Björn de zaak weloverwogen hebben aangepakt. Om hun plaats op zee te bepalen kochten ze zelfs een peilapparaat, een consol-trainer. Zij kunnen daarmee hun positie elke dag be palen en een stevig nummer muziek hou den ze er bij over. In de ruimen van het uit 1936 daterende scheepje hebben ze voorts enig vistuig opgeslagen, dat ze in Australië denken te gebruiken, wanneer er geen werk mocht zijn te vinden. En wanneer dat wel het geval mocht zijn, dan wist Björn wel een oplossing: „Sunday- fishing". Maar zover is het nog niet. De ernst heeft op het deurtje van de motorkamer geklopt en Ole en Björn zitten er behoor lijk mee in hun maag. Ze voelen er niet veel voor om hier hun reis te laten stran den. Schipper De Jager heeft hen binnengebracht en misschien vinden ze dan nog wel een Nederlander, die de motor kan repareren tegen een lagere prijs, zodat er geen nieuw onderdeel nodig is. Dan gaan ze verder: via Portugal, de Canarische eilanden, Cape Town en Melbourne. Als ze aankomen zul len ze een kaartje sturen, hebben ze ge zegd. ADVERTENTIE ANEGANG 14 (naast C en A) Pracht collectie KALENDERS Gistermiddag omstreeks halfzes stak de achtjarige Loesje Rouwhorst wonende in de Frans Halsstraat, de rijbaan van het Julianapark over. Zij werd aangereden door een motorrijder, de 22-jarige Haar lemmer L. T., die op dat ogenblik onge veer aan de linkerkant van de rijbaan reed. Met ernstige wonden aan het gezicht is zü naar het ziekenhuis St. Joannes de Deo gebracht; de motorfiets werd aan de voorzijde beschadigd. kome" en „Herders, Hij is geboren", maar die door'de klank, het innige sentiment en de natuurlijke voordracht van een kunste nares als Jo Vincent een betekenis krijgen, die velen er niet in vermoed zullen hebben. Deze verrukking, die uitging van „Het was zo stil" en het reliëf, dat het volkse tafe reeltje „Herders, Hij is geboren" kreeg, zal aan het publiek wel hebben laten er varen dat „kunst" die op het gemoed werkt (ze hoeft daarom niet sentimenteel te zijn) op een eenvoudige wijze tot stand kan komen, zonder pathos of uiterlijke schittering van stemvituositeit. De indruk, die de zangeres met deze simpele liederen maakte, zal menigeen als een kostbare her innering aan dit gedenkwaardige concert meedragen. Ook die welke zij wekte met het in het Nederlands gezongen oud-Cata laanse Kerstlied, dat ook reeds door de organist Albert de Klerk in het begin van de avond als variatiewerk van Louis Claude d'Aquin gespeeld was. Dit typisch Franse „Noël" (de Spaanse melodie was ook in Frankrijk en in de Nederlanden gemeengoed) bood aan de organist een zeldzaam gunstige gelegen heid de kenmerkende kwaliteiten van het Haarlemse concertorgel te demonstreren met al de finesses van de Franse rococo stijl en het timbre dat daarbij hoort. En daaruit bleek weer eens overduidelijk dat Aristide Cavaillé Coll, de bouwer van het kostbare instrument, op oude tradities steunde. De Koninklijke Liedertafel preludeerde met het Benedictus uit de „Missa in die festo" van Diepenbrock op een grote on derneming: de uitvoering van dit geweldige werk in zijn geheel. Zoiets durf ik althans vermoeden, in gedachten vooruitlopend op de aanstaande viering (in 1955) van het 125-jarig bestaan. De pracht van deze man- nenkoormuziek, omrankt door een heer lijke orgelpartij, die nergens beter klinken kan dan op ons Cavaillé Coll-orgel, kwam met dit fragment reeds de overtuiging geven, dat dit een buitengewoon feestnum mer kan worden. Eveneens met orgelbegeleiding zong het koor, onder de secui-e en bezielende leiding van Jac. P. Loorij, een drietal Kerstzangen op Engelse tekst, waarvan vooral „O come Emmanuel" (een fraaie Dorische melodie) een diepe indruk op ons maakte. Een pas send onbegeleid Kerstmotet „Hodie Chris tus natus est" van Palestrina werd mede zeer goed vertolkt, maar het a capella- zingen van het koor bereikte zijn hoogte punt met de negro-spiritual „Deep river". Na afloop van het concert werd Jo Vin cent gehuldigd door de voorzitter der Lie dertafel, de heer A. J. van Houten, die haar dankte namens alle aanwezigen voor haar wijdingvolle zang op deze avond, die men zich zal blijven herinneren als een heerlijk en ontroerend afscheid van Neder lands grootste zangeres. En bij het over handigen van bloemen en een geschenk klonk hartelijk het „Zij leve lang" uit meer dan honderd mannenkelen. JOS. DE KLERK Een Kerststemming hing over de ten toonstellingsruimte waarin de speeltuinver eniging „Vondelkwartier" in Oud-Schpten een aantal producten van het winterciub- werk exposeerde. Het is een verheugend feit dat vele ouders en belangstellenden het clubgebouw aan deze noordpunt van .de Vergierdeweg bezoeken want zonder hun interesse ontbreekt de nodige stimu lans voor de leiders en leidsters die zich met enthousiasme beschikbaar stelden. In zes weken tijd werden 276 werkstuk ken klaargemaakt en deze stonden op met wit beklede tafels te pronk. De inzending van de fröbelafdeling bleek de hoogste met tachtig stuks. De pas opgerichte postzegelclub liet zien hoe men postzegels behandelt. Een aantal keurig beplakte vellen lag tentoongesteld en een der leiders van deze club vertelde van het enthousiasme dat de jeugdige phi- latelisten bindt. De grote attractie is voor hen steeds weer het exemplaar dat ze ca deau krijgen, en dan is er het ruilen en het luisteren naar de leider wanneer deze iets voorleest over deze leerzame hobby. Het geheel had een goed-verzorgde, frisse aanblik. Het is aardig steeds weer de grote verschillen te zien die werkjes, gemaakt naar eenzelfde voorbeeld ver tonen. Bij de allerkleinsten treft men dik wijls nog een speelse tendenz, die het hen moeilijk maakt, het eenmaal begohnena af te maken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1953 | | pagina 8