Pittige politieke plaatsbepalingen algemene beschouwingen bij de Haarlems begrotingsdebat begonnen Aandrang op B. en W. om grote projecten uit te voeren Huurverhoging nieuwe complexen voorlopig beperkt tot 17 procent B, en W. voor de Vijfde Mei Klein meevallertje f voor 1953 Trage darmwerking Motie-Goedée aanvaard Besturen woningbouwverenigingen hadden moeten waarschuwen DONDERDAG 18 FEBRUARI 1954 HAARLEMS DAGBLAD - OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT Kapitaal verplaatsing Kort Principieel Achterstand Andere werkelijkheid is schadelijk voor Uw gestel. Neem zonder kans op gewenning Burgerlijke Stand van Haarlem Het moet gezegd worden: er zat gisteren in het politieke steekspel, dat onder de naam „Algemene beschouwingen" bij de behandeling van de ontwerp begroting voor 1954 door de Haarlemse raadsleden ten beste werd gegeven, meer pit dan anders. Het feit dat de raad voor het eerst in nieuwe samenstelling het jaarlijkse corvee onderneemt zal daaraan wel niet vreemd zijn. De heer A1 b r e c h t (Arbeid) opende met een breed en hooggestemd betoog, waarin het socialistisch werkplan „Gezicht op Haarlem" een centrale plaats innam. Hij vond het bepaald jammer dat zijn tegenstanders niet met een dergelijke uiting van burgerzin voor de dag waren gekomen. De heer Schippers (K.V.P.) daarentegen vond het maar een duur vcr- kiezingsgeschrift en gebruikte heel wat scherpe woorden om zijn gal over de wethoudersverkiezing voor het nageslacht in de notulen te bewaren. Uiteraard waarlijk verkwikkende ironie vaststelde, dat de heer Schippers beter had moeten tellen: hij kende toch zijn fractie wel„Gezicht op Haarlem" vond de liberale spreekster een alleraardigst boekje, al was het dan jammer dat er maar één zin aan de financiële mogelijkheden was gewijd. Maar verder kon zij het met een heleboel dingen daarin eens zijn. En ook met een heleboel niet. De heer Proper (C.P.N.) met de zijnen door de heer Schippers als „vazal len" van de Partij van de Arbeid gekwalificeerd vond, dat de verkoeling tussen K.V.P. en P.v.d.A. had bewerkt, dat de laatste „meer open ging staan voor de vooruitgang". Een belangrijk deel van de gedachtewisseling was voorts gewijd aan de tegen stelling „doorbraakpartij" en confessionele partij, waarvan de heer Al b recht het bestaansrecht in beginsel niet wilde aantasten, maar wel als beginsel. De heren S c h i p pers, Spek en W e n s i n g hebben zich gehaast meAle cijfers in de hand te verklaren dat het met de doorbraakbehoefte nog zon vaart niet loopt. Staken wij hier de verslaggeving van het politieke tournooi, want de plaats ruimte is beperkt. De heer A 1 b r e c h t stelde de ontwikke ling van de burgerzin, een levenskwestie voor de democratie. In „Gezicht op Haar lem'' op zichzelf een uiting van bur gerzin wordt ook het probleem van de steeds groter wordende afstand tussen het bestuur van een grote stad en de bestuur den. In Haarlem hebben we één raadslid op ongeveer 4400 inwoners (2300 kiezers); dat maakt het contact niet gemakkelijker. Een nieuwe beleving van de gemeenschap moet mogelijk gemaakt worden, bijvoor beeld door meer organen als de sport- en wijkraden. Op die weg moet worden voortgegaan. De enkeling dreigt verloren te gaan in de massa, dat is niet alleen een kwestie van kwantiteit maar ook van kwaliteit; het bevorderen van het verantwoordelijk heidsbesef van de burgers is echter niet alleen een taak van de gemeentelijke overheid. Spreker gewaagde ook met erkentelijk heid van de arbeid van de sociograaf, die aan het gemeentelijk beleid de zo nood zakelijke wetenschappelijke basis verschaft. De heer A 1 b r e c h t vond het onbe vredigend, dat discussies over de subsidies alleen van de financiële sfeer uit gevoerd worden. Als voorbeeld noemde de heer brecht bijvoorbeeld de steun aan de kinderchrèches. De subsidieverlening dient een onderdeel te zijn van de ge meentelijke taken op cultureel en sociaal gebied. Subsidieverleningen is iets anders dan het bieden van de helpende hand, het is ook leiding geven en tot ontwikkeling brengen. Het gaat om het wei-zijn en niet alleen de welvaart van de burgers: stimuleren en provoceren van het maatschappelijk leven is een essentiële taak. van de over heid. Aangaande de woningbouw meende spreker dat bijzondere aandacht zal moe ten wprden geschonken aan het ver krijgen van migratiewoningen. Wanneer hét einde van de woningnood in zicht komt, dient aandacht geschonken te worden aan de vernieuwing ..van de binnenstad, met inachtneming van het schone dat de historie voor ons bewaard heeft. Aan die historie knoopte de heer Albrecht ook een opmerking vast over de vijfde Mei. Hij wilde, dat het gemeente bestuur die dag nog een kans zou geven door het personeel in staat te stellen die dag te vieren. Om de lange raadsvergaderingen te vermijden (daarvan kreeg de Partij van de Arbeid ook al de schuld) beval de heer Schippers (K.V.P.) een monde linge en schriftelijke voorbereiding der voorstellen aan, zo op de manier van de Tweede Kamer. De samenstelling van jeugd- en kunst raden moest volgens de heer Schippers ge schieden naar de geestelijke diversiteit van de bevolking in de betrokken wijk. De heer Schippers stelde vervol gens enige verkeers-technische desiderata aan de orde, ook wat betrof het „straat- meubilair". Volgens hem bleef het onder- houdsschema der bestrating achter bij de toegenomen slijtage. Na de juist bekend geworden jaar rekening 1951 (met een saldo van 3.6 millioen) was blijkbaar ook de heer Schippers tot het inzicht gekomen, dat de toen heersende zuinigheid de wijsheid heeft bedrogen. Daarom dacht niemand nu ook niet meer in ernst aan de 2,135 millioen tekort op deze begroting, hetgeen wijst op een verslappende verantwoordelijkheid. De heer Schippers wenste alle grote OXCOOO<»CJCXXK*XXX*X>DOOO(XIOOOCO<XXX>OOOCOOO(DOOOCOOCOCJOOOO De tientallen Haarlemmers die hebben meegewerkt aan de samenstelling van het socialistische werkplan „Gezicht op Haarlem" hebben de voldoening gesmaakt, dat hun inzichten op ruime schaal de aandacht hebben getrokken. Niet in het minst bij hun politieke tegen standers, naar gisteren in de Haarlemse raad wel bleek. De aardigste opmerking kwam ongetwijfeld van de heer Spek, die zei, dat „in zodanige, ongetwijfeld keurige uitgave wel lot uitdrukking komt, dat het kapitaal zich wat heeft verplaatst". kapitaalswerken thans als onderdeel van een investeringsplan op de begroting ge bracht te zien, hetgeen aan kapitaalslasten 820.000,per jaar zou vergen. Hierdoor stijgt het tekort tot 2.955.000,Dit be tekent een subjectieve uitkering van 17,90 per inwoner, in vergelijking met andere steden is dat niet onverantwoord. Mevrouw S c h e 11 e m aC o n r a d i (V.V.D.) was dit jaar nog korter Van stof dan anders, omdat er al zoveel principiële zaken in de laatste vergadering waren be handeld. Het grote zwakke punt van het beleid der laatste jaren noemde zij het gebrek aan plannen voor de stadsontwikkeling. B. en W. zijn te veel geneigd eerst de kleine en vaak dure dingen te doen, ter wijl de grote dingen zo urgent worden: gebouw openbare werken, stadsbiblio theek, ziekenhuis, ophoging spoorbaan. Als de tram weggaat ip 1955 zullen door braken a la Haussmann nodig zijn. Bij het ADVERTENTIE Mammie zegt, dat in luilekkerland de boter hammen met,,Remia" margarine gesmeerd worden. ■xx»'vxx;>ocooacccocco^rxyy>xir)onooofXxDCOOOooooor« De burgemeester heeft aan de Haar lemse raad meegedeeld dat het college op het standpunt staat, dat de Vijfde Mei als bevrijdingsdag gevierd moet blijven, zolang de bevolking dat op prijs blijft stellen. liet is gebleken, dat er maar weinig steden zijn waar het tot een waardige en algemeen gedeelde feestviering komt, Haarlem is daar één van. Daarom zal ook dit jaar het Haar lemse gemeentepersoneel een halve dag vrij krijgen en zullen de scholen gesloten zijn. Wij hadden reeds meegedeeld, dat centrumcomité „Koninginnedag" beslo ten had de reeds vastgestelde festivi teiten onverkort te handhaven. OOOOOOOOOCOOOOOOCOOOOOOOOOQOCOOOOCOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOO1 bouwen moet de aesthetische zijde niet uit het oog worden verloren. Wijkcomité's juichte zij toe, maar sport en jeugdraden en dergelijke bezag zij met gemengde gevoelens, omdat het gevaar bestaat dat dan het zwaartepunt bij een dagelijks bestuur daarvan komt te liggen en ook doublures met andere organen niet denkbeeldig zijn. De subsidiepolitiek werd door spreek ster eveneens aan een diepgaande be schouwing onderworpen. Onder meer be pleitte zij een samenbundelen van de krachten die op hetzelfde terrein werk zaam zijn. Ook zij had zich verbaasd over het plotselinge batige saldo over 1951. Daar wilde zij wel eers haring of kuit van hebben. Met zulke overschotten moet het toch mogelijk zijn ook grote werken uit te voeren. En: het moet nu toch ook moge lijk zijn bepaalde lasten te verlichten, bijvoorbeeld door verlaging der vermake lijkheidsbelasting. „Een ruime blik," was het beste advies, dat de heer Proper (C.P.N.) het Col lege kon geven. Hij liet er onmiddellijk een aantal zaken op volgen, waarin het College van een beperkte visie had blijk gegeven: stadsontwikkeling en industria lisatie. Hij noemde onder meer de spoor wegovergangen in Haarlem-Zuid-West, waar de zaken spaak lopen. Nadat de heer Proper ook het belang van de bevordering der migratie en in dustrialisatie ook door middel van woningbouw had bepleit en eveneens de handhaving van de vijfde Mei had verdedigd, mocht de raad krachten ver zamelen voor de avondvergadering, waarin als eerste de heer Spek (A.R.) het woord voerde. De heer Spek sprak evenals e'k jaar een kloek principieel woord. „Overheid en volk zijn beide geroepen tot gehoor zaamheid aan het woord des Heren. Het „redden van de samenleving" kaïn niet ge schieden op basis van socialisme of pro gressiviteit, maar alleen op basis vain Gods woord en gebod. Tot dat doel is-de Chris telijke politieke partii middel. Het maat- schapoelijke en godsdienstiige is niet te scheiden. Verenigd zullen zij de maat schappij stuwen naar een samenleving die in recht en rechtsverhoudingen in sociaal en cultureel ODzicht God erkent en dient en de mens als schepsel Gods tot ont plooiing brengt in een samenleving, die naar het ideaal van mr. Burger minder beangstigend en meer bewoonbaar is". De heer Spek beval de circulaire van de minister van Wederopbouw ter lezing aan, die financiële hulp voor krotoprui ming en herbouw en voor een huurtoeslag voor hen die daardoor een duurdere wo ning moeten bewonen mogelijk maakt, in de aandacht van het College aan. Voorts handhaafde spreker de wens naar een eigen gemeentelijk belastinggebied. De heer Wensing (C.H.U.) zou het niet juist achten indien de studie „Gezicht op Haarlem" zou gaan suggereren dat de toekomstige gemeentelijke ontwikkeling, waarvoor zeker een communis opinio be reikbaar is, het resultaat zou zijn van de politiek van de P. v. d. A. De sterke sig natuur van deze partij op samenstelling en taakverdeling van het College - dat volgens hem uitbreiding tot een vijfde wet houder verdient - maant tot waakzaam heid. Sprekers fractie kan er zich gaarne mee verenigen dat de subsidies op sociaal terrein met onbelangrijk worden verhoogd, omdat de gemeentelijke overheid particu liere en ook kerkelijke instanties de mid delen zal moeten verschaffen om hun noodzakelijk werk voort te zetten en uit te breiden. Niettegenstaande de grote kapitaalsre serves is de snel stijgende lijn in de be grotingstekorten weinig opwekkend. Een onderzoek naar de invloed van de zo no dige investeringen op de toekomstige be grotingspositie komt hem noodzakelijk voor. Indien er te eniger tijd een conjunc tuuromslag komt, kan men dan het uitga- venpeil, dat grotendeels uit vaste posten bestaat, enigszins aanpassen aan dalende inkomsten? Weliswaar is de financiële positie van de gemeente volkomen gezond, maar de budgetaire positie is als gevolg van de uitkeringspolitiek van het gemeentefonds niet al te sterk. Is bij de bedrijven thans een kostprijs berekening op moderne grondslag, reke ning houdende met vervangingswaarde, en is de winst welke wordt begroot wel reëel? Een overboeking van reserves naar het vernieuwingsfonds verdient aanbeve ling. De heer Men sink (Arbeid) nam dit jaar de financiële beschouwingen namens zijn fractie voor ziin rekening. Als algemene richtlijn stelde hij, dat men moet uitgaan van de werkelijk nood zakelijke uitgaven en daarna zien welke inkomsten daar tegenover staan. De hui dige financiële regeling r.oopt tot een der gel ij ke gedra gsl ijn Soreker ontrafelde het saldo van 3.6 miHioen over 1951, waarvan hij niet zo erg geschrokken bleek te zijn. Aflossing van de oude tekorten met dat saldo zoals de heer Schippers had ge wild, zou gepaard gaan met rentedervimg door vermindering der reserve, waarvan spreker nu wel eens grootte en samenstel ling wilde vernemen. Met diie reserve kunnen we wat doen: de bouw van een nieuw ziekenhuis, de rioolwaterzuivering, de verplaatsing van de groenten markt, de krotopruiming. Hij dacht daarbij ook aan het achtersta Wig on derhoud aan scholen of fondsvorming voor de aankoop van kunstwerken. De heer M e n s i n k deed voorts een suggestie aan de hand om tot een andere basis voor de inkomsten te komen: een normbedrag, een subjectieve uitkering voor „bijzondere" gevallen, eventueel aan- xeooeocco3oa3co<x)COO»coxaooiy»30ocooooixioooiyjixioooooooCT Terwijl de Haarlemse raadsleden zich verdiepten in financiële beschouwingen deed minister Van de Kieft in de Eerste Kamer een mededeling welke de ge meentelijke reserve weer wat zal stijven. Het uitkeringspercentage uit het ge meentefonds zal namelijk voor 1953 van 116 op 120 worden gebracht, hetgeen voor Haarlem een bedrag van ruim 290.000 gulden betekent. Op de begroting voor 1954 was het uit keringpercentage al op 120 aangenomen. OCOOOOODTKOOOOOOOOOOOOOOOOCOCXKXXlOCCOOOCCCCOOOOCOaXlOOOO gevuld met eigen belastinggebied voor het geval men dan nog niet uitkomt. Vervolgens bepaalde de heer Van V e 1- sen (K.V.P.) de aandacht van raad en goed bezette tribune bij enige vraagstuk ken van stadsontwikkeling en volkshuis vesting. De jaarlijkse vraag naar het struc tuurplan ontbrak niet. Geen verkeersplan, geen saneringsplan, geen bestemmings- voorstel heeft de raad bereikt. De inwoners weten niet waar ze aan toe zijn; het Stationsplein is een schande voor Haarlem, de plaatsbepaling van nieuwe gebouwen ontaardt in een geharrewar. Met klem vroeg spreker bespoediging van deze plannen, inzonderheid voor het Sta tionsplein. Dat geldt ook voor de Monu mentenverordening en de Kunstraad. Voor de V.V.D. beschouwde de heer Stoffels de financiële zijde van de be groting. Een vaste lijn in de financiële verhoudingen ontbreekt, de methode van rijksuitkeringen is teveel gebaseerd op „eventueel" en „achteraf". Evenals me vrouw Scheltema stelde ook hij de grote voorzieningen primair. Om half tien opende burgemeester Cremers de beantwoording van het College. Als het College iets verweten kan worden is het eerder te veel dan te weinig voortvarendheid, zoals de heer Proper B. en W. had verweten. Het eerste is een gevolg van het hoge tempo, waarin ge werkt moet worden. De burgemeester liet de politiek terzij de, met uitzondering van „bet schreeu wende onrecht", dat de heer Schippers in de portefeuilleverdeling had gesignaleerd. De portefeuille van Sociale Zaken is im mers niet minder principieel dan welke andere ook. Politieke strevingen waren aan de verdeling vreemd. B. en W. blijven diligent in de bevorde ring van de zelfwerkzaamheid der burge rij. In casu de wijkcomités zijn een succes gebleken. Maar de exploitatie der te slich ten buurthuizen behoort niet tot de taak der wijk com itté's. Voor Oud-Schoten wordt daartoe een brede basis gezocht. Wethouder Bakker ging vervolgens in op de vraag: ..Waar zijn we met deze be groting aan toe", nu de batige saldi der rekeningen zo lijnrecht in gaan tegen de geraamde begrotingstekorten. Het saldo ADVERTENTIE Weliswaar laten de betonstorters bij de in aanbouw zijnde Velser tunnel door de vorst verstek gaan, maar de andere werkzaamheden duren ongestoord voort. Ver beneden de oppervlakte van het Noordzeekanaal zijn de ijzervlechters momenteel bezig met het werk voor een nieuwe „moot" van de verkeerstunnel,. welke straks aan het reeds gebouwde deel zal aansluiten. In de verte is zichtbaar het talud van de zgn. kuip welke tot over de helft van de breedte in het Noordzeekanaal ligt. In dit talud be vinden zich twee reeds eerder voltooide tunnelmoten. B. en W. van Haarlem hebben gistermiddag met instemming van de gemeenteraad (met uitzondering van de comunisten) een motie van de heer Goedée (Arbeid) overgenomen, waarin werd verzocht de huurverhoging voor de bewoners van de huizen, waarvan de huren het sterkst zouden stijgen („Onze Woning" en „Zorgvliet") te beperken tot 17 in afwachting van besprekingen in Den Haag om hogere rijks bijdragen in de bouw van deze complexen. Dit resultaat werd bereikt door de inter pellaties van de heren Goedée, Hennevelt en Proper (C.P.N.) over de plotselinge huurverhogingen voor de nieuwe blokken van „Onze Woning", „Ons belang", „Vooruitgang" en „Zorgvliet". De heer Hennevelt ging de reeds in ons blad uitvoerig weergegeven gang van zaken na en merkte onder meer op, dat de huurcontracten de bewoners geen enkele waarborg hebben gegeven. Voor sommigen bedraagt de verhoging 30 dat is aan zienlijk meer dan de 17 welke voor de oudere' huizen geldt. Gaan B. en W. nu naar Den Haag om een verhoogde rijksbij drage in de bouwkosten té verkrijgen en zo dit niet lukt, welke maatregelen denken B. en W. dan te nemen? De heer Proper zei, dat de besturen van de woningbouwverenigingen van het Stadhuis niet hadden vernomen, dat de aanvankelijk vastgestelde huurprijs een voorlopige was. Hij betoogde voorts, dat de risicofactor, welke de aannemers in hun afrekening op de bestedingssom ksnnen opnemen, ook in de rijksbijdrage ver rekend mag worden, zoals hij uit een uit spraak van de minister had verdisconteerd. Van zijn kant had de heer Goedée zich zeer verwonderd over de wijze waarop B. en W. de huurverhoging hadden aanhangig gemaakt. De besturen der woningbouwverenir gingen waren volkomen verrast geweést; van overleg was geen sprake en dat had toch moeten gebeuren. De bewoners had den trouwens evenveel recht op goede voorlichting, de tekst van de circulaire vol deed daaraan niet. Ook hij was van oordeel dat aangestuurd had moeten worden op een verhoging der rijksbijdrage. Ter tegemoetkoming aan de bewoners vroeg hij, als het niet anders kon. de ver hoging étappegewijs in te voeren en in sommige gevallen incidentele hulp te bieden. Ernstige zaak „Voor B. en W. is deze kwestie een ern- stge zaak geweest", zo begon wethouder Happé zijn beantwoording. Hij wees er daarbij op, dat voor een groot deel van deze woningen ook na de verhoging een lagere huur geldt dan voor overeenkom stige huizen welke later zijn gebouwd. B. en W. hebben zich wel degelijk ervan vergewist of er andere mogelijkheden wa ren. Met name het Departement van Volks huisvesting heeft meegedeeld, dat de stij gingen der bouwkosten voor deze com plexen niet uitzonderlijk waren en dat geen extra bijdrage verwacht kon worden. De percentages lopen uiteen: 7'/2 (Ons Be lang), 27 (Onze Woning) hetgeen inderdaad voor de gezinnen een aderlating betekent aldus de wethouder 4V2 (Vooruitgang) en 14V2 (Zorgvliet). B. en W. hadden reden om de verhoging op korte termijn op te leggen namelijk zo spoedig mogelijk na de 1ste Januari waar op de loonronde was ingegaan, in de over tuiging dat het gezinsbudget dan gemak kelijker is aan te passen dan later in het jaar. Tijd om overleg te plegen was er niet; de circulaire noemde spreker eenvoudig en duidelijk. De besturen zijn wel voorge licht zij het op korte termijn. B. en W. hebben getracht de belangen van de bewoners zorgvuldig te ontzien. Zij wisten niet, dat de bewoners door de be woordingen der huurcontracten in de waan waren gebracht, dat definitieve huren wer den vastgesteld. De besturen kunnen niet zeggen, dat zij niet wisten dat de huren "nog verhoogd moesten worden. Aan de besturen van „Vooruitgang", „Ons Belang" en „Zorgvliet" zijn dergelijke medede lingen schriftelijk gedaan. Alleen in het geval van „Onze Woning" is dat niet uit drukkelijk gebeurd, al had men het wel uit de algemene voorwaarden kunnen destilleren. De besturen zijn op dit punt kennelijk iets te kort geschoten en hebben meer steun van de gemeente nodig. B. en W. zul len naar deze les handelen. Verder deelde wethouder II a p p mede dat B. en W. stappen zullen doen om te trachten de huurverhogingen voor de complexen van „Onze Woning" en „Zorg vliet" door het alsnog verkrijgen van extra bijdragen van het rijk te vermin deren. Maar daarover moet men zich nu nog geen illusies maken; daarom kan de ver hoging ook niet worden uitgesteld. Een algemene huurbijslag achtte spre ker op rechtvaardigheidsgronden onmoge lijk: wel zullen B. en W. in individuele gevallen gaarne een oplossing zoeken. De heer Hennevelt herinnerde er aan, dat zijn fractie in 1952 al gewaar schuwd had tegen huren van twaalf gul den en hoger; in het geval van „Vooruit gang" gaat het al aardig die kant op. En nog heeft men geen enkele zekerheid om trent de definitieve huur. Daarom doen deze bewoners nu al pogingen om tot rui ling te komen. Hij wilde daarom nu wel eens tot een huurbijslagfonds komen, waarnaar de heer Goedee reeds in 1952 had gevraagd. De heer Goedee hoopte dat ook de besturen der woningbouwverenigingen uit het gebeurde lering zouden trekken. Hij had de indruk dat deze de verantwoorde lijkheid van zich af hadden geschoven. Daar de verhoging voor het complex Eksterstraat (27 B/o) toch excessief is te noemen en de gezinsbudgetten zal versto ren, diende de heer Goedee namens zijn fractie een motie in, waarin B. en W. werden uitgenodigd de verhoging voor dat complex tot 17 */o (als bij de overige hu ren) te beperken in afwachting van het resultaat van nadere stappen in Den Haag. Wethouder H ap p verduidelijkte nog, dat B. en W. zich wel tien keer zullen be denken voordat zij dwangmaatregelen zullen toepassen. De heer Verbaan zag van zijn inter pellatie over de uitbetaling der verhoogde steunnormen af, daar de gehele materie Zaterdag uitvoerig in de Commissie voor Sociale Zaken zal worden behandeld. 1951 is tot stand gekomen buiten B. en W. om. Een begroting blijft een raming, de werkelijkheid is altijd anders. Als voor beeld nam de wethouder het hoofdstuk Onderwijs, dat 168.600,— voordeel had opgeleverd: een gevolg van het niet uitvoe ren van kapitaalswerken. Spreker wees er op, dat een vijfjarenplan voor openbare werken is gemaakt. Vandaar dat de post onderhoudswerken met 250.000 is verhoogd. Het is niet de bedoeling van B. en W. om op de pot (met reserves) te gaan zitten. Haarlem-Lichtstad is daarvan een voor beeld. Het millioen voor het rioleringsplan een ander. Verder noemde spreker de ver nieuwing der leermiddelen en het binnen- schilderwerk. Maar de bouw van een nieuw ziekenhuis zal tevens met rijksbijdragen moeten ge schieden en ook door de gemeente bij voor keur op de normale wijze worden gefinan cierd. Een aflossing ineens van de oude tekorten (thans nog zes millioen) vond de wethou der ook niet bijzonder voordelig. Er is ge kozen voor aflossing op lange termijn, al zullen B. en W. altijd iets achter de hand moeten hebben als aflossing ineens nodig of aantrekkelijk wordt. Tenslotte moet de reserve ook kunnen dienen voor de financiering van werkver ruiming in een eventuele laag-conjunctuur. Wethouder Bakker kondigde voorts een „Vergezicht op Haarlem" aan: het Inves teringsplan. Zou dat als vijfjarenplan wor den uitgevoerd, dan zou de begroting van 1958 een tekort van zes millioen aanwijzen, ongeacht het jaarlijkse natuurlijke accres op de begroting. Voor „kleine" werken zou tezamen vijf tot zes ton worden geraamd. Voor de uit voering moet de urgentie het criterium zijn, niet het onderscheid tussen kleine en grote werken. Over de vermakelijkheidsbelasting, welke mevrouw Scheltema verlaagd wilde zien, kon de wethouder zich nu nog niet uitlaten. Det wethouder gaf de raad een geen enkele vraag meer open latende uiteenzet ting over de finesses van inkomstensyste men, leningspolitiek en andere snufjes van het gemeentelijk budget. Met de heer Albrecht verschilde de heer Bakker van mening over de subsi diepolitiek. Die moet niet bekeken worden uit een oogpunt van financiën, maar van behoefte. Daarom is er ook een aparte com missie voor de subsidies ingesteld. Spreker gelooft niet, dat hij te schriel is geweest, ook niet wat betreft de crèches. Hij reken de die trouwens niet tot de gemeentelijke instellingen en zij moeten ook blijven be horen tot het terrein van het particulier initiatief. Een ander voorbeeld vormt de subsidie aan Haarlems Bloei. HAARLEM. 17 Februari 1954 ONDERTROUWD: 17 Febr., H. A. Hauer en J. Th. A. Balm; J. Koops en M.'J. Brico; A. Kooijman en A„ van der Laan,-- A. H. J. Peterse en A. Breems; J. Brouwer en M. Mons; N. A. van Maris'en H.' G. J. van der Mee; W. H. van Langeveld en A. P. D. Bachofner; J. J. M. Quirijnne en J. Albers; J. Veldhuis en D. M. J. Venema; K. Aafjes en G. A, M. van Leeuwen; K. J. Visser en W. J. M. Roodenbure: P. J. J. Draijer en C. W. M Swinkels; J. Th. A. van Galen en J. C Doing; H. Groenink en J. P. Brussee; J. A. F. Oostrom en C. L. Pus: H. Meijer en L. J. Wijshake: G. A. H. Deen en D. Dijkstra; J. Kruiswkiik .on R. H. Brants F. B, de Jong en Th. M. F. Buters. GEHUWD: 17 Febr., M. van Stijn en A. H. Henrich; C. D. Janus en T. Puijpe; J. M. Janus en A. C. Germesj J. Ter Horst en J. A. van Mil; J. Verdam en H. Jacobs; J. H. M Franke en H. M. Th. van Buchem; H. W. Kaspers en M. Grosze Nipper: R. J. E. Sta- vinga en G. M. Philippo; J. Pikkaart en W. van Hoven: H. A. Harfst en J. II. M. Wester hoven; A. Chr. Strijkers en M. C. Geeris; A. J. de Zaaijer en A. A. Scheelings; A. P. J. Luijten en C. D. M. Montauban; W. J. A. Arratoon en N. Vardon; J. C. Smit en J. Peüerkoorn. BEVALLEN van een zoon: 16 Febr., A. van der EemsKamstra; .17 Febr., A. M. Kroes—Steiger; C. J. Arxhoekvan Veen. BEVALLEN van een dochter: 16 Febr., S. ZaalD' heygers; A. A. SpruitZeilmaker. BURGERLIJKE STAND BLOEMENDAAL GEBOORTEN: A. van der PuttenNijman, zoon. GEHUWD: J. F. Scholle en M. Michorius; J. M. Polderman en J. Horsmeier; H. Bak keren en N. A. Cassee. OVERLEDEN: J. M. Hulsman—Sernee, 74 j.; J. Wognum, 7 j.; J. F. Lercksen. 67 j.; A. H. C. F. Reoux Schultz VillardHarms, 65 j.; H. W. van Riemsdijk, 84 j. Gisteravond zijn in restaurant Brinkmkty aan het Plein onderlinge wedstrijden ge houden in het „herenvak" door een twin tigtal kappers uit Haarlem en omstreken. Hier ziet men hoe twee der figaro's elkaar of liever hun modellen in de haren zaten.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1954 | | pagina 9