Nazidom is in West-Duitsland
nog niet uitgestorven
Nijpend tekort aan artsen en
hoog sterftecijfer in Indonesië
flS
p
/L
50% korting
SERVICE-VERKOOP
.Clowntje Rick
Berucht Duits „kasteelkraker"
kwam er genadig af
Een verraderlijk
complot
SLEUTEL WEG?
Vooral Duitsers geven aan oproep
om buitenlandse medici gehoor
uitsluitend op RESTANTEN
4
Geïllustreerd weekbkd zet lezers
wel en wee van nazi-vrouwen voor
„DE SLEUTELSPECIALIST"
Grote belangstelling voor
uitvinding van smid
Voor de kinderen
Maandag, Dinsdag, Woensdag
2, 3, 4 Augustus
van onze
783 costuums
677 sportcolberts
588 pantalons
1200 Overhemden met vaste boord
(maten 36-37 42-43 44)
433 overhemden met losse boord
890 sporthemden
221 kamer- en badjassen
Alléén in Amsterdam en Den Haag
FEUILLETON
door Richard Kevertie
ZATERDAG 31 JULI 1954
HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
Het zou onjuist zijn te beweren, dat het nazidom in Duitsland uitgestorven is
en dat de Duitsers helemaal geen belangstelling aan de dag leggen voor figuren,
die onder Hitiers bloedig schrikbewind leidende functies in dit land hebben
bekleed. Dat bewijst de „Münchener lllustrierte", een weekblad, dat honderd
duizenden Duitsers lezen. In het jongste nummer beantwoordt dit blad de vraag
wat er van enkele vrouwen terechtgekomen is, wier mannen in het derde rijk
de lakens hebben uitgedeeld en het publiceert er enkele pas genomen foto's bij.
Frau von Ribbentrop - Geriefelijk
Het blad begint met Frau von Ribben-
trop, de weduwe van Hitler's minister van
Buitenlandse Zaken, die het nazi-rijk vóór
de oorlog ook nog aan het Engelse hof te
Londen heeft vertegenwoordigd. Mevrouw
von Ribbentrop is er blijkbaar nog niet zo
heel slecht aan toe. Zij woont met drie van
haar kinderen, van wie de oudste twee al
volwassen beginnen te worden, in een ge
rieflijk ingerichte villa te Wuppertal in het
Roergebied, die zij in 1950 betrokken heeft.
Rudolf, haar oudste zoon, is in het cham
pagnevak werkzaam, haar dochter Ursula
wil correspondente worden.
Frau Speer - Hopend
Mevrouw Speer, wier man minister voor
Bewapening en Munitie is geweest, heeft
kort geleden haar villa in Heidelberg te
ruggekregen. Zij woont er met een paar
kinderen, maar een deel van de kamers is
aan vluchtelingen verhuurd. Zij hoopt
vurig dat haar man van wie verteld
wordt dat hij nog in 1945 een aanslag op
Hitler's leven had voorbereid nog vrij
zal komen voordat de lange twintig jaren
voorbij zijn, waartoe hij veroordeeld werd.
Telkens, wanneer zij voldoende geld bijeen
heeft, vliegt zij naar Berlijn om haar man
in de gevangenis van Spandau op te zoe
ken.
Frau Himmler - Hulpbehoevend
Onder heel wat minder gunstiee en min
der weelderige omstandigheden leeft Mag-
da Himmler, de weduwe van de meedogen
loze en gewetenloze Gestapo-chef Hein-
rich Himmler, die in 1945, toen hij door de
Britten gevangen genomen was. een einde
aan zijn leven heeft gemaakt. On de foto
in het blad ziet men haar in een wollen
jasje in haar kleine keuken tussen potten
en pannen en een fluitketel staan. Vaat
doeken hangen tegen de muur en een Daar
kartonnen dozen staan boven op de keu
kenkast.
Toen zij een paar interneringskampen
achter de rug had en weer in vrijheid was
gesteld, werd zij in een protestantse in
richting voor hulpbetoon opgenomen. Zii
moet van 57 mark in de maand dat is
iets meer dan 50 gulden rond komen.
Haar stiefzoon zit nog altijd in Russische
krijgsgevangenschap. Haar dochter werkt
in München. De enige wens van frau
Himmler is wanneer wij het weekblad
mogen geloven geld voor een eigen wo
ning en voor kolen.
Frau Göring - Elegant
Emmy Göring, de weduwe van de dikke
Hermann met ziin fraaie uniformen, woont
in een elegante flat te Miinrhen. Vóór haar
huwelijk is zij toneelspeelster geweest. Zii
beweert wel dat zij niet van publiciteit
houdt, maar zij schijnt er niets oo tegen te
hebben zich af en toe, ook voor de Ders, te
laten fotograferen. De kiek in het weekblad
geeft haar thans met haar dochter Edda,
die zich met een kruisje om de hals en met
een kerkboek in de hand, iuist a's lidmaat
van de kerk had laten bevestigen. De
woningdeur van Fmmv Görin^'s flat is met
traliewerk versterkt. Emmv doet nooit zelf
de deur open. Niemand weet waarvan zij
leeft.
Frau Sauckel - Idyllisch
Elisabeth Sauckel, weduwe van het te
rechtgestelde vroegere hoofd van de ,,Ar-
beitseinsatz" in het derde rijk. woont in
een idyllisch gelegen huis in de bergen bij
Berchtesgadon, waarvan kamers worden
verhuurd. Zii gaat niet veel uit en zii
klaagt er nu al over. dat haar zes zoons
misschien vrij snoedig soldaat zullen moe
ten worden. „Mijn man hebben ze in 1946
te Neurenberg ongehan"en. omdat hij voor
de staat had gevochten zegt ze bitter.
Frau Hess - Teruggetrnkhi v
Ilse Hess. echtgenote van de vroegere
„plaatsvervanger" van de „Führer", Rudolf
Hess, die tot levenslange gevangenisstraf
veroordeeld werd. heeft zich op het platte
land in de Alleau teruggetrokken. Ze heefl
de eerste verdieping van een huis gehuurd
's Morgens om 8 uur verschijnt ze. met een
haarnet op het hoofd, op het houten bal-
A DVFRTENTI F!
LANGE VEERSTR A AT 10 TEL 11493
con. Daarna laat ze haar takshond in de
tuin. Ze is juist bezig haar tweede boek
over haar leven met Rudolf Hess te schrij
ven. Zij zou graag zien, dat het grote pu
bliek in Duitsland wat meer voor de ge
vangenen in Spandau deed.
Frau Hofer - Vluchtelinge
Frau Friederike Hofer, de vrouw van de
al sedert een paar jaar verdwenen gewe
zen „gouwleider" van Tirol, huist met haar
kinderen in een vluchtelingenkamp te
München. Oostenrijk had uitlevering van
haar man gevraagd, maar in 1948 is hij uit
het interneringskamp bij Dachau ontsnapt.
Hij houdt zich tegenwoordig zo staat
zwart op wit in het geïllustreerde blad te
lezen in de buurt van München ver
borgen. Eén keer in de week ontmoeten
zijn vrouw en hij elkaar.
Frau Frank - Stetmttekkend
Brigitte Frank, weduwe van de terecht
gestelde vroegere gouverneur-generaal van
Polen, woont ook in München. Zij zegt,
blij te zijn nog te leven. Haar man heeft
kort voor zijn dood nog verklaard, dat hij
ADVERTENTIE
Wat LINCOL doet, doet
geen enkele andere wrijfwas
het Christendom erkende. Tot voor kort
geleden kreeg ze iedere maand 160 mark
van de staat. Nu wordt zij door de kerk
geholpen. Ze wil proberen toch weer so
ciale ondersteuning te krijgen. Haar oudste
zoon is naar Argentinië geëmigreerd, waar
hij een betrekking bij de mijnen heeft.
Frau Funk - Dorpelinge
Luise Funk, de tedere wederhelft van de
vroegere minister voor Economische Zaken,
woont in een klein dorpslogement bij Bad
Tölz. Haar tot levenslang veroordeelde
man mag haar, net als de andere gevan
genen van Spandau, niet over zijn gezond
heidstoestand schrijven. Maar Luise wil
méér van haar man weten. Met iedere
brief, die zij van hem krijgt, stapt ze naar
een grafoloog, in de hoop wat meer te
horen te krijger^
Frau Scholz-Klink - Onverbeterlijk
Gertrud Scholz-Klinik, die zich in het
derde rijk „rijksvrouwenleidster" mocht
noemen en die thans, in een derde huwe
lijk, met de gewezen „Ober Gruppen-
führer" van de SS, Heissmeyer, getrouwd
is. heeft haar politieke opvattingen en haar
wereldbeschouwing ondanks het fiasco van
1945, niet gewijzigd. „Ik ben nog net zo'n
nationaal-socialiste als vroeger," verklaar
de zij trots. Zij en haar man werken op het
directiekantoor van een Coca-Colafabriek,
waarvan de bezitter indertijd ook bij de
SS is geweest. Na de oorlog was zij onder
een valse naam in twee kamers van een
villa te Bebenhausen getrokken. Daar
woont zij nu weer. „Niemand heeft hef
recht," zo houdt zij vol, „mijn politieke
overtuiging te veroordelen".
(Van onze correspondent te Djakarta)
Tegenover de Phillippijnen met één arts
op 3000 zielen, India met één op 6000kan
Indonesië slechts één arts op 59.000 inwo
ners plaatsen. Vergeleken met Westerse
landen is de verhouding nog ongunstiger:
Nederland en West-Duitsland hebben een
arts op respectievelijk 1200 en 800 zielen.
Het aantal sterfgevallen per duizend is in
Indonesië dan ook aanmerkelijk hoger dan
in de hierboven genoemde landen. Be
draagt het in de Philippynen 11,77 per dui
zend zielen, in India 14,5 en in Nederland
7,3 in Indonesië was het in 1952
niet minder dan twintig per duizend in
woners. In Semarang stond in het laatste
kwartaal van het vorig jaar tegenover 2996
geboren kinderen een sterfte van 441 kin
deren in de leeftijd van een dag tot elf
maanden, dat is dus bij%a 15 percent.
Deze paar cijfers demonstreren wel over
duidelijk de grote medische nood, waaron
der Indonesië gebukt gaat. Het land heeft
voor de ruim 80 millioen inwoners slechts
de beschikking over 1400 geneesheren en
daaronder bevinden zich dan nog enige
honderden buitenlanders, zowel particulie
re als gouvernementsartsen, onder welke
dokters zoals trouwens in het algemeen
onder de vreemdelingen hier een neiging
bestaat uit Indonesië weg te trekken.
Het spreekt vanzelf dat het ministe
rie van gezondheid aan het artsen-pro
bleem, dat zozeer de gezondheidstoestand
van het volk raakt, grote aandacht schenkt
en poogt het artsencorps uit te breiden
Overdreven kan men de eisen, die men voor
de naaste toekomst stelt, niet noemen.
De minister van Gezondheid, dr. Lie Kiat
Teng, heeft enige tijd geleden verklaard,
dat naar zijn mening een verhouding van
één op 25.000 voorlopig voldoende zou kun
nen zijn, mits de artsen gesteund worden
door een goed verplegerscorps.
Géén studie-verkorting
Een gelukkig verschijnsel is, dat de re
gering, ondanks het grote tekort aan art
sen, er voorlopig niet aan denkt de oplei-
dingstijd te verkorten, omdat dit een ach
teruitgang in deskundigheid ten gevolge
zou hebben, hetgeen het land uiteindelijK
niet ten nutte zou komen. Juist in verband
met het geringe aantal achtte hij het no
dig, dat de artsen kwalitatief zeer goed
zijn.
Het ziet er voorlopig niet naar uit, dat
alleen door de opleiding van artsen het
corps medici op een redelijke termijn zo
kan worden uitgebreid, dat zélfs al stelt
men de eisen niet hoog voldoende in de
medische nood kan worden voorzien Mid-
den-Java (met één arts op ruim 82.000 zie
len) heeft een jaarlijkse uitbreiding met
dertig artsen nodig. Doordat jaarlijks tien
oudere artsen zich terugtrekken, moeten ei
dus 40 jonge medici beschikbaar komen en
die zijn er niet.
Een grote moeilijkheid bij de opleiding
van artsen vormen de slechte financiële
toestand van het land en het gebrek aan
docenten. Wat dit eerste betreft vindt men
deze ook uitgedrukt in het bedrag, dat de
overheid in het algemeen voor de Volksge
zondheid beschikbaar kan stellen. Zo heeft
bijvoorbeeld de gezondheidsdienst in West-
Java (met een bevolking van 15 millioen)
dc beschikking over 50 millioen rupiah, dat
is dus nog geen vier rupiah per inwoner
per jaar, een gering bedrag, zeker bij de
zo gedaalde koopkracht van de Indonesi
sche munt.
Daarnaast is er onder de studerende
jeugd geen grote animo om de studie voor
arts op te vatten, wellicht omdat deze lan
ger duurt dan die in andere faculteiten.
Mogelijk speelt hierbij een rol, dat de jon
ge arts, vóór hij zich in een stad mag ves
tigen, op regeringsvoorschrift eerst enige
jaren „op het platteland" practijk moet uit
oefenen. Deze „bewegingsbelemmering"'
lokt vermoedelijk ook niet de medische stu
die aan. Opmerkelijk is, dat het merendeel
der medische studenten van Chinese huize
is.
Een Zandvoortse smid de heer J. Jacobs,
wonende in de Swaluëstraat 14, die al
enige tijd had geëxperimenteerd om een
oplossing te vinden voor de borden, die
door publieke werken worden gebruikt bij
straatherstel: onhandelbare houten plan
ken, die telkens omwaaien en bovendien
door hun constructie maar weinig voldoen,
kwam op het idee, deze bekende rood-wit
geschilderde plank te vervangen door een
opvouwbaar stalen rek, dat als een har
monica in elkaar kan worden geschoven
en een grootste breeedte heeft van vier
meter. Geplaatst op twee eveneens in el
kaar schuivende statieven, kan het gehele
geval zelfs onder de arm naar het uit te
voeren werk worden meegenomen en het
heeft bovendien nog dit voordeel, dat het
in alle gewenste standen kan worden op
gezet, zelfs in cirkel- of vierkantvorm. Een
extra buis op het statief maakt het moge
lijk, dat er diverse rekken aan elkaar kun
nen worden geplaatst, zodat de lengte on
begrensd is, wanneer telkens opnieuw van
een statief gebruik wordt gemaakt. Op de
buizen kunnen dan nog op zeer eenvoudige
wijze alle in omloop zijnde verkeersborden
worden geschoven. De heer Jacobs vroeg
op zijn uitvinding octrooi aan, dat hij vo
rige week verkreeg en zijn uitvinding wekt
bij de diensten van publieke werken in di
verse steden van ons land veel belangstel
ling. Reeds werden door enige gemeenten
monsters aangekocht. Ook de politie heeft
er veel interesse voor, daar men in deze
uitvinding grote mogelijkheden ziet voor
afzetting van weggedeelten bij verkeers
ongevallen.
„Gone with the wind"
naar Nederland
Men mag thans met zekerheid aannemen,
dat de in 1939 vervaardigde, bijna 4 uur
lange kleurenfilm „Gone with the wind"
(met Clark Gable, Vivian Leigh, Leslie
Howard en Olivia de Havilland)) in de
komende herfst voor het eerst in Nederland
in roulatie zal komen. De film werd gere
gisseerd door Victor Fleming.
Tot dusverre is deze Amerikaanse film
slechts twee maal in een Nederlandse bio
scoop vertoond. Dat geschiedde enkele
jaren geleden bij een liefdadigheidsvoor
stelling in het Amsterdamse City theater.
Daags tevoren was de film in het Edison
theater te Amsterdam voor een groot aan
tal bioscoopdirecteuren gedraaid.
Levenslang voor SS-er
In Wenen is Peter Acher, een gewezen
SS'er, tot levenslange dwangarbeid ver
oordeeld. Hij is schuldig bevonden aan de
moord op 114 Joden, poging tot moord op
twee en verder aan wreedheid en mishan
deling. Hij was een der SS'ers, die een
groep Joodse dwangarbeiders van de ene
fortificatie naar de andere dreven in een
poging om stellingen tegen dé oprukkende
rode troepen te bouwen. Zijn kameraden
zijn reeds eerder verooi'deeld. Hij kreeg de
zwaarste straf in Oostenrijk.
kan het dus gebeuren, dat in Zuid-Suma-
tra in een bepaald en niet zo'n klein
gebied een Nederlander en twee Duitsers
en geen enkele Indonesiër, de medische staf
van het gouvernement vormen. De vraag
is echter of de omstandigheden, waaronder
deze buitenlandse artsen werken het sa
laris, de huisvestingsproblemen enzovoort
hen zo lang hier zullen houden, dat men
niet permanent nieuwe krachten moet po
gen te vinden.
De artsenopleiding worstelt ook met een
gebrek aan hoogleraren. Een aanwijzing,
dat het blijkbaar moeilijk is het tekort aan
Het aantrekken van buitenlandse artsen docenten aan te vullen, mag gezien worden
blijft dus voorlopig mede het doel der re
gering. In dit opzicht boekt zij wel succes
sen, en speciaal onder de Duitse medici,
waarvan er nu reeds een goede honderd in
de archipel werken. Zij hebben meestal een
contract met het gouvernement en het me
rendeel is op het platteland geplaatst. Zo
i~: het feit. dat een functionaris van de me
dische faculteit in Medan enige tijd gele
den naar Parijs is vertrokken voor het aan
trekken van hoogleraren uit de Franse
hoofdstad, hetgeen, gezien de taaimoeilijk
heid, hier als een zeer bijzondere poging
werd beschouwd.
Jft?
zëe s
ADVERTENTIE
ij
iföSrr;
aanvang 9 uur aanvang 1 uur
Tante Liezebertha was nu alweer 'n heleboel opgeknapt. En omdat het lekker voor
jaarsweer was geworden, mocht ze nu buiten ook.
Dat vonden de jongens prettig, en zij zelf natuurlijk ook. Met de jongens ging ze nu
vaak een eindje wandelen door de stad, en dan keken ze winkels.
„Fijn is dat!", lachte tante Liezebertha. „Ik ben er nou zo'n tijd niet uit geweest!"
De jongens waren blij, dat tante Liezebertha nu weer zover hersteld was, en ze
gingen wat graag mee de straat op. Zo'n wandeling in het zonnetje was goed voor i
haar, nu ze zolang binnen was geweest.
Ja, het voorjaar was nu toch werkelijk goed begonnen. Overal zag je de knoppen
uitkomen en het zonnetje gaf al flink wat warmte. Oom Tripje was ook in zijn schik,
als hij naar die knoppen keek, waaruit straks het jonge groen zou komen.
„Er gaat toch maar niets boven de lente!", zei hij. „De winter kan wel gezellig zijn,
maar ik houd meer van het voorjaar!"
BONN (ANP) In Hechingen aan de
voet van de oude rotsburcht der Hohen-
zollerns heeft de rechtbank zes jaar ge
vangenisstraf toebedeeld aan een man, die
beweert uit afkeer van „Herrenmenschen"
Duitslands beruchtste kasteelkraker te zijn
geworden. Twintig van zijn achtenveertig
levensjaren heeft Paul Falk wegens die
hebbelijkheid al achter de tralies gezeten
en in de resterende tijd heeft hij nog kans
gezien zich te buiten te gaan aan bigamie,
vervalsing van oorkonden, bedrog, pas
poortenvervalsing en valse munterij.
Falk begon zijn carrière als circus
jongen in zijn geboorteland Pommern, het
land der „Herrenmenschen". Daar oefende
hij zich tegen de muren der Junkerkaste
len en op het goud. zilver en diamant, dat
zij moesten beschermen. Hij had ook een
voorliefde voor de boekerijen der jonkers
en uit de gestolen boeken deed hij vol
doende beschaving op om zich te ontwik
kelen tot een van Duitslands meest ge
ziene „gentleman-boeven".
Hij trad daarbij beurtelings op als graaf
Ciryll von Kassloff, als Paulo Delmonte.
plantagebezitter uit Brazilië, als Charly
Roth, filmster uit Hollywood, als de ar
tist Henri Blümenfeld en als José Pedro
Klinge, vice-consul van Paraguay.
Als Delmonte werd hij in 1949 huis
vriend van de gravin Zu Erbach und
Fiirstenuu, die hem op haar jachtslot in
het Odenwald als een afgod vereerde en
terloops geprobeerd had* hem in een paar
„compensatie transacties" te verwikkelen.
Daarvoor laat een Braziliaans plantage-
bezitter zich echter niet vinden en zo
beperkte „Delmonte" zich ertoe met een
oerlonknus Her gravin over het hoofd bin
nen te sluipen en sieraden ter waarde van
dc-t''?duizend mark mee te nemen.
Bii een overval in het slot „Goldensee"
en later op kasteel „Höhnbuchau" bij
Wiesbaden ging het minder „gentleman
like" toe Daar hield Falk zijn gastheren
een revolver voor. Op een kasteel bij
Aschaffenburg liet hij zich ais vice-consul
van Paraguay vieren en door een paar
huurling-inbrekers veel loos alarm slaan,
teneinde van de consternatie gebruik te
maken om de juwelenkist mee te nemen.
Helemaal alleen was hij echter, toen hij
aa maandenlange voorbereiding touw
ladders aan elkaar knoopte en daarmee de
burcht der Hohenzollernfamilie te lijf
ging. Hij haalde de schatkamer der kei
zerlijke familie leeg tot zijn touwladders
welhaast bezweken onder het gewicht aan
familiestukken, vele briljanten, robijnen
en smaragd, aan gouden tafelgerei en wat
hij verder mee kon nemena Daarbij wa
ren ook een maarschalkstaf en de zes gou
den tabaksdozen van Frederik de Grote
van Pruisen, waarom de talloze vereerders
van de „grote Frits" getreurd hebben.
Want Falk wist met deze nationale heilig
dommen niets beters te doen dan ze in
een autogarage in Wiesbaden tezamen met
de bestekken met een lasapparaat om te
smelten tot vier staven van een kilogram
goud. Die bracht hij aan de man voor
twaalfduizend mark bij een Pool en een
vluchteling uit de Oekraine. Zijn Pom-
merse aard had hij daarbij, zoals hij voor
de rechter zeide, toch niet verraden. De
Pruisische koningskroon had hij name
lijk laten staan, alhoewel „zijn vingers
jeukten". „Daar Pruisen nu verscheurd
is en ik me toch nog als echte Pruis voel,
heb ik deze kroon, die vele mensen als
een heiligdom vereren, niet willen ver
nielen en versjacheren", aldus Falk. Na dat
nationale gebaar deed de rechter drie
jaren af van de eis, die het openbaar mi
nisterie gesteld had.
53)
Met enige moeite vermande hij zich en
mevrouw Dean schrok van de hardheid
van zijn stem, toen hij zei' „Jonathan, ik
moet dit snel in orde maken. Je wilt wel
voor dat millioen binnen een week zorgen?
Je kunt voor me verkopen...." En snel
noemde hij diverse fondsen.
Zijn harde zakelijke houding scheen
Arden houvast te geven. Gedurende de
eerstvolgende ogenblikken bespraken de
twee mannen allerlei financiële details.
Hierna richtte Randal zich tot mevrouw
Dean, die nog steeds haar gezicht in haar
handen verborgen hield en volkomen ge
broken scheen te zijn. „Jij moet je met
Monica bezig houden", zei hij. ,,'t Is wer
kelijk ontzettend' Stel je voor dat dat arme
kind iets ernstigs is overkomen. Haar
vader zal 't me nooit vergeven! Nooit..!
Ik zal één van Pringle's mensen onmiddel
lijk naar Rouaan sturen. Jonathan, wil jij
dat voor me in orde maken? Hij moet on
middellijk vertrekken! Vertel hem alles
wat je weet. Je kunt de telefoon in mijn
slaapkamer gebruiken".
„Ik zal er voor zorgen" antwoordde
Arden. Hij scheen blij te zijn iets te kun
nen doen. Randal wendde zich weer tot
mevrouw Dean. „Je kent juffrouw Brent's
familie, nietwaar?" vroeg hij.
„Ik weet wie 't zijn" antwoordde Laura,
„Ik heb hen nooit ontmoet, Jonathan kent
hen".
„Ik heb 't gevoel dat ik me met hen in
verbinding moet stellen", ging Randal
voort, ,,'t Lijkt me goed voor het geval
dat.Wat zou je er van zeggen als jij
hen eens opbelde vooropgesteld dat ze
telefonisch aangesloten zijn en Monica
te spreken vraagt, voorgevend dat je ver
wachtte haar daar te zullen vinden. Als
ze de hemel moge 't verhoeden niet
terug zou komen, dan hebben we al con
tact met haar familie. We kunnen nader
hand nog eens opbellen, als ze er niet is,
en het eventuele slechte nieuws behoeft
dan niet als zo'n schok te komenBe
grijp je wat ik bedoel, Laura.ik moet
aan deze kant van de zaak denken".
Mevrouw Dean scheen zich enigszins te
herstellen. „Je bent fantastisch, Faraday",
zei ze. „Zelfs op een moment als dit denk
je nog aan anderen! Ik zal opbellen, Jona
than zal wel weten, of ze telefoon hebben.
Zo niet, dan zal ik er zelf heengaan".
„Goedzo", antwoordde Randal. „Je
neemt een zware last van mijn schouders,
als jij die kant van de zaak voor je reke
ning wilt nemen. O, lieve hemel, soms
lijkt 't alsof we nooit uit de ellende zullen
raken. Eerst Bobby., en nu dat meisje.,!
Laura trachtte woorden van troost te
spreken en toen Arden het vertrek weer
binnenkwam legde ze hem Randal's plan
met haast overdreven uitvoerigheid uit.
Arden had echter niet erg veel belang
stelling en scheen er niet veel voor te
voelen. Hij maakte zich zorgen over Pring
le's mededeling, dat er waarschijnlijk geen
tijd genoeg zou zijn om de boottrein nog
te halen.
„Laat ze dan vliegen" riep Randal boos
uit. „Begrijpen die mensen dan niet, dat
iedere minuut telt?"
Enige ogenblikken later bleek mevrouw
Dean Monica's ouderlijk huis in Forden
ham opgespoord te hebben. Plet telefoon
nummer was 27. En na enig wachten
kwam het interlocale gesprek door. Laura
was tactvol. Aan de andere kant van de
lijn trad Admiraal Brent even tactvol op.
Maar Laura Dean kon niet weten dat Mo
nica naast haar vader stond. Monica die
een uur geleden zelf met Randal had ge
sproken en mevrouw Dean's telefoontje
verwachtte.
HOOFDSTUK 18.
Het was Jim's idee, dat ze elkaar die
avond laat in Holmarket zouden treffen.
Holmarket was een vrij grote provincie
plaats en een spoorwegkruispunt ongeveer
20 km. van Oringham verwijderd.
„We zullen daar volkomen veilig zijn'",
zei hij, „en van daar uit kunnen we mor
gen op verkenning uitgaan. Het lijkt me
ook een goede plaats voor Monica om
haar tenten op te slaan. Ik ga vooruit in
de Fowler en zal kamers bespreken in
het grootste hotel ter plaatse en jij volgt
in de Roman - deze zal inmiddels wel bij
de garage afgeleverd zijn - en onderweg
pik je de jongedame op". Hij glimlachte
even. „Niet zo gek, vind je wel, om het
drama met dezelfde wagen te beeindigen
als waarmee 't begon".
„Ik hoop dat het werkelijk het einde
zal worden" zei Matt voorzichtig.
Tezamen verlieten ze Londen, maar al
heel spoedig verdween Jim's Fowler, toen
ze op de buitenwegen kwamen, uit het
gezicht. Hij reed véél sneller dan de Ro
man, hoewel Matt ook behoorlijk gas gaf.
Matt reed langs de hoofdweg en het was
op dat uur van de avond niet druk meer.
Ongeveer een kilometer of 20 van Moni
ca's huis verwijderd, belde hij 't meisje
op. Randal had hem aangeraden dit te
doen, voor het geval er na zijn gesprek
met mevrouw Dean nog iets gebeurd mocht
zijn
Een zware, maar beleefde, mannenstem
antwoordde: „Mijn dochter is niet thuis.
Ze is al enige tijd geleden weggegaan. Met
wie spreek ik?"
Matt noemde zijn naam. Hij was zéér
verbaasd en begon uitleg te geven.
De Admiraal onderbrak hem echter. „O,
dat is allemaal in orde. Ik verwachtte
Uw telefoontje. Ze wacht op U in restau
rant „Old George" in Woodgrave, dat ligt
op Uw route. Dat leek meneer Randal
beter".
Een kwartier later vond Matt het meisje
daar. Ze hadden elkaar heel veel te ver
tellen en gedurende de verdere tocht
praatten ze aan een stuk door. Pas toen
ze vlak bij Holmarket waren, merkte Mo
nica opeens op: „Dit is een andere wagen
dan waarin je laatst reed".
Matt lachte. „Toch heb je hier al eerder
in gereden", antwoordde hij Met een
schok drong t tot haar door, wat hij be
doelde en ze huiverde. Maar even latei-
lachte ze alweer „Matt, zou 't niet fan
tastisch zijn, ais we Beverley in deze auto
mee terug konden nemen!" riep ze uit.
„Als we een beetje geluk hebben, zaJ
dat gebeuren", zei hij ernstig.
Ze troffen Woodstone in het „Fleece"
hotel, een groot oud huis van rode bak
steen aan. Trinity Square, tegenover Hol-
market's oude kerk. Jim was gematigd op
timist. Hij had al enig stafwerk gedaan,
naar hij zei en hij meende dat ze het
„Fleece" hotel tot hun hoofdkwartier
moesten maken.
„Ik heb derhalve ook een zitkamer voor
ons drieën genomen", legde hij uit. „Dat
leek me nuttig. Monica kan 't zich daar
gemakkellijk maken en ze kan zich daar
terugtrekken, voor 't geval dat nodig mocht
blijken".
Nadat Matt haastig iets gegeten had,
begaven ze zich naar dit vertrek, waar een
grote tafel al vol lag met Jim's kaarten en
papieren.
Woodstone legde zijn plannen uit. Hij
wees daarbij op een kaart voor het dis
trict Oringham. Drie namen had hij met
rood potlood aangestreept. Matt bestu
deerde deze aandachtig. „Dit zijn de eerste
drie mogelijkheden, in verband met die
aanwijzing.... house", zei Jim. „White-
house Cottage, High House Farm en Mill-
house. Ze liggen binnen een 4 km.-straal
van Oringham. Jij en ik gaan die plaat
sen morgen eens nader bekijken, Matt!"
Tot lang na middernacht bleven ze pra
ten en plannen maken, allerlei veronder
stellingen uitend. Monica had hen alleen
gelaten. Ze was erg moe geweest en had
zich tijdig teruggetrokken En toen Matt
en Jim de volgende morgen vroeg het
hotel verlieten, om naar Oringham te gaan,
was ze ook nog niet wakker.
Jim had voorgesteld, dat ze de Roman
zouden nemen, want het was de bedoeling,
dat Matt naar de Anderson Garage zou
rijden, daar de auto zou stallen en zich in
het plunLje zou gaan oriëteren, terwijl
hij Jim de drie huizen-onder-ver-
dcnking nader zou gaan bekijken.
Naderhand, als ze elkaar weer ontmoet
ten, zou hij daarover verslag uitbrengen.
Het was veiliger, dat Jim dit deed. aange
zien Scott. wanneer deze in de buurt zou
zijn hèm niet kende. Woodstone hoopte,
dat men in de Anderson Garage de Roman
zou herkennen en in verband daarmee het
verhaal over het verloren horloge zou ver
tellen. Het zou voor Matt dan niet moeilijk
zijn om naar aanleiding hiervan enkele'
vragen te stellen over de man, die in de
Roman had gereden.
(Wordt vervolgd)