O.M. geeft toe: als men moord niet
bewezen acht, moet vrijspraak volgen
TRAFFIC
luidt een nieuw tijdperk in!
Nieuwe B.W. moet geheel door
déze Kamer behandeld worden
Procureur-generaal ziet geen tussenweg
Jee HUKKtO vcfcteycu mij!
Boeganda vraagt koning
terug van Londen
Gisteren f 32.000-
op giro 5100
Washington handhaaft
zijn protest
Groep paranormaal-begaafden in
geneeskunde moeilijk af te bakenen
Rijkspolitie vond auto,
waarin bandiet vluchtte
Fa. B. ENGELENBERG
DONDERDAG 18 NOVEMBER 1954
HAARLEMS DAGBLAD
OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
7
De zaak tegen de Berkelse arts
Verontschuldiging voor tumult
Veertien spoorweg
beambten uit Zuid-Afrika
terug
Tweede nota aan Moskou over
vliegtuigincident bij Japan
De komst van TRAFFIC betekent een nieuw tijdperk voor-
iedere critische liefhebber van een echte, pure Virginia-sigaret,
Rook hem en;U zegt;
Minister Donker's hartewens:
De overval te Ravenstein
Auto veroorzaakte komisch
misverstand in Eindhoven
Van een verslaggever)
Met een door tranen verstikte stem heeft de Berkelse arts J. F. A. M. O. zich
gisteravond vopr de laatste maal tot zijn rechters gewend met een pathetische
smeekbede, waarin hij hen bezwoer aan zijn onschuld te willen geloven. Hoe u
ook over mij oordelen zult, voor mijn geweten weet ik mij schuldeloos en dat
is voor mij het enige dat erop aan komt. Ik vraag u dan ook geen genade, alstu
blieft geen genade; ik vraag alleen recht voor mij en mijn kinderen!"
Deze bewogen woorden vrijwel het enige blijk van ontroering dat de raad
selachtige dorpsdokter tijdens de gehele behandeling van zijn zaak te zien gat
- misten hun uitwerking niet. De publieke tribune antwoordde met bijvalsbetui
gingen en een forse kerel in een overall schreeuwde, overmand door emotie:
„Spreek hem vrij!"
Ook nadat de zaal ontruimd was bleef i
het nog lange tijd rumoerig op het plein
voor het gerechtsgebouw waar grote groe
pen nieuwsgierigen opgewonden discus
sieerden over deze dramatische climax
van de laatste zittingsdag. Maar niet al
leen het lekenpubliek, ook vele ingewijden
moeten onvoldaan en met twijfel in het
hart de rechtszaal verlaten hebben, want
in deze ingewikkelde zaak zijn ondanks de
uitputtende behandeling vele vragen open
gebleven. Zovele zelfs dat de procureur-
generaal in zijn repliek op een gegeven
ogenblik moest toegeven: „Hier is sprake
van moord of het bewijs van enig straf
baar feit is hier niet te leveren."
Mr. Huygens pleidooi
Na de middagpauze hervatte de ver
dediger mr. Huygens zijn pleidooi met te
wijzen op de zijns inziens absurde theorie
dat de verdachte zijn vrouw met voor
bedachte rade vermoord zou hebben door
in de befaamde tweede kininepoeder cy
aankali te vermengen. Hij gaf haar die
poeder twee uur voor haar dood in aan
wezigheid van zijn moeder, zijn schoon
moeder en het dienstmeisje en hij wist
dat cyaankali geacht wordt ogenblikke
lijk vergiftigingsverschijnselen te veroor
zaken. Zou hij dan als men premeditatie
aanneemt, niet een veel beter middel en
een veel gunstiger tijdstip zonder lastige
getuigen hebben gekozen?
Op grond van deze en andere argumen
ten kwam de verdediger tot de conclusie
dat O. alleen in een „affect" (plotselinge
emotionele opwelling) aldus had kunnen
handelen, ergo: dat hem geen voorbe
dachte rade, maar ten hoogste doodslag
aangewreven zou kunnen worden. „Maar
naar mijn eerlijke overtuiging is ook dood
slag niet houdbaar", zo vervolgde mr.
Huygens omdat er geen bewijs is geleverd
voor zulk een „affect". Ook betoogde de
raadsman dat wetenschappelijk niet on
omstotelijk is komen vast te staan dat het
blauwzuur uit de cyaankali de oorzaak
van mevrouw O.'s overlijden geweest is.
De getuige (jr. Nelemans heeft b.v. in zijn
rapport gezegd dat men onder bepaalde
omstandigheden spontaan van een cyaan-
vergiftiging herstellen kan en vast sthat
dat mevrouw O. een half uur na de twee
de kininepoeder tekenen van zulk een
herstel vertoonde, waarna O. met de be
ruchte morfine-injectie dan onwillens en
onwetens haar dood veroorzaakt zou heb
ben.
Ook de affaire van het vergift in de
tonicum flessen paste volgens mr. Huygens
alleen in de doodslag-hypothese. Want als
O. dit in koelen bloede gedaan had, zou
hij stellig ook met het tonicum voor zijn
patiënte L. dat geen cyaan bleek te
bevatten geknoeid hebben.
„De beweerde wanorde in O.'s apotheek
moeten wij aannemen op gezag van zijn
ex-assistente mej. M., maar, dat verhaal
kan wel weer een van haar beruchte grap
pen geweest, zijn", beweerde mr. Huygens.
Komende tot de zelfmoord-theorie zei
de verdediger onder meer dat suicide van
mevrouw O. in aanwezigheid van haar
moeder, gelijk de procureur betoogd had,
inderdaad zeer onwaarschijnlijk te achten
was, maar hij vond het minstens even on
gerijmd dat O. onder die omstandigheden
moord op zijn vrouw gepleegd zou hebben.
Tegenover de stelling van een der psy
chiaters, dat mevrouw O. weinig voor
bestemd leek of neiging had om suicide te
plegen, stelde mr. Huygens het statistisch
vastgestelde feit dat van elke 50 vrouwen j
omtrent de 30 jaar, die in ons land over-
lijden, er een sterft door eigen hand en j
dat dit veelal juist vrouwen zijn bij wie i
men nimmer zelfmoordneigingen bespeurd
ADVERTENTIE
BARTELiORISSTR. HAARLEM TEL 13439
FERD. BOLSTR. 48 A DAM TEL 717162
DUFFEl MONTY COATS
KAMPALA (Reuter) Het parlement
(Loekiko) van Boeganda heeft opnieuw
zijn trouw betuigd aan de verbannen Kaba-
ka (koning) Moetesa II, die uit Londen
naar zijn land zal mogen terugkeren als
door Groot-Brittannië voorgestelde grond
wetswijzigingen worden aanvaard. Het par
lement besloot tevens zijn verontschuldigin
gen aan te bieden aan de gouverneur van
Oeganda, Sir Andrew Cohen, voor de
stormachtige incidenten, die Dinsdag een
rede van de gouverneur over de toekomst
van de Kabaka onverstaanbaar maakten.
Woedende stamleden, die zijn verklaring
niet hadden begrepen, gooiden met stenen
naar auto's van blanken en trachtten auto's
van de politie omver te werpen. Later op
de dag keerde de rust weer. Het parlement
is tot over veertien dagen uiteen gegaan
om de leden gelegenheid te geven de Britse
voorstellen te bestuderen. De Britten heb
ben het parlement de keus gelaten tussen
het kiezen van een nieuwe Kabaka of te
rugkeer van Moetesa II. De geëiste grond
wetsherzieningen zullen bepalen, dat Boe
ganda een integrerend deel van het protec
toraat Oeganda zal blijven en dat de keuze
van een Kabaka door de Britse regering
goedgekeurd moet worden.
heeft. „En wat had het leven mevrouw O.
nog te bieden", vroeg mr. Huygens zich af:
„Zij wist dat zij aan „iets in de hersenen"
leed, dat haar huwelijk mislukt en haar
man haar ontrouw was. Is het zo onmoge
lijk dat dit rampzalige wezen de hand aan
zichzelf sloeg? Misschien was zij toch een
zelfmoordtype; laat het hof dat onderzoe
ken nu dr. Hoelen ons verteld heeft, dat
een „psychiatrisch portret" van mevrouw
O. ook post mortem nog mogelijk is; het
gaat immers niet alleen om het leven van
de verdachte, maar ook om de toekomst
van zijn kinderen."
Mr. Huygens wees voorts nogmaals op
de afwezigheid van een motief tot moord
en vroeg tenslotte vernietiging van het,
rechtbankvonnis, eventueel hernieuwde
instructie, „maar bovenal vrijspraak voor
mijn cliënt".
Nogmaals de sectie
De tweede verdediger, mr. Van 't Hoff
Stolk, wees opnieuw op de zijns inziens
onbevredigende toestand dat de laatst be
handelende geneesheer niet, volgens het
befaamde K.B. van 1818, bij de lijkschou
wing aanwezig geweest is. „De procureur
zegt nu wel, dat dit K.B. achterhaald is
door de Begrafeniswet, maar daarin ver
gist hij zich. De consequentie was dat wij
geen contra expertise meer konden toe
passen op het lichaam van mevrouw O. en
daarmee is potentieel beroepsmateriaal
voor O.'s onschuld aan ons onttrokken
anders kan men het niet zien", zo betoog
de hij. „De toedracht van de zaak zoals
het O.M. ons die wil doen geloven is zo
onaannemelijk dat men dit alles wan
neer het een filmscenario was kitsch
zou noemen", meende mr. Van 't Hoff
Stolk, die voorts critiek had op de ver
klaringen van de getuige-deskundige prof.
Carp. „Deze psychiater is maar heel lang
zaam tot de conclusie gekomen die voor
zijn wetenschappelijk geweten verant
woord is. Na vele frontveranderingen acht
hij O. nu verminderd toerekeningsvat
baar en zelfs dichter bij ontoerekenbaar,
maar het O.M. bevalt deze mening niet en
dus houdt de procureur-generaal maar
vast aan prof. Carps eerste verklaring van
volledige toerekeningsvatbaarheid. De psy
chiater Hoelen deelt die mening maar zegt
erbij: als O. de moord pleegde kan hij het
in een affect gedaan hebben.
Mr. Van 't Hoff Stolk pleitte tenslotte
vrijspraak, subsidiair dat het hof aandacht
zal besteden aan de tegenstrijdige verkla
ringen der beide psychiaters en zo nodig
een derde zal aanvaarden voor een nader
onderzoek, als hoedanig hij prof. Bahn,
psychiater in Utrecht, voorstelde.
Geen tussenweg
In zijn repliek zei de procureur-generaal
dat de Britse medicus-jurist dr. Purchase
niet uit financiële overwegingen als ge
tuige-deskundige geweigerd was, maar
omdat deskundigen die niet bij het onder
zoek betrokken zijn geweest, in het alge
meen weinig tot de voorlichting van het
hof in een specifiek geval kunnen bij
dragen. Met de vooringenomenheid van
sommige getuigen a charge had hij reke
ning gehouden, evenalsv met het feit, dat
de verdediging op mogelijke lacunes in
het onderzoek gewezen had. Als het hof
daartoe behoefte gevoelde zou het stellig
een derde psychiater raadplegen.
„Er blijven inderdaad verschillende
vraagtekens in deze zaak", erkende de
Verkeerd ingelichtV
Veertien van de vijftien Nederlandse
spoorwegbeambten, die op 28 October te
Congella, Durban, het werk neerlegden,
keren vandaag met de „Waterman" uit
Zuid-Afrika naar ons land terug. Zij re
patriëren op kosten van de Zuid-Afrikaan
se spoorwegen, aldus een bericht van „Sa-
pa" uit Durban. Zij zouden het werk heb
ben neergelegd, omdat volgens hen, belof
ten, die in ons land bij het tekenen van het
contract werden gedaan, niet werden ver
vuld. Door het commissariaat voor de emi
gratie werd ons deze repatriëring, waar
voor door de Zuid-Afrikaanse spoorwegen
de kosten worden gedragen, bevestigd.
Hierbij kan worden opgemerkt, dat de
Zuid-Afrikaanse spoorwegmissie naar ons
land kwam teneinde Nederlandse krachten
voor de Zuid-Afrikaanse spoorwegen te
werven, hetgeen er reeds toe leidde, dat 140
Nederlandse jongelui naar Zuid-Afrika
emigreerden. Met betrekking tot een groep
van 15 Nederlanders te Durban zijn er ge
schillen gerezen met de Zuid-Afrikaanse
spoorwegen. Deze groep blijkt zich bij de
door de spoorwegmissie gegeven inlichtin
gen een ander beeld te hebben gevormd
van het werk bij de spoorwegen en de om
standigheden in Zuid-Afrika, dan zij er
aantroffen. Een en ander heeft geleid tot
ontevredenheid, tot de weigering de voor
geschoten gelden te restitueren en ten
slotte tot staking der contractanten. De
Zuid-Afrikaanse spoorwegen zijn van me
ning, dat bij deze emigratie zekere misver
standen hebben kunnen ontstaan. Het feit,
dat zij ook de kosten van repatriëring voor
hun rekening hebben genomen, zou er op
wijzen, dat zij zich bewust zijn van het feit,
dat bij de selectie en het verschaffen van
inlichtingen door de selectie-commissie van
de Zuid-Afrikaanse spoorwegen, andere
maatstaven hadden moeten worden aange
legd.
procureur-generaal, „en dat geeft mij
aanleiding tot de ietwat gewaagde uit
spraak: hier is sprake van moord of
men moet O. vrijspreken wegens ge
brek aan bewijs, een tussenweg zie ik
niet."
Ik kan echter niet geloven aan zelf
moord van mevrouw O. noch aan een na
tuurlijke dood en daarom persisteer ik bij
mijn eis van levenslange gevangenisstraf.
Na dupliek van mr. Huygens die nog
eens zijn spijt uitsprak over de weigering
om de „super-deskundige" dr. Purchase te
horen, was het laatste woord aan de ver
dachte, die zoals wij hierboven vermeld
den nog eens met klem zijn onschuld be
tuigde en voorts met veel nadruk de des
kundigheid betwistte van dr. Hulst, waar
deze blauwzuur als de oorzaak van me
vrouw O.'s overlijden had opgegeven. Naar
O.'s mening had dr. Hulst die conclusie
aan een arts-toxicoloog moeten overlaten;
uit de mond van een patholoog-anatoom
was zij voor de verdachte onaanvaardbaar.
„Als u de lezing der getuigen over de toe
dracht van de dood van mijn vrouw uit
mijn mond vernomen zou hebben, mijn
heer de president, dan was uw reactie
waarschijnlijk geweest: „Die man vertelt
sprookjes: zoiets kan niet waar zijn." Ik
bezweer u daarom: hecht er geen geloof
aan. Nogmaals: voor mijn gevoel ben ik
onschuldig."
Het Haagse hof zal 1 December arrest
wijzen.
(In ons verslag van gisteren luidde een
zinsnede (in het pleidooi van mr. Huy
gens): „Dr. Hulst duldde geen ander stand
punt, hetgeen gebleken is uit zijn deni
grerende uitlatingen over de pharmaco-
logen dr. Van D. en prof. M.". Deze beide
heren zijn echter geen pharmacologen
maar pathologen; onze fout was het ge
volg van een misverstaan woord tijdens
het telefonisch doorgeven van het verslag
in kwestie. - Red.)
Op girorekening 5100 van het Comité
Vluchtelingenhulp 1954 Den Haag is gis
teren 32.000 gestort. Totaal is nu bij het
Comité ontvangen 1.374.000,
De Hoge Commissaris van de UNO voor
vluchtelingen, mr. G. J. van Heuven Goed
hart, heeft gisteravond in het groot audi
torium van de Utrechtse universiteit ge
sproken over het vluchtelingenprobleem.
Hij zei dat er op het ogenblik twee miiiioen
politieke vluchtelingen zijn die onder het
mandaat van de Hoge Commissaris ressor
teren. Van hen lijdt ongeveer een half mii
iioen een buitengewoon onzeker bestaan.
Mr. Van Heuven Goedhart sprak zijn
waardering uit voor de houding van de
Nederlandse regering en vooral cok van
het Nedex-landse volk die een zeer goed
voorbeeld geven aan de andere landen van
de UNO. Hetzij met een glimlach, hetzij
met verholen ergernis zullen zij nu dit
voorbeeld dienen te volgen, aldus de Hoge
Commissaris.
Hij noemde drie mogelijkheden om het
vluchtelingenprobleem tot een oplossing te
brengen: repatriëring, emigratie en inte
gratie. Uiteraard komt repatriëring niet in
aanmerking. Emigratie blijkt uiterst moei
lijk, omdat alleen gezonde personen hier
voor in aanmerking kunnen komen, waai-
d.oor veelal de gezinnen uit elkaar zouden
worden gerukt. Ook voor goedgekeurde
personen wordt emigratie steeds moei
lijker. De ontvangende landen zijn uit
economische overwegingen genoodzaakt
ook met geschikte leeftijden rekening te
houden. Mr. Van Heuven Goedhart ver
wachtte, dat in de komende jaren totaal
slechts 50.000 personen zullen kunnen emi
greren. Er blijft nog over sociale en eco
nomische integratie. Dat is de weg die
hoofdzakelijk nog kan worden gevolgd.
Deze integratie betekent sociaal economi
sche inpassing in de toestanden in de lan
den waar de vluchtelingen verblijven.
Tijdens zijn laatste verblijf in New York
heeft de Hoge Commissaris toestemming
van de UNO gekregen bij de gouvermen-
tele, intergouvermentele en particuliere
instellingen „te gaan bedelen", zoals hij
het uitdrukte.
Begin 1955 zal mr. Van Heuven Goed
hart voor dat doel een wereldreis maken.
WASHINGTON Reuter/A.F.P.) De
Verenigde Staten hebben een tweede nota
aan de Sovjet-Unie laten overhandigen
naar aanleiding van het vliegtuigincident
in de nabijheid van Noord-Japan. De Ver
enigde Staten waarschuwen de Sovjet-
Unie, dat zij hun vliegtuigen „de nodige
defensieve bescherming zullen verschaf
fen", indien de Sovjet-Unie niet „herha
ling van dergelijke incidenten voorkomt".
De volledige verantwoordelijkheid voor
alle eventuele gevolgen zal op de Sovjet
regering neerkomen, aldus de Amerikaan
se nota, waarin verder de Sovjet beschul
diging, dat het neergeschoten Superfort
het Sovjet-luchtruim zou hebben geschon
den, wordt tegengesproken. Ook wordt
ontkend, dat het Amerikaanse toestel zou
hebben geschoten, laat staan het vuur op
de beide Sovjet-Migs zou hebben geopend.
Het incident vormt een onderdeel van een
„lange reeks onuitgelokte Sovjet-aanvallen
op Amerikaanse vliegtuigen, die vreedzame
opdrachten uitvoerden". Er wordt aan her
innerd, dat de. Sovjet-regering nog niet
heeft geantwoord op een Amerikaanse
nota van 25 September, waarin geprotes
teerd werd tegen het neerschieten van een
andere Amerikaanse B-29, in ongeveer het
zelfde gebied en onder vrijwel gelijke om
standigheden.
De Verenigde Staten steunen de Japanse
regering in haar aanspraken op de Habo-
mai-archipel, vlak ten Noorden van het
eiland Hokkaido, die de Russen bezet hou
den.
Tenslotte laat de Amerikaanse regering
weten, dat zij zich het recht voorbehoudt
van de Sovjet-Unie schadevergoeding te
vragen voor het verlies aan mensenlevens
en materiaal tengevolge van het incident
op 7 November.
ADVERTENTIE
.TRAFFIC
Minister Donker toont zich in zijn He-
morie van Antwoord op het Voorlopig
Verslag der Tweede Kamer zeer dankbaar
voor de verklaring van vele leden, die het
als een erezaak tegenover de nagedachtenis
van prof. Meijers zouden beschouwen om
de thans ingediende en de nog volgende
regeringsontwerpen nog in deze parlemen
taire periode de openbare behandeling in
de Tweede Kamer te laten doorlopen. Naar
zijn oordeel moet het streven blijven, dat
dezelfde Kamer, die, door de behandeling
van de vraagpunten en door de vaststelling
van conclusies daarop, een aantal beteke
nisvolle hoofdlijnen heeft getrokken, ook
het geheel, dat op die hoofdlijnen is ge
baseerd, ten einde behandelt.
Hij houdt daarom voortdurend het oog
op de afwerking van de nog onvoltooide
boeken en hij zal ook overigens al het mo
gelijke doen, opdat de wetsontwerpen voor
het overblijvende gedeelte zo spoedig mo
gelijk worden ingediend. Hij doet op de
Kamer een dringend beroep om er aan te
willen medewerken, dat zo veel mogelijk
in deze parlementaire periode het nieuwe
wetboek door de Kamer wordt afgehan
deld.
Toegegeven zij, dat een overhaaste werk
wijze geen waarborgen biedt voor een ge
degen behandeling. Doch met een te lang
zame werkwijze is dat evenmin het geval.
Spoed kan met degelijkheid gepaard gaan.
Om dit te bereiken zal inspanning nodig
zijn. De regering en de heren Drion, Eg-
gens en De Jong leggen er zich op toe dis
congruentie tussen onderdelen te voor
komen. Wanneer het nodig mocht blijken
uit hoofde van verband van de zaken op
een bepaald punt later nog een correctie
aan te brengen, zal daartoe bovendien de
gelegenheid bestaan. Het gaat hier immers
niet om wetten, die kort na de afkondiging
in werking treden. Zij zullen integendeel
een vrij omvangrijke invoeringswetgeving
vereisen.
Aangezien de geldende voorschriften be
treffende de uitoefening van de genees
kunst geen bijzondere bepalingen ten aan
zien van zogenaamde paranormaal begaaf
de personen bevatten, dienen deze per
sonen in het algemeen strafrechtelijk te
worden vervolgd, indien zij beroepsmatig
geneeskundige hulp verlenen zonder de
hoedanigheid van arts te bezitten. Het
overwegen van de vraag of, en zo ja, in
hoeverre, het gewenst is voor deze cate
gorie personen bijzondere bepalingen vast
te stellen, ligt in de eerste plaats op de
weg van de minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid, die overigens omtrent de
kwestie van de strafbaarstelling van het
uitoefenen van geneeskunst door onbevoeg
den onlangs contact met de minister van
Justitie heeft gezocht. Het betreft hier een
ingewikkeld vraagstuk, alleen reeds om
dat het uiterst moeilijk is een objectief
criterium voor de afbakening van de hier
bedoelde categorie te vindén.
Indien men aan een bepaalde groep van
leken in beginsel zou willen toestaan van
het verlenen van geneeskundige hulp hun
beroep te maken, rijst bovendien de vraag
op welke wijze kan worden voorkomen dat
patiënten, die in elk geval op de hulp van
een medicus behoren aangewezen te blij
ven, van deze laatste hulp verstoken
blijven, met alle gevaren daaraan verbon
den. Nu nog niet kan worden overzien of
een nadere wettelijke regeling mogelijk en
wenselijk is en nog minder welke de in
houd van eer, dergelijke regeling zou moe
ten zijn, kunnen de geldende voorschriften
uiteraard niet buiten toepassing gelaten
worden.
Naar aanleiding van de wederom uitge
sproken wens van enkele leden, strekken
de tot de indiening van een wettelijke
voorziening, waarbij de mogelijkheid van
hoger beroep wordt geschapen ten behoeve
van hen, op wier verzoek ingevolge de
wet van 13 October 1950 afwijzend werd
beschikt of aan wie een tegemoetkoming
werd verleend, die niet in een billijke ver
houding tot de door hen geleden schade
zou staan, merkt de minister op, dat hij
zijn afwijzend standpunt onverminderd
moet handhaven.
Naar aanleiding van het verzoek van
vele leden om overlegging aan de Kamer
van nadere gegevens omtrent het aantal
politieke delinquenten, dat zich thans nog
in gevangenschap bevindt, heeft de mi
nister aan de onderscheidene directies van
strafgestichten opgave verzocht van alle
gedetineerde politieke veroordeelden. Uit
deze opgave blijkt, dat thans nog gedeti
neerd zijn 464 politieke delinquenten.
Meer kantonrechters
In verband met de vermeerdering
der werkzaamheden blijkt het nodig
het aantal leden van de zittende magi
stratuur enigermate uit te breiden.
Het ligt in het voornemen bij de kan
tongerechten te Den Haag, Haarlem,
Heerlen, Tilburg,Hilversum, Groningen
nog een kantonrechter te benoemen,
terwijl te Boxmeer, waar de waar
neming van de werkzaamheden van
de kantonrechter tthans is opge
dragen aan de kantonrechter te Hel
mond, wederom een kantonrechter zal
wórden benoemd.
Gevallen, waarin een vrijheidsstraf
wordt opgelegd van kortere duur dan de
reeds ondergane voorlopige hechtenis,
zijn ook bij het zorgvuldigste beleid niet
geheel te voorkomen, evenmin trouwens
als die, waarin een verdachte, die preven
tief gedetineerd is geweest, tenslotte wordt
vrijgesproken of ontslagen van rechtsver
volging. Er kunnen immers tijdens of kort
voor het onderzoek ter terechtzitting fei
ten of omstandigheden bekend worden
bijvoorbeeld door een voorlichtings- of
psychiatrisch rapport die een nieuw
licht op de zaak of de persoon van de ver
dachte werpen en aanleiding geven tot een
veel mildere beoordeling dan aanvankelijk
kon worden verwacht.
De minister beschikt niet over concrete
gegevens omtrent gevallen van lange
voortduring der voorlopige hechtenis na
de aanvang van het onderzoek ter terecht
zitting. Hii is intussen bereid terzake de
nodige inlichtingen in te winnen en daarna
aan de hand daarvan nader te bezien of
ook voor dit stadium van het geding een
wettelijke verplichting tot periodieke rech
terlijke controle op de duur van de voor
lopige hechtenis nodig is.
Het ligt in het voornemen van de minis
ter om behalve meer motorvoertuigen en
technisch materieel ook meer personeel
voor de uitoefening van de verkeerscon
trole beschikbaar te stellen. De mate,
waarin zulks zal geschieden, hangt uiter
aard mede af van het aantal candidaten,
waarmede het Korps Rijkspolitie jaarlijks
zal worden aangevuld.
De minister heeft niet de indruk, dat
vaak tegen personen, die verdacht worden
van kleine overtredingen, onjuist wordt
De politie in Udel-Schoot ten Zuiden
van Eindhoven heeft aan de Belgische
grens de donkergroene auto (Ford Sedan)
aangetroffen, waarin de nog onbekende
dader van de roofoverval op het postkan
toor te Ravenstein, er Maandagavond van
door ging.
Dinsdagavond werd de auto langs do
kant van een weg onbeheerd aangetroffen.
Men meende met een smokkelauto te deen
te hebben, die men dan ook vrij grondig
aan een onderzoek onderworpen blijkt te
hebben. Daar smokkelen in de grensstreek
een niet geheel vreemde bedrijvigheid is,
heeft men kennelijk uit solidariteit met de
vermeende smokkelaars de politie niet on
middellijk van de vondst op de hoogte ge
steld. De wagen, die gedeeltelijk van de
zachte berm af in de sloot was gereden,
was vrijwel onbeschadigd. De benzinetank
bleek leeg en de accu eveneens. Het con
tactsleuteltje ontbrak en er was een door
verbinding tot stand gebracht. De auto is
door een deskundige van de rijkspolitie
naar Den Bosch gebracht.
Toen de auto, waar het gehele politie
apparaat van Nederland de laatste
dagen scherp naar heeft uitgezien, door
Eindhoven reed, werd door de Eind-
hovense gemeentepolitie onkundig
van de identiteit van de bestuurder
een achtervolging ingezet. De politie
motorrijders wisten de auto met het
nummer M 48080 „klem te krijgen" in
de binnenstad. De legitimatie van de
deskundige moet voor de Eindhovense
politie wel een tegenvaller zijn geweest
na zo'n duidelijke demonstratie van
paraatheid.
Een andere bijzonderheid in de affaire-
Ravenstein is, dat bij de schuur, waarin
Maandagavond ongeveer op het tijdstip
van de overval bi-and uitbrak, een lege
benzinefles is aangetroffen. Het vermoeden
is derhalve gewettigd, dat die brand op
zettelijk werd veroorzaakt.
ADVERTENTIE
lloclstraat :!9 - llaarlcm - "I W. V.W!-
OFFICIËLE VERKOOP SIKKENS LAKKEN
opgetreden. Wanneer dit een enkele keer
geschiedt hetgeen wel niet steeds te
voorkomen zal zijn worden hiertegen
de nodige maatregelen genomen.
Grondwettige rechten
Voorzover door het onthouden van ver
gaderruimte bepaalde groepen der bevol
king hier en daar zouden worden belem
merd in het uitoefenen van hun grond
wettige rechten, acht de minister zulks
stellig een reden tot ongerustheid. In de
zaak betreffende een bijeenkomst van Ge-
tulgen van Jehova te Geleen, moet hij
zich voorshands van een oordeel onthou
den, aangezien deze zaak in hoger beroep
bij de arrondissements-rechtbank te Maas
tricht aanhangig is. Ten aanzien van an
dere gevallen beschikt hij niet over offi
ciële gegevens. Intussen komt het hem
voor, dat de politie in gevallen als hier
bedoeld, geen mogelijkheden ten dienste
staan. Zij kan in het algemeen slechts dan
interveniëren, indien door geweld of an
dere ordeverstoringen getracht wordt een
geoorloofde bijeenkomst te beletten of te
hinderen.