Een school blaast vrolijk de fluit Om weg te geven Fruit uit eigen tuin Steeds grotere levenskansen voor onze zuigelingen „Ik kan niet veel maar ik kan fluiten" Een nieuwe deken Recept voor stoofperen met rijstebrij Huishoudgids voor vrouwen WANDELING LANGS DE WINKELRAMEN DIT MAKEN WE ZELF ONZE TUIN- EN KAMERPLANTEN VRIJDAG 26 NOVEMBER 1954 II oor rouw ZOIETE RECEPTEN Als ik op Dinsdagmorgen de Buiten- rustschool voor moeilijk lerende kin deren te Haarlem binnenstap, klinken me al flarden vrolijke fluitmuziek in de oren. Even later sta ik in een der leslokalen, waar een kleine groep leer lingen vol animo op bamboefluit]es oefent. Zij moeten de eerste ogenblik ken aan me wennen, dan accepteren ze het onverwacht publiek en doen extra hun best mij een kinderliedje voor te pijpen. „Met elkaar is het natuurlijk veel moeilijker dan alleen", zegt de lerares van de Volksmuziekschool, die met een collega hier elke Dinsdag les geeft. „We kunnen het ook tweestem mig. Zo leren ze rekening te houden met elkaar; een goede oefening om ze klaar te maken voor het leven'. AAN DE TAFEL ZITTEN een paar kinderen een bamboefluit te maken. Daarmee begint het, want het aardige is, dat ieder zijn eigen fluit snijdt. Het is geen eeuvoudig karwei: het uithol len van de bamboe en het snijden van het mondstuk nog tot daaraan toe, maar het vinden van de zuivere grond toon, dat valt niet mee. Er moet net zo lang een klein stukje van de fluit wor den gezaagd tot de toon overeenstemt met die van de sopraanfluit van de lerares. „Luister eens naar de mijne, juf. Is ie zo goed?" Er wordt vergeleken en de kinderen luisteren vol spanning. Bijna allen heb ben de juiste toon te pakken wat pleit voor het muzikaal gehoor van deze kinderen. Eenzelfde goede oefe ning voor het gehoor is het maken van de gaatjes. Het geeft een hele voldoe ning, als de toonladder klopt. Dan be gint de versiering. Ieder doet dat op zijn eigen wijze en naar eigen smaak door de fluit te beschilderen of te lak ken met bandjes, bloemetjes of strepen. Pas als de fluit helemaal klaar is, beginnen de eigenlijke lessen. De lerares vangt aan met de grepen. Later komen Fluitlessen in de Buitenrustschool te Haarlem. de noten en toonladders, dat is de eer ste tijd nog te moeilijk. Hierbij komt de methode-Gehrels te hulp met het liedje van de grote en de kleine klok ken en de polshorloges, die achtereen volgens twee tels noten, hele noten en achtste noten aangeven. Het klinkt zo gezellig de lerares te horen zeggen: „Nu de polshorloges nu de kleine klokken!" en de kinderen dan goed te horen reageren. De Buitenrustschool voor moeilijk lerende kinderen is de enige gemeente lijke onderwijsinstelling, die deze fluit lessen in schoolverband laat geven. Juist bij deze kinderen, die te kampen hebben met een vertraagd leertempo, is dit iets belangrijks. Het geeft hun zelfvertrouwen „ik kan niet veel, maar ik kan fluiten!" Bovendien is het een nooit opdrogende bron van vrije tijdsbesteding, eens iets anders dan het eeuwige voetbal. De leerlingen zijn zo enthousiast, dat zij thuis uren besteden aan oefeningen, wat de ouders op zich zelf al heel wat problemen bespaart. Ze zijn nu vier jaar bezig. Doordat de volksmuziekschool in een der lokalen oefende, kwam het vroegere school hoofd op het idee deze muzieklessen ook aan de kinderen te geven. Hij vroeg toen of zijn leerlingen hiervan ook kon den profiteren en zo kwam een uit stekende samenwerking tot stand. VAN HET BEGIN AF IS HET SUC CES groot geweest. Zowel het zagen echt iets voor de jongens als het fluiten trekt hen. „Ze zijn er gek op of het interesseert ze helemaal niet", zegt de lerares. Er wordt dan ook op basis van vrijwilligheid aan de lessen deel genomen. Het doel is hier belangrijker dan het resultaat, maar opmerkelijk zijn vaak de prestaties. Bram bijvoor beeld, die moeite heeft gewoon te leren lezen, leest feilloos van het notenblad. Lien heeft er lang over gedaan, maar nu heeft het notenschrift zo goed als geen geheimen meer voor haar en ze fluit werkelijk heel aardig. Haar grote geduld helpt haar over alle moeilijk heden heen. In de gymnastiekzaal heeft een an der groepje les. Ik hoor verschillende solistjes in: Er is een kindeke geboren op aard. Dan komen Bram en Lien aan de beurt in' Au clair de la lune, twee stemmig. Bram is namelijk de eerste leerling, die het zover heeft gebracht, dat hij ook een altfluit heeft gemaakt. Aan hem komt dus de eer toe te be geleiden. Hij heeft al met een critisch schuin hoofdje zitten luisteren naar de solis ten, die het natuurlijk allemaal ver schillend deden en het is hem aan te zien, dat hij popelt om zijn kunnen te tonen. Hij krijgt rode wangen van emotie, als het zover is. Werkelijk ont roerend is het te zien hoe deze kin deren samen fluiten. Bram, klein en tenger met beweeglijke kleine handen in vrome aandacht en Lien met een merkwaardige bezonken uitdrukking op het voordien enigszins gespannen gezicht. Ze beweegt zich wiegend heen en weer en heeft iets van de wijsheid en de rust- van een moeder, die haar kindje sust. HET DENKBEELD KINDEREN FLUITLESSEN te geven is uit Enge land afkomstig. In 1928 kreeg de Engel se onderwijzeres Margaret James een Siciliaanse herdersfluit in handen en trachtte toen de leerlingen van haar klas voor dit muziekinstrument te in teresseren. Ze kwam op het idee bam boefluiten zelf te maken. Het sloeg ln en spoedig werd haar gevraagd ook in andere scholen te demonstreren. Ze heeft nu al duizenden fluiten gemaakt en door haar initiatief is een hele be weging ontstaan, het English Pipers Guild, waarvan zij nog de ziel is. Zij leidt tegenwoordig ook buitenlandse leerkrachten op. Het Nederlands Pij persgilde is in zijn geheel bij Engeland aangesloten. „En de plannen voor de toekomst?" vraag ik. „Gaat u nog verder?" „Ja zeker. U hebt gehoord hoe aar dig het samenspelen al gaat. Mijn ideaal is ook nog eens tot het spelen van trio's te komen. Dat moet dan in- Nederland behoort' bij de drie landen die bovenaan in de wereld staan met hun laagste zuigelingensterfte. Wij worden met ons cijfer alleen overtrof fen door Nieuw-Zeeland en Zweden. In Nieuw-Zeeland sterven er binnen het jaar op iedere duizend babies bijna 22. In Nederland 22 en in Zweden is dit aantal 20. Is deze 20 het laagste cijfer van de zuigelingensterfte op onze aarde, het hoogste sterftecijfer dat momenteel wordt opgegeven is niet minder dan ca. 145. Dat wil dus zeggen dat er van iedere 1000 levend geboren babies er maar eventjes 145 binnen het jaar sterven. Bij dit hoge aantal steekt onze 22 wel zeer gunstig af. Het gebied waar dit hoge cijfer wordt genoteerd zijn de Barbadoseilanden, bij de kust van Zuid-Amerika. Ook Chili is voor zuigelingen een bijzonder ongunstig land, daar sterven er binnen het jaar 137 van iedere duizend levend geboren babies. Zweden, Nieuw-Zeeland en ons land zijn dus voor de baby de gelukkigste landen ter wereld. De ongelukkigste landen zijn de Barbados-eilanden en Chili. De laagste cijfers voor de zuigelin gensterfte moeten worden verklaard door de gevorderde wetenschap, goede sociale omstandigheden en een goede babyverzorging. Hoe zwakker de invloed van deze punten is, hoe groter over het alge meen de sterfte onder de zuigelingen is. In onze grafiek komt deze ontwik keling duidelijk naar voren. Hoe verder wij in de tijd teruggaan, hoe groter het aantal zuigelingen is dat er binen het jaar sterft. Ongunstige omstandigheden en onwetendheid heb ben hier hun werk gedaan. Kijken wij even terug tot 1875 dan zien wij daar STERFTE BENEDEN 1 JflflR OP DUIZEND LEVEND GEBORENEN IN NEDERL nog het schrikbarende cijfer van 211. Thans zijn wij, vergeleken met dat jaar, al een heel stuk bij de ideale toe stand gekomen. Hoe snel echter deze gunstige ont wikkeling verstoord kan worden blijkt duidelijk uit de piek in onze grafiek bij het jaar 1945. Als resultaat van de hongerwinter en de oorlogsomstandig heden sprong de lijn eensklaps omhoog, tot bijna 79. Daarmede werd de klok 25 jaar terug gezet, want omstreeks 1920 hadden wij een gelijk sterftecijfer onder onze zuigelingen. Gelukkig werd de "lijn met spoed weer naar beneden getrokken. houden, dat de lerares de tenorfluit be speelt. Als onderdeel van een psychologisch verantwoord leerplan is dit muziek- onderricht inderdaad zeer nuttig. TINEKE RAAT Als Sint Nicolaas tot zijn grote spijt verhinderd mocht zijn op 5 December u een persoonlijk bezoek te brengen, zal het hem toch een innerlijk genoegen doen te weten dat u desondanks zijn verjaardag wilt vieren. De festiviteiten van deze verjaardag plegen gehuld te worden in zoetigheden: borstplaat, mar sepein en speculaas. - Het mag zijne heiligheid dan innerlijk plezierige krie belingen geven, ons inwendige is er na 5 December meestal minder goed afge komen. Daarom willen wij niet nalaten enige voortreffelijke recepten door te geven van lekkernijen die uw maag uit sluitend voorzichtig zullen strelen en bij bescheiden gebruik alleen aangename en tevreden herinneringen zullen ach terlaten. Hier zijn ze: Borstplaat Grondrecept: Per 250 g suiker een halve afgestreken eetlepel custard- poeder, 5 eetlepels water. De borstplaat- vormen en het aanrecht of een stuk vet vrij papier invetten. Het custardpoeder door de suiker roeren en het water er over schenken. De suiker langzaam zon der roeren laten smelten op een zacht vuur, tot hij volkomen opgelost (d.i. helder) is. Dan de massa vlug inkoken, tot een dun gordijntje van suikerstroop tusen de tanden van een vork blijft hangen en ook aan de laatste druppel, die van de vork afloopt, een dun draad je blijft hangen. Tijdens het keuren de suiker niet- laten doorkoken. Dan van het vuur af de massa roeren tot deze dik en ondoorschijnend begint te worden en over de bodem van de pan knarst. De massa snel uitgieten in de borstplaatvormen en hard laten worden. De figuren op de zijkant zetten, opdat de onderkant droogt. Voor een volgende portie de vormen en het aanrecht op- Mijnheer, vandaag richt ik een kort ogenblik het woord tot u, want, mijn heer, heeft uw vrouw niet al verschei dene malen geklaagd over haar ogen, heeft zij niet enige keren gezegd dat deze bril niet goed meer was? Daarom, mijnheer, dit advies: laat haar zo vlug mogelijk naar de oogarts gaan. Nog beter, bel hem meteen op en maak een afspraak in het begin van de komende week. Want, als zij werkelijk een nieuwe bril nodig heeft, dan kunt u haar nog op 5 December een prachtig geschenk geven. Namelijk een nieuw brilmon tuur. Niet zo maar een dood gewoon montuur dat dag in dag uit jaar in jaar uit hetzelfde blijft, maar een montuur dat iedere keer an ders is en waarvan u dus beiden ple zier zult hebben. U, omdat u er tegen aan moet kij-ken, en zij, omdat ze hem draagt. Het bijzondere van het bedoel de montuur is dat de draagster zelf de kleur kan veranderen. De bovenrand is een los kapje dat er afgenomen kan worden en vervangen door een ander. Bij het montuur kan men vijf of zes andere losse „kapjes" nemen in mooie tinten (zwart, bruin, blauw, grijs, zacht- paars en rood), die op passende tijden wisselend gebruikt kunnen worden. Is dit nu niet juist iets voor uw vrouw mijnheer, volkomen in stijl met haar wisselende kleding en stemmingen? Elders zag ik een brillenkoker uit Amerika geïmporteerd: fluweel met een koperen kettinkje aan de ritssluiting en een stevig koperen haakje. Die haak dient om het brillenhuis aan de ceintuur van de rok te hangen. Een goed idee voor mensen met een „op- en afzetbril", de koker blijft immers zo gemakkelijk ergens vergeten liggen. De mannen kun nen een dergelijke koker aan hun vest of aan de broekriem haken, waar het ding verder voor de lieve lang dag kan blijven hangen. Een ander nuttig mannengeschenk is een dassenklem, waar maar liefst vijftig dassen tegelijk tussen kunnen hangen, zonder te kreuken. De klem bestaat uit een stevige metalen pen die eerst is dubbelgebouwen en daarna in twee u- vormen is gebogen. De achterste „u" eindigt bovenaan in een haak waaraan het ding in de kast wordt gehangen. De voorste „u" is wat korter. Onderaan is het metaal naar elkaar toegeknepen. Hierdoor wordt voorkomen dat de das sen, die met het smalste gedeelte tussen de klem worden gehangen, er tussen uit zouden vallen. De dassen zitten op deze wijs klem zonder te kreuken en er kun nen er werkelijk vijftig boven elkaar hangen hoewel het toestel niet hoger lijkt dan 20 cm. Er bestaan polythene bakjes dat is een soort plastic waarin de soep heet blijft en de vruchtensla koel. Het zijn dubbele bakjes met lucht ertussen. Door die tussenliggende lucht gaat de temperatuurwisseling zo langzaam, net als bijvoorbeeld in een thermosfles. Het bakje staat op drie pootjes en heeft geen deksel. Of er plezierig uit poly thene te eten valt, kan ik niet beoor delen. Een geestig dingetje ontdekte ik voor een koffiemaaltijd met gasten: een één persoons peper- en zoutstelletje van doorschijnend plastic. De twee ronde strooiertjes, die een middellijn hebben van nog geen centimeter en een hogte van tweeënhalf, staan op een plastic driehoekje. Boven het bord van alle aanzittenden komt zo'n dingsigheidje te staan. Het batiste vingerdoekje of pa pieren servetje wordt en dat maakt het zo leuk origineel netjes geplooid tussen de beide strooiertjes gestoken. Een nuttig geval dunkt mij is de elas tieken waslijn. Het is wit elastiek dat tot een koord gedraaid is en tot vijf meter kan worden uitgereikt. Aan de uiteinden is een haakje bevestigd. De haakjes worden aan twee spijkers ge hangen, aan een ka^trichel of raam- en deurkozijn en verder heeft men niets meer nodig dan het wasgoed. Zakdoek jes, hemdjes, broekjes, kousen, alle lin gerie kan er aan opgehangen worden zonder krijpers of klemmetjes. Het goed wordt heel eenvoudig tussen het koord gestoken. Met een hand trekt men het elastieken koord uit elkaar, niet cle an der duwt men de punten van het goed ertussen. Voor kamerbewoners een han dig apparaat, lijkt mij. ANNEKE Voor het kantoor is deze rok met bij passende blouse zeer geschikt. nieuw invetten. Een rest in de pan mee opwarmen. Chocoladeborstplaat: Te werk gaan als boven. 1 afgestreken eetlepel cacao poeder met het custardpoeder ver mengen. Koffieborstplaat: Inplaats van water koffie-extract nemen, ofwel 2 niet te volle theelepels koffie- extract in poe- dervorm met het custardpoeder ver mengen. Notenborstplaat: Na het koken 50 g gehakte noten door de borstplaatmassa mengen? Rozijnen, of vruchtenborstplaat: 50 g rozijnen of gesneden, geconfijte vrucht jes door de borstplaatmassa mengen. Roomborstplaat: Inplaats van 5 eet lepels water 3 eetlepels water en 3 eet lepels room nemen. Marsepein 200 g amandelen, 400 g (ruim 3 kop jes) poedersuiker, 1 eiwit, 1 theelepel laurierkerswater of oranjebloesemwater. De amandelen wassen, opzetten met koud water, aan de kook laten komen, afgieten en overgieten met koud water. Ze vervolgens pellen. De amandelen door een fijne molen malen. De poeder suiker zeven en met de gemalen aman delen vermengen. Deze massa nog één of twee maal malen tot ze zeer fijn ver deeld is. Daarna het eiwit en het lau rierkerswater of het oranjebloesemwa ter er door mengen en de massa zo lang kneden tot ze samenhangend en glad is geworden. Er naar verkiezing verschil lende vormen aan geven. De marsepein kleuren door er cacaopoeder (en iets water), kaneel of kleurstof door te mengen of door de marsepeinfiguren hierdoor te wentelen of er mee te be strijken. Speculaas 500 g bakmeel of bloem met 15 g (1 eetlepel) bakpoeder. 300 g bruine bas terdsuiker, 200 g boter of margarine, 20 g (21/2 afgestreken eetlepels) verse spe culaaskruiden, 5 eetlepels melk, zout, 100 g amandelen. Een bakplaat invetten met boter of margarine. Het bakmeel of de bloem met de kruiden en het zout zeven. De klontjes uit de suiker drukken. De boter of margarine klein snijden. Al deze in grediënten dooreenkneden en met de melk tot een samenhangend deeg ver werken. Het deeg op de bakplaat uit drukken in een dikke laag en met de achterkant van een natgemaakte lepel gladstrijken. De amandelen opzetten met koud wa- MH Een satijnen cocktailjapon van uit zonderlijke charme. De kleur is parel grijs; de garnering bestaat uit parels en brillianten ter, tegen de kook brengen en dan af gieten. De amandelen pellen, horizon taal in tweeën splijten en drogen. Ze met de platte kant in het deeg drukken. De speculaas in een matig warme oven gaar bakken in ca 40 minuten. Het ge bak uit de oven nemen en laten afkoe len. Nu we 's avonds gezellig om de ka chel zitten en alle hoop op een zacht najaar hebben laten varen, wordt het tijd onze voorrad dekens alvast te in specteren Misschien komt u dan tot de droeve ontdekking, dat er één bij is die flinke slijtplekken vertoont. Een nieu we deken is in zo'n geval natuurlijk de beste, maar ook de duurste oplossing. En zo'n halfsleetje naar het logeerbed te laten verhuizen is tegenover onze gasten weer niet zo aardig. Daarom doen wij u een andere oplosing aan de hand: we maken er een gestikte deken van, die het voordeel heeft dat hij ge wassen kan worden. U koopt 2 maal de lengte van de de ken van gestipt flanel en 2 maal deze lengte plus 1 meter van effen flanel. Wij lamen licht blauw met een donkere stip en effen licht blauw. U knipt van de ef fen stof die extra meter af en knipt dit stuk in de lengte in acht gelijke repen, elk dus ongeveer 8 cm. Vervolgens knipt u de rest van het effen en het gestipte flanel door en stikt de helften met de zelfkanten aan elkaar. Zorg ervoor dat de stipjes precies op elkaar komen. We hebben nu dus twee lappen die zo groot zijn als onze deken. De gestipte lap gaan we mooi glad op de deken rijgen, eerst de omtrek en daarna het midden met grote steken zigzag, zodat het flanel niet meer kan verschuiven. Hierna gaan we, met dezelfde kleur garen als het stipje, ruiten stikken, waarbij we ge bruik maken van het stipje om recht te blijven. Vooral eerst de ene richting helemaal afmaken en daarna pas de an dere erover heen, alweer met het oog op eventueel verschuiven van de stof. Meestal is zo'n oude deken aan de kant niet meer mooi recht, daarom knippen we hem netjes langs het flanel af als we klaar zijn met stikken. Ook de bovenkant recht knippen. Maakt u hierbij geen gebruik van het stipje, daar het nooit recht op de draad gedrukt is. Nu leggen we de effen lap tegen de achterkant en stikken hem 1 cm. van de onderkant vast. Vervolgens de repen die we al geknipt hadden 2 aan 2, met de smalle kant aan elkaar zetten. Stik ze aan de effen kant aan, net onder het andere stiksel en zo, dat de naadjes in het midden vallen. Eerst de brede en daarna de smalle kanten. Stik ze op de goede kant over. Tot slot het effen fla nel hier en daar aan de onderlaag hech ten en we hebben een deken gekregen, die zelfs door de logé's gezien mag worden. y kg stoofperen, 50 g (3 eetlepels) suiker, kaneel; s/\ liter melk, 100 g (1 dl) rijst, 60 g (4 eetlepels) bruine suiker, boter of margarine, kaneel, desgewenst een pakje vanillesuiker. De peren schoonmaken, in vieren snij den en zachtjes gaarkoken in water met suiker en kaneel. De peren uit het nat nemen en in een schaal of in een persoons schaaltjes overdoen. De melk aan de kook brengen, de rijst erin strooien en zonder roeren gaar koken in ongeveer een uur. De helft van de suiker er door roeren en desgewenst vanillesuiker. De rijst over de peren uitgieten en het gerecht warm opdienen met boter of margarine en een mengsel van suiker en kaneel. Voor huisvrouwen, die met haar gezin emigreren naar Australië en Nieuw-Zee land. heeft de Stichting voor Huishoude lijke Voorlichting ten Plattelande een fraai uitgevoerd receptenboekje samen gesteld, dat bovendien nog vele huishou delijke wetenswaardigheden onthult over de nieuwe samenleving, waarin de ge- emigreerde huisvrouw haar taak zal moe ten vervullen. Het boekje bevat voedingsvoorschriften. Engelse maten en gewichten, een lijst van Engelse woorden en uitdrukkingen die bij het boodschappen doen voorkomen, namen van groenten, vruchten en vlees soorten, de bereidingswijzen van vlees, het bakken en de samenstelling van een lunchpakket. Het boekje is bij voornoemde stichting in Den Haag verkrijgbaar. Uit economische overwegingen behoeft men in ons land in eigen tuin geen appels en peren te kweken; er is vol doende fruit te koop. Het kweken van vruchten kan echter in een liefhebbers- tuin ook zijn bekoorlijkheden hebben; nu is het een goede tijd die jonge vruchtboompjes te bestellen. Meen nu niet dat het totaal onverschillig is bij wie die gekocht worden; u dient ze bij een betrouwbare boomkweker te be stellen en hoe eerder men dat doet des te beter; ze kunnen dan nog voor het invallen van de winter gepoot worden. Vruchtbomen poot men niet voor één jaar doch voor een lange reeks van jaren en daarom dient men goed ge keurde bomen aan te schaffen. Als die struikjes aankomen zien ze er eigenlijk een beetje onooglijk uit; men gelooft dan niet dat ze binnen enkele jaren een flinke omvang kunnen bereiken en het resultaat is dat ze dan veel te dicht op elkaar gepoot worden. Als men op kwee veredelde soorten koopt dient men toch wel op een onder linge afstand van drie tot vier meter te rekenen. In de meeste liefhebberstuinen kan men er zoveel ruimte niet voor ter beschikking stellen; staande snoeren kunnen dan uitkomst brengen. Die poot men tegen een Zuidmuur of tegen een schutting en dan is een afstand van negentig centimeter ruim voldoende. Aardbeien kunnen met succes in eigen tuin gekweekt worden; oude bed den dient men nu af te dekken met een laagje oude verteerde mest of compost en volgend voorjaar strooit men dan wat van de bekende rose korrelmest. Over het algemeen laat men aardbeien veel te lang staan; als ze twee tot drie oogsten hebben gegeven moet men ze opruimen en nieuwe planten uitzetten; die geven een veel betere opbrengst en de vruchten zijn ook veel groter van stuk. Wol de ideale winterdracht. Hoe men in wol warm en toch charmant gekleed kan gaan, tonen deze modellen van Engelse herkomst. Rechts een bekoorlijk ensemble van zwart-wit jasje met zwarte rok links een muisgrijze man tel over een grove donkergrijze jurk, die als overgooier op een wit truitje wordt gedragen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1954 | | pagina 11