Een school blaast vrolijk de fluit
Om weg te geven
Fruit uit eigen tuin
Steeds grotere levenskansen voor
onze zuigelingen
„Ik kan niet veel
maar ik kan fluiten"
Een nieuwe deken
Recept voor stoofperen
met rijstebrij
Huishoudgids
voor vrouwen
WANDELING LANGS DE WINKELRAMEN
DIT MAKEN WE ZELF
ONZE TUIN- EN KAMERPLANTEN
VRIJDAG 26 NOVEMBER 1954
II
oor
rouw ZOIETE RECEPTEN
Als ik op Dinsdagmorgen de Buiten-
rustschool voor moeilijk lerende kin
deren te Haarlem binnenstap, klinken
me al flarden vrolijke fluitmuziek in
de oren. Even later sta ik in een der
leslokalen, waar een kleine groep leer
lingen vol animo op bamboefluit]es
oefent. Zij moeten de eerste ogenblik
ken aan me wennen, dan accepteren
ze het onverwacht publiek en doen
extra hun best mij een kinderliedje
voor te pijpen.
„Met elkaar is het natuurlijk veel
moeilijker dan alleen", zegt de lerares
van de Volksmuziekschool, die met
een collega hier elke Dinsdag les
geeft. „We kunnen het ook tweestem
mig. Zo leren ze rekening te houden
met elkaar; een goede oefening om ze
klaar te maken voor het leven'.
AAN DE TAFEL ZITTEN een paar
kinderen een bamboefluit te maken.
Daarmee begint het, want het aardige
is, dat ieder zijn eigen fluit snijdt. Het
is geen eeuvoudig karwei: het uithol
len van de bamboe en het snijden van
het mondstuk nog tot daaraan toe,
maar het vinden van de zuivere grond
toon, dat valt niet mee. Er moet net zo
lang een klein stukje van de fluit wor
den gezaagd tot de toon overeenstemt
met die van de sopraanfluit van de
lerares.
„Luister eens naar de mijne, juf. Is
ie zo goed?"
Er wordt vergeleken en de kinderen
luisteren vol spanning. Bijna allen heb
ben de juiste toon te pakken wat
pleit voor het muzikaal gehoor van
deze kinderen. Eenzelfde goede oefe
ning voor het gehoor is het maken van
de gaatjes. Het geeft een hele voldoe
ning, als de toonladder klopt. Dan be
gint de versiering. Ieder doet dat op
zijn eigen wijze en naar eigen smaak
door de fluit te beschilderen of te lak
ken met bandjes, bloemetjes of strepen.
Pas als de fluit helemaal klaar is,
beginnen de eigenlijke lessen. De lerares
vangt aan met de grepen. Later komen
Fluitlessen in de Buitenrustschool te Haarlem.
de noten en toonladders, dat is de eer
ste tijd nog te moeilijk. Hierbij komt
de methode-Gehrels te hulp met het
liedje van de grote en de kleine klok
ken en de polshorloges, die achtereen
volgens twee tels noten, hele noten en
achtste noten aangeven. Het klinkt zo
gezellig de lerares te horen zeggen:
„Nu de polshorloges nu de kleine
klokken!" en de kinderen dan goed
te horen reageren.
De Buitenrustschool voor moeilijk
lerende kinderen is de enige gemeente
lijke onderwijsinstelling, die deze fluit
lessen in schoolverband laat geven.
Juist bij deze kinderen, die te kampen
hebben met een vertraagd leertempo,
is dit iets belangrijks. Het geeft hun
zelfvertrouwen „ik kan niet veel,
maar ik kan fluiten!" Bovendien is het
een nooit opdrogende bron van vrije
tijdsbesteding, eens iets anders dan het
eeuwige voetbal. De leerlingen zijn zo
enthousiast, dat zij thuis uren besteden
aan oefeningen, wat de ouders op zich
zelf al heel wat problemen bespaart.
Ze zijn nu vier jaar bezig. Doordat
de volksmuziekschool in een der lokalen
oefende, kwam het vroegere school
hoofd op het idee deze muzieklessen
ook aan de kinderen te geven. Hij vroeg
toen of zijn leerlingen hiervan ook kon
den profiteren en zo kwam een uit
stekende samenwerking tot stand.
VAN HET BEGIN AF IS HET SUC
CES groot geweest. Zowel het zagen
echt iets voor de jongens als het
fluiten trekt hen. „Ze zijn er gek op of
het interesseert ze helemaal niet", zegt
de lerares. Er wordt dan ook op basis
van vrijwilligheid aan de lessen deel
genomen. Het doel is hier belangrijker
dan het resultaat, maar opmerkelijk
zijn vaak de prestaties. Bram bijvoor
beeld, die moeite heeft gewoon te leren
lezen, leest feilloos van het notenblad.
Lien heeft er lang over gedaan, maar
nu heeft het notenschrift zo goed als
geen geheimen meer voor haar en ze
fluit werkelijk heel aardig. Haar grote
geduld helpt haar over alle moeilijk
heden heen.
In de gymnastiekzaal heeft een an
der groepje les. Ik hoor verschillende
solistjes in: Er is een kindeke geboren
op aard. Dan komen Bram en Lien aan
de beurt in' Au clair de la lune, twee
stemmig. Bram is namelijk de eerste
leerling, die het zover heeft gebracht,
dat hij ook een altfluit heeft gemaakt.
Aan hem komt dus de eer toe te be
geleiden.
Hij heeft al met een critisch schuin
hoofdje zitten luisteren naar de solis
ten, die het natuurlijk allemaal ver
schillend deden en het is hem aan te
zien, dat hij popelt om zijn kunnen te
tonen. Hij krijgt rode wangen van
emotie, als het zover is. Werkelijk ont
roerend is het te zien hoe deze kin
deren samen fluiten. Bram, klein en
tenger met beweeglijke kleine handen
in vrome aandacht en Lien met een
merkwaardige bezonken uitdrukking
op het voordien enigszins gespannen
gezicht. Ze beweegt zich wiegend heen
en weer en heeft iets van de wijsheid
en de rust- van een moeder, die haar
kindje sust.
HET DENKBEELD KINDEREN
FLUITLESSEN te geven is uit Enge
land afkomstig. In 1928 kreeg de Engel
se onderwijzeres Margaret James een
Siciliaanse herdersfluit in handen en
trachtte toen de leerlingen van haar
klas voor dit muziekinstrument te in
teresseren. Ze kwam op het idee bam
boefluiten zelf te maken. Het sloeg ln
en spoedig werd haar gevraagd ook in
andere scholen te demonstreren. Ze
heeft nu al duizenden fluiten gemaakt
en door haar initiatief is een hele be
weging ontstaan, het English Pipers
Guild, waarvan zij nog de ziel is. Zij
leidt tegenwoordig ook buitenlandse
leerkrachten op. Het Nederlands Pij
persgilde is in zijn geheel bij Engeland
aangesloten.
„En de plannen voor de toekomst?"
vraag ik. „Gaat u nog verder?"
„Ja zeker. U hebt gehoord hoe aar
dig het samenspelen al gaat. Mijn
ideaal is ook nog eens tot het spelen
van trio's te komen. Dat moet dan in-
Nederland behoort' bij de drie landen
die bovenaan in de wereld staan met
hun laagste zuigelingensterfte. Wij
worden met ons cijfer alleen overtrof
fen door Nieuw-Zeeland en Zweden.
In Nieuw-Zeeland sterven er binnen
het jaar op iedere duizend babies bijna
22. In Nederland 22 en in Zweden is dit
aantal 20. Is deze 20 het laagste cijfer
van de zuigelingensterfte op onze
aarde, het hoogste sterftecijfer dat
momenteel wordt opgegeven is niet
minder dan ca. 145. Dat wil dus zeggen
dat er van iedere 1000 levend geboren
babies er maar eventjes 145 binnen het
jaar sterven. Bij dit hoge aantal steekt
onze 22 wel zeer gunstig af. Het gebied
waar dit hoge cijfer wordt genoteerd
zijn de Barbadoseilanden, bij de kust
van Zuid-Amerika. Ook Chili is voor
zuigelingen een bijzonder ongunstig
land, daar sterven er binnen het jaar
137 van iedere duizend levend geboren
babies.
Zweden, Nieuw-Zeeland en ons land
zijn dus voor de baby de gelukkigste
landen ter wereld. De ongelukkigste
landen zijn de Barbados-eilanden en
Chili.
De laagste cijfers voor de zuigelin
gensterfte moeten worden verklaard
door de gevorderde wetenschap, goede
sociale omstandigheden en een goede
babyverzorging.
Hoe zwakker de invloed van deze
punten is, hoe groter over het alge
meen de sterfte onder de zuigelingen
is. In onze grafiek komt deze ontwik
keling duidelijk naar voren.
Hoe verder wij in de tijd teruggaan,
hoe groter het aantal zuigelingen is
dat er binen het jaar sterft. Ongunstige
omstandigheden en onwetendheid heb
ben hier hun werk gedaan. Kijken wij
even terug tot 1875 dan zien wij daar
STERFTE BENEDEN 1 JflflR OP DUIZEND
LEVEND GEBORENEN IN NEDERL
nog het schrikbarende cijfer van 211.
Thans zijn wij, vergeleken met dat
jaar, al een heel stuk bij de ideale toe
stand gekomen.
Hoe snel echter deze gunstige ont
wikkeling verstoord kan worden blijkt
duidelijk uit de piek in onze grafiek
bij het jaar 1945. Als resultaat van de
hongerwinter en de oorlogsomstandig
heden sprong de lijn eensklaps omhoog,
tot bijna 79. Daarmede werd de klok
25 jaar terug gezet, want omstreeks
1920 hadden wij een gelijk sterftecijfer
onder onze zuigelingen. Gelukkig werd
de "lijn met spoed weer naar beneden
getrokken.
houden, dat de lerares de tenorfluit be
speelt.
Als onderdeel van een psychologisch
verantwoord leerplan is dit muziek-
onderricht inderdaad zeer nuttig.
TINEKE RAAT
Als Sint Nicolaas tot zijn grote spijt
verhinderd mocht zijn op 5 December u
een persoonlijk bezoek te brengen, zal
het hem toch een innerlijk genoegen
doen te weten dat u desondanks zijn
verjaardag wilt vieren. De festiviteiten
van deze verjaardag plegen gehuld te
worden in zoetigheden: borstplaat, mar
sepein en speculaas. - Het mag zijne
heiligheid dan innerlijk plezierige krie
belingen geven, ons inwendige is er na
5 December meestal minder goed afge
komen. Daarom willen wij niet nalaten
enige voortreffelijke recepten door te
geven van lekkernijen die uw maag uit
sluitend voorzichtig zullen strelen en bij
bescheiden gebruik alleen aangename
en tevreden herinneringen zullen ach
terlaten. Hier zijn ze:
Borstplaat
Grondrecept: Per 250 g suiker een
halve afgestreken eetlepel custard-
poeder, 5 eetlepels water. De borstplaat-
vormen en het aanrecht of een stuk vet
vrij papier invetten. Het custardpoeder
door de suiker roeren en het water er
over schenken. De suiker langzaam zon
der roeren laten smelten op een zacht
vuur, tot hij volkomen opgelost (d.i.
helder) is. Dan de massa vlug inkoken,
tot een dun gordijntje van suikerstroop
tusen de tanden van een vork blijft
hangen en ook aan de laatste druppel,
die van de vork afloopt, een dun draad
je blijft hangen. Tijdens het keuren de
suiker niet- laten doorkoken.
Dan van het vuur af de massa roeren
tot deze dik en ondoorschijnend begint
te worden en over de bodem van de pan
knarst. De massa snel uitgieten in de
borstplaatvormen en hard laten worden.
De figuren op de zijkant zetten, opdat
de onderkant droogt. Voor een volgende
portie de vormen en het aanrecht op-
Mijnheer, vandaag richt ik een kort
ogenblik het woord tot u, want, mijn
heer, heeft uw vrouw niet al verschei
dene malen geklaagd over haar ogen,
heeft zij niet enige keren gezegd dat
deze bril niet goed meer was? Daarom,
mijnheer, dit advies: laat haar zo vlug
mogelijk naar de oogarts gaan. Nog
beter, bel hem meteen op en maak een
afspraak in het begin van de komende
week. Want, als zij werkelijk een
nieuwe bril nodig heeft, dan kunt u
haar nog op 5 December een prachtig
geschenk geven.
Namelijk een
nieuw brilmon
tuur. Niet zo
maar een dood
gewoon montuur
dat dag in dag uit
jaar in jaar uit
hetzelfde blijft,
maar een montuur
dat iedere keer an
ders is en waarvan
u dus beiden ple
zier zult hebben. U, omdat u er tegen
aan moet kij-ken, en zij, omdat ze hem
draagt. Het bijzondere van het bedoel
de montuur is dat de draagster zelf de
kleur kan veranderen. De bovenrand
is een los kapje dat er afgenomen kan
worden en vervangen door een ander.
Bij het montuur kan men vijf of zes
andere losse „kapjes" nemen in mooie
tinten (zwart, bruin, blauw, grijs, zacht-
paars en rood), die op passende tijden
wisselend gebruikt kunnen worden. Is
dit nu niet juist iets voor uw vrouw
mijnheer, volkomen in stijl met haar
wisselende kleding en stemmingen?
Elders zag ik een brillenkoker uit
Amerika geïmporteerd: fluweel met een
koperen kettinkje aan de ritssluiting en
een stevig koperen haakje. Die haak
dient om het brillenhuis aan de ceintuur
van de rok te hangen. Een goed idee
voor mensen met een „op- en afzetbril",
de koker blijft immers zo gemakkelijk
ergens vergeten liggen. De mannen kun
nen een dergelijke koker aan hun vest
of aan de broekriem haken, waar het
ding verder voor de lieve lang dag kan
blijven hangen.
Een ander nuttig mannengeschenk is
een dassenklem, waar maar liefst vijftig
dassen tegelijk tussen kunnen hangen,
zonder te kreuken. De klem bestaat uit
een stevige metalen pen die eerst is
dubbelgebouwen en daarna in twee u-
vormen is gebogen. De achterste „u"
eindigt bovenaan in een haak waaraan
het ding in de kast wordt gehangen. De
voorste „u" is wat korter. Onderaan is
het metaal naar elkaar toegeknepen.
Hierdoor wordt voorkomen dat de das
sen, die met het smalste gedeelte tussen
de klem worden gehangen, er tussen uit
zouden vallen. De dassen zitten op deze
wijs klem zonder te kreuken en er kun
nen er werkelijk vijftig boven elkaar
hangen hoewel het toestel niet hoger
lijkt dan 20 cm.
Er bestaan polythene bakjes dat
is een soort plastic waarin de soep
heet blijft en de vruchtensla koel. Het
zijn dubbele bakjes met lucht ertussen.
Door die tussenliggende lucht gaat de
temperatuurwisseling zo langzaam, net
als bijvoorbeeld in een thermosfles. Het
bakje staat op drie pootjes en heeft
geen deksel. Of er plezierig uit poly
thene te eten valt, kan ik niet beoor
delen.
Een geestig dingetje ontdekte ik voor
een koffiemaaltijd met gasten: een één
persoons peper- en zoutstelletje van
doorschijnend plastic. De twee ronde
strooiertjes, die een middellijn hebben
van nog geen centimeter en een hogte
van tweeënhalf, staan op een plastic
driehoekje. Boven het bord van alle
aanzittenden komt zo'n dingsigheidje te
staan. Het batiste vingerdoekje of pa
pieren servetje wordt en dat maakt
het zo leuk origineel netjes geplooid
tussen de beide strooiertjes gestoken.
Een nuttig geval dunkt mij is de elas
tieken waslijn. Het is wit elastiek dat
tot een koord gedraaid is en tot vijf
meter kan worden uitgereikt. Aan de
uiteinden is een haakje bevestigd. De
haakjes worden aan twee spijkers ge
hangen, aan een ka^trichel of raam- en
deurkozijn en verder heeft men niets
meer nodig dan het wasgoed. Zakdoek
jes, hemdjes, broekjes, kousen, alle lin
gerie kan er aan opgehangen worden
zonder krijpers of klemmetjes. Het goed
wordt heel eenvoudig tussen het koord
gestoken. Met een hand trekt men het
elastieken koord uit elkaar, niet cle an
der duwt men de punten van het goed
ertussen. Voor kamerbewoners een han
dig apparaat, lijkt mij. ANNEKE
Voor het kantoor is deze rok met bij
passende blouse zeer geschikt.
nieuw invetten. Een rest in de pan mee
opwarmen.
Chocoladeborstplaat: Te werk gaan als
boven. 1 afgestreken eetlepel cacao
poeder met het custardpoeder ver
mengen.
Koffieborstplaat: Inplaats van water
koffie-extract nemen, ofwel 2 niet te
volle theelepels koffie- extract in poe-
dervorm met het custardpoeder ver
mengen.
Notenborstplaat: Na het koken 50 g
gehakte noten door de borstplaatmassa
mengen?
Rozijnen, of vruchtenborstplaat: 50 g
rozijnen of gesneden, geconfijte vrucht
jes door de borstplaatmassa mengen.
Roomborstplaat: Inplaats van 5 eet
lepels water 3 eetlepels water en 3 eet
lepels room nemen.
Marsepein
200 g amandelen, 400 g (ruim 3 kop
jes) poedersuiker, 1 eiwit, 1 theelepel
laurierkerswater of oranjebloesemwater.
De amandelen wassen, opzetten met
koud water, aan de kook laten komen,
afgieten en overgieten met koud water.
Ze vervolgens pellen. De amandelen
door een fijne molen malen. De poeder
suiker zeven en met de gemalen aman
delen vermengen. Deze massa nog één
of twee maal malen tot ze zeer fijn ver
deeld is. Daarna het eiwit en het lau
rierkerswater of het oranjebloesemwa
ter er door mengen en de massa zo lang
kneden tot ze samenhangend en glad is
geworden. Er naar verkiezing verschil
lende vormen aan geven. De marsepein
kleuren door er cacaopoeder (en iets
water), kaneel of kleurstof door te
mengen of door de marsepeinfiguren
hierdoor te wentelen of er mee te be
strijken.
Speculaas
500 g bakmeel of bloem met 15 g (1
eetlepel) bakpoeder. 300 g bruine bas
terdsuiker, 200 g boter of margarine, 20
g (21/2 afgestreken eetlepels) verse spe
culaaskruiden, 5 eetlepels melk, zout,
100 g amandelen.
Een bakplaat invetten met boter of
margarine. Het bakmeel of de bloem
met de kruiden en het zout zeven. De
klontjes uit de suiker drukken. De boter
of margarine klein snijden. Al deze in
grediënten dooreenkneden en met de
melk tot een samenhangend deeg ver
werken. Het deeg op de bakplaat uit
drukken in een dikke laag en met de
achterkant van een natgemaakte lepel
gladstrijken.
De amandelen opzetten met koud wa-
MH
Een satijnen cocktailjapon van uit
zonderlijke charme. De kleur is parel
grijs; de garnering bestaat uit parels en
brillianten
ter, tegen de kook brengen en dan af
gieten. De amandelen pellen, horizon
taal in tweeën splijten en drogen. Ze
met de platte kant in het deeg drukken.
De speculaas in een matig warme oven
gaar bakken in ca 40 minuten. Het ge
bak uit de oven nemen en laten afkoe
len.
Nu we 's avonds gezellig om de ka
chel zitten en alle hoop op een zacht
najaar hebben laten varen, wordt het
tijd onze voorrad dekens alvast te in
specteren Misschien komt u dan tot de
droeve ontdekking, dat er één bij is die
flinke slijtplekken vertoont. Een nieu
we deken is in zo'n geval natuurlijk de
beste, maar ook de duurste oplossing.
En zo'n halfsleetje naar het logeerbed
te laten verhuizen is tegenover onze
gasten weer niet zo aardig. Daarom
doen wij u een andere oplosing aan de
hand: we maken er een gestikte deken
van, die het voordeel heeft dat hij ge
wassen kan worden.
U koopt 2 maal de lengte van de de
ken van gestipt flanel en 2 maal deze
lengte plus 1 meter van effen flanel. Wij
lamen licht blauw met een donkere stip
en effen licht blauw. U knipt van de ef
fen stof die extra meter af en knipt dit
stuk in de lengte in acht gelijke repen,
elk dus ongeveer 8 cm. Vervolgens knipt
u de rest van het effen en het gestipte
flanel door en stikt de helften met de
zelfkanten aan elkaar. Zorg ervoor dat
de stipjes precies op elkaar komen. We
hebben nu dus twee lappen die zo groot
zijn als onze deken. De gestipte lap gaan
we mooi glad op de deken rijgen, eerst
de omtrek en daarna het midden met
grote steken zigzag, zodat het flanel
niet meer kan verschuiven. Hierna gaan
we, met dezelfde kleur garen als het
stipje, ruiten stikken, waarbij we ge
bruik maken van het stipje om recht
te blijven. Vooral eerst de ene richting
helemaal afmaken en daarna pas de an
dere erover heen, alweer met het oog op
eventueel verschuiven van de stof.
Meestal is zo'n oude deken aan de
kant niet meer mooi recht, daarom
knippen we hem netjes langs het flanel
af als we klaar zijn met stikken. Ook
de bovenkant recht knippen. Maakt u
hierbij geen gebruik van het stipje, daar
het nooit recht op de draad gedrukt is.
Nu leggen we de effen lap tegen de
achterkant en stikken hem 1 cm. van
de onderkant vast. Vervolgens de repen
die we al geknipt hadden 2 aan 2, met
de smalle kant aan elkaar zetten. Stik
ze aan de effen kant aan, net onder het
andere stiksel en zo, dat de naadjes in
het midden vallen. Eerst de brede en
daarna de smalle kanten. Stik ze op de
goede kant over. Tot slot het effen fla
nel hier en daar aan de onderlaag hech
ten en we hebben een deken gekregen,
die zelfs door de logé's gezien mag
worden.
y kg stoofperen, 50 g (3 eetlepels)
suiker, kaneel; s/\ liter melk, 100 g
(1 dl) rijst, 60 g (4 eetlepels) bruine
suiker, boter of margarine, kaneel,
desgewenst een pakje vanillesuiker.
De peren schoonmaken, in vieren snij
den en zachtjes gaarkoken in water
met suiker en kaneel. De peren uit het
nat nemen en in een schaal of in een
persoons schaaltjes overdoen. De melk
aan de kook brengen, de rijst erin
strooien en zonder roeren gaar koken
in ongeveer een uur. De helft van de
suiker er door roeren en desgewenst
vanillesuiker. De rijst over de peren
uitgieten en het gerecht warm opdienen
met boter of margarine en een mengsel
van suiker en kaneel.
Voor huisvrouwen, die met haar gezin
emigreren naar Australië en Nieuw-Zee
land. heeft de Stichting voor Huishoude
lijke Voorlichting ten Plattelande een
fraai uitgevoerd receptenboekje samen
gesteld, dat bovendien nog vele huishou
delijke wetenswaardigheden onthult over
de nieuwe samenleving, waarin de ge-
emigreerde huisvrouw haar taak zal moe
ten vervullen.
Het boekje bevat voedingsvoorschriften.
Engelse maten en gewichten, een lijst van
Engelse woorden en uitdrukkingen die
bij het boodschappen doen voorkomen,
namen van groenten, vruchten en vlees
soorten, de bereidingswijzen van vlees,
het bakken en de samenstelling van een
lunchpakket.
Het boekje is bij voornoemde stichting
in Den Haag verkrijgbaar.
Uit economische overwegingen behoeft
men in ons land in eigen tuin geen
appels en peren te kweken; er is vol
doende fruit te koop. Het kweken van
vruchten kan echter in een liefhebbers-
tuin ook zijn bekoorlijkheden hebben;
nu is het een goede tijd die jonge
vruchtboompjes te bestellen. Meen nu
niet dat het totaal onverschillig is bij
wie die gekocht worden; u dient ze bij
een betrouwbare boomkweker te be
stellen en hoe eerder men dat doet des
te beter; ze kunnen dan nog voor het
invallen van de winter gepoot worden.
Vruchtbomen poot men niet voor één
jaar doch voor een lange reeks van
jaren en daarom dient men goed ge
keurde bomen aan te schaffen.
Als die struikjes aankomen zien ze
er eigenlijk een beetje onooglijk uit;
men gelooft dan niet dat ze binnen
enkele jaren een flinke omvang kunnen
bereiken en het resultaat is dat ze dan
veel te dicht op elkaar gepoot worden.
Als men op kwee veredelde soorten
koopt dient men toch wel op een onder
linge afstand van drie tot vier meter te
rekenen. In de meeste liefhebberstuinen
kan men er zoveel ruimte niet voor ter
beschikking stellen; staande snoeren
kunnen dan uitkomst brengen. Die poot
men tegen een Zuidmuur of tegen een
schutting en dan is een afstand van
negentig centimeter ruim voldoende.
Aardbeien kunnen met succes in
eigen tuin gekweekt worden; oude bed
den dient men nu af te dekken met een
laagje oude verteerde mest of compost
en volgend voorjaar strooit men dan
wat van de bekende rose korrelmest.
Over het algemeen laat men aardbeien
veel te lang staan; als ze twee tot drie
oogsten hebben gegeven moet men ze
opruimen en nieuwe planten uitzetten;
die geven een veel betere opbrengst en
de vruchten zijn ook veel groter van
stuk.
Wol de ideale winterdracht. Hoe men
in wol warm en toch charmant gekleed
kan gaan, tonen deze modellen van
Engelse herkomst. Rechts een bekoorlijk
ensemble van zwart-wit jasje met
zwarte rok links een muisgrijze man
tel over een grove donkergrijze jurk,
die als overgooier op een wit truitje
wordt gedragen.