Laatste ronde van de actie voor de Stille Armen „Brood, lief de en fantasie Haarlems Dagblad Tobbende moeder met zeven kinderen Kerst-Oratorium van Hubert Cuypers Aanmeldingsformulier Kerstbijeenkomst van Vrouwenbond N.V.V. Twee Kerstspelen Beminnelijke comedie openingsnummer „Studio"-theater in nieuwe WOENSDAG 22 DECEMBER 1954 HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT 7 onder leiding van Jan Booda Wijziging programma Volksuniversiteit Geschenken waarmede U iedereen verrast Sfeervolle Kerstmiddag Electriciteitsvereniging Kerstwijding Nederlandse Protestanten Bond „De Ster van Bethlehem Uitreiking van prijzen Politie Sportvereniging Het nieuwe theater De diefstal van 50.000 in Kerstnacht 1951 te Halfweg Kerstnachtdienst in de Grote Kerk Slechts weinige dagen scheiden ons van Kerstmis. Vrijdagavond begint het feest en dan zullen de meesten van ons zich met hun kindcrén met of zonder Kerstboom, voorbereiden op het grote feest van vrede en licht. Niet voor allen zal er echter on verdeelde vreugde zijn en nu de laatste ronde van de actie voor de Stille Armen is ingeluid doen wij een beroep op allen die reden voor blijdschap te over hebben van hun overvloed mee te delen aan hun jninder-gocdbedeelde mede-burgers. Er woont in onze stad een groot gezin met zeven kinderen. De man was in staat in het levensonderhoud van het gezin te voorzien. Al was het niet royaal, met over leg kon zijn vrouw de kinderen voeden en behoorlijk kleden en zij waren onafhanke lijk. Enige jaren geleden werd het huis houdgeld langzamerhand minder en de zorgen werden groter. De vrouw, die haar man volkomen vertrouwde, kwam tot de ontdekking, dat hij een dubbel leven leidde. Er was een andere vrouw in het spel. De man bekommerde zich niet meer om zijn vrouw en zijn kinderen. Er bleef de vrouw geen andere keus dan hulp vragen bij de Dienst voor Sociale Za ken. Zij kwam alleen te staan voor de op voeding van zeven kinderen. Zij kon de slag echter niet verwerken. Zij kreeg een zenuw-inzinking en moest vier maanden elders verpleegd worden. Na hersteld te zijn teruggekomen in haar gezin en moreel gesteund door anderen, heeft zij zich er tot nu toe moedig doorheengeslagen. Het blijft echter zeer moeilijk de eindjes Met medewerking van het gemengd koor Polyhymma, de sopraan Greet Koeman, de bas Herman Hülsmanin, de organist Gosse Kroese en het Noordihollands Phil- harmonisch Orkesit, bracht „Haarlems Ge mengd Koor" onder leiding van zijn diri gent Jan Booda Maandagavond' een uit voering van het Kerst-Oratorium van Hubert Cuypers ten gehore. De componist, die volgende week 81 wordt en de „nes tor" van de Nederlandse toondichters mag heten, woonde deze uitvoering bij. Cuypers, die indertijd de aandacht op zich vestigde door enige declamatoria en die de orchestrate ondersteuning van het gespreken woord ook toepaste bij enkele treurspelen van Vondel, Is deze „oude liefde" getrouw gebleven in zijn omvang rijke koorwerken, de cantate „De cracht van 't land1 bestaat"'en het Kerst-Orato rium, waarin hij het spreekkoor veelvul dig toepaste. Hij hoefde dit heus niet te doen omdat het hem zou schorten aan me lodische vindingskracht of aan het ver mogen om effectrijk voor koor te compo neren. Juist het lyrische element is bij Cuypérs het sterkst: zijn muziek zingt, ze zingt altijd. Het'mag dan ook van zelf kennis getuigen, dat de componist de meer didactische dêleh van deze grote koor werken bewerkte zoals hij het gedaan heeft en in deze vorm een vernieuwing nastreefde van het oratorium genre. De zangerige aard van de auteur heeft zich ook im deze rhythmisch gesproken gedeelten niet verloochend, want het or kest blijft ook daar melodieus klinken en verhoogt deze karakteristieke eigenschap met de verzadigde kleuren der romanti sche orchesfcratie. Origineel is het werk zeer zeker door de opzet, men zou kunnen zeggen: de Bij bel vastheid van de tekst, die overwegend de aandacht schenkt aan de profetieën en de psalmen en. slechts in het laatste deel het Kerstgebeuren behan delt, van de boodschap van Gabriël tot de komst van de Wijzen uit het Oosten. Het moge de componist voor tal van problemen gesteld hebben, deze stof naar zijn aard in een muzikaal kleed te steken, hij is er in ieder geval in geslaagd een werk te schrijven dat gemakkelijk aan spreekt en in goede zin een popu laire allure heeft. De aandachtige toehoor der merkt pas iets van de problematiek, waar de componist een onverwachte zwen king maakt naar een andere stijl. Dank zij het degelijk vakmanschap is het effect steeds raak, ook daar waar de geestdrift het buiten de grenzen der verhevenheid van het onderwerp drijft. Werkelijk mooie passages orchestraal en vocaal hoort men in deel III met de sologedeelten van de sopraan, die met gloed door Greet Koe man vertolkt werden. Er heerst daar een pastorale toon, die we verwant weten aan de traditionele Kerstsfeer. De rol van de bassolist, overtuigend voorgedragen door Herman Hülsmann, is in hoofdzaak declamatorisch. Ook het koor weende zich goed in zijn declamatorische taak en wist zich menig maal klankrijk te manifesteren. Opval lend waren „Want een Kind is ons gebo ren", de koraalfantasie „Dit is de dag" en in het „Halleluja" van het pompeuze slot koor. Het is Jan Booda trouwens tpevertrouwd uit goed geschreven koorpassages het no dige effect te halen. Tot slot zonder orkest een epiloog, eindigend met Psalm 72 11, door koor en aanwezigen in de zaal gezongen met orgelbegeleiding. Met dit laatste nummer werden de aard en het gemeenschapskarakter van het werk be vestigd. JOS. DE KLERK aan elkaar te knopen. Er komt zoveel kij ken in een gezin met zoveel kinderen, zo dat de reparatie van schoenen of kleding of de aanschaffing daarvan niet altijd op tijd kan geschieden. Bij u, lezer, zullen de kiftderen waar schijnlijk naar de vlammetjes van de bran dende kaarjes kijken. In dit gezin zal dit niet zo zijn. Evenwel, door uw storting op de giro rekening van „De Stille Armen" zal het mogelijk zijn dat er ook in dit gezin tijdens de Kerstdagen een lichtje zal branden. ADVERTENTIE Al brandt het maagzuur nog zo fel, één R I S P - tabletje blust het wel I Wegens ziekte van de heer C. D. Neu mann zal de lezing over Nieuw-Guinea welke hij op 18 en 25 Januari voor de leden van de Volksuniversiteit zou houden niet doorgaan. Voorts zijn de data van de drie voor drachten over vijf eeuwen schilderkunst in de Nederlanden door de heer H. P. Baard, wegens diens reis naar Amerika, gewijzigd. De lezingen zullen nu gehouden worden op Woensdag 19 Januari, Maandag 14 en Maandag 28 Maart. ADVERTENTIE sir De afdeling Haarlem en omstreken van clé Nederlandse Vrouwen Electriciteits Vereniging heeft Maandagmiddag tijdens de Kerstmiddag in restaurant Brinkmann voor enige uren de electriciteit gelaten voor wat zij-is en het heldere lamplicht verwisseld voor het schemerige, warme licht van tientallen flonkerende kaarsjes. In de aldus in Kerstsfeer gehulde zaal welke sfeer nog was verhoogd door het langs de wand aangebrachte groen hield de presidente van de afdeling, mevrouw R. v. d. NoordMagré, een inleiding, waarin zij mededeelde, da'.t het reeds voor de veer tiende keer is, dat zij een Kerstmiddag van de Nederlandse Vrouwen 'Electriciteits Vereniging inleidt en dat zij dit telkens weer met intense vreugde en dankbaar heid doet. Wanneer wij het in deze dagen hebben over „vrede op aarde", aldus mevrouw v. d. NoordMagré, dan dient men dit niet letterlijk op te vatten. Het wil meer zeggen: vrede in ons hart, in onze ziel. Met de verschijning van het grote Licht kwam ook het kruis op aarde, dat getuigt van ge loof, hoop en liefde en waartoe wij onder alle omstandigheden onze toevlucht kun nen nemen. Een drietal dames heeft de aanwezigen een programma van declamatie en zang aangeboden, dat zeer wel paste bij deze bijzondere bijeenkomst. Het waren Dinja de Wolff, declamatrice uit Rotterdam, en mevrouw R. CramerHulshoff, die een vijftal liederen zong, aan de vleugel bege leid door mevrouw J. J. BrinkFeenstra, die ook voc*r het begin van de bijeenkomst en in de pauze voor passende muziek zorgde. Dinja de Wolff droeg Kerstgedichten voor van Willem de Merode, Gabriël Smit. Jan Eekhout en Vondel, bovendien „De Treurwilg" van Anton Coolen en na de pauze, waarin het bestuur voor een trac- tatie zorgde, „Het Kerstgeschenk" van Top Naeff. Zij besloot met een tweetal moderne gedichten. Mevrouw CramerHulshoff zong „Nu zijt wellekomme", „Uff'm Berge da geht der Wind" en „Les anges dans nos cam pagnes" in de bewerking van De Nobel, „How beautiful are the feet of them" van Handel en „O Kindeke klein, o Kindeke teer" van Bach. Ondergetekende: Naam: Straat: Plaats: wenst zich met ingang van te abonneren op OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT 6.50 per kwartaal// 0.50 per week Handtekening: Doorhalen wat niet verlangd wordt. Zij, die zu-li mei ingang van 1 Jan. 1955 per kwartaal abonneren, ontvangen de nummers tot en met 31 Dcc. 1954 gratis. Dit geldt alleen voor nieuwe kwartaalabonné's dus niet voor omzetting van week- in kwartaalabonnementen Het bestuur van de afdeling Haarlem van de Vrouwenbond van het N.V.V. hield Maandagavond voor de leden in gebouw „Cultura" een Kerstbijeenkomst, waar mede een eigen vorm werd gevonden om de Kerstgedachte tot een innerlijk beleven te maken. De voordrachtkunstenares Riek Bonset- Horst bracht een door Hella Iïaasse be werkte Franse Marialegende en verder nog ..Het kleine meisje met de zwavelstokken" van H. C. Andersen en een fragment uit „Droomkoninkje" van Herman Heijermans ten gehore, welke verhalen weliswaar niet direct op het Kerstfeest doelden, maar die wel voortreffelijk in de sfeer van bezin ning op het Kerstgebeuren pasten. En eveneens pasten hierbij de oud-Nederland se Kerstliederen Nu zijt wellecome, Eeuwen geleden en Arm Kindeke, het op een melo die van Handel gedichte Kom, zet Uw harte, het Maria Wiegenlied van Max Reger en het Wiegenlied van Frans Schu bert, welke door de sopraan Nelly Groene- velt met begeleiding van de pianiste Ber tha Bonset gezongen werden. De verheugende evolutie, die de voor drachtkunst van Riek Bonset heeft onder gaan van overladen gevoelsexpressie naar eenvoud en natuurlijke zegging, werd juist op deze avond als een aanzienlijke winst gevoeld. Nu heeft Riek Bonset het verhaal zelf een kans gegeven, omdat zij zdch daaraan dienstbaar wist te malcen. En hiermede kwam de persoonlijke vereen zelviging met de diepe zin van de tekst gedachte. Zo heeft het sterk-romantische sprookje van Andersen toch wel indruk kunnen maken. Maar meer zuiver-mense- lijke ontroering sprak er nog uit de voor dracht van het verhaal uit „Droomko ninkje" en uit die van de Marialegende. De zang van Nelly Groenevelt trof door de kinderlijk-eenvoudige expressie en de gave klaarheid van haar innemende stem. die zij ook technisch knap wist te beheer sen. In Bertha Bonset had zij een bege leidster gevonden, die begrip had voor haar innige interpretatie en die de klank van de afgespeelde, ontstemde vleugel daarmede in harmonische overeenstem ming wist te brengen. Na de pauze gaven geestige voordrach ten van geestige sprookjes van Godfried Bomans en gedichtjes van Annie Schmidt door Riek Bonset aan de avond een geheel ander karakter. En ook Nelly Groenevelt bracht een andere sfeer met liederen van Antheunisz en Hullebroeck. Met de Kleen- gedichtjes van Catharina van Rennes werd toch weer even op het eerste programma- gedeelte teruggegrepen. Vóór de pauze hield de heer C. Z. de Vries, hoofdbestuurder van de Centrale Bond van Werknemers in het Transport bedrijf, een weldoordachte Kersttoespraak. P. ZWAANSWIJK De afdeling Heemstede-Bennebroek van de Nederlandse Protestantenbond houdt Vrijdagavond 24 December een Kerstwij- dings-bijeenkomst in haar kerkgebouw aan de Postlaan. Het programma bestaat uit cello-, trompet- en orgelmuziek: declama tie en een Kerstvertelling. Verder wordt vocalistische medewerking verleend door een aantal leerlingen van mejuffrouw Coby Riemersma» In het Minerva-theater te Heemstede is Maandagavond onder auspiciën van het Bij zonder Kerkewerk der Nederlands Her vormde Gemeente een Kerstspel opgevoerd van Dorothy Sayers door een anonieme to neelgroep. Het Kerstspel van Dorothy Sayers is een bewerking van een indertijd in opdracht van de B.B.C. geschreven hoor spel. Het brengt op het proscenium de drie koningen op zoek naar het Kind, maar nog onwetend van de aankomst van Christus. Zij volgen de ster. hun hart vol verwach ting. Daarop aansluitend volgt een scène in de herberg, waar Jozef en Maria onder dak komen vragen. Ze worden verwezen naar een stal. In de herberg is een bont gezelschap bijeen, dat discussieert over het lot van Israël en de beloofde Messias. Het weerspiegelt alle stromingen van de heer sende tijdgeest, brengt Grieken, Joden en Romeinen, de pharizeeër en moderne in Ro me grootgebrachte Jood met hun verschil lende tegengestelde meningen bijeen. Al hun gesprekken resulteren in de vraag of de Messias het rijk Israëls in zijn vroegere luister zal herstellen of dat men zijn ko ningschap anders moet opvatten. Herders uit de velden vallen op dit gesprek in. Ze hebben engelen horen zingen, ze willen het kind zien, dat is geboren. Dan splijt het doek open, dat de stal verbergt, en aan schouwen wij Maria en Jozef bij de kribbe. Een korte samenspraak van de Koningen besluit het spel. Het is, mijns inziens, wel te merken, dat wij met een bewerking van een hoorspel te doen hebben, wanneer men de toneelversie op zijn waarde schat. Het stuk is te geser reerd, te bondig. Het is helemaal ingesteld op het gesproken woord waarnaar men in tensief luistert en dat men moet horen zon der te zien. De realiteit van de omgeving, waarin Dorothy Sayers haar figuren plaatst, verstoort de concentratie door zrjn kleurig beweeg. De discussies zijn zeker in teressant, maar verliezen aan kracht door de concretisering, die de microfoon niet geeft. Slechts waar het spel het karakter krijgt van een tableau vivant wordt men geroerd. Dat was bij de komst der herders en de inkijk in de stal. Daar wordt men ook het sterkst met het Kerstgebeuren ge confronteerd. De tijdschildering roept niet de tegenstellingen en contrasten op, die kennelijk zijn bedoeld. De hand hierin heeft ook het feit, dat zoiets voor amateurs wel heel moeilijk is te realiseren. Men kon dan ook gisteravond wel de mooie bedoelingen appreciëren van de toneelspelersbent, maar moest betreuren, dat de tekst niet in de mond was gelegd van acteurs en actrices, die hun krachten op het toneel al eerder hadden beproefd. De koningen vormden de gunstige uitzondering. Hun optreden is over het algemeen bespiegelend van karak ter. Zij konden die rollen wel aan. Was de speleenheid niet bepaald geluk kig en het spelvertoon zwak, er staat te genover, dat de wijding van het Kerstge beuren de avond toch tot een schone bele ving maakte voor wie achter het spel het kind zag. De intentie, daar ging het om. Zij was prijzenswaardig aanwezig bij de spelers, zij heeft ook voorgezeten bij de re gisseur Wim Paauw, die voor een heuse op gave stond, zij ging over op de stil en in getogen meelevende toeschouwers. Van sen geheel andere- orde dan het spel dat ik hierboven besorak is „De ster van Bethlehem" van-M. Nijhoff dat Dinsdag avond in de grote''-zaal van het Concertge bouw werd opgevoerd door een lekenspel- groep var de Hervormde Jeugdraad onder leiding van wika W. Veens tra. Hier het dichterlijk woord, dat nauwgezet het Evangelieverhaal volgt zonder zich te ver liezen in een beschouwing van de tijd geest of een besoiegeling omtrent het Ko ningschap van Christus. In heldere en on opgesmukte taal verdiept Nijhoff zich in de zielercerselen van de mensen, die zo nauw bij Christus' geboorte betrokken waren: de Koningen, de herders, Herodes en zijn trawanten. Eén figuur slechts valt daarbuiten, maar is als symbool van de nog niet verloste mens, het symbool van alLen, die in Christus niet werden herbo ren, direct verbonden bij het wonder van Kerstmis: Eva, moeder der mensheid. Door- haar ook geeft Nijhoff de zin aan van Christus geboorte als hij ons voorbereidt op de verlossing, verkregen door Zijn dood aan het kruis. Op die ogenblikken wordt de dichter ziener, eigenschap, welke zijn dichterschap wordt toegemeten en in Nij- höff's prachtige tekst ten volle tot uiting komt. Ja, het is een prachtige tekst, waar over spelers van „De ster van Bethlehenï" de beschikking hebben. In hun voorstelling van gisteravond hebben ze haar gezegd op vaak voortreffelijke wijze. Dit was le kenspel van een integerheid en ontroering, die de adel van de innerlijke overtuiging bloot gaf. Zo zich op Kerstmis voorbereider, is een geestelijke gebeurtenis, welke men niet licht vergeet. Men kan het betreuren dat technische onvolkomenheden als sto rende elementen schenen voorbestemd: de bedienaar van de belichting bevond zich in de zaal en zijn manipulaties waren evenzeer zichtbaar als hoorbaar. Toch kon men er gemakkelijk vrede mee hebben. Hij. op zijn wijz%, droeg bij om de dingen mooi te maken. Voeg daarbij de samen zang en het orgelspel van Klaas Bolt en men krijgt een manifestatie van geloof en eerbied, welke tot het hart sprak en er uit voortkwam. Een ontroerende avond. P. W. FRANSE De onlangs door de Heemsteedse Politie Sportvereniging georganiseerde schiet wedstrijden hebben niet minder dan drie endertig prijswinnaars opgeleverd, die Dinsdagavond allen in het verversingshuis van het wandelbos „Groenendaal" in het bezit van de door hen behaalde trofee wer den gesteld. Hieraan was tevens een gezel lige bijeenkomst verbonden, welke doo- voorzitter J. van Laarhoven met een ko--' welkomstwoord geopend werd. H'ï be treurde het daarbij, dat de bescheen van de vereniging, mr. A. G. A --s,, Rappard deze avond verhinderd was. of schoon het hem ecu p-root r- nnegen deed wel de korpschef, hoofdinspecteur A. Be- rentsen, te mogen begroeten, die zojuist weer enigszins van een langdxirige ziekte is hersteld.' Spreker voegde hieraan toe, dat de vereniging met algemene stemmen be sloten had de hoofdinspecteur te verzoeken het erevoorzitterschap te aanvaarden. Vol gens spreker waren de leden nog nimmer zo eensgezind over een beslissing geweest. Hoofdinspecteur A. Berentsen verklaar de deze benoeming bijzonder op prijs te stellen. Nadat hij eerst aan de heer ,T. Aan- jekerk de wisselbeker had uitgereikt, stel de hij ook de andere winnaars in het bezit van hun prijs. In zijn slotwoord vesttede de hoofdinspecteur nog eens de aandacht óp het belang 'van de sportvereniging, die de leden fit en in training houdt. Het filmprogramma, waarmee het nieuwe Studio-theater aan Haarlems Grote Markt van Donderdag af zijn bestaansrecht aan de filmliefhebbers komt bewijzen, mag wel een heel gelukkige keuze heten voor een zo feestelijke gebeurtenis als een openingsvoorstelling. „Brood, liefde en fantasie" is de naam van de beminnelijke komedie, welke er wordt gedraaid, een film uit Italië onder regie van Luigi Comen- zini met Vittorio de Sica en Gina Lollobrigida in de hoofdrollen. Het lief en leed van een arm. herderinnetje, de avances van een charmant commandant der carabi nieri, de wanhopige verliefdheid, die een zijner corpsleden ten aanzien van het herderinnetje aan de dag legt en het geheimzinnig leven van een knappe vroed vrouw, vormen de dramatische motieven die tegen het aantrekkelijk patroon van he- leven in een klein bergdorpje zijn geweven. Het begint al zo aardig met de aan komst van de nieuwe commandant der ca rabinieri op zijn nieuwe standplaats. Hij is een knappe ke rel, die commandant, wel een dagje ouder maar dat beiet hem niet nog volop oog te hebben voor het vrouwelijk schoon. Er zijn maar vijf mi nuten film nodig om hem ten voeten uit te tekenen. Hij is vrij gezel tegen wil en dank, maar zal het niet blijven. De eer ste, die zijn hart in beroering brengt is het beeldschone her derinnetje, dat overi gens nog meer man nenharten met een al of niet gewettigde onrust zegent. De jongste der carabi nieri is zo'n slacht offer der liefde. Hij durft evenwel zijn mond niet opendoen. Hij is er te verlegen voor enzou hij er de moed toe hebben dan wacht hem over plaatsing, want om de een of andere on naspeurlijke reden schijnt het de cara binieri bijzonder moeilijk gemaakt te worden om te bemin nen. Het herderinnetje vindt hem maar wat een knappe jongen. Ze zou wel willen, dat hij haar vroeg. Haar armoede evenwel schijnt een ernstig beletsel. Tot de pastoor ingrijpt. Hij beweegt de commandant, die serieus van plan was het meisje te ver overen, ertoe om zijn jonge en verlegen ondergeschikte naar het bos te sturen, waar het herderinnetje bessen aan het plukken is. Die twee houden van elkaar, zegt de pastoor, en dan moeten zij zorgen,, dat ze elkaar krijgen. Wel, ze krijgen el kaar. Ook de commandant wordt gelukkig, want de tegenover hem wonende vroed vrouw is een heel aantrekkelijk wezen, dat hij minder gemakkelijk dan hij dacht doch niettemin met veel overtuiging in de armen kan sluiten, aan welke gebeurtenis zij haar volle medewerking verleent. Het dorp kan rustig verder leven, roddelen en plezier maken: alle helden en heldinnen hebben elkaar gevonden. Er komt nog een nevenintrige voor in de film, die een typering mag heten voor het geloof en de ovedrijving van de vrome volksziel, wanneer namelijk de moeder 'van het herderinnetje een bankbiljet van vijfduizend lire vindt, dat de commandant der carabinieri, bewogen door medelijden, heimelijk in haar huis heeft achtergelaten. De arme vrouw verklaart de vondst direct tot een wonder, verricht door de heilige Antonius tot wiens eer zij juist een bede vaart heeft gehouden. Direct is er een aan tal eenvoudige zielen te vinden om dat ge loof te delen en zo krijgen we het tafereel van een gebeden murmelende groep vrou wen, die voor een wonder aanzien wat heel eenvoudig een daad van naastenliefde was. De pastoor doet wat een verstandig man in zo'n geval te doen staat: hij wijst die interpretatie als wel heel gemakkelijk van de hand. De scène doet bijzonder ko misch aan. Ze is het ook, al heeft ze niet dat tikje bespottelijkheid, dat onze nuchter heid er graag aan wil verlenen. Heel de film door wordt men de lichte adem der ironie gewaar. Dat maakt haar juist zo aantrek kelijk, omdat ze het wezenlijke van het bij komstige scheidt en met een lach de mens schildert in de ontvankelijkheid van hart en geest, primitief in zijn uitingen, maar met het temperament en de oprechtheid van een kleine (Italiaanse) gemeenschap hoog in de bergen. Niet zo hard als de be woners van het bergdorp „Manon van de bronnen", wel zo armoedig en spontaan. Ja, het is een heel aardige film „Brood, liefde en fantasie". Men zal er zich een vol uur lang best mee amuseren. Vloeiend in beeldovergang, mooi in het gebruik van het natuurlijke décor, fijntjes in de teke ning van mensen met een bijna luchtig ge bruik der montage en bekeken camera werk. Een zonnige film uit een zonnig land. Als première voor een theater, dat blijkens de opzet geselecteerd goede films gaat draaien, een verantwoord openings nummer. Wie met studio" kennis gaat maken, doet het tegelijk met een char mante film! P. W. FRANSE Voor wie het oude „City" heeft gekend is het nieuwe „Studio" zoveel als een openbaring. Een ruime entrée voert naar een fraaie Franse zaal, waar een prachtige ruimtewerking het vroegere effect van de pijnen'a volkomen te niet doet. Dat is dan vooral te danken aan de ornamentiek. De zijwanden zijn in vakken verdeeld, die in o-m crèmekleurige omlijsting rode plastic ek led in gen bevatten doorweven met een licht grillig motiefje. Op eenvoudig ge modelleerde vlakken is de verlichting aan die wanden aangebracht, terwijl met een maximum aan smaak en gevoel voor sfeer de plafondverlichting werd verzorgd. Nergens indirect licht noch neon-buizen. Heel het interieur is van een behagelijke programma, dat gedeeltelijk door een goo chelaar en de heer Th. Duindam werd ver zorgd, welke laatste een amusante imitatie gaf van Kees Stet. Na enige ronden kien spel was de beurt aan de danslustigen, die onder leidiing van de heer H. van der Moo- len de nieuwe dansvloer van het verver singshuis hebben ingewijd. NÏFTTW T A ARSRECFPTIE BURGEMEESTER De burgemeester van Zandvoort en me vrouw Van Fenema-Brantsma stellen zich voor op Zondag 2 Januari 1955 des namid dags van 3.30 tot 5 uur ten raadhuize in de Hierna werd, een begin gemaakt met het raadzaal een nieuwsjaarsreceptie te houden. Gina Lollobrigida en Vittorio de Sica als het herderinnetje en de commandant. warm aandoende sfeer, die als het ware is afgestemd op de selectheid der pro gramma's, welke men voornemens is te vertonen. De projectie geschiedt op de muur, die ook berekend is op Cinemascope-films, de geluidinstallatie bevindt zich daaronder. De capaciteit van het theater is opgevoerd van 220 tot 313 stoelen. Er is geen balcon. De stoelen zelf zijn in licht en donker bruin uitgevoerd met rode pluche zittingen en rugsteunen. Ze zijn even comfortabel als passend in de omgeving, een tikje ge waagd zelfs, maar zeker geslaagd. Het nieuwe Studio-theater, dat evenals het Lido door architect G. A. M. Loog- man werd ontworpen, is een vooral in genieus en harmonieus stuk werk. Het is een zogenaamde verbouwing waarvoor overigens een hele zijmuur moest worden neergehaald het doet zo helemaal niet aan. Het theater is nieuw. Gloednieuw. Dat het in Studio verboden zal zijn Ie roken, is een omstandigheid, waaraan het Haarlemse publiek wel gewend is geraakt. Het zal er het theater niét om mijden. Donderdagavond kan men dus met „Studio" kennismaken. Directeur I. van Frank vertoont dan de film hierboven be sproken en alleen op deze openings avond de prachtige film van Franse origine „Withaar", de witte hengst", on langs in „Erbij" uitvoerig omschreven. Deze film wordt later hervertoond. De ba ten van de avond komen geheel ten goede aan „De stille armen". Ongeveer twee jaar geleden behandelde de Haarlemse rechtbank de zaak tegen twee Amsterdammers, verdacht van dief stal van ongeveer 50.000 uit een brand kast van de Boerenleenbank te Halfweg. De diefstal was geschied in de Kerstnacht van 1951, toen de kassier van de bank en zijn familie naar de nachtmis waren. Tijdens de behandeling legde de Amster dammer B. van M. verklaringen af, die volgens de mening van de officier van justitie onwaar waren. Van M. had zich later wegens meineed te verantwoorden en de Haarlemse rechtbank legde een ge vangenisstraf van een jaar op. In hoger beroep werd het vonnis door het ge rechtshof te Amsterdam bevestigd. Van M. tekende beroep van cassatie aan en Dinsdag behandelde de Hoge Raad de zaak. De procureur-generaal deelde mee, dat cassatiemiddelen ontbraken en con cludeerde tot verwerping van het beroep. Het arrest volgt op 11 Januari. Evenals in vorige jaren zal er ook dit jaar in de Grote Kerk een kerstnachtdienst worden gehouden, uitgaande van de com missie voor Bijzonder Kerkewerk, van de Ned. Hervormde Kerk. De aanvang van de dienst, die gehouden wordt op Vrijdagavond 24 December is ge steld op 11 uur. Voorganger is dr. G. Snij ders, Nederlands Hervormd predikant te Haarlem. Het orgel wordt bespeeld door Klaas Bolt. De heren J. Wildschut (eerste trompet) en Fr. Kniese (tweede trompet) verlenen medewerking. De koorzang wordt verzorgd door Schotens Christelijk Ge mengd koor onder leiding van Geert de Boer. Vele extra zitplaatsen zijn aangebracht. Voor een geluidsinstallatie is gezorgd. De deuren van de kerk worden reeds om tien uur geopend. Door de organist worden van 10 uur tot half elf de volgende werken uitgevoerd: 1. Praeludium en Fuga in C. gr. t„ van J. S. Bach. 2. Orgelkoralen, a. „Kommst Du nun Jesu vom Himmel her- unter"; b. „Vom Himmel hoeh da komm ich her". 3. Sonate no. 3, van Felix Mendels sohn Bartholdi. 4. Improvisaties over be kende kerstliederen. Om half elf begint de samenzang. De tekst van de te zingen lie deren en de orde van de dienst worden in de kerk uitgereikt. Extra bussen zullen na afloop van de dienst gereed staan, om de kerkgangers in de richtingen Heemstede Amsterdamse buurt, Bloemendaal, Overveen en Haar lem-Noord te vervoeren.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1954 | | pagina 9