W 7 M Vorstin des Volks Moederdag Luxe huishoudelijke en „Gero" artikelen „Eenbenige wandelkampioen" Georges Paillot in Haarlem Een verken niertje vloog over Tweede concert in de „Beethovencyclus" Belang van muntvondsten in de archaeologie yy Opvoering in Openluchttheater Bloemeridaal BROERSEM rieven aan de redactie 13 Op weg naar Scandinavië Invalide Parijzenaar liep 50.000 km. in 20 jaar Engelen zonder vleugels Wijziging in jury van orgelconcours Spaar cijfers van April van de Nutsspaarbank Examens Burgerlijke Stand van Heemstede - krijgt iedereen zijn eigen 1lK.fi IIsoepkop en schotel i (JJihitmA v soepen OM oom Zomer-academie voor orgel „Liefdewerk Oud Papier'' bestaat halve eeuw 4711 »kölnisch* EAU DE COLOGNE yy VRIJDAG 6 MEI 1955 HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT Temidden van de feestvreugde zullen vele Haarlemmers ongetwijfeld een man heb ben opgemerkt, die zich voor een invalide met een kunstbeen wel bijzonder gewiekst voortbewoog. Het was de 51-jarige Georges Paillot, die in Frankrijk de titel geniet van „Champion de marche unijambisté", één- benig wandelkampioen van Frankrijk. De titel is alleszins verdiend, want hij heeft er sinds 1920, toen hij met zijn afstands marsen begon, reeds 50.000 kilometer op zitten. En daarmee is hij nog niet tevreden: Georges Paillot bevindt zich in Haarlem op doorreis naar Denemarken, Zweden en Noorwegen, vanwaar hij naar de Verenigde Staten hoopt te reizen, om ook deze te voet te doorkruisen. Hij voert de documentatie van zijn wan delingen met zich mee in de vorm van een plakboek met krantenknipsels dat zo zoet jes aan reeds de omvang van een Staten bijbel heeft bereikt. Want in alle landen, waar hij doorwandelde, hebben de bladen aandacht aan deze hartelijke, jongensach tig enthousiaste tippelaar geschonken: Frankrijk, Italië, Duitsland, Zwitserland, België, Nederland, Denemarken, Zweden, Noorwegen, Luxemburg, Algerije, Spanje en Portugal. „Toen ik zes jaar was werd ik in Parijs overreden door de tram", ver telde hij ons, „de métro was er toen al maar er waren ook nog trams en geen bus sen zoals nu. Toen ben ik dat been kwijt geraakt. In het begin verdiende ik de kost als komiek, maar ik had geen zin om altijd maar op dezelfde plaats te blijven en ik ben gaan lopen". En volgens de rector van een middelbare school van Périgueux, Andrien Colin, die in een aldaar verschijnend blad een lof gedicht aan hem wijdde loopt hij nu op een been sneller dan hij op twee benen zou hebben gedaan. Hij had in Périgueux namelijk juist een tijdmars gemaakt van één kilometer in 7 minuten en 2 seconden. Amateurtoneel Na de toneelvereniging „Ludamus" is Dinsdag de groep der „Verenigde Spe lers" voor het voetlicht van de stads schouwburg getreden met een opvoering van Albert Husson's geestig blijspel „En gelen zonder vleugels". Het komt mij voor dat het spelletje eenzelfde succes bescho ren zal zijn als „Het witte schaap van de familie", want kort nadat het beroepsto neel het heeft vrijgegeven wijdden onze amateurs er al hun talenten aan, overigens niet altijd met de juiste waardering van de stof. Hoe gemakkelijk het stuk ook lijkt, het is niet zomaar een grappig geval, dat men slechts met een aantal types hoeft te vullen. Het verdraagt vooral geen zwaar wichtige Hollandse degelijke speelstijl en opnieuw, zoals bij Ludamus, moesten wij constateren, dat hier het grote mankement ligt. Regie en spelers van De Verenigde Spelers dramatiseerden en trokken te veel in de nuchtere inzet van het eerste bedrijf. Ze zagen geen kans voor een luchtige en lichte, ja bijna nonsensikale voorbereiding te zorgen van de sfeer, die met de komst der drie „Engelen" gaat heersen. Ploontje Londema nam de dingen veel te zwaar en Jaap Plas verzuimde van zijn geplaagde meneer Felix Ducotel een persoonlijkheid te maken. Het was veel te plomp en veel te serieus. Het was een kennelijke fout van regisseur Van Otterloo, die toch de drie musketiers zoveel zwier had ingeprent. Zij bewaarden die tot het eind met af en toe een tikje te veel persoonlijke vrijmoedig heid, welke men hen echter graag ver geeft. Joost den Hartog en I-Ienk Pollack waren de echte komieken van deze drie over leven en dood beschikkende heren. Een aardig rolletje was dat van Willy Paauw als de verliefde jongedochter, voor al goed van toon. Willy Kreeft-Massink verscheen niet geheel indrukwekkend als een ratelende dame - deze komische scène was een deceptie door het slechte tegenspel dat haar werd geboden - terwijl ik ook voor Paul Haanstra als de boze neef niet veel bewondering kan opbrengen, maar dat is dan weer een verwijt aan de regie, die niet zorgde voor de toch zo nodige charge. Beter voldeed Peter Posthuma als vrijer, die niet op vrijersvoeten is. De kroon spande echter het drietal engelen, dat de hele avond de stemming erin hield. P. W. FRANSE. Aan het op 6 en 7 Juli te houden vijfde internationale orgelconcours zullen deel nemen Janine Corajod, Genève; Giuseppe de Dona, Treviso; Georges Robert, Parijs; Piet Kee, Alkmaar en Piet Post, Leeuwar den. In de jury is enige wijziging gekomen; zij zal thans gevormd worden door Jeanne Demessieux, Parijs, prof. Josef Zimmer- mann, Keulen en George Stam, Utrecht. De Nederlandse Bachvereniging onder leiding van dr. Anthon van der Horst, met als solisten Heieen Verkleij, Aafje Heijnes, Paul Hameleers en David Hollestelle, zul len medewerking verlenen aan het concert, dat het Noordhollands Philharmonisch Or kest op 8 Juli in het Concertgebouw zal geven. Dat doet Paillot meer op zijn tochten. Ter gelegenheid van kermissen, markten en dergelijke maakt hij tijdmarsen, zoals 15 Augustus 1953 nog in het stadion Lima Porto te Lissabon, waar hij 8 kilometer liep in 1 uur en 22 seconden. „Voor de oorlog had ik een houten been van vier kilo", zei hij ons, „dat liep veel zwaarder. Maar dit hier is ruim 2'L> kilo lichter, het is van aluminium. Dat gaat helemaal prachtig. Kijk, je'moet je niet laten intimideren door invaliditeit, maar alles doen wat je nog kunt. Het lichaam is een prachtig mechanisme en je moet het goed onder houden. Ik heb ontdekt, dat dat met vis en levertraan het beste gaat. Dat is de goede smering voor de motor. En roombo ter, vreselijk veel roomboter". Ruim twintig jaar geleden wandelde Paillot ook al door Nederland en door Haar lem met zijn kunstbeen. Hij zingt meestal onderweg. Van „La Madeion" of het toe passelijke „Sur la route, la grand' route, un homme va chantant Op het tweede van de drie aan Beetho- vens oeuvre gewijde voorjaarsconcerten van het Noordhollands Philharmonisch Orkest speelde Eduardo del Pueyo het Vijfde Pianoconcert. Zijn vertolking maak te veel indruk op het publiek: zij was tech nisch brillant en in de boekdelen harts tochtelijk geladen. Des te meer viel het op dat hij het middendeel, het Adagio un poco mosso, zo rustig en zo koel hield. Over het geheel leek het zijn opzet om de dynami sche contrasten zo groot mogelijk te ma ken, met het gevolg dat het forte meer maals ruw werd en dat somige passages nauwelijks hoorbaar waren. Men kon zelfs terecht vermoeden, dat Del Pueyo bij ze kere passage in het eerste deel, waar de blazers een thema ontwikkelen, de pianis tische figuratie in de steek liet. Het was mij te grillig en te wisselvallig om er geest driftig bij te worden. De pianist had in dirigent Verhey eén partner, die hem zeer ter wille was. De avond was begonnen met de ouver ture voor het treurspel „Egmont" van Goethe, een stukje muzikale vaderlandse geschiedenis, dat steeds aangrijpend werkt, passend bij de herdenkingen van deze da gen.. De Zevende Symphonie klonk tot slot als een feest van rhythme en melodie, van welluidendheid en vormkracht. Verhey gaf haar het volle pond aan levensenergie mee. JOS. DE KLERK. Haarlemse Stadsevangelisatie houdt conferentie Door de Haarlemse Stadsevangelisatie zal op 15, 16 en 17 Mei in het gebouw Lan ge Herenstr. 6 een landelijke conferentie worden gehouden over het onderwerp: Je zus de hoop der wereld". Het doel van deze conferentie zal zijn verdieping en wederop bouw tot vrede. Medewerking zal worden verleend door zangkoren uit Haarlem, Be verwijk en Velsen. Voor de afdeling Kemiemerland van de Arcnaeologische Werkgemeenschap voor Westelijk Nederland, sprak de heer J. H. den Hartogh uit Hilversum over het be lang van de numismatiek voor de archaeo logie. Muntvondsten zijn steeds een belang rijk onderdeel bij het archaeologisch on derzoek. Men kan uit deze vondsten veel over vroeger tijden vaststellen. Ook de historie put veel gegevens uit deze bron. Zo is bijvoorbeeld de te tradrachmen van Alexander de Grote, waarvan spreker mooie exemplaren toonde, waarop zijn beeltenis voorkomt en die op vele plaatsen in het midden-Oosten is gevonden er een bewijs voor, dat hij een machtig koning is geweest en over een groot gebied heeft ge heerst. Door Romeinse muntvondsten ge daan in ons land, onder meer bij Vechten, Arentsburg, Nijmegen en in Zuid-Limburg, is men velerlei te weten gekomen over de Romeinen in ons land. De Romeinse mun ten stelden ons ook in staat de vele Ro meinse keizers in volgorde te dateren en ons hun beeltenis te doen kennen. Over de vólksverhuizingstijd is nog maar weinig bekend, hetgeen wij er van weten is gro tendeels op muntvondsten gebaseerd. Ook voor de kunsthistorie zijn oude munten van grote waarde. De afbeeldingen op Ro meinse en Griekse munten leerden ons veel over die kuituren en hun kunst. Op mythologisch gebied zijn de voorstellingen van Griekse goden op vele munten ook van groot nut voor onze kennis daarvan. Voorts worden uit oude munten veel gegevens verkregen over de economisch-politieke aspecten van vroeger tijden. Men leest er onder meer bloei- en vervaltijden uit af. Vooral in de Balkan, waar hij als arts ver bleef, heeft de spreker vele Griekse en Romeinse munten verzameld. Öok legde hij een waardevolle collectie aan van Neder landse munten van het begin van onze jaartelling af. De spreker toonde vele Griekse en Romeinse munten en vertelde daarvan allerlei wetenswaardigheden. Ook liet hij een kostbare munt zien van koning Darius uit het oude Perzië. Interessant waren ook de munten van Carthago en de Romeinse koloniën. Kleine zilveren muntjes, z.g. „obolen" van ongeveer 400 jaar voor Christus, wer den de doden onder hun tong in het graf meegegeven. Alleen op Sicilië heeft men getande munten gehad. De Romeinse kei zerportretten zijn duidelijk en goed gemo-' delleerd. Ook Byzantijnse munten met Christelijke emblemen werden getoond. Van Nederland werden o.a. gouden mun ten van Dorestad en uit de Merovingische en Karolingische tijd besproken en be keken. Een gouden brakteaat van Otto de Grote uit de 12e eeuw wekte aller bewon dering. De gouden schilden van de graven van Holland waren ook aanwezig, evenals vele munten uit de gouden eeuw en nood munten van verschillende Hollandse ste den uit de 89-jarige oorlog. Gouden rijders, ducatons en schellingen e.d. gaven een beeld van de vroegere Nederlandse munt- kunst. Tweeduizend jaar Nederlandse ge schiedenis werd in munten getoond. Nadat de grote verzameling door de aan wezigen was bezichtigd, werd de bijeen komst door de voorzitter mr. C. M. J. de Jongh na een hartelijk dankwoord aan de spreker, gesloten. In de afgelopen maand werd bij de Nuts spaarbank in Haarlem ingelegd een bedrag van f 1.635.313 en terugbetaald f 1.267.573, zodat het inleg-overschot f 367.740 bedroeg (v. j. £361.907). Het spaartegoed bij de Nutsspaarbank be reikte eind April een totaal van £37.407.448. In deze maand werden 517 nieuwe spaar ders ingeschreven, waardoor het aantal in leggers steeg tot 74.032. Eind April waren 9732 spaarbusjes in omloop. DELFT. Geslaagd voor het candidaats- examen electrotechnisch ingenieur: L. P. Beneken, 's-Gravenhage; W. H. Beverloo, Rotterdam; J. van Delden, J. Knossen, J. C. Kok, S. H. de Koning, U. Kuipers, allen te Delft; H. Lankhorst, Rijswijk; H. P. J. Leltz, Delft; W. A. Loos, Amsterdam; J. Mulder, Delft; M. H. Odink, Haaksbergen; Ong Kian Kie, Amsterdam; C. H. J. Tim- mers, Rotterdam; P. de Vos, 's-Gravenha- ge; G. G. Waasdorp, 's-Gravenhage; J. G. H. Wattimena, Delft. Geslaagd voor het candidaatsexarpen voor mijningenieur: K. G. de Greef, Rotterdam. Geslaagd voor het ingenieursexamen electrotechnisch ingenieur: E. J. Abels, Zutphen; G. W. Acker, Rotterdam; E. D. J. Baars, Arnhem; J. P. Beek, 's-Gravenhage; P. van den Berg, Rijsoord; S. de Boer, Leeuwarden; J. H. Braams, Schiedam; A. S. de Clercq, Oosterbeek; G. C. Damstra (met lof), Goor; W. H. Dooren, Arn hem; B. Ehrencron, 's-Gravenhage; E. H. Ie Fever, Rotterdam; L. Him, Delft; M. ten Hoopen, Neede; I-I. M. van Hijfte, Eind hoven; A. J. Jahren (met lof), Delft; Koe- soediarso Hadinoto (met lof), 's-Gravenha- ge; C. Kramer, Den Helder; J. J. Lavell, Arnhem; G. Looijen, 's-Gravenhage; H. van der Made, 's-Gravenhage; H. V. A. M. Ma- seland, Delft; A. D. du Mosch (met lof), Huizen; F. Ogier, 's-Gravenhage; J. B. Rog- gebrand, 's-Gravenhage; P. van Rijn, Maas sluis; M. J. Sahertian, Delft; G. C. M. Schoenaker, Oldenzaal; C. G. H. Scholten, Haarlem; C. K. Soeters, 's-Gravenhage; J. E. Speelman, Rhoon; C. Webcr (met lof), Driebergen; P. R. Wind, Delft; R. M. C. Wijnhoven, 's-Hertogenbosch. Geslaagd voor het ingenieursexamen voor mijningenieur: A. G. Botman, Amsterdam; J. P. van Cruijningen, Oostburg. AMSTERDAM (Gem. Universiteit). Ge slaagd voor het candidaatsexamen rechts wetenschap J. L. M. van R.hijn, Velsen en voor het candidaatsexamen Frans mej. M. Bruinsma, Amsterdam. ONDERTROUWD: J. G. A. ten Bokkei en A. P. van der Zouwe; J. T. Beers en C. N. Knijnenburg. GETROUWD: j. G. Roeien on W. C. Kor- tekaas; .T. M. Siregar en M. C. Dek; J. P. Kruijt en L. M. Bemhard; W. de Jonge en E. van Wijk. GEBOREN: Maria Margaretha Alberdina, d. van P .C. Prins en M. Roest; Joost Jan, z. van J. W. Kappers en M. H. Kruissink; Maria Elisabeth Theodora, d. van L. J. Leu ven en E. M. Meijer; Joseph Petrus Maria, z. van J. L. I M. van der Weiden en C. M. E. Groeneveld; Franciscus Johannes, z. van J. M. Schreuder en A. C. Maatje; Maria Cornelia Theadora, d. van T. H. Verbeek en M. C. Prins. OVERLEDEN: C. W. Hofmann, 82 j„ He- enuweg 126; C. Duivenvoorden, 76 j., J. Te Deventer is de 74-jarige mej. Diek- man door gasverstikking omgekomen. Een gasslang in dc keuken van haar woning Steenlaan 3; J. Luppens. 66 j„ Herenweg 126; bleek lek te zijn. 1 Mej. A. A. I. Blaak, 56 j.. Achterweg 5. ADVERTENTIE Hoe meer U Uw gezin op Cali fornia tracteeri, des te eerder U allemaal zo'n prachtige soepkop hebt. U behoeft er maar 6 vlaggetjes voor op te sparen. Tot 15 Mes hp.v. soepkop en schotel desgewenst 10 GfëHT voor elk vlaggetje „Hé daar, even die lui tenant van links opvan gen!", klinkt het zacht uit de twee kleine luidspre kers, die bij twee van de vier lichtmasten van het Bloemendaalse Openlucht theater staan opgesteld. De beide mannen hebben het begrepen: twee spots wer pen hun verblindende licht bundels naar de linkerzijde van het speelveld, waar zo juist een luitenant uit de struiken te voorschijn komt. De zachte stem is afkom stig van de heer PI. C. Vos kuilen, chef van de Haar lemse Stadsschouwburg, die in de lichtcabine, annex souffleurshok, met een handmicrofoon de mannen bij de lichtmasten aanwij zingen geeft. En terwijl de souffleur, die naast hem zit, af en toe een speler een rolfragment toefluistert, spreekt de heer Voskuilen bovendien, op gedempte toon, met de drie mannen, die in de betonnen kelder ruimte schuin beneden hem, de handles voor onder meer het voetlicht en de lichtmasten hantei'en. Die luitenant, die zo juist uit de struiken te voor schijn kwam, is een van de ruim twintig amateur tonelisten uit Haarlem en omgeving, die onder regie van de bekende radio regisseur Wim Paauw na de voorstellingen op Be vrijdingsdag ook Vrijdag en Zaterdag het spel „Vorstin des Volks" van Jan Derks zullen opvoeren. Dit spel werd destijds in opdracht van het ministerie van On derwijs, Kunsten en We tenschappen geschreven om hulde te brengen aan Ko ningin Wilhelmina ter ge legenheid van haar vijftig jarig regeringsjubileum. Dinsdagavond werd de ge nerale repetitie gehouden en die hebben wij, groten deels „achter de schermen", meebeleefd. Opzij van het toneel, door bomen en struikge was aan het toeschouwers oog onttrokken, bevindt zich de geluidsafdeling. In dit, enigszins tegen regen en windvlagen beschutte bouwsel, dat veel weg heeft van een kraampje, zit An- dré du Bois, hoorspel- inspeciënt bij de Neder landse Radio Unie. Deze technicus komt ogen, oren en handen tekort, want hij moet tegelijkertijd in zijn „draaiboek" kijken, het to neel in de gaten houden, de gesproken tekst volgen, luisteren of zijn geluids effecten sterk genoeg zijn en twee draaitafels bedie nen. Hij is de man van de blaffende honden, het hoef getrappel en de tsjilpende vogels, maar ook van de ratelende mitrailleurs, de bulderende kanonnen en de aanvallende bommenwer pers, die alle op het juiste ogenblik de luidsprekers moeten verlaten. „Even een verkennertje laten overkomen!", zegt hij en meteen horen we het bescheiden ratelen van het kleine vliegtuigje. Even la ter draait hij met snelle handgrepen aan een der knoppen van een verster ker: duidelijk horen we het geschut, dichtbij ver weg, dichtbij ver weg, een uitdaging en een ant woord. Straks, tussen twee bedrijven door, zal de heer Du Bois Tsjaikofsky of Beethoven door de luid sprekers sturen om de toe schouwers het wachten op het volgende bedrijf, het geen wel enige minuten zal duren, aangenamer te ma ken. Want de twee personeels leden van de firma Michels uit Amsterdam zullen die kostbare minuten zeker no dig hebben, om in het grime-lokaal een aantal spelers weer wat ouder te doen lijken. Het stuk speelt zich namelijk af tussen 1910 en 1945, zodat vooral de hoofdpersonen in sterke mate moeten verouderen. In de pauze, onder het drinken van een kop koffie en tijdens het schuilen voor de regen, die zelfs bij de generale repetitie geen medelijden kent, wijst Wim Paauw op een rustige, ple zierige wijze de fouten aan, die hij in de afgelopen speeltijd heeft ontdekt. Soms ook, maar niet dik wijls, stopt hij het spel even, of laat hij een slot scène enige malen over spelen. En terwijl hij links en rechts bevelen uitdeelt, worden van alle kanten vragen op hem afgevuurd en allerlei problemen zoe ken door zijn oordeel hun oplossing. Neen, ook de re- gisseurstaak is geen ge makkelijke. Zo komt ook aan deze generale repetitie een ein de. Even na half twaalf sterft het geluid weg, de theater-verlichting dooft. Donderdagmiddag voor 't eerst is er weer leven in dit openlucht-theater ge bracht. Toen is opnieuw de luitenant-van-lmks uit het struikgewas te voorschijn gekomen en het weifelende verkennerij e overgerateld, toen heeft het geschut op nieuw geblaft, maar de stem van Wim Paauw: „Jongens, doe dat éven over!" heeft toen niet meer geklonken. Want dat kan niet, als er publiek op de banken zit. ADVERTENTIE Geef voor een gramofoonplaaf van RADIO-CM GRAMOFOONSPECIAIIST &R.H0UTSTR.I08 TEL.13046 HAARLEM De orgel- en improvisatiecursus, die ter gelegenheid van de zomer-academie voor orgel van 9 tot 30 Juli te Haarlem wordt gehouden, zal worden geleid door Jeanne Demessieux (Parijs), Friedrich Bihn (Ham burg), beiden voor orgel, Anton Heilier (Wenen) en Gaston Litaize beiden impro visatie. De lessen worden gegeven op het Müller-orgel in de Grote Kerk en op het Cavaillé Coil- orgel in het Concertgebouw. Lessen in theorie en lezingen zullen wor den gegeven door prof. Josef Ahrens (Ber lijn), ir. Henk Badings (Bilthoven), prof. dr A. D. Fokker (Beekbergen), Egon Kraus tWenen), prof. Gustav Leonhardt (Bazel), Hennie Schouten (Amsterdam) en Josef Tonner (Duisburg). De cursisten zullen excursies maken naar Gouda, Alkmaar, Amsterdam, NCRV-stu- dio (Sweelinck-orgel), Loenen (Flentrop- orgel) en het Gemeentelijk Museum te Den Haag (muziekhistorische afdeling). Aan het einde van de cursus ontvangen de cursisten een diploma. Zaterdag 7 Mei wordt het vijftigjarig be staan gevierd van de vereniging „Liefdewerk Oud Papier". De beschermheer, de bisschop van Haarlc i, zal des morgens om negen uur in de Jansstraatkerk een mis opgedragen en vervolgens verenigen de afgevaardigden uit de afdelingen van het bisdom Haarlem zich bij het gemeenschappelijk ontbijt. Des middags wordt er in café-restaurant Brinkmann om drie uur een feestverga.de- ring gehouden, waarbij namens de afde lingen een som gelds zal worden aangeboden voor het kerkbouwfonds. ADVERTENTIE 4711 "TOSCA" EAU DE COLOGNE Altijd welkom Als geurige lente-groet op Moederdag Bij het vijftigjarige regeringsjubileum van koningin Wilhelmina heeft mr. Jan Derks in opdracht van het ministerie van O. K., en W. een herdenkingsspel geschre ven onder de titel „Vorstin des Volks", dat bij gelegenheid van het tiende bevrijdings feest Donderdag tweemaal in het Bloemen daalse openluchttheater is opgevoerd en ook vanavond nog een voorstelling zal be leven. Er ware een toepasselijker spel denkbaar geweest dan dit voor zover het de associatie met de vijfde Mei betreft. Het is en blijft in hoofdzaak een soms symbolische soms reëele weerspiegeling van de regering van koningin Wilhelmina, maar het heeft dan toch wel zoveel aan rakingspunten met de vreugdevolle ge voelens om de vrijheid en de liefde voor het vaderland dat het een algemene waar de blijft behouden en ter opvoering ook nu nog opportuun is. De dramatische kracht is evenwel niet de sterkste kant van het stuk. Wat men in „Vorstin des volks" moet prijzen is zijn eenvoud, die van een harte lijke oprechtheid is en snel de genegenheid wint, omdat het zo duidelijk en tot de her innering en tot de verbeelding spreekt. Wat men er al heel spoedig in misprijst is de zucht van de auteur om met spitsvon dig woordenspel, het uitspelen van be grippen. het vrijen met de logica, de dra matische ontwikkeling te vertragen. Hij zoekt zijn heul in lange monologen en ont kracht de dialoog. De eerste twee bedrij ven zijn d.aar bijzonder mee behept. Pas wanneer hii de centrale fitruur in zijn spel. de stroper Pierewiet, bij de zaken betrekt, komt er tekening in de verhoudingen. Dan is de accu geladen en kan de vonk overspringen, die de motor op gang brengt. Maar die voorbereidingen zijn wel erg uitvoerig getroffen en hadden beter in de dramtische constructie verwerkt kunnen worden zonder er een apart deel van uit te maken. Soms ook is de auteur wel erg simplistisch zoals in het vierde bedrijf, wanneer hij het verzet tekent en in één be drijf een gevallen strijder, een slachtoffer van de hongerwinter en een gedropte ka pelaan uit het verzet tezamenbrengt. Ja, er zijn heel wat bezwaren van principieel dramatische aard. De speculatie op de ge voelens van het publiek blijkt echter het pleit te winnen. Het publiek is de eigen lijke speler in „Vorstin des Volks", omdat het spontaan meebeleeft en zichzelf gretig bij de gebeurtenissen betrekt. Het verbeidt met ongeduld het ogenblik, waarop het drama het daartoe de kans geeft. Het grijpt die met beide handen aan. Zo kan men verklaren waarom het stuk zo'n genadigrijk onthaal vindt. Maar dat is dan nog een onvolledige verklaring. Want ik moet dan toch ook het aandeel vermelden, dat de spelers en regisseur Wim Paauw in de bijval hadden, die de opvoering verwierf. Paauw had zeer ver standig' voor een sobere entourage ge zorgd. Er wordt al te veel van de concen tratie op de tekst gevergd dan dat het publiek nog eens afgeleid kan worden door uiterlijk vertoon. De regie richtte zich sterk op een verdieping van die con centratie en liet zich pas aan het slot gaan in uitbundig feestvertoon met een impo sant vuurwerk. Ook het spel van de ac teurs was wat men noemt gericht. Een BURGERLIJKE STAND GEBOORTEN: J. VoorenSchuur, d.; M. W. van den Endevan der Schoot, d.; G. J. W. E. Hollandervan Hesteren, d. ONDERTROUWD: P. Toen en J. W. Pou- wer; Ch. G. L. Robert en M. J. G. G. War- naars; K. H. van Donselaar en J. Veldhuis: E. de Voogt en J. Ch. C. Veenstra. GEHUWD: i'. II. ten Hove en A. J. Vier gever; H. Braam en P. J. Chr. de Haan. OVERLEDT Mej. M. L. Aalders. 71 j.; Wed. M. TjalmaCornelis, 81 j.; Mej. G. Stuurman, 72 j.; J. F. van der Pol, 77 j.; Mevr. R. MensertHesmerg, 84 j.; II. de Jong, 70 jaar. vooral in houding en dictie koninklijke verschijning bleek mevrouw W. van Maa- nen Cohen-Tervaart. Geknipt voor de rol van vorstin met beheersing van de zo moeilijke tekst in het bijzonder de mono logen. De heer L. Straus als haar directe tegenspeler Pierewiet buitte alle moge lijkheden uit, die in de figuur voorhanden lagen. In de verscheidene stadia van zijn verschijning typeerde hij hem gevoelig en geestig. Van de overige rollen moet de heer L. v. d. Broek nog vermeld als da kapelaan men verstond hem zeer goed in de door de vlagende wind bestreken ruimte dienen mr. Wijt gememoreerd met een heel bescheiden rolletje als prins, Wim de Ree als generaal-majoor en laa Rooiers verfomfaaid en gekreukt als de wanhopige vrouw in de donkere honger winter. P. W. FRANSE ADVERTENTIE z(jn een blijvend geschenk voor MOEDER. Een grote collectie vindt U bij Mag. „Amphora" ANEGANG 44 A - TEL. 15725 De afdeling Haarlem van de Neder landse Cristen Vrouwenbond h. op Maan dag 9 Mei des avonds 8 uur haar maande lijkse ledenvergadering te houden in het Nederlands Hervormd Jeugdhuis aan de Schoterweg 83. Ir. E. C. M. Roderkerk, directeur van de Stichting „de Kennemer Duinen" houdt een lezing met lichtbeelden over „De Kennemer Duinen". (Verkort weergegeven) Stank. Straks komen er weer honderden vreemdelingen naar de Keukenhof en wij laten deze gasten ook nog even ons mooie oude Haarlem zien. Maar laten wij er voor oppassen, dat zij niet de richting van Haarlem-Noord uitgaan, want op de Kennemerbrug gekomen zullen zij hun neuzen dichtknijpen en vragen waar die stank vandaan komt. Wanneer er regen verwacht wordt is de lucht, welke op de Kennemerbrug heerst en verder langs de gehele Schotersingel trekt niet te harden. Het is een n^stput. Is hier nu werkelijk niets aan 1<= -oen? Deze stank is een schande voor Haarlem. Van R. (Van de zijde van Openbare Werken deelde men ons mede, dat een dergelijke onaangename lucht een normaal terug kerend verschijnsel is. Vooral in het voor jaar. Dit vindt de oorzaak in het feit, dat Haa#lem nog steeds niet over een riool waterzuiveringsinstallatie beschikt. Men verzekerde ons bovendien, dat de stank in geen enkel verband staat met de werk zaamheden aan de Vrouwenhekbrug. Men heeft er namelijk voor gezorgd, dat het water uit de Kloppersingelgracht onbe lemmerd naar het Spaarne kan stromen. Red.) Gevaarlijk. Onlangs kwamen des avonds twee jongens naar schatting elf en dertien jaar oud voor ons raam spelen en gingen daar een brandje stichten. Ik heb hen weggestuurd, maar zij gingen toen in een poort achter een geparkeerde personen auto rustig verder. De brandende stukken papier vlogen onder en boven de wagen door. Wanneer deze auto in brand was ge raakt (hij staat des avonds en des nachts slechts enkele meters van ons raam) wa ren de gevolgen niet te overzien geweest. Deze poort is de enige in- en uitgang voor de vijfenveertig bewoners. De andere toegang is destijds dichtgemetseld. Het komt mij vreemd voor, dat deze auto in de poort mag parkeren, daar de doorgang, welke overblijft slechts een me ter is. Bovendien ligt in de Kennemerstraat een verhoogd trottoir, dat naar mijn me ning het vrij in- en uitrijden verbiedt. Te vens ligt in deze poort de riolering, die reeds een keer is stukgereden en nu is op nieuw door de bromfietsen, lichte en zwa re motoren en auto's in de straat een ver zakking van ongeveer dertig centimeter ontstaan. Kan er aan deze ongewenste toestand geen einde gemaakt worden? S.B.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1955 | | pagina 15