Tweede Kamer wees „kreupele"
huurverhoging af
O
Chefarine,4
E
TOPPUNT-
AMUSEMENT
DE BESTE SHOW
Oplossing voor kabinetscrisis
voorshands moeilijk te vinden
Betere bestrijding
van pijnen en griep!
Koningin Juliana opende E 55
>i L
Meerderheid van slechts 2 stemmen
Blijf meester
Demissionnair kabinet aanwezig
Complex van meningsverschillen
zal formatiepogingen belemmeren
Dr. Drees en prof. Beel
bij de Koningin
BEROEMDE GENEESMIDDELEN
IN ÉÉN TABLET
Poging tot uitstel
Vergeefse verdediging
Heringa Wathrich
Buiten-XJ bij Oranjesluizen
is droog
WILLY VERVOORT
3 JACKSONS
BLACK AND WHITE
WAMA'S
WILLY ALBERTI
CHICO'S
JOHNNY KRAAYKAMP
WOENSDAG 18 MEI 1955
Van onze parlementaire redacteur)
De val van het kabinet-Drees, dat Dins
dagmiddag om half zes met 50 tegen 48
stemmen de nederlaag leed door de ver
werping van het huurverliogingsontwerp,
was voorafgegaan door een vergadering vol
spanning. Een spanning zo groot als men
bijna nooit in het Nederlandse parlement
meemaakt. Het is wel meer gebeurd, dat
een ministerie met de kleinst mogelijke
meerderheid hetzij zich verslagen zag, het
zij nog juist de overwinning behaalde, doch
het bijzondere van de gang van zaken van
Dinsdagmiddag was, dat zich het beeld bij
herhaling wijzigde.
Aan het begin van de vergadering be
stond de indruk, dat het kabinet niet be
reid was ook maar op enig punt nog iets
over de brug te komen. Terwijl minister
Van de Kieft nog eens in girote trekken
uiteenzette waarom het bij een belasting
verlaging van 500 mi'lldoen moest blijven,
kwam minister Zijlstra de minister-presi
dent meetronen naar de ministerskamer
Even later keerde dir. Drees in de vergader
zaal terug, doch toen verwijderde minister
Witte zich. Spoedig daarop echter zaten de
ministers weer achter de regeringstafel,
waar toen ook minister Mansholt versphe-
nen was, die 'vliegensvlug uit Zweden was
teruggekeerd.
Na de minister van Financiën sprak
staatssecretaris dir. Van den Berge. Hij
kwam nog met een kleine, echter geenszins
onbelangrijk schijnende verrassing, dooi
de bereidheid van de regering aan te kon
digen om ten behoeve van de huiseigena
ren, die geen hogere huur zullen ontvan
gen, een afschrijving van 30 in plaats van
10 toe te staan. Reeds ging er bij hen,
die huizenhoog opzagen tegen een kabinets
crisis op dit ogenblik en met als inzet het
probleem der huren en der volkshuisves
ting, zonder dat er overigens ten opzichte
van de oplossing van die problemen een
positieve meerderheidsopvatting voorhan
den was, een zucht van verlichting op. Wat
later betrokken de gezichten weer, toen het
gerucht de ronde deed1, dat weliswaar dr.
Schouten (A.R.) thans waarschijnlijk het
kabinet zou willen redden, doch er zowel
in zijn fractie als in die van de C.H.U. een
of meer in verzet blijvende leden aanwezig
waren. Men meende echter dat met behulp
van de twee tot de Katholieke Nationale
Partij behorende leden, die volgens ver
wachting, vóór het huurverhogingso.nt.werp
zouden stemmen, nog juist de volstrekte
meerderheid bereikbaar was. Lang duurde
die verwachting niet. Tot bijkans aller ver
rassing kwam de heer Weiter verklaren,
dat hij en zijn fractiegenoot te overwegen
de zakelijke bezwaren hadden. Daarmee
ging nog gepaard, dat zij het voor het ge
zag van de Kamer ondoenlijk vonden te
stemmen voor een kreupel, door niemand
feitelijk gewenst wetsvoorstel. Als verwijt
aan het adres van het kabinet deed de heer
Welter nog uit de doeken, dat reeds bij de
kabinetsformatie in 1952 een eventuele
huurbelasting mee in het geding was ge
weest.
Met de K.N.P. en met bovendien prof.
Gerbrandy (A.R.) en mr. Schmal (C.H.),
die blijkens een korte verklaring, afwijkend
van die van hun fractiegenoten, insgelijks
tegen waren, was het ontwerp gedoemd tot
verwerping. Namens die Pairtij van de Ar
beid had mr. Burger verklaard dat zijn
fractie om zakelijke redenen genoopt was
tegen te stemmen, hetgeen echter aller
minst beschouwd moest worden als opzeg
ging van het vertrouwen aan minister Witte
ADVERTENTIE
MARQUISETTE ft ©E
90 breed
MARQUISETTE «g-
met schulp, 90 breed tï3
JACQUARD A QE
OVERGORDIJNSTOF 120 br.
PRIMA COCOSTAPIJT Q iC
100 breedO.©»
Idem 70 breed SoBO
SALONKARPET =75
WILTON, 180 x 120 97, *9
MODERN BOUCLé KARPET
180x115
WOL MOQUETTE W® "yg
TAFELKLEED ^©o#
LINOFELT, 200 breed J g®
v.d. Ned. Linoleumfabriek
KRUISSTRAAT 11
HAARLEM - TELEFOON 11191
ADVERTENTIE
Op grond van ontdekkingen van geleer
den uit de gehele wereld, was het mogelijk
de werking van het sinds tientallen jaren
meest gebruikte middel te versterken door
toevoeging van nieuwe geneesmiddelen.
De 4 middelen in één tablet helpen ook
dan.wanneerandere middelen falen.— r/
TEGEN PIJNEN EN GRIEP 20 TABLETTEN 85 ct
ADVERTENTIE
BARTELJO RISSTR. HAARLEM -TEL. 13439
FERD. B0LSTR. 48 A'DAM -TEL, 717162
ENGELSE SUEDE JASJES
(en dius nog minder aan het kabinet in
zijm geheel) en dat drie leden zich zouden
verwijderen en dus van stemming onthou
den. Ofschoon het heette, dat inderdaad
enige tot die groep behorende afgevaar
digden hiertoe wel geneigd waren, gebeur
de dit niet. En zo kwam het dan tot het
reeds vermelde resultaat.
Vroeg in de middag had mr. Burger
(P.v.d.A.) een poging ondernomen om de
stemming over de huurverhogingswet te
laten uitstellen, ten einde alsnog dit ont
werp in onderling vertrouwelijk beraad te
betrekken, dat moest dienen om gezamen
lijk naar een aanvaardbare oplossing van
huur- en woningbouwproblemen te zoeken.
Dan konden de ontwerpen inzake belas
tingverlaging eerst behandeld worden en
zou meteen „ontkoppeling" (opheffing dus
van het aan elkaar koppelen dier ontwer
pen èn het huurverhogingsvoorstel) be
reikt worden. Een voordeel hiervan zou
zijn, dat de Kamer zich niet genoopt zou
zien óf een crisis te veroorzaken óf een al
tc kreupel, haar onwelgevallig huuront-
werp te aanvaarden. Een prachtidee, vond
mr. Oud (V.V.D.), maar hoe denkt de re
gering hierover? Dat wilde dr. S c h o u-
len (A.R.) eveneens weten, doch hij gaf
al terstond te kennen voor een dergelijke
aanhouding van het huurontwerp weinig
te voelen, aangezien het te voeren beraad
zeker niet op korte termijn, gelijk mr. Bur
ger had beweerd en voorgestaan, een op
lossing zou opleveren.
Minister-president dr. D r e e s wees het
denkbeeld-Burger van de hand. De ontkop
peling was juist niet hetgeen het kabinet
wenste en juist achtte. Bij aanhouding van
het huurvoorstel zou de kwestie van de
belastingverlaging, waarin toch immers de
compensatie voor de beperkte huurver
hoging zat, herzien moeten worden, Voorts
zou het dan te voeren beraad onder veel te
zware politieke druk komen te staan. Kort
om, men zou bij aanvaarding van het voor-
stel-Burger noch met de belastingverlaging
noch met de h uurkwestie verder komen.
Op een nadere vraag van de voorzitter
verklaarde dr. Drees nog, dat als mr. Bur
ger zijm zin kreeg, de regering zou verzoe
ken de beraadslagingen over de belasting
verlaging te schorsen.
Na deze uiteenzettingen trok de aanvoer
der van de fractie van de P. v. d. A. zijn
motie in.
Tevoren had minister Witte, na zijn
ambtgenoot Van de Kieft en na de staats
secretaris, met heel wat meer kracht dan
vorig week het „kreupele" wetsontwerp
verdedigd. Hij zocht het nu vooral in ken
schetsing van de positieve voordelen daar
van en legde sterk de nadruk op de nood
zaak dit ontwerp te zien binnen het kader
van de lonen- en prijzenpolitiek. Komt er
een algemene huurverhoging, dan moet er
ook een loonronde komen. Dit kan echter
niet. Andere compensaties (150 millioen
meer halen uit verdere verlaging van de
omzetbelasitng) is binnen de 500 millioen
belastingverlaging evenmin mogelijk.
En dus laat de werkelijkheid zien, dat
algemene huurverhoging niet kan, terwijl
daarentegen een beperkte huurverhoging
als nu 'aanhangig wel bereikbaar is, het
geen toch zeker in het belang van de volks
huisvesting zal zijn. Beter dit voorstel dan
niets, was daarom de leuze. Tot de positieve
voordelen van het ontwerp mocht men
rekenen, dat de huiseigenaren een groter
aandeel in de volkswelvaart krijgen dan
hun tot dusverre was gegeven, dat door
deze maatregel betere zorg voor het onder
houd der huizen te verwachten valt, dat de
huiseigenaren aldus gelegenheid krijgen
het nodige voor vernieuwing op zij te leg
gen, dat de staat meer wordt teruggeplaatst
in zijn positie van aanvullende hulp ten
aanzien der volkshuisvesting. En bovenal
zou men in niet onbelangrijke mate, naai
de minister nog met cijfers aantoonde, een
einde kunnen maken aan de permanente
druk, die de oude lage huren op het peil
der woningen uitoefenen, juist ook op het
peil van nieuw te bouwen woningen. Al
met al is in het belang van verbetering dei-
volkshuisvesting verhoging van de huur
van oude woningen gewenst. Het wets
ontwerp zou mèt de reeds aangekondigde
verhoging van de subsidie voor woningwet
woningen bijdragen tot noodzakelijke ver
mindering van druk op het woningpeil. Zou
er niet door de Kamer aan deze overigens
allerminst volmaakte oplossing worden
meegewerkt, dan zou voor het feit, dat er
helemaal niets gaat gebeuren, niet de
regering in haar tegenwoordige samenstel
ling verantwoordelijk zijn, maar het ver
deelde Nederlandse volk. Dan zal er een
kabinet van andere samenstelling moeten
komen, verklaarde minister Witte.
Hierna zette minister Drees uiteen, dat
het na aanneming van dit voorstel te voe
ren verdere vertrouwvol overleg de eigen
verantwoordelijkheid van de regering
helemaal niet behoeft aan te tasten. Mocht
het ontwerp aanvaard worden met de
stemmen van de socialisten tegen, dan zou
dat voor het kabinet geen reden zijn, ook
niet voor de socialistische ministers, heen
te gaan. Of de Partij van de Arbeid in dat
geval het vertrouwen van haar kant wilde
opzeggen, was een geheel andere zaak.
Deed zij dat niet, dan was er verder geen
moeilijkheid. De minister-president merkte
ook nog op, dat als een regeringspartij niet
eens tegen een of ander regeringsvoorstel
zou mogen stemmen zonder dat zulks ter
stond een crisis zou veroorzaken, dat nu
juist een verdere beknotting van de be
voegdheid van de volksvertegenwoordiging
zou betekenen. Dr. Drees kondigde aan,
dat indien het kabinet demissionair zou
worden, het de belastingverlagingen zeker
niet zou kunnen noch willen beschouwen
als te behoren tot de zogenaamd lopende
zaken, die een demissionair bewind kan
afdoen. Tenslotte zou. daarvan was de
minister-president overtuigd, de belasting
verlaging dan wel onder een volgend kabi
net doorgang vinden, maar ingeval hij en
zijn mede-ministers nu een nederlaag zou
den lijden, verwachtte hij een niet onaan
zienlijke vertraging van het ingaan der
belastingverlaging.
De ministerpresident besloot zijn betoog
met behandeling van de vraag of het aan
zien van de Kamer wel gedoogde het huur
ontwerp aan te nemen. Zijn antwoord op
die vraag luidde volstrekt bevestigend.
Zeker, een Kamer mag zich niet de eis ge
steld zien, en dus ook niet daarvoor wijken,
om politieke redenen te stemmen voor iets,
dat zij principieel verwerpelijk oordeelt.
Dit geval deed zich hier echter niet voor.
Immers, bijkans iedereen zou deze voor
stellen aanvaarden als er maar iets meer
zou gebeuren, zij het dan dat men het over
wat en hoe er iets meer moet gebeuren
onderling niet eens is. Bij verwerping ge
beurt er niets en dan komt er oo'k niets tot
stand aan compensatie voor de duurdere
woningen. De Kamer diende een en ander
tegen elkaar af te wegen en er aan haar
aanzien niets worden geschaad, als zij, na
beraad, het wetsontwerp tenslotte zou aan
vaarden.
Drie kwartier schorsen bleek voldoende
voor binnenskamers beraad van de ver
schillende fracties. Het resultaat van dat
beraad is bekend. Slechts enkele punten
dienen nog even te worden aangestipt.
De heer Hofstra (P. v. d. A.) uitte
zakelijke kritiek op de verrassende verho
ging van de afschrijving. Het amendement-
Van Leeuwen om 10 percent huurverho
ging over de hele linie in te voeren zonder
enige compensatie aldus de bedoeling
van de voorsteller, dat om die reden voor
dr. Schouten en bijkans diens gehele fractie
onaantrekkelijk was geworden, werd ver
worpen. Mèt de WD stemden dan ook
slechts enkele Anti-Revolutionnairen en
twee Christelijk-Historischen voor, zodat
ook van het vraagstuk der huren en d'at
het door de regering onaanvaardbaar ver
klaarde amendement met 81 tegen 17 stem
men afgewezen werd.
Prof. Romme (KVP) liet in zijn korte
verklaring vóór de eindstemming over het
huurverhogingsontwerp, ter kenschetsing
van de reden waarom zijn fractie uiteinde
lijk bereid was ondanks haar ernstig© be
zwaren haar stem aan dit ontwerp te geven.,
de leuze horen: „Beter kreupel dan lam."
Nauwelijks had de voorzitter het resul
taat van de stemming meegedeeld, of de
minister-president vroeg schorsing van de
beraadslagingen over de verdere op de
agenda staande ontwerpen, waarna de
voorzitter de zeer bewogen vergadering
sloot. Buitengewoon groot was de belang
stelling op de tribunes geweest en even
eens in de loges, waar heel wat buitenland
se diplomaten dit merkwaardige schouw
spel meemaakten.
ADVERTENTIE
over Uw zenuwen. Neem
MIJNHARDT'S
ZENUWTABLETTEN
Koker 80 cl. Dubb. koker 1.50.
WAT MijnhaRPT MAAKT ISGOED
ADVERTENTIE
HAARLEM
BLIKSEMAFLEIDERS
Van half acht vanochtend wordt in de
Oranjesluizen Oostelijk van Amsterdam
niet meer geschut.
Reeds te kwart over zes was tengevolge
van de hevige Westelijke wind de water
stand niet meer normaal. Hij was toen
1.20 m minus N.A.P., te 7.2-5 was de stand
1.47 m en té 11 uur was hij zelfs ©ed'aailid
tot 1.98 m minus N.A.P. Sedert dat tijdstip
staat het Buiten-IJ nabij de sluizen droog.
Koningin Juliana, vergezeld van prins Bernhard, heeft vanmorgen de nationale
manifestatie van Nederlands energie „E 55" officieel geopend. Rotterdam had
zich voor deze bijzondere dag in feestgewaad gestoken. Vooral in de binnenstad
wapperden honderden vlaggen, allerwege werd oranje gedragen, grote mensen
massa's bewogen zich door het stadscentrum of dromden samen langs de route of
bij het tentoonstellingsterrein. Vele étalage's van winkels en warenhuizen ston
den reeds in het teken van de „E 55", die millioenen bezoekers verwacht.
Omstreeks kwart over tien vanmorgen werden de Koningin en prins Bernhard in
het stadhuis op de Coolsingel officieel door het gemeentebestuur verwelkomd.
Spoedig namen de Koningin en de Prins plaats in een calèche, bespannen met
zes paarden. Begeleid door een escorte van twee groepen rijkspolitie te paard,
elk van 24 ruiters in ceremonieel tenue en voorafgegaan en gesloten door
ruiters van de bereden brigade, reed de stoet met de vorstelijke personen door
de nieuwopgebouwde binnenstad naar de terreinen van de „E 55'Overal langs
de route stonden Rotterdamse schoolkinderen te juichen en te zwaaien. In de
stoet bevond zich ook de burgemeester van Rotterdam, mr. G. E. van Walsum.
Rotterdam beleefde haar belangrijkste dag sedert 1945.
ADVERTENTIE
Eén behandeling met
liiifola
schenkt Uw kapsel de
kleur en glans van het haar
van "sweet seventeen"!
Dit is het hidola vignet.
Vraag Uw rr
kapper advies, V'
hij is de vakman.
In de nabijheid van het Erasmiaans
gymnasium was voor deze gelegenheid
een tent opgesteld, waarin ongeveer 2000
genodigden de komst van Koningin en
Prins afwachtten. Onder hen merkten wij
op verscheidene leden van het corps di
plomatique, het Nederlandse demissionaire
kabinet en de staatssecretarissen, de voor
zitters van de Eerste en de Tweede Kamer,
vertegenwoordigers van Suriname en de
Antillen, de commissarissen der Koningin
van alle provincies, de burgemeesters van
Amsterdam en Den Haag, de rectores-
magnifici van de Nederlandse universi
teiten en hogescholen, de directeur van
de Nederlandse Bank.
Terwijl de Koningin en Prins Bern
hard zich met hun gevolg naar de tent
begaven, bracht de marinierskapel van de
Koninklijke Marine onder leiding van
Gijsbert Nieuwland het Wilhelmus ten ge
hore. Onder het baldakijn bij de ingang
van de tent werd het vorstelijk paar ont
vangen door het dagelijks bestuur van de
E 55, ir. J. W. Ernste, mr. K. P. van der
Mandele, J. Meertens, C. F. B'reedveld,
D. Hoogendijk, ir. J. A. C. Tillema en de
organisator Jac. Kleiboer, vergezeld van
hun dames. Voorts waren ter begroeting
aanwezig de demissionaire minister-pre
sident dr. W. Drees, de commissaris dei-
Koningin in de provincie Zuid-Holland,
mr. L. A. Kesper, en mr. H. Vlug, voor
zitter van de commissie van ontvangsten,
vergezeld van hun dames.
Nadat allen hadden plaats genomen
sprak ir. J. W. Ernste, de algemeen voor
zitter van de E 55, de openingsrede uit. Hij
zei onder andere, dat alle factoren die
hebben bijgedragen tot Nederlands her
stel samengevat kunnen worden onder het
ene woord „Energie" en dat daarom de
nationale manifestatie van de herstel
krachten de naam E 55 heeft gekregen.
Openingsplechtigheid
Toen Koningin Juliana na deze ope
ningsrede met een kleine handbeweging
de handle omhaalde, waardoor het kleuri
ge energieteken in beweging kwam, was
de E 55 officieel geopend. Onmiddellijk
daarna zette het Westkappelse vrouwen
koor, dat gekleed was in traditionele kle
derdracht, het lied „Holland is een heer
lijk land" in.
Om ongeveer vijf minuten voor half
twaalf begaf het gezelschap zich naar het
in de nabijheid gelegen Elfprovinciën-
plein. Daar begroette de Koningin de 24
J jongens en meisjes kinderen die op 5
i Mei 1945 zijn geboren die bij de hoge
j vlaggemasten stonden opgesteld. Zodra de
I marinierskapel de tonen van het vlagge-
lied „O Schitt'rende Kleuren" liet klinken,
I gingen langzaam de Nederlandse drie
kleur en de elf provincievlaggen omhoog.
Rondgang
Vervolgens begaf de koningin zich naar
het paviljoen van de telecommunicatie.
Langs de inzending van de electriciteit
kwam zij op het buitenterrein, waar zij
vanaf een verhoging een overzicht kreeg
van de expositie der steenkolenmijnen, de
Ned. Aardolie Maatschappij en de zoutwin
ning. Via de verhoogde loopbrug dwars
door het paviljoen der Nederlandse Spoor
wegen ging het gezelschap onder de water
tunnel door naar de energiehal, waar de
koningin zich liet voorlichten over de ex
positie van de havens, de Rijn- en Zeevaart,
de scheepsbouw en de inzending „Land uit
Water".
Natuurlijk trok vooral het Nationale Pa
viljoen, waarin het herstel van Nederland
wordt uitgebeeld, bijzonder de aandacht.
Om kwart over een namen koningin Ju
liana en prins Bernhard afscheid van de
E 55. Terwijl het fanfarekorps van de
Steenkolen Handelsvereniging zijn feeste
lijke klanken deed horen, werd de „Prinses-
seplaat" betreden, waarmee de hoge gasten
een tocht door de Rotterdamse havens gin
gen maken.
ADVERTENTIE
van
morgen, Hemelvaartsdag, 8 uur
Concertgebouw
en vele anderen.
van dit seizoen
BESPREEKT VOORAL
(Van onze parlementaire redacteur)
Welbeschouwd is de Koningin met haar
allereerste raadplegingen in verband met
de kabinetscrisis reeds begonnen. Zij heeft
gisteravond op Soestdijk tegelijkertijd met
de minister-president dr. Drees ook de
vroegere voorzitter van de ministerraad,
minister Beel ontvangen. Voor het aanbie
den van het ontslag van het kabinet zou
alleen de komst van de eerstgenoemde ge
boden zijn geweest. Zeker, prof. Beel is
een belangrijk lid van het kabinet, xnaar
bet is tenslotte toch met hem niet zo ge
steld als indertijd m 1946, toen het kabinet-
Schermerhorn-Drees werkelijk door deze
twee figuren was samengesteld. Iets der
gelijks is in 1952 niet gebeurd. Nu toch
prof. Beel tegelijk met dr. Drees bij de
Koningin werd ontboden, zou dit kunnen
zijn omdat wellicht het staatshoofd er prijs
op heeft gesteld zich onverwijld, nadat het
kennis had gekregen van het ontstaan van
de crisis, enigermate nader te oriënteren
met betrekking tot de wel zeer ingewikkel
de toestand die is ontstaan.
Nic-mand beter dan minister Beel zou
hiertoe een steentje kunnen bijdragen, aan
gezien hij in het bijzonder ook in de aan
gelegenheid, welke tenslotte is uitgelopen
op de val van het kabinet, een zeer be
langrijke rol heeft gespeeld. Ter vermij
ding van misverstand: deze val was niet
een gevolg van de rol van minister Beel!
Veeleer bestaat er. als ik wel ben ingelicht,
aanleiding om er van uit te gaan, dal deze
tesamen met de minister-president het
uiterste heeft gedaan, te trachten een crisis
te voorkomen. Ongetwijfeld hebben deze
twee binnen het kabinet het succes wéten
te boeken van een voor het ministerie in
zijn geheel alleszins aanvaardbaar compro
mis.
Wanneer men zich nu afvraagt, wat er
zal gaan gebeuren is er reeds onmiddellijk
op een vraag, die mogelijk bij sommigen
gerezen is, al een antwoord te geven. Ik
denk hier aan het feit dat in verschillende
kringen reeds vóór de stemming van gis
termiddag en zeker ook daarna de moge
lijkheid van Kamerontbinding is geopperd.
Maar uit het feit dat het kabinet aan de
Koningin ontslag heeft gevraagd is duide
lijk gebleken, dat dit kabinet op dit mo
ment aan de Koningin niet het advies heeft
gegeven noch heeft willen geven, tot ont
binding' van de Tweede Kamer over te
gaan.
Dit is mijns inziens ook volkomen begrij
pelijk. De kiezers zouden wel heel moeilijk
kunnen begrijpen, waarom het precies zou
gaan en bovendien moet men niet ver
geten juist een van de grootste moeilijk
heden tevens in deze crisis dat ook
verre van duidelijk is wat de Kamer in
meerderheid wèl wiL Men zou kunnen
zeggen dat in het negatieve aan den dag is
getreden, dat het niet meer gaat tussen
Kamer en kabinet en dat het daarom een
laatste redmiddel zou zijn om de verkie
zingen een jaar te vervroegen. Dan ver
geet men echter dat in het algemeen in
Nederland een Kamerontbinding, anders
dan in Engeland-, niet het middel is om de
normale zittingsduur van een Kamer en
het kabinet min of meer aanmerkelijk te
bekorten. Wanneer men zou zeggen: het
kabinet is levensmoe geworden, zou men
de plank ook volkomen mis slaan.
Het staat wel vast, zo durf ik zeggen,
vooral nadat ik dienomtrent een en ander
heb gehoord van een der kopstukken uit
het kabinet, dat van enige politieke levens
moeheid van de tegenwoordige ploeg geen
sprake is en evenmin van een gebrek aan
harmonie tussen de ministers onderling.
Soortgelijke leemtes, als zich in 1933 in het
kabinet-Ruys De Beerenbrouck hebben
voorgedaan dat, nadat het op een zeer
ondergeschikte aangelegenheid een neder
laag had geleden, terstond aan de Koningin
Kamerontbinding wilde adviseren, ont
breekt onder de huidige omstandigheden
ten enenmale.
Vandaag is de Koningin in Rotterdam
Voor de opening van de tentoonstelling
E-55. Dit behoeft echter geen beletsel te
vormen om verschillende figuren, die hier
voor in aanmerking komen, zoals ambts
halve de voorzitters van de beide Kamers,
te raadplegen cn mogelijk nog een enkele
andere nadien. Hieromtrent staat echter
nog niets vast.
Volgens de bekende regel, dat wie brok
ken maakt, het gelag moet betalen, zouden
er redenen kunnen bestaan, om in de eerste
plaats als zodanig te beschouwen mr. Bur
ger, de voorzitter van de P. v. d. A.-fractie.
Immers, doordat de mèt de K.V.P. sterk
ste regeringspartij, als één man tegen het
huurverhogingsontwerp heeft gestemd, is
de crisis ontstaan. Men kan echter ook van
een andere gedachtengang uitgaan, name
lijk deze, dat uit de oppositie degene, die
daar de leiding had genomen, te weten mr.
Oud (V.V.D.) geroepen zou kunnen worden
om een kabinet te formeren. Indien mr.
Burger de opdracht zou krijgen tot een
kabinetsformatie, ligt het voor de hand dat
gaan of nu niet het ogenblik is aangebro
ken voor het juist door hem zo vurig ge
wenste binnenskamerse beraad, waarin hij
mede de Huurverhogingswet had willen
betrekken. Hij ging er gister nog van uit,
dat men langs die weg op korte termijn tot
een zo bevredigend mogelijke oplossing,
der volkshuisvesting, zou komen. Namelijk
op die manier, dat er een zo groot moge
lijke vreedzame samenwerking tussen ver
schillende groepen omtrent die aangelegen
heid zou worden geschapen. Naar ik echter
uit verschillende politieke kringen verneem
acht men het ten enen male uitgesloten,
dat een dergelijk beraad binnen een paar
maanden tijd werkelijk tot een oplossing
zou leiden en daarmee zou het dus meteen
veroordeeld zijn, omdat het de huidige
crisis te lang zou rekken.
Als mr. Oud aan bod zou komen, zou
deze eigenlijk terstond moeten zeggen, dat
men hém niet moet hebben, aangezien vol
gens zijn bewering het hele „oude stel"
zou kunnen moeten terugkomen om tegen
over de Kamer te verklaren, dat het zich
vergist had met de houding, die het had
aangenomen. Zo ligt het, naar het mij wil
voorkomen, toch werkelijk ook niet. De
genen, die deel uitmaken van het kabinet-
Drees, zijn waarlijk geen „wilde jongens",
die zo spelenderwijs maar eens een fout
hebben begaan, welke met één armslag
weer is goed te maken.
Hier en daar hoort men ook wel verlui
den, dat er in de Kamer toch een vrij grote
meerderheid was, die het eens kon worden
over de gedachte, om thans tot tien percent
huurverhoging over de gehele lijn over te
gaan, dus huurverhoging voor alle voor
oorlogse woningen. In dat verband wordt
er dan gewezen op de K.V.P., de C.H., de
A.R. en de V.V.D. Het zou in de eerste
plaats direct al voor de K.V.P. een over
wegend bezwaar tegen een dergelijke com
binatie kunnen zijn, dat dit een uitgespro
ken anti-socialistisch blok zou worden en
in K.V.P.-kringen maakt men er geen ge
heim van dat men daar allerminst op ge
steld is. Ten einde zelfs de schijn van een
dergelijk blok te vermijden zou men het
dus zonder de V.V.D. moeten doen. Daar
bij komt echter nog een geheel andere
moeilijkheid, namelijk dat men het wèl
eens is over een tien-percents verhoging
over de gehele linie, maar dat onmiddellijk
de moeilijkheid ontstaat in verband met de
vraag of er dan compensaties nodig zijn, in
het bijzonder voor de arbeidende klasse,
voor wie een dergelijke verhoging van de
huren feitelijk niet te dragen zou wezen.
En als dan door sommigen de leuze wordt
aangeheven, dat een uitermate bescheiden
loonsverhoging een oplossing zou bieden,
staan hier direct anderen, in het bijzonder
de anti-revolutionnairen, in deze voorge
gaan door minister Zijlstra, tegenover, die
hij er naar zal streven om eerst eens na te zulks economisch eenvoudig onverantwoord
achten. Als men bovendien dan nog be
denkt, dat in het totaal de drie hier ge
noemde groepen 51 leden tellen en dat zich
daaronder, zoals nog gisteren bleek, ook
nog wel afwijkingen kunnen voordoen, is
het wel duidelijk dat ook in zulk een sa
mengaan niet bepaald een aantrekkelijke
grondslag te zien valt voor de vorming van
een kabinet.
Denkbaar ware, dat men tenslotte tot de
conclusie zou kunnen komen, dat een ge
heel andere ploeg zou moeten aantreden,
een extra-parlementair- of een zakenkabi
net, dat dan tot taak zou hebben de belas
tingverlaging, waarover inderdaad een
grote meerderheid het eens is, ten spoedig
ste verder binnen te halen om vervolgens
behoudens afdoening van de meest drin
gende lopende zaken de ontbinding van de
Tweede Kamer voor zijn verantwoordelijk
heid te nemen. Daarbij blijft dan nog altijd
de moeilijkheid, dat in geval van ontbin
ding en nieuwe verkiezingen aan het ge
hele kiezerscorps de vraag over de huren
en de volkshuisvesting allerminst duidelijk
zal zijn geworden.
Men zou zich ook in theorie kunnen
voorstellen dat, na een helaas dan waar
schijnlijk vrij lange crisis en tal van ver
geefse pogingen om de kabinetscrisis op te
lossen, het kabinet-Drees tot de slotsom
zou komen, dat dan inmiddels door zulk
een loop van zaken de omstandigheden der
mate gewijzigd zouden zijn, dat dit kabinet
het verantwoord zou achten om aan te blij
ven en zelf ten spoedigste aan het Staats
hoofd ontbinding van de Kamer voor te
stellen. Hiermee kom ik echter op een paar
andere aspecten, die de crisis heeft. In de
eerste plaats is het voor de socialisten in de
gegeven omstandigheden buitengewoon
onaantrekkelijk om thans spoedig tot de
kiezers te gaan en vandaar dat men in die
kring niets goeds hoort over de gedachte
van Kamerontbinding. Daarbij komt dat de
verhoudingen binnen de Partij van de Ar
beid, en waarschijnlijk in het bijzonder wel
door de jongste gebeurtenissen, er niet be
ter, noch duidelijker op zijn geworden.
Reeds bestond er tussen minister Drees en
een deel van zijn partij een zekere afstand
doordat er nogal waren en zijn in de P. v.
d. A. die langzamerhand in het bijzonder
aan de minister-president verweten, dat
hij een te behoudende politiek volgde, al
thans te dikwijls bereid was om voor de
wensen van de niet-socialistische bondge
noten te zwichten. In dat verband is trou
wens al de naam van minister Mansholt
genoemd als de mogelijke „troonopvolger".
Welke rol minister Mansholt in de nu ont
stane crisis heeft gespeeld is tot nu toe niet
bepaald duidelijk. Hij is onverwijld van
zijn reis door Scandinavië teruggekeerd,
doch de vraag kan gesteld worden, of hij
nog getracht heeft de fractie van de P. v.
d. A., op het laatste ogenblik, van tegen
stemmen af te houden.
Het zou wel eens kunnen zijn, dat men
binnen de P. v. d. A., ook binnen de fractie
van de P. v. d. A„ achteraf enigszins spijt
heeft van de aangenomen houding. Want
als men alles met elkaar eens bekijkt, dan
is het zeker niet goed te zien, welk voor
deel de P. v. d. A. kan trekken uit de nu
ontstane toestand.