<J)<? bétel VRMEMP. Over vrouwelijke predikanten ij alle edities van Haarlemsche Coi Monumentale kunst en ruimtevaart Op de E 55 Vervalste Francia in Londens museum Hoogconjunctuur in Duitse kunsthandel WE MAKEN 7 een schoolétui Wat staat hier De Ibloemenf ee KERKELIJK LEVEN 1 Chaos ee dynamiek JIJ NIET, ik niet, niemand is zó bang voor water als Rennie is. De kraan draait ze altijd maar een heel klein eindje open en nog veel voorzichtiger houdt ze daar haar handen onder het piepdunne straaltje, dat er uitkomt. En het washandje is altijd maar halfnat. Je moest dat arme eendje eens zien, dat in het water van het bad hoort rond te drijven: het bad is nog maar net volge lopen, Rennie doopt er haar teen in, haar hele voetje, nog een eindje, nog een eindje en dan stapt ze er al weer uit. Hup eendje, afgelopen is het weer met je ronddrijven in dat mooie bad. Rennie laat het water al weer weglopen. En dat voor een groot meisje dat al naar school toegaat! Vanavond was het ook weer zo. Ren nie is in het bad geweest, maar vraag niet hoe! Het eendje kan je er alles van vertellen en misschien zou het dat ook wel doen, als het niet een ander plan netje had. Rennie merkt het toch niet. Die ligt nu al in bed en ik geloof dat ze bijna slaapt. Opeens tilt ze haar hoofd op. Het was net of ze iets hoorde, of het raam van de badkamer heel zacht even piepte. Och nee, zegt ze, dat zal ik me wel verbeeld hebben. Meteen legt ze haar hoofd weer neer. Even later is ze echt ingeslapen. Kijk maar, haar hoofd diep onder de dekens droomt ze van iets. Droomt ze het wel? Wordt daar bui ten niet echt geroepen? Stil eens, til je hoofd nog eens op, Rennie. Ja, zó. Luis ter eens goed. Wat is dat? Wie roepen daar? Eerst zachtjes, maar steeds har der en harder. Ja, je hoort het goed: Rennie, roepen ze. Nu is ze helemaal wakker. Ze gooit de dekens van zich af en gaat rechtop zitten. Wat zijn dat voor stemmen? Vriendinnetjes? Vriendjes? Die komen toch zo laat niet meer buiten. Die sla- Dit schoolétui kun je maken van leer of vilt. Je hebt hiervoor nodig een stuk je van 18 x 18 centimeter. Op het teke ningetje kun je zien, hoe je het vormen moet. Prik nu langs alle kanten gaatjes en rijg met smalle strookjes leer of vilt het étui in elkaar. Maak ook een lusje en een knoopje er aan. Als versiering teken je met Oost- Indische inkt het tekeningetje over. pen, net als Rennie daar straks. Nu is ze pas goed nieuwsgierig. Ze glijdt uit bed en loopt naar het raam. Buiten schijnt de maan zó helder, dat Rennie met haar ogen knippert tegen het licht. Maar als ze daaraan gewend is en haar ogen wijd open doet, worden die steeds groter en groter van verbazing. Want wat ziet ze, vlak onder haar raam op het grasperkje? Daar zitten de vréémdste dieren die ze ooit gezien heeft. Eenden, zwaantjes, kikkers, malle poppetjes en ja, zelfs een krokodil is erbij. En wie zit er, denk je op de voorste rij? Haar eigen eendje, „Daar is ze", .roept hij en hij steekt boos zijn snaveltje naar boven. „Wie zijn jullie en wat wil je zo laat in de nacht?" vraagt Rennie, die het raam heeft opengemaakt. „Wij zijn de badbeesten uit de buurt en we zijn boos", zegt een grote witte zwaan. En de krokodil laat al zijn tan den zien."* „Maar op wie ben je boos?" vraagt Rennie geschrokken. „Op jou", roepen alle boze badbeesten tegelijk en ze wijzen met hun pootjes, snavels, vleugels en vinnen op Rennie. Rennie krijgt een kleur van schrik. Ze stottert ervan. „Op mijmijmijmaar wat heb ik dan.wat heb ik dan. ik heb jullie toch niets gedaan? Ik ken jullie niet eens „Haha", roepen de badbeesten, „ken je ons niet? Maar hèm toch wel?" Ze wijzen allemaal op het witte badeendje van Rennie, dat haar strak aankijkt. „Jaweljawel", zegt ze. „Hij is het eendje. Hij hoort in de badkamer." „Fout", roept de grote zwaan, „hij hoort in het bad, in het water, net als wij allemaal. Wij zwemmen iedere dag wel een half uur rond en onze baasjes spelen met ons. Ze maken golven met hun handen en ze blazen ons voort alsof zij de wind zijn. Maar jouw eendje weet van niets. Die zit maar op het droge te wachten. En als je het bad een keertje laat vollopen, dan drijft hij zielig in zijn eentje rond en vijf minuutjes, later is het al weer afgelopen." Rennie krijgt een kleur. Wat moet ze daar op zeggen? „Wat willen jullie nu?" vraagt ze, „zeg maar wat je wilt." De badbeesten kijken elkaar eens aan. „We wilden je eigenlijk met z'n allen in het water gooien", zegt de kro kodil, „maar je bent te groot. Als je ons belooft dat ons vriendje voortaan zwem men kan, zoveel hij wil, gaan we terug naar onze eigen badkamers. Maar als je het niét belooftof het niet doet, dat is hetzelfde, dan blijven we hier net zolang zitten tot iedereen weet dat jij je eendje op het droge laat." „Kom maar gauw", roept Rennie en floep daar zit hij al op de vensterbank. „Dag", roept hij tegen de badbeesten op het grasperkje. „Dag", roepen ze terug. „Ga maar gauw slapen", zegt het eendje tegen Rennie, „want 's nachts zwem ik toch niet. Maar morgenoch tend „Ja, ja", knikt Rennie, „ik beloof het je, hoor!" En als ze even later weer diep onder de dekens ligt kun je zien hoe ze in haar slaap nog van ja knikt. Het eendje dat naast haar op het kussen zit, moet er óm lachen. MIES BOUHUYS Schrijf alle namen van de prentjes, die hier door elkaar getekend zijn, op en probeer van de eerste letters een naam te maken van een grote vogel. Dit is een figuurzaagstukje, waar je erg precies mee moet zijn. Trek met behulp van carbon de tekening over op het hout en zaag de bloemenfee uit. Denk er om, dat haar arm er niet af breekt. Vervolgens schilder je het met plak kaatverf in zachte tinten, alleen de bloemen mogen fel gekleurd zijn. Trek, als het droog is, met potlood nog eens alle lijnen goed over en vernis het dan met blanke lak. Een spreeuwtje was zijn vriendje kwijt, hij had er ook maar één en nu was hij de hele tijd altijd maar door alleen. 'k Ga zoeken in een andre straat, floot het fiet, fiet, fiet, fiet. In elke straat riepen ze kwaad: „Wij willen jou hier niet". Het spreeuwtje werd er treurig van, het zuchtte elke dag: „Als ik geen vriendje vind, wat dan?" Raad eens wat het toén zag? Een tuin vol dieren, groot en klein, je mocht er zo maar in. Zou hier nou niet een vriendje zijn in zo'n groot huisgezin? Jawel hoor, daadlijk was die spreeuw - dat moet je horen zeg - al goede maatjes met de leeuw: Hij ging er nooit meer weg. En kom jij langs de leeuwenrots, let dan maar eens goed op: die kleine spreeuw zit blij en trots hoog op de leeuw zijn kop. XXXXXXXXXX XXXXJOCX oooooooocxxxx -rrxxtxxxrtxxi *XX>rrxXXXXXCCOOOCOLXX>DOCOCXXXXXXXXXXXXX>J" HET ZAL NIET lang meer duren, dat er in de Hervormde kerk een belangrijke be slissing zal worden genomen, namelijk over de vraag of men ook vrouwen zal toelaten tot de kerkelijke ambten. De Sy node heeft zich in dit opzicht reeds in positieve zin uitgesproken, maar de vraag is nu of ook de provinciale en regionale (classicale) vergaderingen zich bij het oordeel van de Synode zullen aansluiten. Vermoedelijk zal dit wel gebeuren, al zijn er bepaalde streken in ons land en op vattingen in de kerk, waar men zich zeker tegen de voorstellen zal verzetten. Maar het ziet er naar uit, dat het hier toch onv' minderheden gaat. Het is bekend, dat er in ons land ver scheidene kerken zijn, waar de vrouwe lijke predikant reeds lang een bekende verschijning is, zoals in de Lutherse, de Remonstrantse en de Doopsgezinde kerken. Hoe is het hiermee in het buitenland ge steld? Een van de redacteuren van het weekblad „De Hervormde kerk" heeft voor het antwoord op deze vraag een aantal gegevens verzameld, die voor ons interes sant .zijn, nu de grootste Protestantse kerk in ons land voor de bovengenoemde be slissing komt te staan. Aan het begin van déze eeuw hebben zich overal in de Westerse landen de meis jes gemeld, die een academische studie wilden volgen. Zij lieten zich inschrijven bij de verschillende faculteiten en ook de Theologische faculteit kreeg de vrouwe lijke student te 'zien. In Duitsland konden de vrouwelijke theologen tot 1926 haar universitaire examens afleggen, maar niet in de ge meenten aan de arbeid gaan. Dat ver anderde in dat jaar, toen ook de vrouwe lijke predikant volledig werd erkend. Zo kunnen thans de vrouwelijke vicarissen reeds terugzien op een tijd van bijna der tig jaar, dat zij in het officiële kerkelijke ambtswerk zijn ingeschakeld. Oorspron kelijk vonden zij haar arbeidsveld vooral in de uitwendige en inwendige zending, gaven godsdienstonderwijs op de scholen, werkten in inrichtingen en gevangenissen en waren betrokken in de voorlichting van vragen over huwelijk en opvoeding. Pas de laatste wereldoorlog wijzigde deze positie grondig. De kerkelijke regle menten van 1927 hadden de vrouw reeds toegestaan om in noodsituaties te mogen preken en de sacramenten te bedienen, doch elk geval diende dan afzonderlijk te worden bezien en beslist. Maar, deze nood situatie ontstond tijdens de oorlog. Zij kreeg een algemeen karakter, omdat hon derden predikanten in het leger moesten en reeds gedurende de oorlog werd een aantal vrouwelijke vicarissen opgedragen zelfstandig een gemeente te verzorgen. Na de oorlog bleek er een ontstellend tekort aan predikanten te zijn. Het aantal theologische studenten liep sterk terug en zo werd de vraag naar vrouwelijke predi kanten weer opnieuw acuut. In Würtem- berg, in Bremen, in het Rijnland werden tal van vrouwelijke predikanten in haar ambt bevestigd en sedert dien zijn eigen lijk in alle Duitse „Landskerken" vrouwe lijke predikanten volledig bevoegd in de gemeente werkzaam. INTUSSEN doet een zelfde verschijnsel zich ook elders in de wereld voor. In Amerika wijzen de episcopale en Lutherse kerken de vrouwelijke predikant princi pieel af, maar andere kerkelijke groe peringen, zoals bijvoorbeeld de Baptisten, hebben de vrouw tot alle ambtsverrich tingen toegelaten. De vice-president van de Amerikaanse Unie van Baptisten gemeenten moet zelfs een vrouw zijn. En in Canada zag de United Church zich in 1947 voor de noodzakelijkheid geplaatst om volledig bevoegde vrouwelijke predi kanten tot de gemeenten, de kansel en de bediening van het Avondmaal toe te laten. In Engeland mogen de vrouwelijke pre dikanten wel de godsdienstoefening leiden, maar niet de sacramenten bedienen. In Finland zijn driehonderd vrouwelijke theo logen, die nog geen officiële bevoegdheden hebben, maar in Noorwegen en ook in Oostenrijk mogen zij met toestemming van de betrokken bisschop ook de sacramenten bedienen. Maar, in al deze landen is, procents- gewijs, de laatste jaren het aantal vi-ou- welijke studenten in de theologie sterk ge groeid, in vexhouding zelfs meer dan bij de andere faculteiten. En waar in een aantal dezer landen de toevoer van manne lijke theologen minder wordt, zal oxigetwij- feld in de toekomst de volledige ambte lijke bevoegdheid voor de vrouw, ook waar deze nu nog aan beperkingen onderworpen is, worden toegekend. 2 1 MEI 1955 lirngsterrein nog een paar copieën van bou wen," zo vertelde ons een der vóorlich- tingsmensen van dé E-55. Om er bewon derend aan toe te voegen: „Ziet u, dat is nou de dynamiek van de meneer Kleiboer." Nog meer dynamiek en nog minder gren zen zijn er in de vijf ruimtevaart-pavil joens die aan de Zuidzijde van de expositie in het park zijn ingericht. Wie hier binnen gaat, kan in tien minuten tijds een raket vaart naar een Saturnusmaan meemaken, een maankrater betreden en tenslotte uit de duistere verten van het heelal naar de aar de terugkeren. Maar bereidt u voor op bot singen met meteorieten, ruimtemensen van andere planeten en meer van zulke fantas tische verschijningen gelijk het lugubere mannetje, dat u vanaf het laatste plaatje aanstaart. Hij is net als de Jules-Verne- maanraket „op ware grootte", die men hier aantreft een schepping van een aantal Haarlemse ruimtevaart--enthousias telingen. ONDER DE talloze uitingen van kunst en kunstnijverheid, die op de E-55 te aan schouwen zijn, is Karei Appels gerucht makende „Energiemuur" met zijn vijfhon derd vierkante meter felkleuriige abstrac ties en symbolen (wij vertelden u ddar vorige Zaterdag reedis van) stellig de om vangrijkste en imposantste. Er zijn echter legio andei-e muurschil deringen in alle mogelijke technieken en opvattingen, van welke wij het hierbij af gebeelde Scheveningise midzomertableau wel een van de feestelijkste vonden. Ge schilderd door de Haagse kunstenaar Co Westerik die men hier de laatste hand ziet leggen aan zijn ruim acht meter brede Frans-zwierige stukje strandleven vormt het een zeer geslaagde afsluiting van het paviljoen der gemeente Den Haag, waar van de stijlvolle soberheid een prettig con trast vormt met de veelal chaotische over- ladenheid der andere provinciale en stede lijke paviljoens in het complex „De Groei van Stad en Land1". Amsterdam bijvoorbeeld heeft in dit complex (dat in het éentrum van het Rot terdamse park nabij de Maas ligt) een stand ingericht vol gestyleerde monster- poppen, op wier ronddraaiende harten men de hoofdstedelijke prestaties op het gebied van stadsplanning, woningbouw en derge lijke kan aflezen en dlie omgeven wor den door een kakelbonte verzameling van kermisachtige verlichtingsornamenten en attributen, die verre van fraai zijn. Over- ijsel exposeert een verzonken landkaart, waarboven aan onzichtbare touwtjes "zulk een eindeloos aantal flesjes melk en andere provinciale producten bungelt, dat het u bij de eei'ste aanblik al duizelt. Ook in de andere provinciale en stedelijke paviljoens mangelt het veelal aan overzichtelijkheid, omdat men te veel heeft willen tonen, waardoor de op zichzelf vaak uitstekende ideeën en smaakvol expositie-materiaal bedolven werden onder een veelheid van détails, die alleen maar vei-warrend en misschien zelfs afschrikkend werkt. Een verademing is na dit alles het Haagse pa viljoen, waar eigenlijk alleen maar een in formatiestand, een decoratief hekje, een LONDEN (United Press). - In- de j National Gallery van Londen hangt j reeds lange tijd een schilderij, dat de experts toeschreven aan de Italiaanse j meester Francesco Francia uit de vijf- tiende eeuw. Dezer dagen is echter on- verwacht gebleken dat dit doek, een voorspelling van de Madonna met het Kind en een engel, een vervalsing is. Het echte schilderij van Francia is in j* de veilingzalen van de bekende firma Christies in Londen door de kunsthan delaar Leonard Koester ontdekt. Het was geheel met vuil bedekt. Koester kocht het schilderij voor zesduizend pond sterling en toonde het aan Sir Philip Hendy, de directeur van de Natio nal Gallery, die onmiddellijk een onder zoek liet instellen. Daarbij bleek dat Koester gelijk had. Het schilderij in het museum had een potloodschets onder de verf, hetgeen andere werken van Francia niet hebben. Er waren donkere spinneweblijnen op geschilderd om de indruk te wekken van „antieke" barst jes en er was een kleur gebruikt, die Francia niet heeft kunnen hebben. De vervalsing is in 1893 door dr. Lud- wig Mond in Rome gekocht. In die tijd waren vervalsers al met copieën van Italiaanse meesters begonnen. Mond heeft zijn collectie, waarin werken van Mantegna, Bellini, Botticielli, Rafael en Titiaan waren, aan de Natiojial Gallery vermaakt. Koester biedt thans zijn echte Francia voor achttienduizend pond ster ling te koop aan. paar gemakkelijke tuinbanken en die fleu rige wandschildering zijn samengebracht. Op een van die banken hebben wij dan ook heerlijk wat zitten uitblazen van onze eer ste wandeling over de E-55, terwijl Co Westex-ik nog gauw een paar speelse figuurtjes aan zijn stranditafreel toevoegde. Ook hij was best te spreken over zijn wrochtsel „Leuke opdracht, waarin je vrijelijk je fantasie kon uitleven" ai was het gemeentelijk honorarium nu niet be paald vorstelijk geweest. ACHTER HET complex „De groei van Stad en Land" is een monumentaal plein aangelegd, waarop als pièce de resistance een van de twee Monumenten van die Na-, tionale Saamhorigheid prijkt, dlie de E-55 rijk is. Het bestaat (zie foto) uit een vijf tien meter hoge staalconstructie, ontwor pen door de Amsterdamse kunstenaar Con- James Mason is aangezocht voor de rol van Kapitein Nemo, indien het dit jaar tot de vert'ilming van „Het geheimzinnige eiland" van Jules Vex-ne zou komen. In „Twintigduizend mijlen onder zee" heeft Mason ook een hoofdrol vertolkt, met Kirk Douglas als medespeler. Mason heeft enige maanden geleden aangekondigd, dat hij ophoudt met acteren en zich wil gaan toe leggen op het regisseren van films. stant Nieuwenhuis, die er het symbool in ziet van de levende delen die tezamen Ne derland vormen. Daarom hangen iin deze constructie elf vei-schillend gekleurde vlak ken, die die evenzovele provincies uitbeel den. Het monument zelf is „de uitdrukking van de statische kracht, terwijl de speelse en steeds wisselende compositie van witte," rode en blauwe platen, het éigen levens- rhyt'hme der delen symboliseei-t." Op dé grond, tussen de kolommen die de con structie dragen, draait langzaam het ener gieteken van de E-55: de driehoek, die tegenover de statische kracht van het ge heel de dynamiek van leven en werken moet uitbeelden. „Ik zie in dit weik", al dus Constant Nieuwenhuis zelf, „de meest volledige synthese van coloristisohe, plsas- tische en architectonische beeldiinig, die tot dusver gerealiseerd is. In dit monument valllen de grenzeix tussen schilderkunst, beeldhouwkunst en architectuur geheel weg." Het tweelingzusje van dit monument prijkt op het Elfprovinciënplein voor het Nationale Paviljoen bij de Ahoy-hal. „En als Jac. Kleiboer (de organisator van de E-5'5), het zo in zijn hoofd krijgt, dan laat hij er gewóón elders op het tentoonstel- DE PRIJZEN, die in West-Duitsland ge- vraagt en ook betaald worden, liggen in het algemeen op een hoger niveau dan bij ons. Dat is ook het geval op het gebied van de handel in kunst en in antiquiteiten. In Keulen heeft een groots opgezette vei ling plaats gehad, waarvoor niet alleen veel belangstelling van Duitse zijde, maar ook uit het buitenland bestond. Van de oude schilderijen bi-acht een „Kruisiging" van El Greco het meeste (40.000 mark) op. Voor „Triktrak-spelex-s" van Jan Steen werd 18.000 maik betaald, voor een tafereel van Jan van Goyen met een herbei-g op de achtergrond 9.500 mark, voor een riviei'gezicht van dezelfde schil der 7.000 mark en voor een sooi'tgelijk doek van Albexd Cuyp 6.000 mark Een „Straat in Zandvoort" van de in 1935 ovei-leden Duitse impressionnistische schilder Max Liebermann werd voor 15.000 mark ver kocht.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1955 | | pagina 13