NCRV geeft voorkeur aan rechtstreekse
uitzending van gevarieerd programma
HET AVONTUUR
Belangrijke plaats ingeruimd voor muzikale
en dramatische kunst van eigen bodem
M'tfe tanden -fp/eee adetn met
de nieuwe Co/%tatef^
Oud-KNIL-leden eisen soldij op over
het tijdvak van de Japanse bezetting
De Pseudo-
Echtgenote
Wegens zware mishandeling
van agent weer 1 jaar geëist
Arts zou agent met gebroken glas in
het oog geslagen hebben
x>an Piewiep en Pippie
Toewijzing van deze en soortgelijke
eisen zou Staat een milliard kosten
Proces tegen Staat
der Nederlanden
P.T.T.-begroting 1956
5
Nederlands element
Filmvoorlichting
luisteren
Luisterspelen
T elevisie
Grote brandschade in che
mische fabriek Apeldoorn
nieuws
Alleen de postdienst werkt
nog met verlies
Betaling
abonnementsgeld
per giro
FEUILLETON
door MARY BURCHELL
DONDERDAG 22 SEPTEMBER 1955
van een redacteur
Ook de N.C.R.V. heeft voor het komende radioseizoen nogal
wat ingrijpende wijzigingen gebracht in het wekelijkse amu
sementsprogramma. De belangrijkste verandering is wel, dat
de voortaan onder het motto „Alle hens aan dek" aan te
kondigen Donderdagse „Steravond" rechtstreeks uit de
Studiozaal zal worden uitgezonden. Men neemt bij de
N.C.R.V. liever het risico van een paar onvolkomenheden
om daartegenover de spontaneïteit van een gehoor tijdens een
„levende" uitzending en wat meer voetlichtspanning te her
krijgen: dingen welke geheel dreigen te verdwijnen uit een
voor 70 a 80% „ingeblikt" radioprogramma. Met het oog
daarop wordt de accommodatie van de concertzaal aan de
Schuttersweg verbeterd.
Hoofdschotel van „Alle hens aan dek" wordt gezellige mu
ziek, waartoe een groot aantal bekende orkesten en ensembles
worden gecharterd. Daarbij zal het moderne Nederlandse
lied een ruime kans worden geboden. De N.C.R.V. schreef
reeds een prijsvraag uit ter verkrijging van bruikbare teksten.
Het resultaat was gelijk aan dat van zovele andere pogingen
ter verhoging van Nederlands artistieke productie: een
menigte inzendingen en maar weinig dat de toets der critiek
kan doorstaan.
Daar de prijsvraag in de zomer viel, wordt de termijn van
inzending tot 1 Maart 1956 verlengd. Het gaat alleen om
teksten. Voor de muziek zullen componisten als Jurriaan
Andriessen, Henk Badings, Oscar van Hemel, Herman Stra-
tegier en anderen wel zorgen.
Het cabaret-element komt in „Alle hens
aan dek" op de achtergrond, op een inter
mezzo na als „De Belleman", waarin Jacq.
van Kollenburg de Donderdagse actualiteit
zal behandelen. Het wedstrijdelement blijft
in ere: bijvoorbeeld door het nieuwe spel
letje „Wie brengt me thuis?", waarin men
de herkomst van een voordrager van een
schets in dialect of streektaal moet identi
ficeren. Er ligt hier wel een zekere over
eenkomst met het spelletje, dat de KRO
onder de titel „De man achter de stem" op
Zaterdagavonden gaat introduceren.
Het Nederlandse element in de muzikale
programma's van de NCRV zal verder
worden versterkt door een reeks „Zingen
de torens", welke door de beiaardiers Leen
't Hart uit Delft en Chris Bos uit Utrecht
zal worden geleid, voorts door de rubriek
Het Nederlandse volkslied", waarin met
groepen van dertig tot vijftig personen
liederen zullen worden ingestudeerd en
tenslotte door een voortzetting der speur
tochten naar oude Nederlandse concert
muziek waarbij Willem Noske als pad
vinder optreedt met inzonderheid pro
gramma's van werken van Antonio Ma-
haut en Willem (de) Fesch.
Op het terrein van de oude muziek zal
zich voorts een nieuw, uit omroepmusici
samengesteld ensemble bewegen, dat wer
ken zal uitvoeren van componisten uit de
barokperiode.
Het Mozart jaar wordt gevierd met de
uitvoering van een aantal minder bekende
werken van de Salzburger meester, zoals
onder leiding van Felix de Nobel van
dertien divertimenti voor blazers.
Aan de orgelcultuur een der vaste
bastions en specialiteiten van het NCRV-
programma zal ook in het komende
seizoen ruime aandacht worden geschon
ken. Aan oratoria zullen worden uitge
voerd: vijf adventscantates van Buxtehude,
Paulus van Mendelssohn, Le roi David
7an Honegger, Het gezicht van Jesaja van
IVilly Burkhard, de Apocalyps van Henk
Badings en op operagebied: Orpheus van
Monteverdi, Euryanthe van Weber, Mathis
de schilder van Paul Hindemith, David
van Darius Milhaud, Een serenade in de
Sint-Jansnacht van Jan Felderhof en De
nachtwacht van Henk Badings.
Nog altijd blijft de onbevredigende toe
stand gehandhaafd, dat op Zondag de
rommelige zendtijd-verdeling een normale
programma-opbouw belemmert. Een der
weinige vaste punten Is de Zondagavond
lezing.
Een reeks lezingen over „Het gebed" zal
worden verzorgd door dr. G. J. v. d. Pol te
Weesp, waarna prof. dr. W. C. van Unnik
zal spreken over „De brieven aan de Co-
rinthiërs".
Op de Woensdagavonden zijn lezingen
cycli voorzien van prof. dr. J. de Jong over
„Politieke partijvorming", prof. dr. J. Le
ver over „Ontwikkelingen in de biologie",
prof. dr. H. Thierry over „De mechanisatie
en de samenleving", ds. H. G. Groene-
woud over „Kerk en staat in de Middel
eeuwen", terwijl ook over de ontwikkeling
ADVERTENTIE
WAAROM VERDER ZOEKEN?
Wij hebben keus uit
Gen. Cronjéstraat 40-44
Haarlem-Noord
Tel. 15438
«COCCOOCCC<X)SCOCCOCCOCCOOOCOCCCOOCCCO(XXCCOOOOCCOOOOOOa
Er is dit seizoen een jubilaris in de
Nederlandse aether: de N.C.R.V.-school
radio, die het een kwart eeuw heeft
uitgehouden en zich nog in volle was
dom bevindt. Achthonderd scholen vol
gen thans de uitzendingen, met totaal
aantal hoorders van vijftig- tot tachtig-
duizend. Vooral de combinatie van
schoolradio met filmstrips voldoet goed.
De actieradhis van de schoolradio gaat
zich nu ook uitstrekken tot de midden
klassen van de lagere scholen en tot
het buitengewoon lager onderwijs.
Een niet te onderschatten winst van de
schoolradio is, dat de kinderen zich leren
'i concentreren op een radioprogramma,
8 een kunst die aan vele ouderen nog zeer
vreemd is.
iocxxxxx>ax>ocoococo»xocooooocoooooococccoococoooocoooco:
van de medische wetenschap nog een
lezingenreeks op stapel staat.
De mogelijkheid van positief-christelüke
voorlichting op filmgebied wordt in beraad
met de hoofdredacties der Christelijke dag
bladen en in overleg met de Christelijke
Filmactie (blijkbaar niet in samenwerking
met het Critisch Filmbulletin van de Ne
derlands Hervormde Kerk) onderzocht. De
uitwerking daarvan hangt mede af van de
vraag, of films, die de aandacht verdienen
overal vry kunnen worden vertoond zon
der monopolistische bindingen.
Op sportgebied zal regelmatig aandacht
worden gegeven aan de zaalsporten zoals
volleybal.
De uitzendingen voor de zieken zullen
nog meer dan tot heden worden ingescha
keld voor de zelfwerkzaamheid der patiën
ten; als nieuw verzorger zal ter vervanging
van de heer Ab. Spaargaren, die door een
benoeming elders heengaat, optreden de
heer Jan de Vries.
Evenals voorgaande jaren zal de evan
gelisatie door middel van de radio een
plaats krijgen. Overwogen wordt over te
gaan tot kwartieruitzendingen in de avond
uren in de trant van de uitzendingen van
„Alle dag Kerk".
Ook zeer gewaardeerde kanselredenaars
blijken soms moeite te hebben met de spe
ciale eisen, welke het spreken voor de
microfoon stelt. Een proef, die is genomen
om predikanten, die voor morgendiensten
en Bijbellezingen waren uitgenodigd, de
gelegenheid te bieden zich vooraf hierop
in te stellen, heeft bevredigende resultaten
opgeleverd.
De NCRV, die zich voor de oorlog niet
op dit gebied bewoog, is thans de grootste
„klant" voor het uitvoeren van luister
spelen bij de Nederlandse Radio Unie.
Ongeveer 80% van het répertoire der
avondhoorspelen bestaat uit oorspronkelijk
werk.
Het seriehoorspel „De jeugd vliegt uit"
van Jan de Vries, loopt ook in het komen
de seizoen door.
Zoals reeds op de persconferentie van
de KRO werd meegedeeld, vaart men bij
de televisiestichting volledig in de mist
wat de financiën betreft. Maar de heer
Simons was niet zo terughoudend als zijn
collega Mettrop in het onthullen van de
desondanks bestaande goede voornemens.
Na Januari 1956 zal er meer gedaan
kunnen worden aan buitenuitzendingen,
omdat de tweede reportagewagen van de
NTS dan in bedrijf komt. Er komen uit
zendingen gewijd aan de Hoogovens, aan
de Leidse Sterrenwacht en aan musea.
Er is thans een vrij goed voorziene
portefeuille van televisiespelen: in het
laatste kwartaal van 1955 zullen o.a. tot
uitvoering komen „The boy with a cart"
van Christopher Fry, een uit het Engels
vertaald spel over de Ierse verzetsbewe
ging, „The gentle gunman" van Roger
MacDougall, en er zal een keus gemaakt
worden uit enkele blijspelen. Later in het
seizoen zal zo mogelijk in eigen productie
de opera „Die Kluge" van Carl Orff wor
den uitgevoerd; enkele Nederlandse auteurs
hebben een opdracht tot het schrijven van
een blijspel aanvaard en Jan de Koek is
bezig de laatste hand te leggen aan een
nieuwe editie van de Inspecteur-Fedder-
Serie.
Zo mogelijk zal ook een opvoering ge
geven worden van „The Firstborn", het
spel over Mozes van Fry.
Arbeider trachtte pan met brandende
terpentijn naar buiten te dragen
In een chemische fabriek aan de Elsweg
te Apeldoorn is Woensdagmiddag een
brand uitgebroken, die enige tienduizenden
guldens schade heeft veroorzaakt door het
verloren gaan aan grondstoffen en eind
producten. De eigenaar van het bedrijf, de
heer E. S. was niet verzekerd.
Een van de arbeiders van het bedrijf, de
38-jarige J. van B. was bezig met het ver
warmen van een hoeveelheid terpentijn op
een electrische kookplaat, toen plotseling
de inhoud van de pan vlam vatte. De man
trachtte met blote handen de gloeiend hete
pan naar buiten te dragen, doch moest na
enkele meters gelopen te hebben deze los
laten. Hierdoor verspreidde de brandende
terpentijn zich over de vloed, waarbij het
houtwerk en een hoeveelheid chemicaliën
in brand raakten. Van B. liep een tweede
graads verbranding aan handen en ar
men op.
Het vuur werd door de Apeldoornse
brandweer met veel moeite geblust. Een
der brandweerlieden liep door vallend glas
verwondingen op, terwijl een andere door
de hevige rookontwikkeling bewusteloos
raakte. Zij werden ter plaatse door een
dokter behandeld.
h ort
De Italiaanse minister van Openbare
Werken, de heer Romita, vergezeld door pro
fessor Valle, hoogleraar in de Stedebouw
aan de universiteit van Rome en enige an
dere Italiaanse autoriteiten, heeft dezer
dagen een bezoek aan Amsterdam gebracht.
Onder leiding van de hoofdingenieur-stede-
bouwkundige ir. L. H. J. Angenot heeft
het gezelschap eerst de permanente expositie
over de toekomstige ontwikkeling van Am
sterdam in de Zuiderkerk bezichtigd en
daarna een excursie gemaakt naar de Tuin
stad Slotermeer en het Amsterdamse Bos.
Na een langdurige zitting van het Haags
gerechtshof heeft de procureur-generaal,
mr. D. J. van Gilse, Woensdagavond beves
tiging geëist van het vonnis, waarby de
32-jarige arts F. J. H. W. uit Rotterdam
was veroordeeld tot een jaar gevangenis
straf met aftrek. De verdachte was ten
laste gelegd dat hy in de nacht van 23 op
24 April in de Sociëteit Oud Boymans te
Rotterdam zware mishandeling had ge
pleegd tegen een ambtenaar in functie. Ten
gevolge hiervan had de agent van politie
D. L. niet alleen het zicht van zyn linker
oog verloren, maar moest dit oog zelfs
naderhand worden weggenomen.
„Ik heb het niet gedaan", zei verdachte.
Het hof haalde met de arts en nader
hand nog met diverse getuigen de ge
beurtenissen in die noodlottige nacht weer
op.
De 37-jarige kunstschilder D. den D., die
enige tijd daarvoor wegens vernieling van
het meubilair als lid was geroyeerd, wa§.
die avond weer in de sociëteit opgedoken,
zij het dan in de keuken. Enkele leden, bij
wie verdachte, voegden zich hier bij hem
en spraken erover dat hij niet kon worden
toegelaten. Ondertussen had de gérant tele
fonisch de politie ontboden.
Twee politie-agenten kwamen en toen de
kunstschilder geen aanstalten maakte te
vertrekken, pakte een van hen de man bij
de schouder en nam hem mee naar de gang.
De anderen van het groepje volgden, waar
bij de arts, die nog steeds een glas met
cognac in de hand hield. De verdachte had
zich in de gang tot de politiemannen ge
wend met het verzoek de kunstschilder los
te laten. Deze zou ook zo wel meegaan.
Volgens de verdachte had hij plotseling een
duw van de agent Van V. gehad, waardoor
hij met glas en al tegen een fiets tuimelde.
In kwaadheid had hij vervolgens de inhoud
van zijn glas naar agent Van V. gegooid.
Terwijl deze zijn gummistok trok waar
mee verdachte later tikken kreeg zou
de andere agent, D. L., tussenbeide zijn
gekomen.
Wat er toen precies gebeurde kon ver
dachte niet meer vertellen. Later heeft hij
gehoord dat de agent ernstig aan zijn oog
was gewond. Hij ontkende dat hij het glas
eerst langs de muur stukgeslagen had en
met het kapotte glas de agent had gesla
gen. De agent D. L. beweerde met stellig
heid dat dit wel zo was.
De procurepr-generaal meende, na het
aanhoren van diverse verklaringen, dat
hier wel van een gewelddaad sprake was.
Hij kon het optreden van de agenten vol
komen goedkeuren.
Mr. F. W. B. baron van Lijnden, ,ver-
dachtes verdediger, meende dat hier geen
opzet kon zijn. Hij pleitte voor vrijspraak
en vroeg onmiddellijke invrijheidstelling
van zijn cliënt. Dit verzoek werd afge
wezen.
Arrest volgt op 5 October.
O, wat schrokken Piewiep en Pippie ontzettend! Daar stonden ze, verstijfd van de
schrik, en ze keken naar de kop van het roofdier, dat hen vals beloerde
Maar nu was er een gelukje bij een ongeluk: doordat de kat zich voorover boog,
kantelde de stoof om! Zij kwam met de open kant naar beneden te liggenNu
zaten Piewiep en Pippie in de stoof gevangen; maar tegelijk waren ze nu ook buiten
het bereik van de kat.
Maar werkelijk veilig waren ze nietPiewiep zag opeens het oog van de kat, dat
dreigend door één van de gaten naar binnen gluurde! 33-34
ADVERTENTIE
Nieuwe heerlijke smaak!
Erg lekker ook voor
kinderen
Nieuw actief schuim!
Hondt Uw mond fris en
gezond
Nieuwe lage prijs!
Na kan iedereen zich Colgate veroorloven.
Colgate de meest verkochte tandpasta ter wereld
Voor het gerechtshof in Den Haag zijn
Woensdagochtend de pleidooien begonnen
in de zaak van leden van het voormalige
KNIL, verenigd in de stichting OMINK,
contra de Staat der Nederlanden. De ex-
KNIL-leden eisen hun militaire inkomsten
op over het tijdvak van de Japanse bezet
ting van het voormalige Nederlands-Indië.
In 1953 heeft de rechtbank deze vordering
ten aanzien van de Nederlandse Staat ont
zegd en zich onbevoegd verklaard ten aan
zien van de vordering op Indonesië.
Pleitende voor de ex-KNIL-leden zeide
mr. L. Bouma bij de behandeling in hoger
beroep voor het hof, dat de vordering op
Indonesië thans niet meer in het geding is.
Het appèl geldt alleen de eis van de
OMINK jegens de Staat der Nederlanden.
Pleiter betoogde wederom, dat krijgsge
vangenschap geen aanleiding is tot wijzi
ging van de uitbetaling der salarissen, daar
deze gevangenschap geldt als werkelijke
dienst. Het verweer van de zijde van de
Staat, dat de betrokkenen dan maar eer
der en in Indonesië over de achterstallige
salarissen hadden moeten procederen acht
te pleiter moeilijk aanvaardbaar.
„Het zou niet zijn geapprecieerd, als tij-
Uit de PTT-begroting voor 1956 blijkt
onder meer dat het aantal telefoonaanslui
tingen de laatste jaren met gemiddeld
44.000 is toegenomen. In de eerstkomende
jaren wordt een jaarlijkse toeneming van
50.000 a 60.000 aansluitingen verwacht.
De postdienst.zal naar,raming over 1956
een verlies geven van 3.6 millioen gulden.
De postdienst is sinds het einde van de
oorlog tot en met 1952 verliesgevend ge
weest. De tariefsverhoging per 1 Juli 1953
bracht voor 1953 een verbetering van 4.5
millioen en voor 1954 van 9 millioen.
De hieruit voortvloeiende verbetering
werd echter door de algemene loonsverho
gingen van 1953, 1954 en 1955 welke voor
de postdienst 19 millioen uitmaakten, vol
ledig teniet gedaan.
De opbrengst van de telegraafdienst ver
toont tengevolge van de grote ontplooiing
van het telexverkeer een gunstig beeld.
Voor 1956 wordt een winst van 2 millioen
verwacht.
Voor de telefoondienst is een winst van
15.1 millioen geraamd.
Het verlies op de draadomroep wordt
voor 1956 geraamd op 4.6 millioen. Sane
ring van het bedrijf en tariefsverhoging
zijn in overweging.
Voor de postchèque- en girodienst wordt
voor 1956 een winst geraamd van 1.1
millioen. De laatste jaren is de winst
voortdurend gedaald. Deze ongunstige ont
wikkeling is voornamelijk te wijten aan
de sterke stijging van de lasten, vooral van
de loonpost.
Voor uitkering aan het rijk zal beschik
baar komen f 51.867.000.
Bij de raming der bedrijfsresultaten
van de Rijkspostspaarbank is rekening ge
houden met een verhoging van het maxi
mum rentegevend tegoed tot f 6000.
Tengevolge hiervan is de aan inleggers
verschuldigde rente geraamd op 40.5 mil
lioen waarbij is aangenomen, dat de rente
vergoeding van 2.4 percent voorshands
geen verandering zal ondergaan.
Verwacht wordt, dat de genoemde maat
regel een stijging van het inleggerstegoed
zal veroorzaken, zodat ook de met de be
legging gekweekte rente voor een hoger
bedrag is opgenomen namelijk voor 60.5
millioen.
dens de militaire acties in Indonesië de le
den van het KNIL aan het procederen wa
ren gegaan". Vervolgens behandelde mr.
Bouma de vraag, of het KNIL een instru
ment van de Staat der Nederlanden of van
Indonesië was. „In allerlei voorschriften
en reglementen is steeds gesproken over
het leger in Indonesië en niet over het le
ger van Indonesië", aldus pleiter. „In het
K.B., waarbij destijds de instelling van het
mobilisatie- en oorlogskruis werd afge
kondigd, werd het KNIL in een adem ge
noemd met de overige strijdkrachten van
het koninkrijk. Ook de oorlog met Japan
was er een van het koninkrijk en niet van
Indonesië. Het is dan ook Nederland, dat
een stem heeft bij het vrijlaten van Japan
se oorlogsmisdadigers en niet Indonesië".
Dat de betaling van het KNIL via de be
groting van Nederlands-Indië liep achtte
pleiter in dit verband niet belangrijk. De
Nederlandse Staat heeft zich van het
KNIL bediend voor het voeren van een
oorlog en de-staat moet dan ook de conse
quenties daarvan aanvaarden. De vraag of
het financieel mogelijk is de achterstallige
salarissen uit te betalen, zeide pleiter niet
als een argument te kunnen beschouwen.
Pleitend voor de Staat zeide mr. J. J. R.
Hoogewegen, dat een toewijzing van de eis
financiële consequenties zou hebben, die
meer dan een milliard gulden zouden be
dragen, daar een dergelijke uitspraak ook
aanspraken op uitbetaling van salarissen
van civiele ambtenaren tot gevolg zou heb
ben. Mr. Hoogeweegen betoogde, dat op
basis van de Indische Comptabiliteitswet
de Staat der Nederlanden niet aansprake
lijk kan worden gesteld voor de achterstal
lige salarissen, vooral ook gezien de aan
vulling van deze wet in 1912, waarin uit
drukkelijk werd bepaald, dat Nederland
geen juridische of morele verantwoorde
lijkheid aanvaardde. Bij de overdracht van
de souvereiniteit is er privaat- en staat-
rechtelijk niets veranderd.
Uitvoerig lichtte pleiter zijn stelling toe,
dat het KNIL een eigen strijdmacht van
Nederlands-Indië was, ingesteld nadat Ne
derlandse dienstplichtigen niet meer zonder
hun toestemming naar de Overzeese Ge
bieden konden worden gezonden en ook
door Nederlands-Indië werd betaald.
Mr. Hoogeweegen zeide voorts in zijn
pleidooi dat niet zoals eisers stellen
het leed van het Koninklijke Nederlands
Indische Leger het gevolg is van de oor
logsverklaring aan Japan, doch van de Ja
panse overval op Nederlands-Indië. De
oorlog was verklaard, zo betoogde hij, toen
de overval op het punt stond te beginnen.
Daarna heeft het K.N.I.L., als Nederlands-
Indisch Leger, het grondgebied van Neder
lands-Indië verdedigd, zeide hij.
Na de replieken bepaalde de president
het arrest op 16 November a.s.
200CODOCCOCXX>I030CODOOOOCCCOC)CX>OOOOaXXXXXI<XCOOOOaDOOOOe
U kunt het Uzelf gemakkelijk maken
door het abonnementsgeld voor het
volgende kwartaal te voldoen op
onze postgirorekening no. 273107 ten
name van Haarlems Dagblad. U
bespaart daarmee incassokosten en
vermijdt geloop aan de deur.
Het te gireren bedrag is f 6.50, post-
abonnés f 7.
U kunt het ons gemakkelijk maken
door Uw giro-opdracht te verzenden
vóór het eind van de maand. Wy
behoeven dan geen kwitanties uit te
zenden.
Voor automatische girobetalingen
(het allergemakkelijkste) zijn for
mulieren op aanvraag gaarne ter
beschikking. In dit geval dient men
wel voor voldoende saldo op de
giro-rekening zorg te dragen.
DE ADMINISTRATIE
oooooooooccoocoooco
(vertaald uit het Engels)
Feuilleton 44
„Pieker er niet meer over. Zou je het
gezellig vinden om morgen een autotocht
met mij te maken.?"
„Natuurlijk, dat zou ik heerlijk vinden.
Maar heb je er de tijd voor?"
„Het is morgen Zondag," herinnerde hij
haar.
„Ja, maar ik dacht, dat je misschien al
andere plannen gemaakt had."
„Nee, ik zou het erg plezierig vinden
om met jou een tocht te maken."
„Toch niet alleen maar om me te troos
ten?" Ze keek hem glimlachend aan, ter
wijl ze hem de lege kop terug gaf. „Dat is
echt niet nodig, begrijp je?"
„Misschien zal een autotocht ons beiden
goed doen! We kunnen alle twee wel wat
afleiding gebruiken. Ga nu lekker slapen,
als een braaf meisje."
„Slaap lekker, Michael," zei Patricia; ze
had opeens het gevoel, dat het leven mis
schien toch nog wel dragelijk kon zijn.
HOOFDSTUK X
De autotocht met Michael was veel ge
slaagder dan Patricia had verwacht, on
danks het feit dat ze op het laatste ogen
blik genoodzaakt werden Debora mee te
nemen.
Isobel bleek die Zondagmorgen zware
hoofdpijn te hebben en Debora kwam met
een zielig bedrukt gezichtje aan het ontbijt.
„Mammie is ziek," legde ze uit. „En ze
heeft gezegd, dat ik heel zoet moet zijn. Ik
zal heus wel zoet zijn, als iedereen aardig
tegen me is," voegde ze er veelbetekenend
aan toe.
•„Zo mag je het niet zeggen, Debora,"
wees haar oom haar terecht. „Eerst moet jij
zoet zijn, en dan zal vanzelfsprekend ieder
een aardig tegen jou zijn."
„Hoe weet je dat?"
„WelMichael aarzelde even, „zo
gaat het nu eenmaal."
„Weet je dat zeker?" Debora keek hem
vol twijfel aan. Ze scheen het idee om zoet
te zijn, zonder een behoorlijke beloning,
weinig aantrekkelijk te vinden.
„Absoluut zeker," antwoordde Michael.
„Goed", zei Debora en begon gedwee
haar pap op te lepelen.
„Wat vind je er van, Patricia, zullen we
nog voor de lunch starten?" vroeg Michael.
„Als je de hele dag vrij hebt
„Dat heb ik inderdaad", verzekerde hij
haar.
„Dan zou ik het heerlijk vinden."
„Waar gaan jullie heen?" wilde Debora
onmiddellijk weten. „Mag ik mee?"
„O, we gaan een beetje autorijden," legde
Patricia uit. „We weten nog niet precies
waarheen. Niet waar, Michael?"
„We kunnen de kant van Windsor op
gaan. Daar zijn nog mooie plekjes, die vol
komen onbedorven zijn. Maar natuurlijk
kunnen we ook verder gaan, als je dat
prettig zoudt vinden."
„Ik vind Windsor fijn," verzekerde De
bora hem op zeer besliste toon.
Michael en Patricia keken elkaar onthutst
aan.
„We hebben helemaal niet gezegd dat
we jou mee zouden nemen," merkte Mi
chael streng op.
„Maar je zei toch dat, als ik zoet was,
iedereen aardig tegen me zou zijn!" Er
was een beschuldigende blik in Debora's
ogen. „Ik heb zoet mijn pap opgegeten, en
ik zal ook zoet zijn, als jullie me mee
neemt naar Windsor."
„Isobel moet dat kind later maar advo
caat laten worden," zuchtte Michael wan
hopig.
„Wat is een advocaat?" vroeg Debora
prompt. „O, mag ik alsjeblieft mee? Ik heb
niets te doen en ik ben zo alleen zonder
mammie." Bij dit roerende beeld van zich
zelf kwamen er tranen in Debora's ogen.
„Wat vind jij er van?" vroeg Michael,
Patricia vragend aankijkend. Patricia, die
al medelijden begon te krijgen met het
kleine meisje, knikte. En Debora riep tri
omfantelijk uit: Dank je wel, tante Patricia,
wat lief van je! Ik zal erg zoet zijn."
„Ze vindt het blijkbaar nodig ons op dat
punt gerust te stellen merkte Michael
spottend op, maar hij streek zijn kleine
nicht toegeeflijk over haar zachte haren.
Patricia trok Debora een lichtblauw
manteltje aan en zette een klein rond
hoedje op haar krullende haar. Het resul
taat was een allerliefst onschuldig uitziend
klein meisje.
Ze zat tussen Michael en Patricia in op
de voorbank en gedroeg zich inderdaad
voorbeeldig. Ze stelde slechts vragen, als
de grote mensen niet spraken. Michael en
Patricia keken elkaar zo nu en dan knip
ogend aan. Debora's gedrag was haast te
mooi
„Fijn is het zo hè?" zei Debora op een
zeker ogenblik.
„Ja", gaf Patricia toe, terwijl ze haar
arm om het kind heen sloeg. „Het is heer
lijk."
„Als mammie dood gaat, kan ik dan bij
jullie komen?" vroeg Debora zonder enig
verband.
„Maar mammie gaat niet dood", protes
teerde Patricia.
„Nee, maar als ze dood gaat.... Ik wil
niet bij pappie op een boot wonen."
„Ik denk ook niet, dat pappie dat prettig
zou vinden," zei Michael. „Je zou daar
veel te veel kattekwaad kunnen uithalen."
Debora keek hem verontwaardigd aan,
maar ging niet verder op het onderwerp in.
Ze lunchten buiten in de tuin van een
oud restaurant, vlak aan de rand van een
groot bos. Debora's gedrag bleef voorbeel
dig. De waardin noemde haar zelfs „een
allerliefst klein meisje" en Debora scheen
hiervan onder de indruk te zijn. Misschien
bepiekerde ze bij zich zelf of het niet voor
deliger was om zoet te zijn dan stout
Het zou voor Isobel werkelijk heerlijk zijn,
als Debora wat gemakkelijker werd, dacht
Patricia. Maar tegelijkertijd besefte ze, dat
Debora bij haar moeder altijd de voorkeur
aan stout zijn zou geven
Na de lunch wandelden ze in het bos
waar het zonlicht door de takken speelde
en overal lichtplekjes toverde. Debora hol
de voor hen uit en kwam zo nu en dan hij
gend terug, om hun allerlei opwindends te
vertellen.
„Het is hier heerlijk, Michael", zei Pa
tricia, terwijl ze met een volkomen natuur
lijk gebaar haar arm door de zijne stak.
„Het was een goed idee om hier heen te
gaan."
Hij glimlachte. „We woonden hier in de
buurt, toen ik nog klein was," zei hij. „Dat
wil zeggen we waren hier elke vacantie,
als ik thuis kwam van kostschool. Ik bracht
soms hele dagen door in de bossen. Ik weet
niet waarom, maar gisteravond kreeg lk
opeens zin om hier nog eens te gaan kijken.
Misschien herinnerde ik me deze plaats
opeens als een plek, waar ik altijd ge
lukkig en zorgeloos was
Ze drukte even zijn arm en bedacht zich,
hoe aardig het van Michael was om haar
deze afleiding te bezorgen.
Ze gingen terug naar het oude restaurant
om thee te drinken. De waardin, die hen
bediende, merkte op: „Dat dochtertje van
u is opvallend lief! Een heel verschil met
andere kinderen, die we hier soms krijgen."
„Ze is mijn dochtertje niet," legde Pa
tricia uit.
„En ik ben ook niet altijd lief", vulde
Debora aan. „Ik ben vaak heel stout."
De vrouw lachte en zei: „Ik dacht dat het
uw dochtertje was, omdat ze ook blond
is
„Nee," legde Patricia verder uit, „ik ben
alleen maar haar tante, een aangetrouwde
tante
Toen de waardin zich teruggetrokken
had, zei Debora: „Dat was de tweede, die
dacht dat ik je dochtertje was, hè tante
Patricia?"
„Wie was de eerste?" wilde Michael we
ten.
Debora legde hem uit, dat er in de bus
naar de dierentuin een man had gezeten,
die hetzelfde had gedacht. Peinzend vroeg
ze: „Zou je het prettig vinden, als ik je
dochtertje was, tante Patricia?"
Deze glimlachte. „Welhet is nu een
maal niet zo, dus het heeft geen zin ons
daarin te verdiepen
„Maar als je mij zou kunnen krijgen, zou
je het dan prettig vinden?"
„Ik geloof, dat ik er de voorkeur aan geef
om jou als nichtje te hebben", zei Patri
cia voorzichtig.
„Houd je niet erg van kleine meisjes?"
„O, jawel."
Debora beet in een met chocolade-crème
gevuld gebakje.
„Wil je zelf ook dochtertjes hebben?"
vroeg ze tenslotte.
„Voorlopig nog niet", verzekerde Patri
cia haar op een toon, die aan verdere vra
gen een eind maakte.
(Wordt vervolgd).