St. Maarten, een verloren paradijs Panda in het verkeer Verkeerszondaars voor de politierechter IN DE WERELDPOLITIEK Bodem voor bloed in Saarland WYBERT Het Koninklijk Paar zag vandaag: Het kistje Vijftig jaar geleden Door Columbus ontdekt /'"Hoe is het ontstaan?^ Onwettige premieverhoging Examens Huidjes als satijn Alarmkreet van het ULO Scooterrijder slipte en werd overreden ONDER DE ROOS Uit Haarlems Dagblad van 25 October 1905 DINSDAG 25 OCTOBER 1955 (Van onze reisredacteur) Een stukje land op achtduizend kilometer van Amsterdam, waar een Neder lands verkeersbord „Verboden in te halen" vlak bij een Frans bord staat met de maximum snelheid voor „poids lourds", zware vrachtwagens, die er overigens niet rijden, waar een pakje Amerikaanse sigaretten veertig cent en een fles champagne zes gulden kost, een stukje welig begroeid land, waar honderden volbloeds grazen, gelegen in een hardblauwe zee waarin de kreeften voor het opscheppen liggen, een eilandje met grimmige rotsen aan smaragden lagunes waar 1500 afstammelingen van Afrikanen, Ieren, Schotten en Nederlanders het Engels tot moedertaal hebben, hoewel een deel tot het Koinkrijk der Nederlan den en het andere tot de Franse republiek behoort, ziedaar St. Maarten of St. Martin. Dat Nederlandse deel, slechts 34 vierkante kilometer groot, is Zondag door de Koningin en de Prins bezocht. Zij zijn er Maandagavond teruggekeerd om er vandaag en morgen in een klein hotel .aan een blauwe baai hun reis door de Nederlandse Antillen te besluiten met twee dagen vacantie om nieuwe krachten op te doen voor het tweede deel van de tournee, het bezoek aan Suriname. St. Maarten werd door Columbus in 1493 ontdekt op de naamdag van deze heilige. Dit Bovenwindse Eiland was het eerste dat door de Nederlanders werd genomen. Reeds in 1624 werd het een Nederlandse neder zetting. In 1633 werd het eiland door de Spanjaarden veroverd, maar het bleef geen onomstreden bezit. Nederlanders, Engelsen en Fransen betwistten elkaar de Boven windse Eilanden en Pieter Stuyvesant ver loor in 1644 zijn been bij de zeeslag om St. Maarten. In 1648 werd het eiland tus sen Fransen en Nederlanders verdeeld. Maar de Bovenwindse Eilanden zouden nog één keer in Franse en later in Engelse handen overgaan, eer Nederland bij de vrede van Parijs in 1815 de tweeëneenhalve Bovenwinden definitief in handen kreeg. Vandaag de dag breekt niemand zich het hoofd meer over de strategische betekenis van de keten van rotsige eilanden, die ook het Franse Guadeloupe en Martinique om vat en die als een reeks „stepping-stones" in de Caraïbische Zee ligt tussen Trinidad aan de ene en de grotere eilanden Porto- rico, de Dominicaanse republiek, Haïti en Cuba aan de andere kant. Het hoofdbreken van thans geldt de eco nomische problemen, want de Bovenwindse Eilanden zijn armlastig. Zij zijn de stief kinderen van de Antillen, St. Maartens kreeften, volbloeds en goedkope champag ne ten spijt. De volbloeds lopen te ver interesten in df> rijke weilanden sinds er geen rennen meer zijn, drank en sigaretten zijn er slechts zo goedkoop omdat St. Maar ten een vrijhaven is en de kreeften kan men door gebrek aan transport aan de straatstenen nog niet kwijt.' Gebrek aan transport Gebrek aan transport, ziedaar een van de voornaamste handicaps van het eiland. Weliswaar landen KLM en Air France één keer wekelijks op het kleine vliegveld en doet sinds kort één keer in de maand het m.s. „Antilla" St. Maarten aan, maar daar schiet men nog niet veel mee op. St. Maar ten zou rijke vruchtenoogsten kunnen op leveren, maar die vallen niet noodzakelij kerwijs samen met de dienstregeling van de „Antillia". En het feit dat het eiland midden in de orkaangordel ligt vergroot de onzekerheid nog. Ook dit jaar hebben enkele van de tien orkanen die door de „Hurricane Belt" raasden, het eiland getroffen en gewassen vernield. En zo heeft de bevolking zo lang zamerhand de moed verloren, iets waar het Caraïbische klimaat en de sterke inteelt vermoedelijk ook niet vreemd aan zijn. De nergieksten onder de mannen zijn zo langzamerhand weggetrokken en vervan gen door mensen van de nog veel armere Bovenwinden en Bonaire op te heffen. Kan dat? Wat St. Maarten aangaat zou men moeten aannnemen dat Frankrijk en Ne derland gezamenlijk toch wel een eilandje van ongeveer 80 vierkante kilometer op poten kunnen zetten, al was het maar door betere verbindingen te scheppen. Het prachtige St. Maarten heeft zelfs toeristi sche mogelijkheden en daar is ook wel wat aan gedaan. Op initiatief van de beminde en energieke gezaghebber, de heer Paap, broer van de Nederlandse musicus Wouter Paap, is er het kleine maar uiterste moder ne Little Bay Hotel gebouwd, waar het Ko ninklijk Paar nu verblijft. St. Maarten wacht inmiddels gelaten af. Men leest de berustende hopeloosheid van de gezichten in het zonnige, vriendelijke miniatuurhoofdplaatsje Philipsburg van het Nederlandse deel en in het even liefelijke Marigo op het Franse gedeelte. Het zijn zwarte en blanke gezichten. Dat is hier vrijwel om het even, de gevoelsdrempels tussen de rassen zijn op St. Maarten vrijwel Een afbeelding xmn de bijzondere post zegels van het koninklijk bezoek. Tot 18 December zijn deze zegels in ons land aan de philatelisten-loketten verkrijgbaar. De zegels dragen de beeltenissen van de Ko ningin en Prins Bernhard. De zegel van 7'/2 is rood-bruin en de zegel van 221/2 blauw. Boven de frankeerwaarde ivordt een toeslag van respectievelijk 2'/s en 7'/a cent geheven. Voor Nederland bedraagt de verkoopprijs respectievelijk 20 en 60 cent. De zegelgrootte is 29 x 40 mm, de beeld grootte 26 x 37 m.m. De Ziekenfondsraad deelt mede, dat enige algemene ziekenfondsen in het Zui den van het land ertoe zijn overgegaan een verhoogde premie voor de vrijwillige verzekering te heffen. De besluiten van deze ziekenfondsen tot invoering van deze premieverhoging missen echter de wettelijk vereiste goed keuring. De vrij willig-verzekerden zijn niet ver plicht het bedrag waarmee de premie is verhoogd, te betalen zo lang de Zieken fondsraad de voor premieverhoging ver eiste goedkeuring niet heeft verleend. Utrecht. Gepromoveerd tot doctor in de wis- en natuurkunde op een proefschrift getiteld: „Electrometers en hun Grensgevoe- ligheid als Ladingsmeter" de heer R. J. Ritsma. De heer Ritsma werd te Rotterdam geboren en woont thans in Bilthoven. De Simpson-lagune op St. Maarten. (Foto Willem van de Poll) Britse eilanden zoals St. Kitts. Geen voor delige ruil. Al is de veeteelt wat omhoog gekomen de laatste tijd, er moet ieder jaar geld bij. De olie-eilanden Aruba en Curacao four neren dat in feite, maar alle Antilliaanse politieke partijen zijn het vrij grote zeldzaamheid over één ding eens: de rijkspartner Nederland zou eigenlijk moe- ~">'~ingen om de armlastigheid van de weggesleten, de economische zelfs geheel. Er zijn tenslotte donkere vee-eigenaars naast straatarme blanke vissers. Men drinkt in het kleine café aan de baai peinzend zijn glaasje rum en kijkt naar de zon die ondergaat over de eindeloze zee, die dit kleine eiland omsingelt. Zo drijft St. Maarten voort op het lome rhythme van de etmalen naar onbekende bestemming. „Bah!" denkt Wammes, terwijl hij van zijn fiets stapt. „Nou springt het licht net op rood. Dus moet ik stoppen! En als ik niet voortmaak, dan is de winkel dicht en dan kan ik vandaag geen autotoeter meer ko pen!" Wammes blijft even nadenken. Heel diepzinnjg. Zoals hij dat soms doen kan. En dan neemt hij zijn fiets aan de hand en steekt vastberaden de straat over. Hij komt er, veilig en wel, maar achter hem is het niet zo best. Het is zijn schuld, dat er nu twee auto's wat al te dicht tegen el kaar aan staan, want in zijn haast heeft hij helemaal vergeten, dat rood licht „stop pen" betekent en dat doorlopen met de fiets aan de hand verboden is! „Deze man moet van de weg af. Of hij nu zijn auto voor zijn werk nodig heeft of niet, dat zegt me niets. Dronken mensen moeten maar met de trein gaan. Ik eis twee maanden gevangenisstraf en drie jaar ontzegging een motorrijtuig te besturen", zo in het kort luidde het requisitoir van de officier van justitie bij de Haarlemse recht bank, mr. dr. R. W. H. Pitlo, tegen de eer ste van een lange rij verkeerszondaars, die Maandagmorgen voor de politierechter moesten verschijnen. De verdachte, de aan nemer T. A. C. S. uit Beverwijk, was in de morgen van 10 September met zijn auto in Beverwijk tegen een aan de rech terkant van de weg staande bakfiets opge reden. Vóór deze botsing had hij 's morgens in twee café's reeds drie glazen bier en twee borreltjes gedronken. Bovendien -had hij de vorige avond thuis ettelijke borreltjes ge dronken, waarvan hij, naar hij zei, dood ziek was geworden. Toen hij 's morgens, na het drinken, op zijn werk kwam, had hij zich opnieuw ziek gevoeld en was per auto weer naar huis gegaan. Hij vertelde, dat hij, om van zijn drankzucht af te ko men, reeds geruime tijd tabletten innam, maar dat de combinatie van tabletten en jenever hem kennelijk geen goed gedaan had. De raadsman van S., mr. Leesberg, was van mening, dat zijn cliënt zich nimmer als een „wegpiraat" gedraagt. Hij zit boven dien vaak niet zelf achter het stuur, maar laat zich door een chauffeur rijden. Mr. Leesberg bepleitte vrijspraak, omdat S. niet in kennelijke staat verkeerde, maar ziek was. S. zal een psychiatrische behan deling nodig hebben; het ondergaan van een gevangenisstraf zou uit medisch oog punt bezien voor deze nerveuze man zeer nadelig zijn, aldus de raadsman. Politie rechter mr. J. P. Petersen zag geen reden tot vrijspraak en veroordeelde de Bever- wijker tot een maand gevangenisstraf en ontzegging gedurende drie jaar. Er zij'n momenten in het leven, waarop het resultaat van jarenlange in spanningen, hoop, verwachtingen en illusies in een concrete gebeurtenis tot uitdrukking komt. Vaak blijkt dan, dat men teveel verwacht heeft en zich te weinig ingespannen. Nu op een zonnige herfstzondag het resultaat van .arenlange activiteit in de richting van een grotere Europese bewust wording gebleken is uit de inhoud van de Saarlandse stembussen, is er geen reden tot voldoening. Bij de schamele vruchten van de na-oorlogse pogingen om Europa te saneren is deze uitkomst wel een der meest-ontmoedigende Niet omdat nu weer eens een regering uit tactische of ontactische over wegingen de Europese zaak heeft verloochend, doch omdat een volkswil zeer duidelijk „neen" heeft gezegd. Wie steeds heeft betoogd dat de ge dachte van een eensgezind Europa nog niet rijp was in de volken, heeft in Saarland gelijk gekregen. Doch bij deze vaststelling van feiten behoort wel degelijk een zorgvuldige beschouwing, wil men verkeerde conclusies voorkomen en de goede les trekken uit deze Saarlandse ervaring. Laten we in de eerste plaats constateren dat er, na het referendum in de Saar, geen twijfel meer bestaat over het antwoord op de vraag, of de Saar Duits is. De Saar is in meerderheid Duitsgezind en zelfs bereid tot en verlangend naar „Heimkehr". De min derheid, die vóór het Saarstatuut stemde, bestond hoofdzakelijk uit intellectuelen, zegt men. Misschien is het juister te ver onderstellen, dat zij bestond uit mensen die hun gezonde verstand gebruikten.De twist appel van Europa, in vele opzichten van zeer belangrijke betekenis, is niet altijd zo overwegend pro-Duits geweest. Door dit historisch bewijsbare feit te erkennen, be toogt men eigenlijk dat het Saargebicd zich op de wip bevindt en als gebied niet een der Europese nabuurlanden blijvend kan toebehoren. De pro- of anti-stemming der bevolking is wisselend en hangt blijkbaar mede af van de direct-zichtbare voordelen, die dit pro of anti belooft mee te brengen. Daaruit blijkt dat de mentaliteit der bevol king gemakkelijk is de beïnvloeden, wan neer men de goede snaar weet te raken. Welnu, hieruit blijkt het tragische van de beslissing, die Saarlands bevolking Zondag heeft genomen: zij heeft in meerderheid gecapituleerd voor een leuze een bral lende, op het sentiment speculerende, aan fanatisme ontsproten en tot fanatisme ge richte leuze, die aankwam met het afschu welijke, oude, onredelijke argument der bloed- en bodemverbondenheid. Een ex- nazi, die de „heilige kruistocht tot bevrij ding der broeders in de afgesneden Duitse Saarprovincie" leidde, heeft zelfs God op het podium gebracht en de dreiging met hemelse wraak afgeroepen over degenen, die hun Duitse „bodem" zouden durven verloochenen. Dit wakker roepen van onwezenlijke „Nibelungen"-beweegredenen, dit leuren met bovenaardse schijn verbondenheden, kan alleen doeltreffend ën overredend ge beuren door mensen, die uit de vorige oor log geen les getrokken hebben. Mensen, die niet hebben begrepen dat er in Europa nog een teveel aan bijgelovige vaderlandsliefde bestond, waarop een krankzinnige zelfs zijn onzalige waandenkbeelden kon bouwen. Vaderlandsliefde, die ver uitging boven de werkelijke betekenis en waarde van de banden, die een volk tot een werkende een heid kunnen binden. Vaderlandsliefde, in wier valse naam millioenen naar de slag velden werden gezonden. Vaderlandsliefde, wier waanideologie na tien jaren krijgsge vangenkamp nog in volle bloei bleef ver keren in verblinde zielen. Nu is de Saarbevolking wijsgemaakt, dat trouw aan Europa ontrouw aan die vader landsliefde zou zijn. Misschien is het een fout geweest van de strevers naar het eensgezinde Europa, om de Saarlanders een nieuwe, Europese vaderlandsliefde aan te meten. De Duitsers konden immers in die zwevende begrippen béter en overtuigender praten! De Saarlanders is wellicht niet ge noeg duidelijk gemaakt, dat een nieuw Europa en een nieuw Saarland geen Euro pese „bloed- en bodemtheorieën" nodig hadden, doch gezond verstand en gezonde samenwerking op de daarvoor in aanmer king" komende gebieden. Er heeft in Saar land een idee overwonnen, die in Europa na de tweede wereldoorlog overwonnen scheen. Doch er is tevens een venster open gegaan op een ontwikkeling, die onver hoeds en in het geheim heeft plaatsgegre pen onder de voeten der Europeanen aan de tafels der Europese conferenties: een ondergrondse ontwikkeling, gevoed met denkbeelden die mét Hitler en Mussolini schenen te zijn uitgeroeid. Terwijl in Bonn Adenauer en de zijnen Europese politiek bedreven en hun trouw aan de Europese eenheidsgedachte beleden, woekerde de grootheidswaan van het Duitse ras voort als een heidevuur, onzichtbaar maar on stuitbaar ook.Terwijl Bonn het Saarstatuut ontwierp in voorbeeldige samenwerking met Parijs, werd de gedachte der nazi's, aan een Duitse machtspositie in Europa over genomen door de overlevenden en verder gedragen over de grenzen, zoals naar Saarland. De waan van „Heimkehr" en „bloedverbondenheid" zweeft zomaar niet in de lucht. Zij heeft een hechte basis, een basis van toekomstdromen weliswaar, maar tevens van reëele feiten. Zij is gebouwd op overwegingen, die reëele waarde hebben: de grootheid van Duitsland in economisch en politiek opzicht, de hereniging van alle afgescheiden „bloedverbonden" delen des rijks met het „Vaterland", de verbintenis met krachtige, betrouwbare bondgenoten. Wat de grootheid in economisch opzicht betreft, deze is goeddeels reeds bereikt. In politiek opzicht is men een eind gevorderd op de goede weg. In militair opzicht heeft men de handen vrij gekregen. Dit is alle maal tamelijk gemakkelijk gegaan onder de leuze der Europese eenheidsgedachte, door de Duitse waarde in de tegenstelling met Rusland en de zwakte der omringende Westelijke landen. De hereniging van alle delen moet in het Westen beginnen, aange zien men daar geneigd is de Duitse wensen welwillend te ontvangen. De verbintenis met krachtige bondgenoten heeft men in de NAVO tot stand kunnen brengen, waar Amerika Duitslands vriend en beschermer is geworden. Maar waar is, vraagt men zich nu ver bijsterd af, de werkelijke, waardevolle, offervaardige Duitse bereidheid tot bijdra gen aan de Europese zaak? Het Saargebied is de eerste poging tot sanering der Euro pese politieke verdeeldheid. Waar is de Duitse „Europese geest" gebleven, die in de Westelijke landen steeds zo hogelijk ge prezen is? Wellicht heeft die geest werkelijk be staan, vlak na de oorlog, toen in Duitsland mannen verrezen wier instelling en denk kracht in de concentratiekampen uitgeste gen was boven de primitieve Duitse senti menten. Als toen Europa had toegegrepen en Duitsland onder zijn hoede had geno men, zou wellicht Europa verrijkt zijn ge worden met een nieuwe, gezuiverde Duitse medewerking aan de gemeenschappelijke zaak. Thans, nu Adenauer als eenzame figuur van integriteit en betrouwbaarheid zich voorbereidt op zijn politieke einde, beweegt een Duits masker door grimmige trekken van een oud gelaat, dat er achter schuil ging. In de na-oorlogse jaren hebben weinigen de waarschuwing durven ver staan. Weinigen hebben weerstand kunnen bieden aan hun beschaafd vei'langen om de Duitse misdaden met de mantel der ver gevingsgezindheid te bedekken. Weinigen ook hebben begrepen dat het riskant zou kunnen zijn, hun eigen veiligheid op te hangen aan een zo weinig controleerbare Duitse oprechtheid. Misschien hebben vele goedwillende, Europees denkende Duitsers niet beseft, welke vulcanische gevaren levend werkzaam waren gebleven onder het zand der capitulatie. Doch het voor beeld van Saarland en de activiteit van de uitgeroeid-gewaande oude Duitse geest zul len hun een openbaring zijn geweest, even als zij een openbaring zouden moeten zijn voor ons allen, die niets liever zouden wil len dan dat Duitsland, in al zijn rechten hersteld, een gelijke plaats zou innemen in de rij der Europese volken en zou mee werken in de grote familie, die Europa herbergt, aan het veilig en vredig bestaan der wereld. Saarland blijft echter twistappel, en de pro-Duitse partijgangers glimlachen met verheerlijkte gezichten onder het licht der schijnwerpers. Zij hebben Europa opnieuw vermoord en Duitslands prestige gered. Als er in de toekomst opnieuw Duitse jongens sneuvelen in Europa, zal men mis schien niet meer terugdenken aan dit refe rendum. Maar waar in de geschiedenis is ooit een nationalistisch fanatisme opge vlamd, dat niet jaren of eeuwen nadien de „bodem" met „bloed" bevlekte? J. L. De boom in Ondanks het feit, dat hij net enige ca fé's had bezocht, bovendien nog geen rij bewijs bezat, al had hij er wel reeds exa men voor gedaan, was de electrisch lasser A. J. T. uit Westzaan op 19 September gaan toeren met de auto, eigendom van het bedrijf waar hij werkte. Na korte tijd was T., die gedurende die dag al f 59 aan taxi's en drank had uitgegeven, tegen een paaltje gereden, waarna de aardigheid voor hem er af was. Hij was uit de wagen gesprongen en een wandelpark in gevlucht, waar een agent hem enige tijd later had aangetroffen, zijn roes uitslapend op een dikke boomtak. „Hij wilde er niet afko men en was volkomen dronken", luidde de verklaring van de verbalisant. De officier van Justitie achtte bewezen, dat T. beschonken achter het stuur had ge zeten en eiste zes weken gevangenisstraf benevens drie jaar ontzegging. Mr. Peter sen veroordeelde hem tot een maand en vijf jaar ontzegging. „Kennelijk De 52-jarige H. P. uit Velsen was op 14 Augustus wat gaan brommen en zijn brom fiets had hem (natuurlijk) naar een café- tje in IJmuiden-Oost gevoerd, waar hij nogal wat alcohol moet hebben verwerkt, aangezien de bloedproef, die hem een poos je later werd afgenomen, 2.55 pro mille uitwees. Die bloedproef was hem afgeno men, omdat hij op de terugweg een fiet ser had aangereden. „Was u dronken?" wilde de politierech ter weten. „Kennelijk", luidde het besliste ant woord. „Twee weken gevangenisstraf", zei de officier, die de 2.55 pro mille „iets zeld zaams" noemde. Mr. Petersen ging met de eis accoord. Doorgereden De betonwerker H. V. uit Zaandam had op 23 Juli met zijn motor plotseling moeten uitwijken voor een vrouw, die met een fiets aan de hand naast het trottoir liep. Hij was haar pas op het allerlaatste ogenblik gewaar geworden en had haar toen met een grote boog willen ontwijken. „Is er iets gebeurd?" had hij meteen aan zijn duopassagier gevraagd. Toen deze „nee" zei, was hij doorgereden. Een voor bijganger, die dit alles had gezien, no teerde zijn nummer en gaf het door aan de politie. Deze spoorde V. op, die toen te horen kreeg, dat de vrouw wel degelijk was geraakt, op straat was gevallen en een kneuzing aan het linkerbeen had opgelo pen. Het slachtoffer, op de zitting van Maan dagmorgen als getuige gehoord, deelde mee, dat zij tengevolge van de aanrijding vijf en een halve week op bed had moe ten liggen. De officier vond hier een boete van f 75 op zijn plaats; de politierechter maakte er zestig gulden van. ADVERTENTIE In de landelijke vergadering van de Ver eniging voor Mulo (Ulo-groep in de Neder landse Onderwijzers Vereniging), die in Utrecht is gehouden, is uiting gegeven aan de onrust, die in deze kring leeft voor de nabije toekomst van het U.L.O. en aan de ontstemming over het uitblijven van af doende maatregelen van de regering. De regering heeft onlangs aandacht geschon ken aan het lerarentekort bij het voorbe reidend en hoger middelbaar onderwijs. Over het onderwijzerstekort bij het U.L.O., zo werd opgemerkt, zwijgt zij in alle talen. Door de grote salarisverschillen gaan zeer veel leerkrachten van het U.L.O. over naar het voorbereidend hoger en middelbaar on derwijs, de kweekscholen en het nijver heidsonderwijs, waardoor het U.L.O. met een steeds groter tekort kampt. De salarisverhoudingen zijn, naar de me ning van de vergadering, totaal scheef ge trokken. De bezoldiging van het onderwij zend personeel bij het gehele lager onder wijs moet aanmerkelijk verhoogd worden, de salarissen voor het U.L.O. in het bijzon der. De vergadering achtte het een drin gende eis, dat het overleg in de bijzondere commissie voor het L.O. sneller voortgang heeft. De besprekingen waren volgens mi nister Cals in Februari van dit jaar „in volle gang". Voorstellen van regeringszijde zijn tot dusverre uitgebleven. De vrees werd uitgesproken dat als niet spoedig re sultaten van deze besprekingen kunnen worden gepubliceerd, het U.L.O. zijn on dergang tegemoet gaat. Op de rijksweg AmsterdamUtrecht is Maandag de 25-jarige C. J. A. van Heist uit Maasniel om het leven gekomen. Hij reed op een scooter in de richting Utrecht en passeerde een voor hem rijdende vracht auto. Bij het naar rechts zwenken is hij vlak voor de vrachtauto geslipt en gevallen. Hij werd overreden en was direct dood. Evenals het Engelse „under the rose" en het Duitse „unter der Rose" is onze uitdrukking onder de roos een letter lijke vertaling van de Latijnse woorden: sub rosa. Men moet het woordje sub in letterlijke zin opvatten. De Romeinen plachten aan de zolder hunner feest zalen een roos te laten schilderen om er hun gasten aan te herinneren, dat de uitspattingen, daar bedreven, geheim moesten blijven. Dat de roos als het symbool der zwijgzaamheid wordt be schouwd, dankt zij aan het verhaal dat de Egyptische god der zwijgzaamheid Horpocrates van Cupido een roos ten geschenke ontving, omdat hij met nie mand had gesproken over de veelvul dige liefdesgeschiedenissen der godin Venus. Ons aller dierbare oude vriend Win ston Spencer Churchill houdt vacantie in Cap d'Ail aan de Rivièra en de pers zou de pers niet zijn, als zij daar niet alles uitbraadde wat er uit te braden valt. Zo deelt een van de Nederlandse dag bladen mij nu mede dat good old Win ston zijn ontbijt havermout, bacon en marmelade in een withouten kistje uit Londen naar Cap d'Ail gestuurd krijgt. Vanzelf per vliegtuig. Hoewel ik blij ben dat ik dit weet; te meer omdat de moordende onzekerheid of 't kistje van groen, van rood of van wit hout is, mij reeds vele slapeloze nach ten heeft bezorgd, blijft er bij zoveel posi tieve zekerheid toch nog wel iets te vra gen over en ik verwacht nu van die krant, dat zij mij op die vraag een duidelijk ant woord geeft, door middel van het beken de legertje van speciale correspondenten. Wat ik in de eerste plaats niet begrijp is, waarom dit ontbijt in dat (withouten) kistje iedere morgen gebracht moet wor den. Kan men niet (pak weg: éénmaal per week) een paar pond bacon, een kilo havermout en een grote pot marmelade zenden? In deze vraag is, zoals gij onmid dellijk gevoelt, een stuk van mijn zorg voor de financiële grondslagen van Sir Winstons huishouding gelegen. Iedere dag zo'n kistje, instede van elke week een voorraadje voor zeven dagen, lijkt mij eenvoudig zinloze geldverspilling. Ik kan er over oordelen, want wanneer ik mij in Londen bevind, wordt mijn ontbijt (bief stuk, tartaar, koude kreeft, jamflenzen en een demijohn champagne) mij óók nage- vliegerd. Ik kan nu eenmaal niet tegen kippers met porridge. Een tweede vraag die zich onstuimig doet gelden is, of er in Frankrijk geen ha vermout, geen spek en geen marmelade te koop zijn en waarom deze speciaal uit Engeland moeten komen. Op het ogenblik dat ik dit schrijf zijn mijn speciale correspondenten aan de Ri vièra dit (koortsachtig) aan het onder zoeken. Er is nog maar een gedeeltelijk antwoord binnen: „Marmelade wèl" luidt het expresse-telegram dat ik vanmorgen van mijn hoofdcorrespondent uit Nice ontving. Kortom, de wereld en ik verkeren op dit ogenblik nog in grote onzekerheid om trent een van de belangwekkendste zaken die ons door een van de belangrijkste kranten zó maar pardoes op de ontbijt tafel ik mag wel zeggen, pats, midden in de havermout geworpen zijn. Schier ademloos wacht ik op de ontwikkeling der dingen. ELIAS ADVERTENTIE Bescherm Uw keel en voorkom verkoudheid met HAARLEM. B. en W. hebben het ideaal van vroeger, Haarlem tot een druk bezocht staalbad te doen worden, blijk baar nog niet opgegeven. Zij willen dat de Raad een commissie benoemt, die zal onderzoeken of dit ideaal alsnog te ver wezenlijken is. Zij zal moeten nagaan in hoeverre de Maatschappij tot Exploitatie van Staalwaterbronnen voor de toekomst kan worden geacht levensvatbaarheid te hebben. Naar aanleiding van dit voorstel willen wij herinneren aan de groote fout, die bij de oprichting der maatschappij be gaan is. In plaats van een flink hotel- pension te stichten voor de aanstaande badgasten heeft zij haar kapitaal vast gelegd in het Brongebouw, dat nu wordt geëxploiteerd voor concerten en voor stellingen en aldus voorziet in een behoef te die er niet bestond. Het denkbeeld Haarlem als staalbad verbleekt meer en meer. Er zal zeker een sterke oppositie ontstaan tegen het mo derne denkbeeld, de gemeente steun zou geven aar een particuliere maat schappij.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1955 | | pagina 5