Uitzicht op bouwvolume voor nog 690 woningen in 1956 voor Haarlem Toekenning thans meer gebaseerd op bouwcapaciteiten ter plaatse Haarlem moet gekend worden in tracé Oostelijke Randweg Wethouder Happé verraste de raad Aandrang uit gemeenteraad: Weer hinder van stof op industrieterrein Evangelische kerk wil niet van wijken weten 11 Aparte dienst bepleit voor Volkshuisvesting Nieuwe normen voor bouwvolume gevaarlijk Werken bij slecht weer Richtgetal van 700 woningen te laag Het beleid inzake onbewoonbaarverklaringen „In systeembouw zijn wij niet gebonden Problemen van woningverbetering Vijftienhonderd bevroren leidingen in Haarlem Gunning ophogingswerk plan Parkwijk Nederland had op 1 januari 10.821.111 inwoners A Igemene beschouwingen Openbare werken De randwegen Waar blijft structuurplan Stationsplein De directeurskwestie Jeugdpsychologisch Bureau in discussie Eenheid tussen Oost en West zal niet verbroken worden DONDERDAG 16 FEBRUARI 1956 HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT Het antwoord van de wethouder van Volkshuisvesting, de heer W. F. Happé, op de algemene beschouwingen in de Haarlemse raad over de woningbouw- en huisvestingspro blemen, hield een verrassing in, die velen met vreugde zullen hebben begroet. In het overzicht van de stand van de woningbouw op 1 februari was geconcludeerd, dat er van het bouwvolume 1954-1956 nog voor 157 woningen over was. Dat dit inmiddels aan enige aannemers is opgedeeld, betekent, naar hij zeide, dat er enig uitzicht bestaat ten aan zien van de verdere mogelijkheden voor bouwvolumever deling voor 1956. „Wij weten, dat de gedachten ernaar uit gaan om de restverdeling voor 1956 vast te koppelen aan de plaatselijke of regionale capaciteit van de bouwmarkt". Dit slaat volgens zijn indruk niet in eerste instantie op het bij de arbeidsbureaus beschikbare aanbod van bouwvakarbeiders, maar op de aanwezigheid van plannen van belang, waar voor tevens plaatselijk de mogelijkheden tot verwezenlijking voorhanden zijn. Op grond hiervan is voor Haarlem te ver wachten, dat er boven het opgeteerde contingent van 1956 bouwvolume mogelijk zal zijn voor de plannen van 320 wo ningen in Delftwijk, voor enkele premie-objecten en voor 200 arbeiderswoningen voor de R.K. woningbouwvereniging St. Bavo-Noord in de noordelijke punt van Delftwijk in het totaal voor 690 woningen, waarvan 520 in de Woning wetsector. Indien Gedeputeerde Staten deze projecten zo beoordelen als op grond van de jongste ontwikkeling te ver wachten valt zullen deze nog in de loop van dit jaar in uit voerig komen. Betreffende het tot dusver bekendgemaakte streefgetal van 700 woningen per jaar deelde hij mede, dat dit aantal binnenskamers allang gewijzigd is in duizend. De eerste spreker over dit hoofdstuk, de heer De Leeuw (PvdA) was er niet erg gerust op dat de plannen van Den Haag om het bouwvolume in de toekomst te gaan verdelen op basis van de telkens in de ge meenten aanwezige bouwcapaciteit, niet tot onbillijkheden zouden leiden. Haarlem, vroeger al gedupeerd door een te geringe toewijzing, zou bij zo'n regeling opnieuw het kind van de rekening kunnen worden. Zou dit niet eens regionaal bezien kunnen worden, b.v. door Amsterdam en Haarlem gezamenlijk, of hiertegen niets te doen is? De reeds lang slepende plannen voor de bouw van 320 woningen in Delftwijk, te bouwen volgens het systeem-Rottinghuis zouden eindelijk eens gerealiseerd moeten worden. Haarlem zou in dit opzicht een daad moeten stellen en zich niet dood- staren op mislukkingen en moeilijkheden bij systeembouw elders, maar zich even min teveel vastleggen op een bepaalde systeembouwer, de Gembouw. De spreker bepleitte het creëren van uitwijkmogelijk heden voor het geval overleg met de Gem bouw niet snel tot een akkoord zou leiden. Nauwere samenwerking van de talrijke woningbouwverenigingen vooral op het ge bied van administratie en reparatiewerk achtte de heer De Leeuw zeer gewenst. Hij bepleitte intensiever streven naar wo ningsplitsing met behulp van een grondig onderzoek en het aanleggen van een wo- ningenkarthotheek, omdat het creëren van woonruimte door splitsing veel goedkoper is dan nieuwbouw. Woningverbetering zal zoveel mogelijk in overleg met de eigenaren moeten ge schieden, maar als het nodig blijkt, deze bij „aanschrijving" tot bepaalde verbete ringen te verplichten, dan dienen die aan schrijvingen nauwkeuriger gespecificeerd te worden dan nu het geval is. De voorkeur van B. en W. voor het stelsel der onbewoonbaarverklaringen met uitgestelde ontruiming kon de PvdA- woordvoerder niet bewonderen; beter was het zijns inziens, meer aan te sturen op uitlokking van lagere huren ingevolge de Huurwet, daar men zo de eigenaars van dergelijke krotten althans nog enige ver beteringen zou kunnen afdwingen. De onttrekking van panden en delen van panden aan de woonruimte ten behoeve van particuliere zakelijke belangen moest volgens de heer De Leeuw tot de aller noodzakelijkste omvang beperkt worden. Op het gebied van de opvoering van het woongerief was de eerste vereiste: een betere geluidsisolering, opdat de gezinnen niet „iedere zucht van hun buren hoeven mee te beleven". Om tot een sneller en doelmatiger wo ningbouw, te komen bepleitte de heer Van V e 1 s e n (KVP) onder meer een splitsing van het bureau Bouw- en Woningtoezicht en de instelling van een afzonderlijke dienst voor de Volkshuisvesting onder een aparte, met fantasie en initiatief toegeruste directeur. Men zou voorts een duidelijker inzicht moeten krijgen in de behoefte aan bouwvakarbeiders aan de hand van de woningbouwplanning en daar de bestaande vakopleidingen bij dienen aan te passen. Tenslotte moeten er maatregelen beraamd worden om het bouwvak aantrekkelijker te maken; zou de gemeente b.v. niet een aantal goed geoutilleerde schaftlokalen kunnen laten rouleren op de verschillende werken en zou men b.v. niet aan iedere bouwvakarbeider een woning kunnen ga randeren? Systeembouw bood stellig moge lijkheden voor Haarlem. Meer coördinatie op bestuursniveau bij de woningbouwver enigingen vond de KVP-woordvoerder eveneens gewenst. Omtrent de verhoging van het woongerief zouden alle betrokke nen eigenlijk met de huisvrouwenorgani saties moeten overleggen; een studiecom missie op dit gebied zou hij toejuichen. Atelierwoningen had de spreker bij voor keur bij elkaar, in spreiding van dit soort huizen over vele complexen zag hij weinig nut. Specificatie van woningverbeterings aanschrijvingen aan onwillige eigenaars achtte de heer Van Velsen wel wense lijk. Hij vroeg voorts aandacht voor de hygiënische misstanden in verschillende krotwoningen en voor het woningprobleem in Spaarndam; als het saneringsplan Spaarndam vertraging krijgt, kunnen B. en W. hier dan op korte termijn verbetering bewerkstelligen? De heer Spek (AR) had uit het jongste rapport over de woningsituatie met vreug de ervaren, dat de woningbouw-activiteit toenemend is. Ook hij zag in de voorge nomen nieuwe toewijzingsregeling bouw volume waarbij het arbeiderspotentieel als norm zal gelden een gevaarlijke be dreiging voor Haarlem waartegen de groot ste waakzaamheid geboden is. De AR-fractieleider drong aan op de bouw van meer middenstandswoningen. De rijkscurveprijs houdt zijns inziens weinig of geen rekening met de werkelijkheid en heeft al veel vertraging in de woning bouw veroorzaakt. Toch moeten wij goede woningen met goede voorzieningen bou wen, want overgaan op „noodbouw" die na 10 a 15 jaar niet meer aan de eisen des tijds zal voldoen is funest. Hij drong dan ook met klem aan op handhaving van een zo hoog mogelijk woningpeil en ver klaarde zich tenslotte eveneens een voor stander van een afzonderlijke gemeente lijke volkshuisvestingsdienst. Daarentegen betwijfelde de heer Stof fels (VVD), of de afsplitsing van een aparte woningdienst aan de top wel het effect zou sorteren dat vorige sprekers er van verwachtten. Hij wilde zijn oordeel liever opschorten tot B. en W. hun onder zoek over deze zaak voltooid hebben. Dat het college geen aanleiding ziet, de ver houdingspercentages voor woningwet- en premiebouw te herzien betreurde de heer Stoffels; verruiming van de particu liere bouw achtte hij dringend nodig. Systeembouw zou voor Haarlem stellig voordelen bieden, al zag deze spreker ook schaduwzijden, als b.v. de noodzaak tot het bouwen van grote aantallen op vaak lang durige contracten. Kon men eventuele sy- steembouwwoningen echter voldoende over de stad spreiden, dan had hij er wel vrede mee. Niet billijk vond de heer Stoffels het, de hogere huurprijzen van woningen voor grote gezinnen ten dele te verhalen op de bewoners van kleinere woningen in het zelfde complex, compensatie zou hier aller eerst in de belastingsfeer gevonden moeten worden. Waardering voor het op gang komen van de woningbouw had ook de heer Wen sing (CH) die voorts bij alle critiek op het rijk niet vergeten wilde, dat ook de bouwvakken zelf schuld hebben aan de huidige achterstand. Qua industrialisatie zijn zij verre bij andere takken van nijver heid achtergebleven en qua verzorging van de arbeiders evenzeer. Hierin verbetering te brengen was niet slechts de taak van het rijk en het bedrijfsleven; ook de ge meenten konden helpen, b.v. door het scheppen van mogelijkheden om door te werken bij slecht weer. Dit laatste punt was ook naar voren ge bracht door de heer Van Velsen (KVP), die geopperd had dat het gemeen tebestuur lampen en dergelijke beschik baar zou kunnen stellen voor het bouwen voor zonsopgang en na zonsondergang, en tevens de totstandkoming van machine- verhuurbedrijven ten gerieve van de aan nemers zou kunnen stimuleren. De heer W e n s i n g vroeg of B. en W. in dit verband al plannen hebben. Systeem bouw juichte hij toe en als de plannen doorgaan, kunnen B. en W. op grond daar van met des te meer klem op een groter contingent aandringen. Komt men niet tot een akkoord met de Gembouw, wat wil het college dan doen om de industrialisatie in de woningbouw te bevorderen? De bouw van meergezinswoningen achtte de heer Wensing gezien de daaruit voort vloeiende winst aan ruimte voor plantsoe nen en speelgelegenheid van groot belang. Met betrekking tot de komende woningtel ling hoopte hij op een goede instructie van de tellers, opdat deze met de grootste tact zullen optreden. De heer Hennevelt (Comm.) meende, dat het met het huidige richtgetal van 700 woningen per jaar niet mogelijk zal zijn de woningnood in Haarlem in tien jaar op te heffen, want daarvoor zijn minstens 8800 woningen voor deze periode nodig. Voorts voert de gemeente bij aan bestedingen vaak nog een onjuist beleid. Hij vestigde voorts de aandacht op het verschijnsel dat er volgens zijn inlichtingen 40 percent van de Haarlemse bouwvakkers in de nieuwbouw buiten Haarlem werken, namelijk in Amsterdam-West en bij de Hoogovens. Er ligt van de kant van B. en W. niet voldoende druk op de instanties, welke in Haarlem bij de woningbouw be trokken zijn. Enige suggesties, die de heer DeLand- meter (CH) aan de hand deed, waren een verlaging van de huur voor onbe woonbaar te verklaren woningen, die vol gens hem de onbewoonbaarverklaring in de toekomst wat zal remmen en voorts een afsplitsing van een speciale woningdienst van Bouw- en Woningtoezicht. Mevrouw Smitz-Peper (Arb.) vroeg de aandacht voor de moeilijk plaatsbare gezinnen, die in vele gevallen nooit kans krijgen hun onbewoonbaar verklaarde be huizingen te verlaten en betere woningen te betrekken. Zij wees in het bijzonder op de toestand van het Bullenhofje. Voorts bepleitte zij een „zachte drang" op de be woners van grote huizen, om jonge ge zinnen te helpen. De heer Van der Veldt (KVP) achtte een wijziging in het beleid voor de onbe woonbaarverklaringen noodzakelijk in die zin, dat men er pas toe overgaat, als er een andere oplossing voor de bewoners is gevonden, zodat men de voortdurende ver lengingen van de onbewoonbaarverklarin gen voorkomt. Daarvóór kan uitvoerig over de toestand der betreffende woningen wor den gerapporteerd. Hij huldigde de conse quente houding van 't Huisvestingsbureau bij de verdeling der woonruimte. De heer B 1 o k d ij k (Arb.) deelde veler bezwaren over de huidige organisatie der bouwnijverheid, maar gaf daarbij enig vertrouwen te kennen voor de beschik bare arbeidskrachten in Haarlem, omdat bijvoorbeeld ook aannemers van buiten hun eigen kern van arbeiders meenemen. Het feit dat de gemeente onlangs aan de Nemavo grond in erfpacht voor 4°/o heeft aangeboden, het zelfde erfpachtpercen tage dat voor de Woningwetbouw wordt gerekend, gaf de heer F i b b e (VVD) hoop, dat de gemeente het plan heeft om de Woningwetbouw en de premiebouw in dit opzicht gelijk te stellen. Mevrouw Van der Wall-Duyven- d a 1 e (Arb.) informeerde naar de vorde ringen van het sociologisch onderzoek ter voorbereiding van de sanering der Doelen- buurt. Hierop begon wethouder Happé (Arb.) zijn i-epliek met de inleidende opmerking, dat er als gevolg van het onderzoek naar de mogelijkheden tot versnelling van ge meentelijke werkzaamheden voor de wo ningbouw reeds drie wekelijkse stafbespre kingen worden gehouden van alle daarbij betrokken ambtenaren. Het onderzoek duurt nog voort en zal er ongetwijfeld toe leiden, dat er nog meer belemmeringen voor het tempo der voorbereidingen uit de weg worden geruimd. Vervolgens deed de wethouder zijn reeds in de aanhef genoem de, verrassende mededelingen omtrent het bouwvolume, dat de gemeente verder nog kan verwachten. Daartoe is het noodzake lijk, dat er architecten worden aangewe zen, die de plannen, welke kans piaken, in een vlot tempo uitwerken: daartoe zal ook op de woningbouwverenigingen een zachte drang worden uitgeoefend. Er is overleg gaande tussen de gemeente en een beleggingsmaatschappij en een pen sioenfonds voor de bouw van een aantal middenstands-huurwoningen voor 1957. Het betreft er hier 350, verdeeld over enkele complexen. In beginsel werd hierover reeds overeenstemming bereikt, zodat over bepaalde terreinen optie kon worden ver leend. Om een goede continuïteit te bereiken geeft de gemeente bij herhaling opdrachten aan een en dezelfde aannemer, die getoond heeft goed en snel te kunnen bouwen. Wat het bouwvolume voor de komende jaren aangaat zal de uitslag der woning telling een belangrijk woordje meespreken. In antwoord op verscheidene opmerkin gen over de wenselijkheid van systeem bouw, zeide de wethouder, dat de gemeen te niet het voornemen heeft zich te binden. Komt bijvoorbeeld de Gembouw met zijn plan voor 320 systeemwoningen in Delft wijk met de gemeente niet tot overeen stemming betreffende de prijs, dan zal de gemeente aan de architect voor dit project opdracht geven het om te werken voor traditionale bouw. Tegen het einde van deze maand kan de prijsopgaaf van de „Gembouw" verwacht worden. De samen werking tussen de woningbouwverenigin gen in Haarlem noemde de wethouder in het algemeen goed al zijn er ook enkele die onvoldoende bereidheid tot samenwer king tonen. Wat het bouwvakarbeiderstekort betreft merkte de wethouder op, dat dit een wis- selwerking ondergaat met het toegekende bouwvolume. Met de arbeidsvoorziening in de bouwnijverheid is het in het alge meen een wonderlijke zaak, zoals de wet houder aantoonde met het voorbeeld van Alphen aan de Rijn, dat dagelijks met bus sen arbeiders uit Spakenburg, Nijkerk en Amersfoort laat komen, terwijl er even eens dagelijks bussen met arbeiders uit Alphen naar Rotterdam vertrekken! De verhouding tussen de aantallen pre miewoningen en Woningwetwoningen schommelt voortdurend, maar blijft over een langere afstand gerekend toch onge veer 40 tegen 60. De woningtelling wordt, naar de wethou der voorts betoogde, ook in Haarlem breed opgezet: onder leiding van de gemeente secretaris zullen mensen van Bouw- en Woningtoezicht, Bevolking en de sociograaf erin samenwerken. Wat de samenstelling van de woningkartotheek betreft zal men niet te diep in technische détails afdalen, maar alleen die gegevens verzamelen, die voor een behoorlijke selectie nodig zijn. Wat het beleid inzake de onbewoonbaar verklaringen betreft voelde de wethouder wel iets voor de mening van de heer Van der Veldt maar hij zeide niet ge heel de suggestie van de heer De Land meter (tot verlaging van de huren der onbewoonbaar verklaarde woningen) te kunnen volgen. Op de opmerking van de heer F i b b e antwoordde de wethouder, dat de erfpacht in de particuliere bouw vrijwel geen rol speelt, maar dat B. en W. in voorkomende gevallen inderdaad oek wel aan de gelijkstelling van particuliere en Woningwetbouw denken. Wethouder Happé vond het moeilijk en niet strikt noodzakelijk, in de aanschrij vingen tot woningverbetering precies te specificeren welke voorzieningen er van de huiseigenaars geëist worden. Ten eerste heeft Bouw- en Woningtoezicht momenteel te weinig personeel voor zulke specifica ties, ten tweede komen er ook bij nauw keurige aanschrijving van de gewenste verbeteringen wellicht weer misverstan den, misschien zelfs meer dan onder het huidige regiem. Hij wilde liever trachten naar meer minnelijke schikkingen met de huiseigenaren, waardoor het aantal aan schrijvingen verminderd zou kunnen wor den. Vertraging in het saneringsplan- Spaarndam achtte de wethouder niet waar schijnlijk, maar als dat nodig blijkt zal hij stellig met bepaalde urgente voorzieningen op dit plan vooruitlopen. Het toenemend aantal aanvragen om wo ningonttrekking baart ook B. en W. zorg. De aanvragen worden door Kamer van Koophandel en Huisvestingsbureau geza menlijk bekeken, maar alleen als hierbij van werkelijke economische noodzaak blijkt, wordt de aanvraag ingewilligd, zelfs al gaat dit ten koste van de woningvoor raad. Wijziging van de bestuursvorm der wo- ningbouwstichtingen tot woningbouwvere nigingen geeft op zichzelf geen garantie voor medezeggenschap der betrokken le denhuurders. B. en W. kunnen in dit op zicht weinig invloed op de stichtingsbestu ren uitoefenen, wel echter de goede ver standhouding tussen de partijen bevorde ren. hetgeen zij zullen blijven doen. Het instructieschema voor de woning tellers is zorgvuldig voorbereid en uitge werkt; het idee van een woningkartotheek staat B. en W. wel aan; een voorstel tot inrichting daarvan stelde de wethouder in uitzicht. Ten aanzien van een eventuele uitbreiding van de particuliere bouw dient het resultaat van de woningtelling afge wacht te worden. Dat de geprojecteerde 700 woningen in 1955 niet gerealiseerd zijn, was in hoofd zaak het gevolg van de vertraging in de bouw van de 319 woningen aan de Schip- holweg, waarvoor met slechts een aanne mer gecontracteerd was. B. en W. hebben gezorgd voldoende ijzers in het vuur te hebben om dergelijke tegenvallers in de toekomst te kunnen opvangen. Wethouder Bakker (AR) deelde in ant woord op een vraag van mevrouw Smitz- Peper (PvdA) mede, dat de Commissie Bejaardenzorg thans begonnen is met een enquête onder enkele duizenden bejaar den, die de hele verzorgingsstatus van deze mensen zal vastleggen. De Commissie Huis vesting Bijzondere Groepen wacht op de uitkomst van deze enquête om het pro bleem van de woonsituatie der bejaarden ter hand te nemen. In tweede instantie vestigde de heer Spek (AR) er met ver wijzing naar de langdurige voorgeschiede nis van het systeembouwproject Delftwijk nog eens de aandacht op, dat de voorberei ding van bouwplannen in het algemeen meer dan eert jaar vergt, een termijn die hem rijkelijk lang toescheen. Hij hoopte dat een eventuele afzonderlijke woning dienst ook in dit opzicht met wat meer spoed tewerk zou kunnen gaan. De directeur van het Gemeentelijk Wa terbedrijf Haarlem deelt ons mede, dat er bij zijn dienst op het ogenblik niet minder dan vijftienhonderd opgaven zijn binnen gekomen van mensen, die moeilijkheden hebben met bevroren kranen en leidingen. De toestand is op het ogenblik nog wel niet zo erg als in 1942, toen men zesduizend keer te hulp werd beroepen, maar men moet niet vergeten dat de dooi nog niet in gevallen is. Pas wanneer het kwik tot bo ven het nulpunt stijgt dan merken velen dat de leidingen in de huizen bevroren zijn. Toen op 31 janauri deze strenge vorst periode inviel kwamen er al direct talrijke klachten bij het Waterbedrijf binnen. Wei nig mensen hadden namelijk de aanwijzin gen, die in de diverse dagbladen waren verschenen, gevolgd en men moest dan ook bij deze dienst onmiddellijk na de eer ste vorst driehonderd leidingen controleren. Op het ogenblik werkt men echter al met zes tot acht auto's, bemand met achttien man personeel en toch kan men het werk nog niet af. Ook des avonds en des zater dagmiddags trekt men erop uit en zelfs de zondagen is er een ploeg bij het waterbe drijf aanwezig om de Haarlemmers in noodgevallen bij te staan. Een gelukkige omstandigheid is, dat men bij het Waterbedrijf Haarlem vrijwel geen ziektemeldingen heeft en bovendien is een aantal personeelsleden van dienst Open bare Werken gedurende de vorstperiode assistentie aan het Waterbedrijf toege voegd. Men maakt overigens bij het ontdooien van de dienstleidingen tussen de hoofdlei dingen en de buizen in de woningen ge bruik van een „stoom-ontdooier". Ook in de Waarderpolder gebruikt men een derge lijk apparaat bestaande uit een rijdende stoomketel. Men heeft daar namelijk nogal wat haast bij het aanleggen van een water leiding naar een farmaceutische fabriek en met deze stoomdooier maakt men het mo gelijk, dat de grond, die tot een diepte van ongeveer een halve meter bevroren is, ge makkelijk te bewerken is. Het ophogingswerk voor 32 hectare grond in het stadsuitbreidingsproject Parkwijk, ten zuiden van de Amsterdamse Vaart en ten oosten van de Prins Bernhard- laan, zal worden uitgevoerd door A. Faas Aannemings Maatschappij N.V. te Amster dam tegen een bedrag van f 2.387.000. De gunning is vandaag geschied; de aanbe steding had plaats op 30 januari j.l. Nederland telde op 1 januari 1956 vol gens opgave van het Centraal bureau voor de Statistiek 10.821.111 inwoners tegen 10.667.000 op 1 januari 1955. Het aantal huwelijken heeft in 1955 88.841 bedragen tegen 88.103 in 1954. Het aantal levendge borenen bedroeg in het afgelopen jaar 229.899 tegen 228.892 in 1954. Het aantal overledenen steeg van 79.295 in 1954 tot 81.288 in 1955. Het aantal huwelijken per duizend inwoners per jaar bedroeg voor 1955 evenals voor 1954 8,3. Het cijfer per duizend inwoner; voor het aantal levend geborenen is gedaald van 21,6 in 1954 tot 21,4 in 1955. Het sterftecijfer is gestegen van 7,5 tot 7,6. Laat in de avond heeft de Haaidemse raad gisteren nog een begin gemaakt met de behandeling van het begrotings-hoofd- stuk Openbare Werken, waarbij de heer B 1 o k d ij k (PvdA) de algemene beschou wingen opende. Hij was erkentelijk voor de toezegging dat de interne organisatie van Openbare Werken door B. en W. op nieuw bezien zal worden doch betreurde dat de benoeming van een nieuwe directeur afgesprongen is op het verzet van de raad en de starre houding van B. en W. ten aan zien van de oorspronkelijke éénhoofdige voordracht voor de genoemde functionaris. Ondanks onvoldoende personeel en te krappe behuizing had de dienst veel lof waardig werk verzet als gevolg waarvan er op het gebied van de wegenbouw zeer veel bereikt werd en o.a. ook de Prinsen- brug nu bestedingsrijp is. Ten aanzien van de westelijke randweg had de raad echter na de aanneming van het desbetreffende voorstel weinig meer gehoord. Nog minder gerust was de heer Blokdijk over de laatste ontwikkelingen in de oostelijke randweg-plannen; moest men daaruit concluderen dat deze weg zeker de eerste vijf jaar nog niet gereed zal komen, en zo ja, wat zou dat tengevolge hebben voor het toch al overladen verkeer in de stad als eind 1957 de Velser tunnel gereed zal komen? Ook met de spoorbaan-plan nen van de NS gaat het lang niet naar wens. Blijkbaar blijft Haarlem in tegen stelling tot bijv. Heemstede met het euvel der gelijkvloerse spoorwegkruisingen zit ten, terwijl ook van een verplaatsing van het goederenstation bij de Westergracht nog geen sprake is. Wat de binnenstad betreft behoeft voor al de Leidsevaart dringend verbetering. Ook de heer Van V e 1 se n (KVP) had waardering voor het personeel van Open bare Werken. Opnieuw voor het. zo veelste jaar in successie bepleitte hij de noodzakelijkheid van een structuurplan, waartoe in 1949 al besloten is. Iets van een beschouwing van zaken in groter ver band was echter in de sector publieke werken al wel merkbaar, zoals bepaalde recente activiteiten van de dienst hadden aangetoond. De heer Van Velsen vroeg in in dit verband of er al iets meer te ver tellen was over het verkeersplan en de plannen met het Stationsplein, waarover een tussentijds rapport de raad zeer wel kom zou zijn. Hij formuleerde voorts de bezwaren van bewoners en winkelstand tegen de straatmarkt op de Ged. Oude Gracht en vroeg of de kraampjes der marktkooplui niet naar het midden van de rijweg verwezen konden worden. Tenslotte deed hij, met een woord van waardering voor de reinigingsdienst, nog een idee aan de hand voor doeltreffender sneeuwruimen: schakel, in navolging van het rijk. hierbij particuliere aannemers in, wier bulldozers en vrachtauto's in deze tijd van „onwerkbaar" winterweer anders toch maar doelloos op stal staan". Verbetering van de treurige aanblik van het Stationsplein zal van grote invloed zijn op ons hele stadsbeeld, zo betoogde de heer Stoffels (VVD) die vond dat er nu maar eens wat gedaan moest worden aan de verfraaiing van deze veelomstreden Haarlemse entree. Deze spreker waar schuwde voorts tegen de opvatting van B. en W. dat de bepaling van het tracé voor de oostelijke randweg een aangelegenheid van het rijk is. De gemeente heeft er het grootste belang bij, hierin een woordje mee te spreken, want als de randweg te ooste lijk komt, zullen vele Haarlemse bedrijven daardoor sterk geschaad worden. De heer Spek (AR) viel de heer Blok dijk bij in diens verwijten aan B. en W. en de raadsmeerderheid ten aanzien van de mislukte voordracht voor een nieuwe direc teur van Openbare Werken. Met de heer Van Velsen was hij het eens omtrent de wenselijkheid van welomschreven plannen voor de toekomstige ontwikkeling van Haarlem: het gemeentebestuur ts met slechts de behoeder van onze rijkdom aan historische gebouwen, het heeft ook de taak. de twintigste eeuw gestalte te geven in openbare werken op cultureel en eco nomisch gebied. Ook op het terrein van sportaccommoda tie en recratie voor de schooljeugd zijn grote voorzieningen nodig. Als straks het nieuwe sportveldencomplex Noord-Aken- dam klaar is, moeten er ook kleedhuizen zijn, waarvoor tot nog toe geen voorzienin gen getroffen zijn. Ten aanzien van het nieuwe politiebureau-project hoopte de heer Spek spoedig op een eerste advies. De weg van dit plan zal lang en moeizaam genoeg zijn, maar de gebrekkige huisves ting van de politie maakt grote spoed nood zakelijk Datzelfde geldt voor de grote ver keerswegen-plannen, waarvan er enkele al sinds 1954 lopen. Zelfs omtrent de aan sluiting Zijlweg-Wagenweg is nog niets concreets bekend. Bij de besprekingen met andere instanties dient er met hartstocht op gewezen te worden, dat deze voortdu rende onzekerheid voor Haarlem onaan vaardbaar is. Zowel wethouder Angenent (KVP) als wethouder Happé (Arb.) hebben woensdagmiddag in de Haarlemse raad krachtig gereageerd op klachten over stof- hinder over het gemeentelijk industrie terrein, die door mevrouw Smit z-P «jer (Arb.) in het midden werden gebracht. Zij vestigde in het bijzonder de aandacht op de overlast die in de vorm van dikke la gen stof door het gasbedrijf zou worden bezorgd aan Figée. De oorzaak van de stof- verspreiding zou, naar zij zeide, kunnen liggen in de kolenstorting bij het gasbe drijf, waarbij zeer veel stof loskomt. Wethouder Angenent (KVP) zeide, dat deze klacht hem voor het eerst ter ore kwam. Vroeger waren er wel klachten over deze toestand geuit, maar naar aanleiding daarvan is een zeer uitgebreid onderzoek ingesteld, dat uitwees dat de toestand niet onbevredigend was. Er waren sindsdien geen klachten meer gekomen. Wethouder Happé verklaarde in aan sluiting hierop, dat dit onderzoek het eer ste wetenschappelijke werk van deze aard in Nederland is geweest en zeer nauw keurig is geschied. B. en W. hoopten dat door de uitslag daarvan de legendevorming over deze aangelegenheid zou zijn afgelo pen, temeer doordat men sindsdien ook telkenmale weer navraag bij de bedrijven heeft gedaan en geen klachten meer had gehoord. Hij toonde zich verbaasd, dat Fi- gee nu ineens weer met deze klachten kwam, waarvan hij het gewicht gezien de aard en de ligging van dit bedrijf betwij- te zullen doen instellen, felde. Hij beloofde echter een onderzoek Ten aanzien van in de vorige vergade ring gerezen vragen over de zwembaden werd door wethouder Geluk (Arb.) nog opgemerkt, dat er voor een zwembad aan de Planetenlaan plannen in bewerking zijn bij Openbare Werken, dat men in de toe komst beter tot volkomen vervanging van het Kleverlaanbad kan overgaan dan tot een zo ingrijpende verbetering als beton- nering van het bassin. Aan een zwembad voor Oost zal bij de verwezenlijking van het uitbreidingsplan-Parkwijk spoedig worden begonnen. De heer Voogd (Arb) sprak van „onhoudbare toestand" Bij het slot van de behandeling van het vierde hoofdstuk der begroting voor 1956 hebben de heren Voogd (Arbeid) en Wensing (C.H.) de aandacht gevestigd op de werkwijze, taak en status van het Jeugdpsychologisch Bureau, waarbij voor al de eerstgenoemde duidelijk liet door schemeren, dat de huidige situatie hem met bezorgdheid vervulde. Zonder feiten te vermelden daarvoor wachtte hij met belangstelling op het nieuwe toegezegde rapport gewaagde hy van een „onhoud bare situatie." De heer Voogd uitte zijn teleurstelling over het uitblijven van de resultaten van het onderzoek en achtte het antwoord van B en W. in het verslag van de afdelingen veelzeggend, dat er voor dit bureau op het tijdstip daarvan een wachtlijst van 80 per sonen was bij een bezetting van zes krach ten en dat het onderzoek der eerste klas sen wegens gebrek aan tijd was stopgezet. Het gebrek aan status van dit bureau en aan inzicht bij raad en college omtrent de gang van zaken betreffende deze aan gelegenheid, mag naar de heer Voogd (Arbeid) zeide, niet langer voortduren. „Ik wil er thans geen persoonlijk oordeel over uitspreken, maar ik houd er beslist wel een op na," aldus de heer Voogd, die tenslotte zeide, dat deze onzekerheid schadelijk voor de gemeente is. De heer Wensink (C.H.) verklaarde het hiermee grotendeels eens te zijn: deze zaak moet nodig onder ogen worden ge zien. Voor het overige achtte hij een dis cussie hierover voorlopig prematuur. Reeds thans meende hij echter reden te hebben tot de vraag of de leider van het Jeugdpsychologisch Bureau niet teveel bij andere zaken wordt betrokken. Wethouder Bakker (A.R.) antwoord de in een nogal beeldende volzin, dat zijn tong „jeukte" om op diverse onderdelen van deze zaak in te gaan, maar dat zijn tong tevens „aan handen en voeten gebon den was." B. en W. wachten op de totale uitslag van het onderzoek, dat ook naar de mening van de heer Bakker wel zeer lang geduurd heeft. Hij achtte het moeilijk om naar aanleiding van het rapport in de raad met een voorstel te komen, maar zeg de toe dat de stukken in elk geval ter ver trouwelijke visie van de raad zullen wor den gelegd. WEEKABONNEMENTEN dienen uiterlijk op Woensdag te worden betaald, daar de bezorgen op Donder dag moeten afrekenen. DE ADMINISTRATIE BERLIJN (UP/DPA). - De Duitse Evan gelische kerk heeft geantwoord op een communistische aanval met een verklaring waarin de belofte wordt gedaan dat de eenheid van de kerk onder alle omstan digheden zal worden bewaard. Volgens de verklaring neemt de spanning tussen kerk en staat in Oost-Duitsland toe en verkeren nog een groot aantal werkers van de kerk in Oostduitse gevangenissen. De kerk gaf deze verklaring uit, nadat de Oostduitse minister van Binnenlandse Zaken, Karl Maron, de leiders van enige protestantse kerkgenootschappen gewaar schuwd had, dat zij hun „anti-communis tische houding moesten laten varen". Deze waarschuwing wordt opgevat als een po ging om de eenheid van de kerk in Oost en Westduitsland te verbreken. In de waarschuwing van Maron werd over het kerkelijk standpunt, dat er geen vrede en geen co-existentie mogelijk is met diegenen, die het atheïsme ondersteunen, gezegd: „dat de tijd gekomen is dat de ver tegenwoordigers der kerk hun aanspraken moeten matigen". „De vertegenwoordigers van het materialisme hebben niet alleen het recht maar ook de plicht om hun we tenschap te verspreiden. Wij leven", aldus de Oostduitse minister, „niet meer in de middeleeuwen, toen de vertegenwoordigers van het godsdienstig bijgeloof vooruitstre vende denkbeelden onderdrukten". Maron waarschuwde ook tegen het „misbruik van kerkelijke instellingen voor anti-vredes plannen van aggressieve NAVO-politici". Hij beschuldigde opnieuw de Evangelische stationsmissies van spionage. De voormalige chef van de Oostduitse propagandadienst Gerhart Eisler heeft in een artikel in de „Sachsische Zeitung" ge pleit voor nauwe, zakelijke samenwerking tussen rooms katholieken en marxisten, waar het om vraagstukken van leven en gezondheid van de mensen gaat.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1956 | | pagina 7