Negen premiers peilen in
Londen huidige wereldsituatie
Onaanvaardbare toetssteen
Brits gemenebest: geen
derde wereldmacht
met melk meer mans
Ambitie
DE VAAGHEID TRIOMFEERDE
AUTO-RADIO
3
Onderzoek
Voor goede en
duurzame vloeren
EDELHOUT
vloeren
HAARLEM
Tweehonderd arrestaties
in Buenos Aires
Agenda voor Haar/Lm
Bonn onderhoudt de
geallieerde troepen
Von Brentano: „Eens,'
maar nooit weer!"
Eisenhower dringt aan op
uitwisseling van ideeën
In de
Wereldpolitiek y
H. J. MAERTENS N.V.
Stakingsoproep in
Britse auto-industrie
Ook arbeidsonrust in
machine-nijverheid
ZATERDAG 30 JUNI 195
6
(Van onze parlementaire redacteur)
Aan drie mannen van groot aanzien
hebben de Koningin en de Prins verzocht
niet slechts een bepaalde kwestie te onder
zoeken, maar ook en dat is wel van het
allergrootste belang om van raad te
dienen. Het besluit tot deze stap is ver
standig. Wanneer men voor moeilijkheden
staat is het verstandig anderen om advies
te vragen.
Het zou van onwaarachtigheid getuigen
als wij het wilden doen voorkomen alsof
er niet van verwikkelingen sprake zou zijn.
De inhoud van het in ons blad van
gisteren opgenomen communiqué wijst er
trouwens al op dat er heus meer in het
geding is dan het instellen van een onder
zoek naar de wijze waarop bepaalde ver
halen in de pers verschenen kunnen zijn.
Voor een dergelijk onderzoek zou men niet
een beroep hebben behoeven te doen op
twee ministers van staat, op twee oud
minister-presidenten, die beiden uitnemend
thuis.zijn in de constitutionele aangelegen
heden die het Staatshoofd raken. Èén van
die twee, minister Beel, heeft bovendien als
lid van het tegenwoordige demissionaire
kabinet de jongste ontwikkeling van de
problemen waarom het nu gaat van zeer
nabij meegemaakt.
Er is meer aan de hand dan alleen het
genoemde onderzoek. Dat blijkt mede uit
het communiqué, waarin gezegd wordt dat
tenslotte het driemanschap van raad zal
hebben te dienen. Raad waartoe? Uit den
aard der zaak: om zekere maatregelen te
treffen die in het licht van alle omstandig
heden gewenst geacht zullen worden.
Het is aan te nemen dat de drie wijze
mannen een mogelijkheid aanwezig achten
om inderdaad zulke nuttige raad te geven.
Anders immers zou prof. Gerbrandy er
zeker niet zijn Kamerlidmaatschap aan
hebben opgeofferd en zou minister Beel
niet tot de zeer uitzonderlijke stap zijn
overgegaan, met ingang van 7 juli reeds
ontslag te verzoeken uit zijn ministers
functie.
Het is wellicht niet overbodig er de aan
dacht op te vestigen dat weliswaar de ge
vallen beslissing niet, naar het uiterlijke
bekeken, er een is berustende op een be
sluit van de ministerraad, maar dat, minis
ter Beel de hem opgedragen taak pas heeft
aanvaard, nadat hij eerst hierover woens
dag met de minister-president had gespro
ken. Er is niet veel fantasie voor nodig om
tot de conclusie te komen dat hetgeen nu
gaat gebeuren geschiedt met volle instem
ming van de minister-president.
ADVERTENTIE
ZIJLSTRAAT 96
TELEF.: 20340
BUENOS AIRES. A.F.P./Reuter) In
de nacht van donderdag op vrijdag hebben
zich te Bunenos Aires ongeregeldheden
voorgedaan, naar aanleiding waarvan
tweehonderd personen zijn gearresteerd.
Dit is toegegeven in een officiële verkla
ring, waarin ook werd gezegd dat deze
gebeurtenissen in verband stonden met de
mislukte opstand van 9 juni. Men gelooft
dat het hier een actie van een ondergrond
se peronistische organisatie betrof.
De Braziliaanse minister van Oorlog, ge
neraal Teixeira Lott en hoge officieren
hebben niet-ondertekende brieven ont
vangen, waarin er bij hen op wordt aan
gedrongen een staatsgreep te ondernemen
om tot de instelling van een militaire dic
tatuur te komen, „daar dit de enige oplos
sing voor de huidige nationale crisis is".
De Peruviaanse radio heeft bekend ge
maakt dat de minister van Buitenlandse
Zaken, schout-bij-nacht Edgardo Llosa, is
afgetreden. In een brief aan de premier
deelde hij mede dat hij zich gepasseerd
voelde omdat hij niet geraadpleegd was bij
het besluit om de grondwettelijke waarbor
gen tijdelijk op te heffen.
ZATERDAG 30 JUNI
Minerva: „Vier stappen in de wolken," 18
j.. 7 en 9.15 uur. Palace: „Rigoletto de ge
bochelde," 14 jaar, 7 en 9.15 uur. Luxor:
„Paris Canaille," 18 jaar, 7 en 9.15 uur.
Studio: „Phfft," 18 jaar, 7 en 9.15 uur. Lido:
„Vrouwen in de nacht," 18 jaar, 7 en 9.15 u.
Roxy: „Jack Slade, de wreker," 18 jaar, 7 en
9.15 uur. Rembrandt: „Gas-oil," 18 jaar, 7 en
9.15 uur. Frans Hals: „Blanke Paria's," 18 j„
7 en 9.15 uur. Openluchttheater Bloemendaal:
8 uur, uitvoering balletschool Maud Kool.
Stadsschouwburg, 8.30 uur: Antwerpse Rede
rijkerskamer „De Goudsbloem" met „De
knecht van twee meesters."
ZONDAG 1 JULI
Lido: „Rose Marie," alle leeft., 11 uur.
Palace: „lm weissen Rössl," alle leeft., 10.30
uur. Rembrandt: „Het grote avontuur," alle
leeft., 11 uur. Studio: „Africa Queen," 14 j„
11 uur. Minerva: „Douane Boem," alle leef
tijden, 2 en 4.15 uur; „Vier stappen in de
wolken." 18 j„ 7 en 9.15 uur. Palace: „Rigo
letto de gebochelde," 14 jaar. 2, 4.15, 7 en 9.15
uur. Luxor: „Paris Canaille," 18 jaar, 2, 4.15,
7 en 9.15 uur. Studio: „Phfft," 18 jaar, 2, 4.15,
7 en 9.15 uur. Lido: „Vrouwen in de nacht,"
18 jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Roxy: „Jack
Slade, de wreker," 18 jaar, 7 en 9.15 uur;
„Terug naar Bataan", 2 en 4.15 uur. Rem
brandt: „Gas-oil." 18 jaar. 2, 4.15. 7 en 9.15 u.
Frans Hals: „Blanke Paria's." 18 j„ 2, 4.15. 7
en 9.15 uur. Begijnhofkapel, 10.30 uur: Bij
zondere doopdienst o.l.v. ds. J. W. Weenink.
Zuiderkapel, 10 en 5 uur: Samenkomst o.l.v.
Ed. W. Pera; 8 uur: JeugdsamenkOmst o.l.v.
Tacaues Teeuwen. Gebouw Bakenessergracht
no. 63, 10.30 uur: Wijdingsdienst van het
Pozekruisersgenootschap. Gebouw Lange
Herenstraat 6, 10 en 7 uur: Bijeenkomsten
ter gelegenheid 25-jarig bestaan Stads-
Evangelisatie.
MAANDAG 2 JULI
Minerva: „Ciska de Rat," 14 jaar, 8.15 uur.
Palace: „Rigoletto de gebochelde," 14 jaar, 2,
1.15, 7 en 9.15 uur. Luxor: „Paris Canaille,"
18 jaar. 2, 7 en 9.15 uur. Studio: „Phfft," 18
'aar. 2.15, 7 en 9.15 uur. Lido: „Vrouwen in
de nacht," 18 jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur.
"oxy: „Jack Slade, de wreker," 18 jaar, 7 en
15 uur; „Terug naar Bataan," 2.30 uur.
"^embrandt: „Gas-oil,", 18 jaar. 2„ 4.15, 7 en
1.15 uur. Frans Hals: „Blanke Paria's," 18 j„
30, 7 en 9.15 uur. Concertgebouw, 8 uur:
feestavond Coöperatie Haarlem met cabaret-
-evue „Cocktail-klanken". Begijnhofkapel,
8 uur: Bijeenkomst Interkerkelijk comité.
Spreker Ed. W. Pera. Zangdienst van 7.30
uur af.
(Van onze correspondent in Londen)
Op het ogenblik wordt in Londen een uiterst belangrijke, doch bijna geruisloze top
conferentie gehouden. Zoals elke twee jaar zijn de negen premiers van de landen van
het Britse gemenebest wederom bijeen. Niet alleen buitenlanders, maar ook de Britten
zelf vragen zich meer dan eens af, wat het Britse gemenebest eigenlijk is. Want de
samenstellende delen hebben naar het uiterlijk te oordelen, hoe langer hoe minder
gemeen. Zij verschillen in geografische ligging, taal, cultuur, godsdienst, ras, economie
en staatsvorm. Tot voor kort was de Britse kroon het enig zichtbare bindmiddel, maar
ook dat is niet meer zo. India en Pakistan zijn republieken, die de Britse monarch min
of meer voor lief nemen en alleen nog maar erkennen als „hoofd van het gemene
best". Het lijkt daarom alsof deze machtige statengroep, welke zeshonderd miljoen
onderdanen telt, door nog slechts een zijden draad wordt bijeengehouden, vooral sinds
ook de laatste steunpilaar, een uitgebreid net van defensieverbindingen, is weggeval
len. Vandaar dat het gemenebest vaak belachelijk gemaakt wordt als zou het nog
maar een leeg symbool zijn, dekmantel van een verschrompeld moederland. Groot-
Brittannië zelf heeft bewust aangestuurd op het uiteenvallen van het eens zo stoere
Britse rijk, omdat de innerlijke ontwikkelingsgang zulks nu eenmaal onvermijdelijk
maakt. De zelfstandigheid van de koloniale gebieden is het einddoel van de politiek
van opeenvolgende Britse regeringen. Noodzaak en idealisme gaan hier samen.
De Brittten menen, dat men in de prakti
sche politiek zich nooit teveel mag binden
aan vooropgezette doelstellingen en zeker
niet aan dogma's. Soepelheid en aanpas
singsvermogen zijn meestal het kenmerk
geweest van de Britse staatsmanswijsheid.
Het gemenebest van soeverein geworden
staten is daarvan het beste bewijs. Het is
allerminst een statenbond of een economi
sche eenheid, al is er een zekere coördina
tie van bepaalde maatregelen. Deze komen
echter in vrijwilligheid tot stand. In elk
opzicht poogt men, wanneer er zich onder
linge moeilijkheden voordoen, elkaar te
ontzien.
Dé conferenties in Londen zijn daarom
van hoogst informele aard. Wanneer er
iemand bezwaar maakt tegen de diseüssie
van een bepaald probleem, dan wordt er
binnen het raam van de conferentie niet
over gesproken. Dat gebeurt dan wel tij
dens de nog informeler besprekingen bui
ten de kabinetszaal van 10 Downingstreet,
de ambtswoning van premier Eden, tussen
enkele of groepen van ministers onderling,
zoals bijvoorbeeld over de nog altijd bran
dende kwestie Kasjmir.
Eden leidt de besprekingen, maar al
weer: er is geen formele agenda. De pre
miers offeren tien dagen op en nog enkele
dagen meer voor hun reizen, uitsluitend
om elkaar wederzijds in te lichten over
de situatie in hun gebieden en eikaars
meningen over de wereldproblemen te
toetsen. Besluiten worden er niet geno
men, ieder land handelt immers soeverein.
Groot-Brittannië is geneigd op grond van
zijn eigen ervaring met het gemenebest
dit systeem van onderling tot niets ver
bindend, maar wel degelijk inspirerend
overleg, als de wonder-methode van inter
nationale samenwerking aan te prijzen.
Daarom rillen de Britten ook van de ge
dachte aan een bovennationaal gezag, om
dat in hun eigen sfeer het gemenebest
recept tot nu toe zo voortreffelijk heeft
gewerkt. De vaagheid triomfeerde! Of dit
zo blijven zal? Er gaan stemmen op, dat
deze los-vaste „verkering" zal moeten wor
den vervangen door een veel inniger band
tussen de delen van het gemenebest. Het
gemenebest is wel eens beschreven als de
schokbreker, die dè stoten moet opvangen,
veroorzaakt door de likwidatie van het ko
loniale systeem. Er is aan toegevoegd, dat
ons eigen land en Frankrijk een dergelijk
stootkussen node missen. Er zijn er, die
hopen dat eens de dag zal aanbreken, dat
het gemenebest zal worden versterkt door
West-Europa en andere buur-gebieden.
Het zou verkeerd zijn, deze opvatting
uitsluitend toe te schrijven aan stugge
Britse hooghartigheid. De Britten geloven,
dat hun gemenebest-ervaring, op breder
vlak toegepast, een waardevolle bijdrage
tot universele samenwerking kan leveren.
De nog steeds niet sluitende legpuzzel van
de vrije wereld zal op een of andere ma
nier in elkaar moeten passen. De dezer da
gen door een persbureau verspreide me
ning, dat het gemenebest wil trachten een
zelfstandige derde macht te worden tussen
Oost en West, berust op een misverstand,
naar ons in gezaghebbende kring in Londen
werd verzekerd. Het gemenebest is verlo
ren zonder de rest van het Westen, met
name de Verenigde Staten. Maar nu er
een kentering in het Oosten gaande lijkt,
die de verstarde wereldverhoudingen doet
ontdooien, kan het soepele gemenebest een
middel vormen om de afzijdigen gemakke
lijker dan voorheen met het Westen te
doen samengaan.
De drang naar eigen lotsbestemming
brengt helaas ook in het Britse rijk een na
tionale versplintering mee. Wil internatio
nale chaos worden voorkomen, dan zullen
de deeltjes van deze politieke atoomsplit
sing weer gebonden moeten worden in een
groter geheel, dat het vroegere koloniale
systeem op een ander niveau vervangt. De
Britten zouden liefst een universeel geme
nebest zien, bestaande uit diverse losse
Britse eq, niet-Britse regionale groeperin
gen, zodat delen die, zoals in de Caraïbi-
sche Zee, te klein zijn om op zichzelf te
staan, juist in groter verband hun vrijheid
kunnen ontplooien. Dit alles is niet veel
meer dan toekomstspeculatie.
De gemenebest-premiers komen niet bij
een om te filosoferen. Hun werkwijze
brengt echter bewust of onbewust mee, dat
zij het klimaat scheppen, waarin dergelijke
reeds hier en daar geuite gedachten ver
der kunnen opbloeien.
Eens was het gemenebest Brits en Euro
pees van karakter. Sinds de toetreding van
de Aziatische leden, wier bevolkingsaantal
in het gemenebest de doorslag geeft, is
hiervan geen sprake meer. Nieuwe leden
zijn in aantocht zoals Malakka en de Goud
kust. Het bindende element van gekleurde
en blanke leden van het gemenebest is hun
gemeenschappelijke achtergrond van Britse
historie. De vraag welke thans wordt ge
steld is, of er niet een moreel beginsel dient
te worden geformuleerd om het. gemene
best werkelijk bijeen te houden. In een
steeds kleiner wordende wereld verminde
ren ook de tegenstellingen tussen de Euro
pese (Canada, Australië en Nieuw-Zee-
land) en Aziatische leden. Pakistan, dat
zich zo sterk op het Westen oriënteert, is
daarvan een sprekend voorbeeld.
Onderlinge consultatie en beperkte sa
menwerking vormen de belangrijkste func
tie van het gemenebest. De voorkeursta
rieven spelen weliswaar een nog gewichti
ge, maar toch reeds verzwakte rol.
De tussen Australië en Groot-Brittannië
op het ogenblik bestaande handelsmoei
lijkheden zullen in afzonderlijke, met de
conferentie parallel lopende, besprekingen
worden behandeld.
Russische politiek
Het grote gewicht van de huidige ont
moeting der premiers is de onderlinge
raadpleging inzake de gewijzigde Rusische
politiek. Een deel van het gemenebest, in
clusief Groot-Brittannië zelf, is in persoon
lijk contact geweest met Kroesjtsjev en
Boelganin. Gezamenlijk zal men thans in
Londen de nieuwe situatie beoordelen.
Voor het economisch verzwakte Groot-
Brittannië hangt hiervan veel, zo niet alles
af. Een werkelijke economische opgang is
pas mogelijk wanneer inderdaad als gevolg
van de internationale ontwikkeling uni
verseel defensielasten ingrijpend kunnen
worden verminderd.
Nadat de Britse leiders reeds in Wash
ington hebben geconfereerd en nadien met
de Russische leiders hebben gesproken, zal
misschien de huidige gedachtenwisseling
beslissend kunnen worden voor de Britse
defensie en economie.
De koerswijziging in Moskou vormt al
lereerst een rechtstreekse uitdaging jegens
de Britse overzeese landen, welke immers
het merendeel der economisch achterge
bleven gebieden omvatten, waarop het
communistische blok vooral zijn aandacht
richt.
Russische auto's rijden al in de straten
van Rangoon en in het Midden-Oosten. Het
is een alarm-signaal, dat vooral het geme
nebest economisch en politiek op zijn tellen
moet passen.
BONN. (United Press). De regering in
Bonn heeft donderdag besloten een bedrag
van 1.455 miljoen mark uit te trekken
voor het onderhoud van de in West-Duits-
land gelegerde geallieerde troepen.
De toewijzing geldt slechts voor een jaar.
De Amerikaanse troepen krijgen het leeu-
wedeel, namelijk 650 miljoen mark. Dit
bedrag werd overeengekomen tijdens de
besprekingen die de Amerikaanse ambas
sadeur, James B. Conant, en de Westduitse
minister van Buitenlandse Zaken, Von
Brentano, op 7 juni hielden.
Von Brentano h'&d aanvankelijk gewei
gerd de kosten voor de geallieerde troepen
in de Bondsrepubliek voor Duitse rekening
te nemen, maar tenslotte zwichtte hij.
Na het lopende jaar, zo verklaarde hij
donderdag in de Bondsdag, „zullen de ge
allieerden tevergeefs bij ons aankloppen,
want dan zal de opbouw van het West-
Duitse leger zover gevorderd zijn, dat de
Bondsrepubliek een volledige bijdrage kan
leveren tot de Westelijke verdediging. De
huidige overeenkomst is de eerste en de
laatste.
ADVERTENTIE
N.V. MIJ „HOLSTER"- OVERVEEN
Tel. K 2500 - 15597 en 19057
Centrale verwarming
Airconditioning
Aut. oliestook
OostWest
WASHINGTON (Reuter) President
Eisenhower heeft aangedrongen op nieuwe
pogingen om te komen tot uitwisseling van
„inlichtingen en ideeën" met de Sovjet-
Unie en andere Oosteuropese landen, zoals
voorgesteld door de Westelijke ministers
van Buitenlandse Zaken op de conferentie
te Genève in oktober van verleden jaar.
De perschef van de president, James Ha-
gerty, deelde mee, dat de president een
aanbeveling van de nationale veiligheids
raad had goedgekeurd, inhoudende dat de
Verenigde Staten moeten streven naar het
tot stand komen van deze uitwisseling,
zelfs al heeft de Sovjet-Unie deze eerder
verworpen.
De Westelijke ministers stelden inder
tijd onder meer voor een geleidelijke op
heffing van censuur, de opening van voor
lichtingscentra in landen waar zij thans
nog niet bestaan en uitwisseling van boe
ken, kranten, films en tentoonstellingen.
Onlangs sprak ik een, overigens keurige,
meneer die mij vertelde dat hij lid was van
een bekende, braaf-idealistische beweging
„niet zozeer omdat ik er zelf zoveel voor
voel, maar je maakt er goede connecties en
ik heb twee jongens, die studeren; dat kan
ze later goed van pas komen". Ik vond dat
uit een idealistisch standpunt bekeken
meer meelijwekkend dan laakbaar en,
praktisch gezien, tamelijk twijfelachtig,
omdat een van de vele goede dingen van
de „nieuwe tijd" is, dat het er steeds min
der toe doet wie vaders vriendjes zijn, dan
wat de zoon zelf waard is.
Het is een stukje praktisch snobisme, dat
overigens zo oud is als de wereld. In mijn
studententijd kende ik al knapen die reeds
in de groentijd aan hun carrière begonnen
te bouwen, door zorgvuldig hun vriendjes
uit te zoeken, die hen wellicht later van
nut zouden kunnen zijn. Ik geloof dat zij
er niet heel veel nut van hebben gehad.
Misschien wèl om in het zadel te komen,
maar wie geen goede ruiter is valt er dan
weer af en wie het wèl is komt vanzelf
wel te paard.
Ik las dat het aantal vrouwelijke stu
denten in de sociologie dit jaar in Leiden
dubbel zo groot zal worden als vorig jaar,
omdat Prinses Beatrix in Leiden sociologie
gaat studeren. Die studieuze meisjes
uiteraard aangespoord door lieve moe en
brave pa vinden het leuk haar gehele
verdere leven te kunnen zeggen dat zij
jaargenoot van de prinses en later wel
licht; van de koningin zijn geweest.
Ik ben een groot aanhanger van het Huis
van Oranje en voorzover ik dit op verre
afstand beoordelen kan, lijkt Prinses Bea
trix mij een bijzonder aardige jonge vrouw,
maar als ik een dochter had die alleen en
uitsluitend in Leiden sociologie zou willen
gaan studeren om jaargenote van de prin
ses te zijn, dan zou ik mij zorgen maken
over mijn dochter: zo jong en dan zulke
overwegingen.nee, ik zou dat te uitge
kiend en te bedacht vinden voor iemand
die haar leven nog maar pas gaat op
bouwen.
De vraag is bovendien of deze ambitieuze
kinderen en de domme ouders die haar in
haar ambitie sterken, het wel ernstig
menen met de sociologische roeping. Gaan
zij sociologie studeren omdat die weten
schap haar aantrekt of alleen maar omdat
de prinses dat gaat doen? Ik vrees dat voor
een groot gedeelte van deze studiosae het
tweede het geval is. Men mag dan de
sociologische wetenschap niet gelukkig
prijzen.
Het is allemaal eerder belachelijk, dan
zorgwekkend. En eerder om meelij mee te
hebben dan om er verontwaardigd over te
zijn.
Jk geloof dat de samenleving niet op
deze sociologische snobjes zit te wachten
en dat die ambitieuze kinderen, voor wat
haar toekomst betreft, weinig benijdens
waardig zijn.
ELIAS.
ADVERTENTIE
Publiko'ie NcdorlanOs Zuivelbureau. 'i Gravenhage
NEEM PER MAN
DRIEKWART KAN
Nederland, dat in de twintigste eeuw er niet meer toe gekomen is een
actieve, zelfstandige en oorspronkelijke buitenlandse politiek te voeren,
staat thans voor het feit dat de internationale situatie zulk een politiek
van elk land afzonderlijk opnieuw zeer duidelijk eist. De vorming van
een nieuwe regering zou door deze overweging extra bemoeilijkt kun
nen worden, doch er is weinig hoop op dat de politieke partijen reeds
in dat opzicht tot een analyse van de toestand zijn gekomen en hun ge
wicht achter een positief buitenlands beleid zullen zetten. En toch noopt
de internationale toestand daar op dit moment meer dan ooit toe. Er
spelen zich ontwikkelingen af, die bepalend zullen zijn voor de inter
nationale situatie van de komende vijftig jaren en waarbij de invloed
van volken als het onze, die van huis uit verlangen naar en belang
hebben bij een ordende consolidatie van de vredes-elementen in die
ontwikkeling, niet kan worden gemist. ooral omdat zich een onheil
spellende misrekening aftekent in het beleid van de mogendheden, die
thans als voornaamste deelgenoten in de westelijke pacten de algemene
koers uitstippelen.
Wat er op het spel staat, is inderdaad
niets meer of minder dan een wereld
wijde heroriëntatie, die evenzeer tot een
conflict als tot een soliede ordening in
vreedzame zin kan leiden. De factoren
daarbij zijn overbekend: de verhouding
van de Sovjet-Unie tot de rest van de
wereld, de oplossing van het probleem-
Duitsland en ontwikkeling van de'Azia
tische situatie, waarin China een hoofd
rol vervult Deze drie factoren vereisen
de nauwlettendste aandacht van de
genen, die de buitenlandse politiek van
hun land bepalen en daarbij valt het
steeds meer op, dat zij zich niet meer
kunnen beperken tot het blindelings
volgen van de afspraken, die in eertijds
gesloten pacten zijn neergelegd. Deze
pacten hebben namelijk het grote na
deel, dat zij uit de tijd zijn geraakt dooi
de snelle ontwikkeling van belangrijke
situaties. Met name het Atlantisch Pact
is nog steeds gebaseerd op een consoli
datie van een destijds bestaande, vij
andelijke, verhouding, die met de
nieuwe term „koude oorlog" genoeg
zaam was aangeduid als een feitelijke
oorlogssituatie. Een verdrag, dat een
dergelijke situatie erkent en tegemoet
treedt, houdt uiteraard geen enkel
element in waarmee die vijandelijkheid
zou kunnen worden vermilderd of uit
geroeid. Integendeel, het gaat uit van
de overweging dat zulk een vermilde-
ring of opheffing als absoluut onmoge
lijk is aanvaard. Deze basis is ver
ouderd. De basis is thans: de koude oor
log is verzacht tot een karakteristieke
tegenstelling in belangen. Op deze
grondslag dienen de mogendheden thans
te zoeken naar verdere akkoorden, naar
een zo groot mogelijke harmonie on
danks dissonanten.
Zouden zij de nu pas nog door de
gebeurtenissen in Polen geïlllustreerde
ontwikkeling willen forceren, dan zou
de zo duidelijk aan de dag tredende ont-
binding der Sovjet-macht vertraagd
worden. De situatie is thans zo, dat de
bevrijding der Oost-Europeanen van
dwang en terreur afhankelijk is van de
houding van het buitenland, die een
grote zelfbeheersing en een nauwkeurig
overwogen politieke koers moet om
vatten. De herziening van het tot nu toe
gevolgde beleid moet al bij voorbaat
rekening houden met een geheel nieuwe
Europese situatie, die de zwaarstwegen
de argumenten uit het verleden vol
komen mist en andere argumenten
voortbrengt, waarmee de verhouding
tussen de NAVO-landen onderling ten
nauwste samenhangt.
Als de buitenlandse politiek der
NAVO-landen dus thans een herziening
behoeft, is dat niet uitsluitend de taak
van de grote mogendheden, die deze
politiek leiden, doch de taak van alle
NAVO-landen gezamenlijk. Dat wil zeg
gen: alle NAVO-landen, grote en kleine,
dienen hun positieve bijdrage tot die
herziening te geven door zelf tot een
nauwkeurig uitgebalanceerde zienswijze
te komen, waarin de nieuwste ontwik
kelingen volledig zijn verdisconteerd
De toekomstige minister van Buiten
landse Zaken in het. te vormen Neder
landse kabinet wacht iets nieuws, iets
dat niet tot het beleid van het vorige
kabinet behoorde. Hij kan niet terug
grijpen, noch voortbouwen, doch moet
een nieuwe basis leggen. De politieke
partijen moeten hem daartoe stimu
leren door hem slechts dan hun fiat te
geven, als zij er zeker van zijn dat hij
inderdaad de man ie rUn riin taak be
grijpt.
De herziening van de NAVO-politiek
betreft eigenlijk alle drie de punten, die
hierboven als factoren van heroriën
tatie werden genoemd: de verhouding
met Rusland, het Duitse probleem en de
Aziatische situatie inclusief China.
Wat de verhouding met de Sovjet-
Unie betreft, zijn er op het ogenblik in
de interne Russische en communistische
verwikkelingen aanleidingen te over om
een positief beleid te voeren. Een voort
zetting van het koude-oorlogprincipe
der NAVO zou deze verwikkelingen in
voor het Westen ongunstige zin be
ïnvloeden. Een vijandige houding van
het buitenland, gevaren voor de Rus
sische onafhankelijkheid oproepend, zal
de Russen en ook de satellieten slechts
een innerlijke versterking geven en
daarbij de macht van het bewind ver
groten. Een oplossing van de Duitse
kwestie in een vorm, die de Russen het
schrikbeeld van een vijandelijk en
agressief Duitsland voor ogen stelt,
speelt de Russische bewindslieden in de
kaart en doet het Russische volk zich
nauwer scharen om hen, die het eigen
lijk als zijn onderdrukkers zou moeten
zien. Die oplossing van het Duitse pro
bleem is bij uitstek een zaak, waarover
alle NAVO-landen afzonderlijk zich
angstvallig moeten beraden. Want er
bestaat een stroming in de politiek dei-
Westelijke landen, om deze oplossing
over te laten aan twee landen, Amerika
en Duitsland.
Wat dat dan voor een oplossing zal
zijn, behoeft nauwelijks te worden uit
eengezet: een snelle, westelijk-georiën-
teerde hereniging met behoud van de
Westduitse bondsregering en gelijk
tijdige eliminatie van het Oostduitse
bewind, een intrede van het herenigd
Duitsland in de NAVO als belangrijk
schaakstuk in het voortgezette spel van
de koude oorlog tegen het Oosten.
De Amerikaanse minister van Buiten
landse Zaken, Foster Dulles, heeft met
de Westduitse bondskanselier Adenauer
afgesproken, dat deze vorm van Duitse
hereniging als toetssteen voor de Rus
sische inschikkelijkheid en betrouw
baarheid zal worden beschouwd. Met
andere woorden: de internationale
situatie wordt afhankelijk gemaakt van
een Amerikaanse-Duitse zet, die uiter
aard geenszins in het belang van Rus
land zal zijn en daar zelfs als een acuut
gevaar zal worden gezien. Amerika
Duitsland willen thans aan de hand van
deze enkele zet bepalen, wat het lot
van de wereld in de komende vijftig
jaren zal zijn. Wanneer de noodzaak
tot bemoeiingen van andere NAVO-
landen in de te vormen politiek nog niet
duidelijk zou zijn, dan is zij daardoor
wel overduidelijk geworden.
Men kan betogen dat de snelle her
eniging van Duitsland en de intrede van
Groot-Duitsland in de NAVO voor alle
NAVO-landen van eminent belang is en
dus geheel en al in de lijn van de ge
dachten dezer afzonderlijke landen moet
liggen. Helaas heeft deze schijnbare be-
langenovereenkomst in de afgelopen
jaren de buitenlandse politiek van vele
landen waaronder ook Nederland
bepaald, doch daarover mag het laatste
woord niet gesproken zijn. Want, ter
wijl het Westen zich al die jaren blind
gestaard heeft op dat éne gevaar, Rus
land, heeft het uit het oog verloren dat
er voor Europa twéé gevaren zijn, twee
dreigingen die uit het verleden stam
men en ook in de toekomst zullen voort
bestaan: het gevaar Rusland en het ge
vaar Duitsland.
In een onbegrijpelijk kortzichtige
politiek-van-dag-tot-dag hebben de
NAVO-landen gewillig gehoor gegeven
aan het Amerikaanse verlangen tot her
rijzenis van een machtig Duitsland in
het hart van Europa, als tegenwicht
voor de Russische di-eiging. Zij hebben
zelfs hun militaire plannen afhankelijk
gemaakt van de wedergeboorte ener
Duitse legermacht. De Nederlandse
oostgrens moet door Duitse eenheden
worden verdedigd. De luchtveiligheid
van Europa hangt af van de Duitse
radar en de Duitse straaljager-eskaders.
Het lot van Europa is in handen gelegd
van een natie, wier toekomstige poli
tieke structuur nog niet bij benadering
vaststaat. En thans wordt het lot van
de wereld afhankelijk gemaakt van de
Duitse toekomst, van de vraag of Duits
land als machtige natie zijn oude rivali
teit en zijn vroegere vijandschap met de
Sovjet-Unie volledig zal kunnen her
vatten.
Dit is een ontwikkeling, die de overige
NAVO-landen met grote zorg zou moe
ten vervullen. Het ontzaglijke gevaar
•van een snelle hereniging der twee
delen Duitsland een gevaar dat van
Russisch standpunt gezien een derge
lijke oplossing onmogelijk maakt
wordt over het hoofd gezien in een
streven om de thans ingezette vermin
dering van het Russische gevaar met
één klap te consolideren.
Daarbij doemt de dreiging op, dat die
vermindering zal worden ongedaan ge
maakt en Europa in de toekomst zal
moeten wennen aan het beeld van twee
bitter-vijandige grote machten, omringd
door bevende satellieten.
De Westelijke landen zullen zich danig
moeten inspannen om in de kring der
NAVO de gedachte uit te roeien, dat een
Duitse hereniging volgens Duits-Ameri
kaans recept een toetssteen voor de
mogelijkheid van een vreedzaam Euro
pa zal zijn. Want dit recept bevat in'het
huidige tijdsbestek voor hen een dode
lijk gif, dat geen enkele met verant
woordelijkheidszin toegeruste minister
van Buitenlandse Zaken zijn volk zal
mogen toedienen. J. L.
ADVERTENTIE
INBOUW- EN SERVICE-STATION
NASSAUSTRAAT 5 - HAARLEM - Tel. 15220
LONDEN (AFP) Met het besluit van
de vakverenigingen om alle arbeiders in
de Engelse autoindustrie op te roepen tot
staking is donderdag een dag van onrust
en verbittering in de fabrieken der British
Motor Corporation te Oxford en Birming
ham besloten. De vakverenigingsleiders in
deze steden hebben tot de stakingsoproep
besloten wegens het plotselinge, vandaag
ingaande ontslag van 6.000 arbeiders der
Austin- en Morris-fabrieken.
Volgende week zullen ook 1.000 arbeiders
van de Standard-fabrieken zonder werk
komen, terwijl verder een klein aantal
arbeiders van de Armstrong-Siddeley-
fabrieken in Leicester ontslag heeft aan
gezegd gekregen.
Inmiddels is een missie van de Nationale
Kolenraad naar Birmingham vertrokken.
Zij hoopt onder de ontslagen arbeiders
personeel voor de mijnen te kunnen aan
werven, een plan, dat overigens weinig
wordt gewaardeerd door de arbeiders der
auto-industrie.
Ook in de machine-industrie is ontevre
denheid onder de arbeiders ontstaan door
de verwerping van de eis der vakbonden
inzake de invoering van een werkweek van
40 uren.
De vakbonden hadden een dergelijke
maatregel bepleit om de stijging der werk
loosheid tegen te gaan. De werkgevers
hebben echter deze eis van de hand ge
wezen en tevens te kennen gegeven, dat
het geen zin zou hebben, dit jaar loons
verhoging te vragen.
In industriële kringen verwacht men, dat
de agitatie zich binnenkort zal gaan uit
strekken tot de genationaliseerde indus
trieën.
In economische kringen te Londen is men
van oordeel, dat er een kritiek stadium is
bereikt in de anti-inflatie politiek, welke
de Engelse regering sedert anderhalf jaar
voert, juist nu deze politiek vrucht begint
te dragen. Drieduizend arbeiders der Bri
tish Motor Corporation zijn inmiddels in
staking gegaan uit protest tegen het ont
slag van zesduizend arbeiders bij tot dit
concern behorende bedrijven.
Ook in Duitsland massa-ontslagen
Wegens afzetmoeilijkheden zullen bij
twee grote Westduitse fabrieken van trac
tors binnenkort ongeveer 1200 arbeiders
worden ontslagen, namelijk 600 bij Hano-
mag en 600 bij Lanz. Beide fabrieken em-
ployeren elk een tienduizend arbeiders.