Opruiming Tapïjten - bedden meubelen De staalstaking in de V.S. Abdoel en het Vliegende Tapijt St. Elisabeths Gasthuis 375 jaar nabij het Groot Heiligland „De tweede oorbel'' Otto Klemperer leidde Mozartprogramma FEUILLETON 5 Effecten- en Geldmarkt Rembrandt-expositie in Leningrad Geen vakantiewerkers naar Rijswijks bedrijf Kerkelijk Nieuws Zó boeiend is nu PANORAMA Minister vraagt verhoging broodprijs ongedaan te maken UNO over economische activiteit in Afrika Ter nagedachtenis van mr. G. J. van Heuven Goedhart Drie percent over 1955 voor koopvaardijpersoneel Noorderlicht-camera's op S.A.S-vliegtuigen LIKDOORNS door Hans Martineit ZATERDAG 14 JULI 1956 Het recente koersverloop op de effecten beurzen te New York en te Amsterdam moge dan niet belangrijk zijn, in zoverre de omzetten gering blijven, verrassend kan men het wel noemen. De staalstaking in de V. S. duurt voort en beïnvloedt uiteraard ook allerlei andere sectoren van het be drijfsleven, zodat personeel moet worden ontslagen. Maar de New-Yorkse beurs brengt tot op het moment dat we dit schrij ven steeds maar hogere koersen, zodat het indexcijfer voor industrials niet ver meer van de hoogste stand voor dit jaar is ver wijderd. Een gezond verschijnsel kan men dit niet noemen. Als er in onze tijd van toenemende consumptie en noodzakelijke investeringen één ding nodig is, dan is dat een vergroting van de produktiviteit ten einde een compensatie te vinden voor de stijgende produktiekosten. Thans wordt die produktiviteit in de V. S. door de om zich heen grijpende staking naar een lager ni veau teruggedrongen en dit kan geen ander gevolg hebben dan dat de prijzen van grondstoffen en fabrikaten moeten worden verhoogd. Dit valt trouwens in de V. S. reeds te constateren en voor staal heeft zich naar verluidt, reeds een zwarte markt gevormd, waar prijzen worden betaald, welke eens zo hoog zijn als die, welke formeel gelden. Er behoeft niet aan te wor den getwijfeld dat wanneer de staking ook wordt beëindigd en langs welke weg par tijen ook tot elkaar zullen komen, het resultaat een nieuwe loonsverhoging zal zijn, welke tot hogere verkoopprijzen moet leiden en die tenslotte het gehele prijspeil in de V. S. op een hoger niveau zal bren gen. Dit werkt dan weer nieuwe looneisen in de hand en de enige verklaring, welke men voor de koersstijging op de New- Yorkse beurs kan vinden is dan ook de verwachting dat de staalstaking een nieu we periode van inflatie voor de V. S. in luidt. Dit is dan het gevolg van een geforceerde welvaartspolitiek, welke meer en meer aan bepaalde groepen van de bevolking ten goede komt en die de O.E.E.S. (Organisatie Europese Economische Samenwerking) in één harer rapporten heeft doen schrijven, dat er nog altijd grote delen van de wereld bevolking zijn, welke onder behoeftige om standigheden leven. Ondanks de geweldige ontwikkeling van de economische en sta tistische wetenschap en de krachtige po gingen om door internationaal overleg en integratie tot een zo billijk mogelijke ver deling van de welvaart te komen, blijven er grote tegenstellingen bestaan en worden er nog telkens weer nieuwe tegenstellingen geschapen. De menselijke kortzichtigheid en onvolkomenheid treden hier wel duide lijk aan het licht. De tijd van het mee dogenloos kapitalisme is gelukkig voorbij en in de economisch ontwikkelde landen heeft de arbeider, algemeen gesproken, een „menswaardig bestaan" gekregen,waarover ieder weldenkend mens zich slechts kan verheugen. In de V. S. is men op dit punt Europa ver vooruit, zoals men weet. Een Amerikaans tijdschrift, „U. S. News World Report" schreef dezer dagen dat vol gens een door haar ingesteld onderzoek het gemiddelde gezinsinkomen van een Ameri kaanse loontrekker momenteel 5560 dollar per jaar bedraagt. Op zich zelf be schouwd zal niemand een dergelijk inkomen de Amerikaanse arbeider misgun nen. Maar als dat tot voortdurende inflatie leidt, zodat de koopkracht van de dollar steeds vermindert, betekent een dergelijke welvaartsverbetering voor een grote groep van de bevolking een welvaartsverminde ring voor vele anderen, die de machtsposi tie missen om hun inkomen te verhogen. Hier ligt ongetwijfeld ook, althans mede, de verklaring voor de koersstijging op de New-Yorkse beurs, waar men dat is de kapitaalbelegger weer in aandelen vlucht om zich tegen een waardeverminde ring van het geld te dekken. Er is voor de Amerikaanse aandelen in het algemeen een redelijke basis aanwezig in de tot dusver zeer bevredigende winstcijfers der onder nemingen, maar als men ziet dat het ge middelde rendement van Amerikaanse aan delen van 6'/i pet. in 1951 tot 4.6 pet. in 1955 is gedaald, terwijl men zich voor tal van fondsen met een veel lager rendement moet tevreden stellen, dan blijkt toch wel dat de aandelenbelegger een andere reden voor zijn aankopen moet hebben. Hetzelfde ziet men in Duitsland. De Bondsrepubliek beleeft een gouden tijd, zodat men met zijn welvaart verlegen is en maatregelen overweegt en neemt om haar af te remmen. De Duitse Mark is de sterk ste valuta van Europa en de E.B.U. (Euro pese Betalings Unie) dreigt vast te lopen, doordat het tegoed van Duitsland steeds groter wordt en dat van andere landen steeds kleiner. Maar hoewel de Duitse valuta een uiterst stevige basis heeft en prof. Erhard zelfs een revaluatie voorstaat, wil de Duitse kapitaalbelegger van obliga ties niets weten, zodat hiervan een rende ment van 5 a 6 pet. netto wordt gemaakt. Maar hij blijft aandelen kopen, mogelijk ADVERTENTIE N.V. MIJ „HOLSTER"- OVERVEEN Tel. K 2500 - 15597 en 19057 Centrale verwarming Airconditioning Aut. oliestook ook wel omdat hij in de ontwikkeling van de Duitse industrie vertrouwen stelt, maar zeker ook omdat hij met de herinnering aan wat zich vroeger met de Mark heeft afgespeeld, liever „sachwerte" dan gelds- vorderingen heeft. Met het gevolg dat voor de Duitse aandelen zeer hoge koersen wor den betaald, welke het rendement tot ge middeld 3.4 pet. hebben doen dalen. Temeer opmerkelijk is het daarom dat het aandelenrendement bij ons de laatste tijd niet onbelangrijk is gestegen. Blijkens berekeningen van de Rotterdamsche Bank was het van 6.6 pet. uit. dec. 1952 tot 4.4 pet. uit. sept. 1955, dat de grote hausse op onze beurs heeft afgesloten. Sindsdien is echter een stijging ingetreden tot 4.7 pet. uit. maart 1955 en tot 5.3 pet. ul. juni j.l. Gedurende het laatste kwartaal ging het gemiddeld aandelenrendement dus met 0.6 pet. vooruit en het is thans bijna 1 percent hoger dan negen maanden geleden. Van twee kanten is er op het aandelen rendement een opwaartse druk uitgegaan. In vergelijking met de stand van september 1955 zijn de koersen gedaald, terwijl ook in het laatste kwartaal het gemiddeld koerspeil verder is teruggelopen, namelijk van 224.8 tot 219.7 pet. Maar voorts heeft bijna de helft van de ondernemingen, wel ker aandelen ter beurze zijn genoteerd, ge durende het eerste halfjaar van 1956 een hoger dividend uitgekeerd. Op zich zelf een tegenstrijdig verschiinsel: hogere divi dend, lagere koersen. Temeer omdat in Amerika en Duitsland het rendement veel lager ligt. Van een inflatieangst en een vlucht in de aandelen is er ten onzent dus geen sorake. Het is de kapitaalschaarste, die aan een koersstijging van de aandelen in de weg heeft gestaan en dit nog doet. Hoewel het derde kwartaal ook te Amster dam tot dusver een bescheiden koersherstel heeft doen zien, dat echter voor een goed deel een direct gevolg is van de hernieuw de koersstijging van aandelen Koninklijke op de New-Yorkse beurs, waar men ze in verhouding tot de Amerikaanse petroleum- aandelen nog altijd het goedkoopst acht. Men kan zich niet onttrekken aan de ge dachte dat ondanks de belanerijke besna ringen in ons land, toch de kapitaalvorming niet voldoende is om in de grote kapitaal- nood te voorzien. Op die kapitaalnoorl bij de bedrijven hebben wij eerder gewezen. Thans heeft het C.B.S. gepubliceerd dat de investeringen in nieuwe activa in 1955 bij de Nederlandse industrie 1.767 miljoen hebben bedragen, maar dat voor 1956 400 miljoen meer, dat is ƒ2.170 miljoen, wordt geraamd. Hiervan is thans natuurlijk reeds een groot deel geëffectueerd, een ander deel wacht nog op financiering. Het is moeilijk alle factoren, welke de kapitaal markt beïnvloeden, na te gaan. maar het feit dat men in het buitenland ook nu nog een hogere rente betaalt dan ten onzent, leidt er vermoedelijk toe dat er meer kapi taal in het buitenland wordt uitgezet. In België ligt de kapitaalrente hoger dan Iv'er in Duitsland eveneens en in Engeland wordt voor daggeld, zelfs met valutagaran tie, 3 pet. en meer betaald. De Enge'se regering is dan ook genoodzaakt de 2 '4 pet. Oorlogslening, welke op 15 augustus a.s. afloopt, in een 414 pet. lening te con verteren,. waarbij dannmog „een "contante betaling van VA pet. wordt gedaan. Onder deze omstandigheden schijnt de kèns' op eën nedeKVéartéë' wending in de rentestand ten onzent vooreerst niet groot te zijn. In de zaal van de wetenschappelijke bibliotheek voor de schone kunsten te Leningrad is donderdag een tentoonstelling geopend ter gelegenheid van het feit, dat Rembrandt driehonderd jaar geleden werd geboren. Honderden reprodukties van doe ken, die in musea in Amsterdam, Rotter dam, Moskou, Leningrad, Parijs, Londen, Berlijn, Washington en andere steden wor den bewaard, zijn hier tentoongesteld. Een bedrijf te Rijswijk heeft aan een twaalftal scholieren van vijftien en zes tien jaar, die daar in hun vakantie zouden komen werken, meegedeeld dat van hun diensten wordt afgezien. Nu er in Rijswijk enige gevallen van kinderverlamming zijn voorgekomen, acht het bedrijf het niet verantwoord deze kinderen voor hen vreemd en daardoor nogal vermoeiend werk te laten doen. Enige vakantiewerkers van zeventien en achttien jaar mogen wel komen. Ned. Herv. Kerk Beroepen te Tietjerk: G. Jonkers, vic. te Sluipwijk; te Oosterhout-Slijk-Ewijk: D. v. Boven te Tricht. Gercf. Kerken Tweetal te 's-Gravenhage-West (vac. P. Nomes): W. v. d. Linden te Rotterdam- Kralingen en L. G. Pleysant te Leeuwarden. Beroepen te Dordrecht (5e pred.pl.) A. Donkers te Medemblik. Geref. Kerken art. 31 K.O. Drietal te Heemse: W. H. de Boer te Urk, D. v. Houdt te Uithuizermeeden en G. Zo mer te Vrouwenpolder. Chr. Geref. Kerken Tweetal te Zaamslag: F. Bakker, kannd. te Goes en J. Brons, kand. te Ermelo. Bapt. Gemeenten Beroepen te Winschoten: J. Ketelaar te 2e Exloërmond. Geref. Gemeenten Bedankt voor Passaic (USA). A. Ver- gunst te Corsica (USA) (voorheen te Zeist). Tweetal te Amsterdam (vac. Chr. v. Dam): H. v. Gilst te Dirksland en C. Mo lenaar, kand. te Dordrecht. Beroepen te Katwijk aan Zee: J. R. Bel te Krabbendijke. ADVERTENTIE Wk De minister van Economische Zaken heeft een bespreking gehouden met verte genwoordigers van bakkersorganisaties. Aanleiding tot het onderhoud vormde de verhoging van de broodprijs in verschei dene plaatsen van ons land, die buiten de organisaties om is ingevoerd. De noodzaak van deze verhoging was de minister niet aangetoond en zij was, naar de minister mededeelde, voor hem dan ook onaanvaard baar wegens de door de regering gevoerde politiek van prijsstabilisatie. De minister heeft daarom een beroep gedaan op de bakkersorganisatie er hun medewerking aan te verlenen, dat deze verhoging van de broodprijs ongedaan wordt gemaakt. De vertegenwoordigers van deze organisaties hebben de minister toegezegd zich te zullen verstaan met de bakkers in de plaatsen, waar de broodprijs is verhoogd. Het resul taat hiervan zal nader met de minister worden besproken. ADVERTENTIE MAANDAG 16 3ULI - 9 UUR SPOTKOOPJES OP ALLE AFDELINGEN KOMZIE... EN SPAAR GELD!! KRUISSTRAAT 11 - HAARLEM TELEFOON 11491 GENèVE (ANP) In een door de UNO uitgebracht rapport omtrent de economi sche activiteit in Afrika in 1954-'55, dat in behandeling komt op de bijeenkomst van de Economische en Sociale Raad van de UNO in Genève, wordt melding gemaakt van een stijging met vijf percent in het netto nationale inkomen der Unie van Zuid-Afrika, een uitbreiding met tien per cent in de'export van tropisch Afrika en van een slechter worden van de economi sche situatie in Algerije, Tunesië en Ma rokko als gevolg van de binnenlandse on lusten in die gebieden. Volgens het overzicht was de agrarische produktie in Afrika, welke de voornaamste bron is voor werkgelegenheid en inkomen, in 1954-'55 iets groter dan in het vooraf gaande jaar. Het tempo van de jaarlijkse toeneming was echter kleiner dan in enig jaar sedert 1948. Weduwe van slachtoffer van ramp bij Shannon eist schadevergoeding De weduwe van een UNESCO-funclio- naris, die in 1954 om het leven kwam toen een KLM-vliegtuig bij Shannon veronge lukte, heeft 950.000 dollar schadevergoe ding van d<* KT.M geëist. In deze maand, waarin het driehonderdvijfenzeventig jaar geleden is, dat het Sint Elisabeths Gasthuis overgebracht was naar het voormalige Minderbroedersklooster aan het Groot Heiligland, hebben B. en W. van Haarlem aan de gemeenteraad ge vraagd, een krediet beschikbaar te stellen, om een aantal punten te onderzoeken. Eén er van is wat er met het oude gebouw aan de Gasthuisvest zal moeten gebeuren. Deze vraag wordt voor de naaste toekomst actueel, omdat er plannen bestaan een nieuw ziekenhuis te bouwen nabij de Schipholweg. Ook zal nagegaan worden of het college van regenten van het Sint Elisabeths Gasthuis als bouwheer beschouwd zal moeten worden. Interessante vragen treden in deze jubileummaand op de voorgrond. Iedereen was verslagen, wanthoe zou men naar de vermiste zoon van de jam merende moeder kunnen zoeken? De zee was zo groot Toen kreeg Abdoel een goed idee. „Kom mee, Mohab", riep hij. „We gaan op het tapijtje de zee afzoeken!" Jadat ze daaraan niet eerder hadden gedacht! De jongens holden naar de plaats, waar hun vliegende tapijtje was blijven liggen en gingen erop zitten48-49 Van vele zijden is bii het plotseling over lijden van de Hoge Commissaris van de UNO voor vluchtelingen de vraag gesteld, of de nagedachtenis van mr. G. J. van Heuven Goedhart kan worden geëerd door het vluchtelingenwerk op bijzondere wijze te steunep, in onn<-, injmngpvr.s De voorzitter van de Nederlandse Fede ratie voor Vluchtelingenhulp, de heer M. A. Reihalda té S'-Gr'avenhage, zat nagaan op wel'ke wijze mogelijkheden in deze richting het beste nationaal zowel als inter- i nationaal zouden kunnen worden geopend. Binnenkort zullen hierover bijzonder heden worden bekend gemaakt. Bij besprekingen tussen de Raad van Bestuur voor de Zeevaart en de Organisa ties voor zeevarenden ter koopvaardij is besloten dat de drie percent uitkering over 1955 ook aan het koopvaardijpersoneel zal worden uitgekeerd, waarbij als peildatum zal worden aangehouden 1 juli 1956. De werkgevers hebben daarbij het voorbehoud gemaakt dat reeds genoten uitkeringen aan gratificaties en tantièmes over 1955 verrekend zullen worden met de drie per cent-uitkering. De uitkering zal geschie den op basis van het aantal zeedagen dat in 1955 bij eenzelfde rederij gevaren is. STOCKHOLM (NTB) Geheel automa tische noorderlichtcamera's zullen gemon teerd worden op de vliegtuigen van de Scandinavische luchtvaartmaatschappij S. A. S., die met ingang van februari 1957 een dienst via de Noordpool naar Tokio gaan onderhouden. De nieuwe camera, die geconstrueerd is door ir. Stoffregen van het ionosfeer-observatorium te Uppsala, maakt iedere minuut automatisch een foto van het hele hemelgewelf. Ter gelegenheid van het geofysisch jaar zullen dergelijke camera's op verscheidene plaatsen, onder andere bij het noorderlicht-observatorium te Tromsö in Noorwegen worden opgesteld. Door de toestellen ook op vliegtuigen te monteren kan men een groter deel van het firmament bestrijken. Vijfentwintig jaar geleden is het drie- honderdvijftigjarig bestaan van het zie kenhuis gevierd met feesten voor het per soneel, een receptie van regenten en de uitgave van een gedenkboek, waarbij de toenmalige directeur, dr. L. C. Kersbergen, een overzicht gaf van de geschiedenis van meer dan vijf en halve eeuw geleden. Er heeft vroeger een gasthuis gestaan in de omgeving van de Botermarkt en wel achter de Sint Gangolfskerk, waarmee het wellicht was verbonden. De naam Sint Eli sabeths Gasthuis komt voor het eerst in een archiefstuk van 1406 voor. Wie de stichter is en hoe het gesticht is, is niet bekend. De latere geschiedschrijvers zullen voor het nieuwe ziekenhuis dat in Haar lem-Oost zal verrijzen, niet voor puzzels staan, als zij willen weten wie de stichters zijn. Voorlopig staat vast, dat de regenten het initiatief genomen hebben de bouw voor te bereiden. Een gasthuis, een verblijfplaats voor vreemdelingen, heeft er al ten tijde van Graaf Floris V bestaan, maar het is niet te zeggen, of hiermee het Sint Elisabeths Gasthuis nabij de Botermarkt bedoeld is. Na een brand in 1347 is het gasthuis ver plaatst naar de Grote Houtstraat op de hoek van het Verwulft. In 1576 werd Haarlem opnieuw door een grote brand geteisterd, waardoor het gasthuis een prooi der vlammen werd. Het nieuwe gasthuis werd gevestigd in het verbouwde Minnebroedersklooster aan het Grote Heiligland, dat zich uitstrekte tot de Kleine Houtstraat. In deze om geving heeft het zich steeds gehandhaafd, zij het dan dat verbouwingen in de loop der eeuwen enige malen noodzakelijk wa ren. Dat kwam niet alleen door de '•«ij- zondere ligging in het oude gedeelte van de stad, maar ookndoor wijziging der in zichten in de ziekenverpleging. Gemeente of regenten In het gedenkboek van het Sint Elisa beths of Grote Gasthuis heeft dr. Kers bergen de vragen gesteld of het gasthuis door de stad zelf is gesticht of door ->en geestelijk college of broederschap. Ook is het mogelijk, dat het door een onbekend gebleven filantroop is gesticht, die het op gedragen heeft aan de stad of aan een al of niet geestelijk college van beheerders. Vroeger waren er gasthuismeesteren: later luidde hun titel regent en tot de huidige dag wordt het. ziekenhuis bestuurd door een college van regenten, waarvan on het ogenblik burgemeester mr. O. P. F. M. Oemers de voorzitter is. Een definitief antwoord kan dr. Kers- hergen niet geven, hoewel hij van mening is, dat het oppertoezicht bij de stedelijke reuring is geweest. In het verleden hebben het gemeente bestuur en het college van regenten ge twist over de eigendommen van het Gast huis, die -.ich niet alleen uitstrekten bij de Gasthuisvest, maar ook in de omgeving, waar vele landerijen liggen. In oude ar chiefstukken is naar de rechten gesnuffeld, maar bewijzen zijn niet gevonden. De laat ste tijd twist men niet meer over de vraag. Het gemeentebestuur van Haarlem heeft immers voldoende invloed op het be stuur en de raad benoemt de leden van het college van regenten. Ook heeft de gemeenteraad het budgetrecht in handen: tekorten worden door de gemeente gedekt Bij het onderzoek, dat het gemeente bestuur zal instellen als de gemeente raad een krediet van f 60.000 beschikbaar stelt zal de juridische positie van de eigendommen ook een punt van bespreking uitmaken. Ook dan zal het noodzakelijk zijn de archieven te raadplegen. ADVERTENTIE VERWIJDERD MET WONDEROLIE Weg met onhandige likdoornrlngen en gevaar lijke scheermesjes. Een nieuw vloeibaar middel. NOXACORN. neemt de pijn weg in 60 seconden. Eeltplekken en eksterogen verschrompelen met wortel en al. Bevat gezuiverde wonderolie. Jodium en het pijnstillende benzocal'ne. Een flesje NOXACORN Antiseptisch Likdoorn- middel van f. 1.35 bespaart U veel ellende. (602) Op de concerten van het Holland Festival 1956 is vrij vaak aandacht voor werken van Mozart gevraagd. Men kan zelfs gaan spreken van een cyclus. Deze was bedoeld als een herdenking van de geboortedag (27 januari 1756) van een van de grootste muzikale genieën aller tijden. Het concert, dat donderdagavond door het Concertge bouw-Orkest in Amsterdam werd gegeven, v/as eveneens aan Mozart gewijd. Het bracht, dank zij de dirigent Otto Klem perer een overvloed van muzikale schoon heid, die niet gehouden werd in de sfeer van nuchter, zakelijk musiceren, maar die juist haar spanning verkreeg door een ge laden gevoelsexpressie. Zonder in excessen te vervallen, wist Klemperer zich voor zijn interpretatie vrij te houden van de stijldog- matiek, die de geest doodt en spontaneïteit onderdrukt. Op nieuw kwam op dit concert vast te staan, dat Mozarts muziek niet alleen maar „absoluut" van aard is, doch dat in de lichte tedere en ragfijne klanken een opvallend persoonlijke bewogenheid tot uitdrukking is gekomen, die Mozarts werken het adel dom van de geest hebben verleend. Het zijn niet alleen de werken uit de laatste jaren van Mozarts korte leven ge weest, die opvielen door een bijzondere verdieping. Ook de muziek uit vroegere perioden bevat van die fragmenten, die treffen door hun gevoelsdiepte. Zo heeft van de symfonie in A (geschreven in 1774) het Andante een ontroerende schoonheid. In de uitvoering, welke Otto Klemperer van de symfonie gaf, werd het werk een prachtige inleiding van de avond. In aan- s'uiting daarop werd 't Concert in C voor hobo en orkest uitgevoerd door de meester- hoboïst Haakon Stotijn en het orkest. Het „noblesse oblige" van het hoboistenge- slacht werd door Haakon Stotijn hoog ge houden. Hij speelde het concert met een virtuoze techniek, waarbij de beheerste emotionele voordracht aan de lichte klan ken inhoud gaf. De toehoorders toonden zich zeer geestdriftig voor deze bijzonder muzikale ervaring. Ook voor de uitvoering van het Concert in Es (K.V. 482) kwam er een soliste op het podium, die romantisch durfde te zijn. Het was de pianiste Annie Fischer, die met haar gevoelige vertolking het concert voor treffelijk diende. Wat zij bijvoorbeeld van het Andante maakte, had een grote wee moed, als een stil verlangen naar rust. En het slot-Allegro klonk in heel verfijnde klank, vriendelijk en blij: een prachtige af sluiting. Na de pauze leidde Otto Klemperer een uitvoering van de Symfonie in C, de zoge naamde Jupitersymfonie. Ook weer een van Mozarts latere werken, die door de contrapuntische schrijfwijze van de bijzon dere interesse van de componist voor de composities van Bach en van Handel ge tuigen. Het Concertgebouw-Orkest speelde onder Klemperers leiding prachtig en men kon door de uitvoering een voortreffelijke indruk krijgen van de zeldzaam mooie in strumentatie. De toehoorders waren vol enthousiasme over de uitvoering en zij gaven met warme bijval daaraan uitdruk king. P. ZWAANSWIJK 7) „Nee, dat niet. Alles ging zijn gewone gangetje. Ze waren geen luidruchtig ver liefd stel. Ze kenden elkaar al zo lang. voegde ze er haast als verontschuldiging aan toe. „Ze waren meer dan tien jaar verloofd, moet u bedenken. Ik had Nel ook al aangeraden eindelijk eens te trouwen. Maar juist door die vele grote buitenlandse opdrachten was mijnheer Dijkman maan denlang onderweg. Ja, nu ik er zo over nadenk, een paar maanden geleden heeft ze zelf zo iets tegen me gezegd. Ik bedoel, ze zei, dat het er nu maar van moest komen. Anders kon het Arend misschien wel eens te lang vallen. Ze dacht zelfs, dat een andere vrouw hem avances maakte. Ren getrouwde vrouw nog wel, zei ze. Ja, nu weet ik het weer. We hebben er nog om gelachen. Ik kreeg ook niet de indruk, dat ze het serieus meende. Inspecteur Beels wreef nadenkend over zijn kaken. Dus toch een vrouw? Daar moest hij achterheen zitten. Zonder iets van zijn vraag te verwachten, polste hij: „Noemde ze u misschien de naam?" „Nee. En zoals ik u al zei, ze bedoelde het meer als een grapje, meer als iets dat zou kunnen gebeuren. Tenminste, dat was mijn indruk. Voor het overige liep hun verhouding in kalme baantjes. Ze waren eikaars jeugdliefde. Van kindsaf speelden ze al „trouwen." Allebei niet heet ge bakerd, zolas u ziet. Maar wanneer Arend Dijkman van deze reis terugkwam dat zou over een maand of vijf zijn dan zou het toch eindelijk werkelijkheid worden." Bij de laatste woorden schoten mevrouw Koster weer de tranen in de ogen. Ze zag door Nels tragisch einde deze werkelijk heid niet in vervulling gaan. Inspecteur Beels schraapte zijn keel, liet zich het adres van Dijkmans vriend geven, zag, dat het vlak in de buurt was, bedankte voor de waardevolle medewer king en werd door mijnheer Koster uitge laten. „Heeft u zo iemand nou gauw?" infor meerde deze in de gang. „Soms," zei de inspecteur somber. Aan het opgegeven adres vond hij tot zijn voldoening de studievriend van de heer Dijkman thuis. De heer Wingerd was vrij gezel en maakte een prettige, serieuze en openhartige indruk. Inspecteur Beels deelde hem de aan leiding tot zijn bezoek mee en verzocht hem om zo nauwkeurig mogelijke inlich tingen. Wanneer was bijvoorbeeld, zijn vriend, de heer Dijkman, gisteravond bij I hem aangekomen? Nadat ze het zich gemakkelijk hadden gemaakt en een sigaret opgestoken, streek Bob Wingerd door zijn volle bruine haar. Inspecteur Beels kreeg de indruk, dat de ander zich volkomen van de zwaarte van de aan hem gestelde vraag bewust was. Langzaam zijn woorden formulerend, zei hij: „Zoals we hadden afgesproken, kwam Arend Dijkman hier tegen negenen aan. Een tijdje hebben we zitten praten over zijn mooie opdracht, kanalisatie, irrigatie en wat er allemaal mee samenhangt. We zijn namelijk in hetzelfde vak." Terwijl inspecteur Beels' ogen over de lange rijen boeken gleden die drie zijden van het werkvertrek innamen, berekende hij vlug, dat Dijkman over de rit van nog geen half uur, ruim twee uur had gedaan. Hij vroeg dan ook: „Vergist u zich niet in de tijd, mijnheer Wingerd?" „Nee, al zou ik het op een paar minuten na niet kunnen bepalen. Ik weet alleen, dat hij er om kwart voor negenen nog niet was, want toen heb ik toevallig op mijn horloge gekeken. Kort daarna is Dijkman gekomen. Even later reden we naar Schiphol, waar we nog Nel van Galen zouden ontmoeten, al stond dat blijkbaar niet helemaal vast. In ieder geval was ze er nog niet, toen we in de restauratiehal kwamen. We dronken een kopje koffie en zaten naar haar uit te kijken. Tenslotte werd het tijd voor mijn vriend om de diverse formaliteiten te gaan vervullen. Ze was er nog altijd niet. „Maakte mijnheer Dijkman zich niet ongerust?" wierp de inspecteur er tussen. „Eigenlijk niet. Zoals ik al zei, het was immers geen vaste afspraak. U weet hoe dat gaat. Wachten tot het laatste nippertje en aldoor blijf je maar denken: nu zal ze wel elk ogenblik komen. Opeens was het toen erg laat geworden en moest hij als een haas naar de douane. Wel heeft hij mij verzocht, vanmorgen zijn verloofde bij de familie Koster op te bellen, haar nog eens zijn groeten over te brengen en haar vooral van de vlotte start te vertellen, omdat ze het op vliegen niet zo bar heeft begrepen. Na aankomst zou hij haar dan ook dadelijk een telegram sturen. Dat telefoontje is me, helaas, ontschoten, waarschijnlijk doordat ik vanochtend aan een project ben begonnén dat me al lang bezighield. Dijkmans vriend nam de inspecteur door zijn brilleglazen eens op. Hij voelde, dat dit „helaas" nu achteraf van hem een beetje misplaatst was. Het zou toch geen zin meer hebben gehad, want Nel van Galen leefde teen al niet meer. Het energieke gezicht van inspecteur Beels drukte alleen professionele belang stelling uit. Terwijl hij, zich half omwen dende, zijn sigaret doofde, zag hij met een half oog de blauwdrukken over de tafel uitgespreid waarmee de ingenieur volgens zijn zeggen sinds een paar uur bezig was. Een stoere werker, die Wingerd, gezien het net van lijnen dat er al op neergetekend was. „Vindt u het niet merkwaardig, mijnheer Wingerd, dat uw vriend blijkbaar de ganse avond tot zijn beschikking had en toch niet met zijn verloofde naar hun ge meenschappelijke vrienden is gegaan?" Even keek Bob Wingerd de inspecteur beduusd aan. „Nee, allerminst," antwoordde hij daarop overtuigd. „Dijkman zei iets ovèr een laat ste uitvoerige bespreking, die hij met zijn compagnons heeft gehad. Ik heb eigenlijk ook weinig aandacht geschonken aan wat hij nu wel of niet precies met zijn verloofde had afgespi-oken. Een doorgewinterde vrij gezel, zoals ik, let daar niet op „Juist. Dat zou inderdaad de verklaring voor zijn afwezigheid op het feestje kunnen zijn," zei inspecteur Beels, terwijl hij in zijn notitieboekje zat te krabbelen. „En. maakte mijnheer Dijkman een gewone indruk op u?" „Ja, heel gewoon." Bob Wingerd kneep een tikkeltje de ogen dicht, toen de be tekenis van deze vraag tot hem doordrong. Die politiespeurder leek een lepe fret, maar hij snuffelde wis en zeker voor het ver keerde hol. „Heel gewoon," herhaalde hij, dit keer met meer klem. „De natuurlijke, blije opgewondenheid over zo'n prachtige reis en zo'n geweldig werk in het vooruit zicht zult u toch niet ongewoon willen noemen, wel?" „Nee, dat hoort er zo bij. Ik denk, dat ik voor het ogenblik geen verdere vragen aan u heb. Mijn dank voor uw bereidwilligheid, mijnheer Wingerd." „Wat een haast opeens," peinsde de ingenieur, toen Beels het huis had ver laten. „Eerst komt er maar geen schot in en dan weet hij niet hoe gauw hij moet gaan rennen." IV Op straat gekomen, overlegde inspecteur Beels, dat het wel het beste zou zijn eerst naar het politiebureau te Hilversum terug te rijden. Dan kon hij de tot nu toe ver kregen inlichtingen en de vergaarde feiten met zijn superieur bespreken. Ook wilde hij de expert voor de vingerafdrukken raadplegen en het koffertje van juffrouw Van Galen nader in ogenschouw nemen. En nog een voornaam ding: het telegram naar Singapore moest worden verzonden. Morgenochtend zou het vliegtuig daar aan komen. Dan moest het telegram er uiter aard zijn. Toen hij al aardig in de buurt van Hil versum kwam, zag hij op de wegwijzer, dat het stille plaatsje waar het doktershuis stond, hier nog maar acht kilometer van daan lag, als hij links afboog. Plotseling schoot hem te binnen, dat in hetzelfde oord ook een oud-brigadier woonde, die inder tijd wegens een motorongeval vroegtijdig was gepensioneerd. Hij kende de kalme, plichtsgetrouwe man uit zijn Hilversumse tijd. Brouwer had toen onder hem gediend. Beels herinnerde zich vaag, dat hij daarna zijn intrek bij een getrouwde broer in zijn oude dorp had genomen, die de een of andere nering dreef. Hij zou even omrijden en in de dorpskroeg een kijkje gaan nemen. Daar zouden ze wel weten, waar de gewezen agent woonde. Misschien kon hij er ook verder nog zijn licht opsteken. In zo'n nest wist immers iedereen alles van iedereen. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1956 | | pagina 7