£&ft awridfaeeAt ap de ÖAate YïlcUilci
Vele verkeerszondaren voor
kantonrechter op het matje
Onderzoek naar mogelijkheid van
Esperanto op lagere scholen
Huismoeders meer zeggenschap
in constructie van woningen
VOORTREKKERS
15
Gouden jubileum J. Rose
TWEE OOIEVAARSNESTEN OP STADHUIS
DARMSTOORNISSEN
ONBEHAAGLIJKHEID
VERGIFTIGING
Medicinaal Norit
zuivert Uw maag onmiddellijk
Kort nieuws
Mevrouw Bakker-de Ruiter voor N.V.E.V.
Alt Annie Woud voor het
laatst in „Orpheus"
Als proef zou Esperanto op enige scholen
gegeven kunnen worden inplaats van Frans
RIJPMA^^r
AUTOFINANCIERING
Handig stoppen
Heerlijk roken
Kerkelijk Nieuws
Mr. dr. C. J. Koch overleden
DO N DERDAG 25 OKTOBER 1956
HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
De heer J. Rose, directeur van de machi
nefabriek--A. Bos aan de Nieuwe Kruis
straat te Haarlem, vierde woensdag zijn
gouden jubileum bij dit bedrijf. Als jong
maatje is hij bij de heer Bos in dienst
gekomen en in de loop van de jaren is hij
directeur geworden.
In de morgenuren heeft het personeel
de heer Rose gehuldigd, waarbij de heer
C. H. Kroonstuiver als oudste knecht het
woord voerde. Hij heeft namens het per
soneel de patroon hulde en dank gebracht
en een schilderij aangeboden. De heer F.
Rose sprak namens de familie en de heer
G. J. van Twuyver, als zwager en oud-lid
van het personeel. Herinneringen uit de
loopbaan van de jubilaris werden opge
haald.
De heer Rose en zijn familie hielden des
middags in de kroonzaal van restaurant
Brinkmann een receptie, waarop velen ge
lukwensen hebben aangeboden. Onder hen
waren vele zakenrelaties, mr. A. G. de
Blécourt, secretaris van de Kamer van
Koophandel en Fabrieken voor Haarlem
en omstreken, bestuursleden van de afde
ling Haarlem van de R.K. Smedenpa-
troonsbond, de heer G. Alders, oud-voor
zitter van deze afdeling en afgevaardigden
van de Haarlemse Zeilvereniging en van
Eigen Tuin".
De jubilaris ontving vele geschenken en
ongeveer vijftig bloemstukken.
ZOALS men enige tijd geleden reeds in Haarlems Dagblad
heeft, kunnen lezen wercl door de gemeente Haarlem onlangs
aangekocht een schilderijtoegeschreven aan de schilder-
stadgenoot Pieter de Molijn, die in 1661 te Haarlem stierf.
Dit stuk werd door een Amsterdamse kunsthandel uit een
Franse collectie gekocht, hier te lande gerestaureerd en is
thans in het stadhuis geplaatst. Alhoewel het hier geen
„topstuk" betreft, mag het toch stellig om meer dan één
reden verheugend worden genoemd dat dit schilderij van
een Haarlemse meester met een Haarlemse gebeurtenis tot
onderwerp naar Haarlem is teruggekeerd en daar zal blijven.
OP HET paneel (33x 52
cm) ziet men namelijk in het
walmende schijnsel van een
aantal aan palen gestoken pek
tonnen een menigte mannen,
vrouwen en kinderen feestend
op onze Grote Markt bijeen.
Links en rechts ziet men hui
zen. Op de achtergrond, voor
zover niet door de rook ver
duisterd, ontwaart men de
Pandpoort met het linkerge
deelte van het stadhuis. Al
naar gelang van de voorkeur
van de beschouwer zal men
het eerst worden gepakt door
de levendigheid van het ge
schilderde tafreel, dan wel
door de vele topografische
gegevens die het bevat. Dade
lijk rijzen hierbij enige vragen.
Welk zo groots opgezet feest
is hier afgebeeld? Een belang
rijke gebeurtenis uit onze
vaderlandse geschiedenis? En
wie is de voornaam geklede
mansfiguur met de dame
naast zich, die wel temidden
van het feestgewoel staat,
maar daar niet aan deelneemt?
Is het een magistraatspersoon
of wellicht de opdrachtgever?
Speurzin, gesteund door enig
onmisbaar geluk zal wel
licht het antwoord op deze
vragen kunnen brengen.
De datering van het stuk
wordt vergemakkelijkt door
de toestand waarin het stad
huis op de achtergrond is
weergegeven. Daaraan zijn
onder meer te onderscheiden
de Pandpoort, het aardige
hoektorentje, dat in de acht
tiende eeuw werd afgebroken,
evenals de dakkapellen, die
het dak een zoveel levendiger
aanzien gaven. Het belang
rijkste is echter, dat de in
gangspartij boven wat thans
lijkelijk gedoemd waren in
1630 voor nieuwere opvattin
gen plaats te maken.
In de tot nu toe bekende rij
van geschilderde afbeeldingen
van het Haarlemse stadhuis
komt dit stuk naar ouderdom
de tweede of derde plaats toe.
De oudste weergeving wordt
gevormd door het paneel van
de zogenaamde Meester van
Bellaert van ongeveer 1480,
dat in het bezit is van een
Haagse collectionneur en reeds
meermalen in dit blad werd
gereproduceerd. Naar tijd
(omstreeks 1630) volgde hier
op tot dusver een schilderij
van Pieter Saenredam, dat
enige jaren als bruikleen in
het Frans Halsmuseum te be
zichtigen was, doch dat sinds
dien naar Amerika werd ver
kocht. Wanneer men bedenkt
dat het werk van Molijn om
streeks diezelfde tijd is ont
staan, zal men dus dankbaar
vaar nog steeds in zijn wapen
voert. Maar hoe dit ook zij,
deze nesten illustreren op hun
wijze wat uit andere hoofde
natuurlijk alreeds Üekend is:
hoe klein de omtrek van het
toenmalige Haarlem was. Een
ooievaar nestelend aan de
Grote Markt was daardoor
blijkbaar nog niet. te ver ver
wijderd van het weidegebied.
De ooievaar is namelijk geen
forens, die hier woont en
elders zijn kost ophaalt! Voor
vogelkenners zal echter het
meest de aandacht trekken
dat hier twee ooievaarsnesten
op één dak liggen, een ver
schijnsel dat men thans alleen
nog in zuidelijke landen als
Spanje en Italië kan zien, te
weten die landen waar de
ooievaar zijn prooi in over
vloed vindt en daardoor bij
machte is de onmiddellijke
nabijheid van soortgenoten te
verdragen. Zo vormen deze
de trouwtrap is, zich hier nog
voordoet in zijn oorspronke
lijke vorm, dat wil zeggen
zoals die was vóór de alge
mene verbouwing van 1630,
die het stadhuis ten aanzien
van ramen en portiek zijn
huidige barokke vormen gaf.
Het zo markante balkonnetje
dat bij die gelegenheid werd
aangebracht, ontbreekt hier
dan ook. De ramen vertonen
nog hun middeleeuwse af
komst en zijn niet afgedekt
met de driehoekige bekronin
gen, die pas in 1630 zullen
verschijnen. Daarentegen ziet
men wel een tweetal schild-
houdende leeuwen op de trap
leuning en enige gravenbeel-
den tegen de gevel, die ge
moeten zijn dat althans dit
belangrijke' document uit onze
stadsgeschiedenis thans is te
ruggekeerd naar en voor goed
gebonden aan de gemeenschap
waar het krachtens afkomst
en voorstelling thuis hoort.
Nu ik dit stuk hier niet zo
zeer op zijn artistieke als op
zijn topografische waarde heb
trachten te beschrijven wil ik
nog op één bijzonderheid wij
zen: de beide ooievaarsnesten
op 't dak van 't stadhuis.-In de
eerste plaats rijst hier de
vraag naar de oorsprong Van
dit gebruik, waarbij het voor
de hand ligt een vergelijking
te trekken met Den Haag, dat
eveneens door graaf Willem II
werd gesticht en dat de ooie
twee nesten 'n aanwijzing hoe
in de zeventiende eeuw het
weidegebied om Haarlem een
ander, veel ruiger karakter
moet hebben gehad dan thans
Men ziet waartoe de beschou
wing van het paneel van een
oude meeser al niet kan
voeren.
Wie zelf het schilderij, dat
in het stadhuis is opgehangen
in de gang naast de hoofdbode
kamer, wenst te zien, raad ik
aan daarvoor zo mogelijk een
enigszins zonnige dag te kie
zen, daar alleen dan de fijnere
details goed zijn te onder
scheiden.
Mr. H. E. Phaff
ADVERTENTIE
Hier is Uw middel dat
veilig en zeker werkt
helpt snel tegen
MAAGSTOORNISSEN
(oprispingen, branderigheid,
maagzuur)
(diarree)
slechte SPIJSVERTERING
(„opgeblazen gevoel")
(na overvloedig gebruik van
alcoholische dranken, „kater")
(zowel door bedorven voedsel als
door carbol, lysol e.d.) Direct de
dokter waarschuwen.
Zestigjarig doctoraat. Te midden van
oud-promovendi en oud-medewerkers heeft
dr. W. P. Jorissen te Leiden dezer dagen zijn
zestigjarig jubileum als doctor in de schei
kunde gevierd. Dr. Jorissen is op 21 oktober
1896 aan de gemeente-universiteit te Am-
sterdma cum laude gepromoveerd. Hij is
van 1908 tot 1940 lector in de anorganische
en fysische scheikunde aan de Rijksuniversi
teit te Leiden geweest.
Dinsdagmiddag sprak mevrouw N. C.
Bakker-De Ruiter, lid van de Nederlandse
Huishoudraad, voor een gezelschap dames
van de afdeling Haarlem en omstreken van
de Nederlandse Vrouwen-Elektriciteits
vereniging in restaurant Brinkmann te
Haarlem over het onderwerp „Samen
bouwen".
Na door de presidente te zijn ingeleid
besprak mevrouw Bakker-De Ruiter aller
eerst de samenstelling en het doel van de
Nederlandse Huishoudraad. Deze raad be
staat in de vorm van een stichting, waarin
vrouwenorganisaties samenwerken met
voorlichtings- en deskundige instanties. In
brede trekken bestaat het doel van de raad
uit het bevorderen van een doelmatig huis
houden en van het consumentenbelang. De
inleiding van mevrouw Bakker-De Ruiter
beperkte zich tot de doelmatige bouw en
inrichting van de woning. Zij stelde voor
op, dat de huisvrouwen het grootste be
lang hebben bij de inrichting en doelmatige
bouw van de woning. De woning is volgens
haar een ingewikkeld ding. waarin ver
schillende soorten leven heersen en moe
ten kunnen bestaan. De gemiddelde levens
duur van een woning stelde zij op vijftig a
vijfenzeventig jaar, hetgeen betekent, dat
er drie generaties in moeten kunnen wo
nen. Van belang is dus niet slechts of een
bepaalde woning voor de huidige bewo
ners geschikt is. maar ook dat de komende
generaties er zonder bezwaar in kunnen
wonen. Dat tot dusver de huisvrouw bijna
geen invloed op de bouw van woningen
heeft gehad, wijt mevrouw Bakker-De Rui
ter voor een belangrijk deel aan het ge
brek aan belangstelling van de meeste
vrouwen. Gelukkig is daar de laatste tijd
wel verandering in gekomen. Fouten in de
woningconstructie werden in het verleden
veelal de architect verweten, maar daar
zal verandering in komen, naarmate de
vrouwen zelf meer zeggenschap krijgen in
die constructie. Sinds het einde van de oor
log zijn er al vormen van samenwerking
geweest tussen huisvrouwen en architec
ten. In de woningcommissie van de Neder
landse Huishoudraad, waar alleen vrou
wen in zitten, is bijvoorbeeld een woning
rapport samengesteld, waaruit belangrijke
suggesties naar voren zijn gekomen. Vooral
ten aanzien van de praktische indeling van
de woningen zijn ideeën geopperd, die later
toegepast konden worden.
Het aanbrengen van een gordijnplank
reeds bij de bouw was er één van, voorts
het aanbrengen van een boodschappenlift
bij hoogbouwwoningen en het maken van
balkons zodanig, dat er geen gevaar voor
de kinderen bestaat.
Een andere instantie, die zich met deze
problemen bezig houdt is de studiecom
missie voor functionele grondslagen ten
aanzien van woningen, welke commissie is
ontstaan door een begin van samenwerking
van het Bouwcentrum met de Nederlandse
Huishoudraad. Deze studiecommissie heeft
tot taak door het bevorderen en op gang
brengen van nieuwe ontwerpen te komen
tot meer en betere mogelijkheden voor de
bewoners. In de studiecommissie werken
samen wetenschappelijke werkers, ont
werpers, industriëlen en huisvrouwen. Uit
dit initiatief is in de nieuw gebouwde vleu
gel van het Bouwcentrum in Rotterdam
een permanente tentoonstelling voor goed
wonen ontstaan, waar de plaatsing van het
vaste meubilair als opbergkasten, vloeren
en keukeninrichting aanschouwelijk wordt
voorgesteld.
Tenslotte moeten nog genoemd worden
de vrouwenadviescommissies die tot taak
hebben de plannen voor de gemeentewo
ningen te bekijken. Dat deze commissies
succes hebben gehad, blijkt wel uit het
feit, dat aan de leden herhaaldelijk werd
verzocht ook plannen van woningbouw
verenigingen en particuliere architecten te
bekijken. Niet alleen het inwendige van
het huis, ook de geografische ligging ten
aanzien van recreatiemogelijkheden van
kinderen en het werk van de echtgenoot
worden hierbij onder de loep genomen.
Dat er voor de inleiding veel belangstel
ling bestond, bleek wel uit de vragen, die
na de pauze aan mevrouw Bakker-De Rui
ter werden gesteld.
Op woensdagavond 7 november zal het
Symfonie Orkest „Haerlem" met mede
werking van het Haarlems operakoor „II
Trovatore" in het Haarlems Concertge
bouw een uitvoering geven van Von
Glucks „Orpheus". Solistische medewer
king zal worden verleend door de sopranen
Nelly Groenevelt, Tonny Verschoor en de
alt Annie Woud. Het geheel staat onder
leiding van de dirigent Marinus Adam.
Dit zal de laatste maal zijn, dat Annie
Woud in de „Orpheus" zingt. In december
zal zij, zoals wij reeds berichtten, zich uit
het openbare muziekleven terugtrekken.
Burgemeester en Wethouders van Haar
lem zijn reeds enige tijd doende een nader
onderzoek in te stellen naar de mogelijk
heid om bij de kinderen van de lagere
scholen meer gevoel voor de bouw van de
taal bij te brengen, door bij wijze van proef
op enige lagere scholen de cursussen in de
Franse taal te vervangen door Esperanto-
cursussen. Deze vervanging zou mogelijk
zijn, doordat Frans op de lagere scholen
niet als verplicht leervak is ingevoerd. De
Franse lessen worden na schooltijd gegeven
op volkomen vrijwillige basis en dienen
voornamelijk om de leerlingen vertrouwd
te maken met de moeilijkheden, die de les
sen in moderne talen op de middelbare
scholen opleveren. De vervanging van deze
Franse taalcursussen door Esperanto zou
kunnen worden doorgevoerd, als er vol
doende leerkrachten voor gevonden zouden
kunnen worden, hetgeen tot op heden nog
niet het geval is. Het is dus nog niet zo ver,
maar wel kan gezegd worden, dat B. en W.
gunstig staan ten aanzien van een derge-
In hoeverre was het gebruik van alcohol
de oorzaak van het roekeloos gedrag van
een Amsterdamse autohandelaar op de
weg tussen Amsterdam en Haarlem? Dat
was de kern van de vraag welke dinsdag
middag op een aan verkeersdelicten ge
wijde zitting van het Haarlemse kanton
gerecht beantwoord moest worden. De
autohandelaar was gedagvaard omdat hij
op de Amsterdamse Vaart slingerend over
de weg had gereden, hetgeen de ambtenaar
van het openbaar ministerie, mr. Th. La
gerwaard, aan het gebruik van alcohol
weet. Maar de verdediger van de auto
mobilist, mr. J. K. M. Mathuisen, betoog
de, dat zijn cliënt zich slechts minder goed
had gevoeld omdat hij vooraf te veel worst
had gegeten.
Uit de verklaringen bleek, dat de
handelaar in gezelschap van een com
pagnon naar de automarkt te Haar
lem was geweest en beiden hadden bier en
limonade gedronken en worst gegeten. De
compagnon verklaarde als getuige, dat zijn
vriend na het gebruik van de worst ziek
was geworden en dat hij hem had gead
viseerd zo spoedig mogelijk per auto naar
Amsterdam terug te keren. De compagnon
zou later met een op de markt gekochte
auto naar huis gaan.
Twee hoofdagenten van politie deelden
mee, dat zij bericht hadden ontvangen, dat
er bij het benzinestation op de Amster
damsevaart een automobilist benzine had
gekocht, die vermoedelijk onder invloed
van drank verkeerde. De politiemannen
trokken er op uit en zagen tussen Haar
lem en Halfweg een auto slingerend over
de weg gaan. De auto bleef op de rech
terkant van de weg. De bestuurder de
Amsterdammer die zich voor de kanton
rechter had te verantwoorden werd ver
zocht te stoppen en mee te gaan naar Haar
lem. De hoofdagenten waren van mening,
dat de man onder invloed van drank ver
keerde.
Mr. Mathuisen merkte op, dat verdachte
zich ziek voelde, maar hij achtte zich in
staat een auto te besturen. Bier was ge
ruime tijd tevoren gebruikt. Pleiter drong
op clementie aan.
De kantonrechter herinnerde er aan, dat
de wet spreekt over het besturen van mo
torrijtuigen naar behoren. Daarvan was
hier geen sprake doordat bier gedronken
was. Gelukkig hebben zich geen ongeluk
ken voorgedaan. Het vonnis luidde een
hechtenisstraf van een week en voorwaar
delijke intrekking van het rijbewijs ge
durende een jaar.
Ondeugdelijke remmen
Een Amsterdamse kantoorbediende, die
enkele maanden geleden in Haarlem was
aangekomen en bijna een jongen had aan
gereden, had een dagvaarding ontvangen,
waarin hem drie punten ten laste waren
gelegd. Het bleek, dat de remmen, de
stuurinrichting en andere belangrijke on
derdelen van zijn auto niet werkten of on
deugdelijk waren. Nadat de politie de auto
onderzocht had werd de wagen voor f 75
aan 'n sloper verkocht. De Amsterdammer
had de auto kort te voren voor bijna vier
honderd gulden gekocht. Overeenkomstig
de eis werd de kantoorbediende veroor
deeld tot twee hechtenisstraffen van twee
weken en tot een geldboete van f 25.
Portierridder
„Er gaat geen zitting voorbij of iemand
moet terecht staan, omdat hij het portier
van zijn auto opendeed zonder op het ver
keer te letten, waardoor voorbijgangers ge
wond raken", aldus merkte de kanton
rechter op bij de behandeling van een
zaak tegen een niet-verschenen Haarlemse
chauffeur. „Men noemt dergelijke mensen
portierridders. Het is echter te hopen dat
niet velen meer in deze adelstand worden
opgenomen." Doordat de chauffeur te
vroeg zijn portier had geopend was een
dame gevallen; met een hersenschudding
is zij naar haar woning vervoerd. Het von
nis luidde een geldboete van f 100, subsi
diair 20 dagen hechtenis en intrekking van
het rijbewijs gedurende drie maanden.
Van de weg gedrukt
Op de weg langs het Zijkanaal C. tussen
Buitenhuizen en Spaarndam was een
chauffeur van een autobus al toeterend
'n auto met caravan voorbij gereden en had
dit voertuig van de weg gedrukt, aldus
was de conclusie van de ambtenaar van het
Openbaar Ministerie in een zaak tegen een
chauffeur uit Edam. Vermoedelijk was hij
niet tevreden over het feit, dat hij kort
tevoren door de auto gepasseerd werd. De
ambtenaar wilde er rekening mee houden,
dat een buschauffeur een moeilijk beroep
heeft en dat de bezoldiging niet hoog is.
Daarom vroeg hij geen intrekking van het
rijbewijs. De kantonrechter deelde mee,
dat hij de chauffeur niet brodeloos wilde
maken en veroordeelde hem overeenkom
stig de eis tot een geldboete van f 100 sub
sidiair 20 dagen hechtenis, een week hech
tenis voorwaardelijk en voorwaardelijke
intrekking van het rijbewijs gedurende een
jaar.
„Gesneden"
Een bewoner uit Schiedam, die met zijn
auto bij het rechtsaf slaan op de Zijlweg
bij de Spoorwegstraat een wielrijdster „ge
sneden" had, werd overeenkomstig de eis
veroordeeld tot hechtenisstraf van een
week en ontzegging van de bevoegdheid
motorrijtuigen te besturen gedurende een
jaar.
Iyke proef, al is het geheel voorlopig nog
in een stadium van overweging.
Eén van de meest fervente voorstandsters
van het invoeren van het leervak Espe
ranto in de hogere klassen van de lagere
scholen, is mejuffrouw dra. C. M. Burger,
lerares Franse taal en oud-directrice van
de Haarlemse Meisjes-H.B.S., die ons naar
aanleiding van de UNESCO-tentoonstelling
De weg tot elkaar" in de Vishal, onder
meer het volgende schreef:
„Het verbaasde mij op d* tentoonstelling
„De weg tot elkaar" nic»;s te vinden
over de wereldhulptaal Esperanto en dat er
aan Esperanto-publikaties of statistieken
in het geheel geen plaats was ingeruimd.
Want als er één middel bij uitstek geschikt
is om de weg tot elkaar te vinden, dan is
het wel het hulpmiddel van de taal. De
grote Esperanto-tentoonstelling in Monte
video, tijdens de Unescozitting aldaar in
1954 heeft de afgevaardigden kunnen over
tuigen van het grote nut en de grote ver
breidheid van het Esperanto over de genele
wereld. Tevens bleek welke enorme hoe
veelheid litteratuur reeds in deze wereld
hulptaal vertaald is.
De Esperanto-grammatica is in twee jaar
met drie lesuren per week in de hogere
klassen van de lagere school door ieder
normaal aangelegd kind onder de knie te
krijgen. Zij bevat weinig regels, alle zonder
uitzonderingen, er zijn geen onregelmatige
werkwoorden, geen verbuigingen en de
twee of drie werkelijke moeilijkheden
kunnen in een tweejarige studie gemakke
lijk overwonnen worden.
De taal is zó logisch opgebouwd uit de
Europese stammen en de vorming van
nieuwe woorden uit deze stammen zó van
zelfsprekend, dat het leren en hanteren
van deze taal steeds weer een intellectueel
genoegen is. Het Esperanto is een neutrale
taal, die geen psychologische weerstanden
oproept bij de volkeren van verschillende
kleur of politieke richting, het is door
oosterlingen en westerlingen in korte tijd
te leren en bewijst zeer goede diensten
voor een groeiend onderling begrip en
praktische samenwerking tussen de volke
ren. Daarbij is het een taal, die een prach
tige voorbereiding kan vormen voor het
aanleren van de moderne talen."
ADVERTENTIE
Rio Grandelaan 55, Överveen, Tel. 24588
Benoemd. Op voordracht van het be
drijfschap voor de Bloembollenhandel zijn
de heren B. J. C. van der Nat te Heemstede
en J. M. van der Weyden te Hillegom be
noemd voor de tijd van vier jaar tot bij
zonder lid van het College van Beroep voor
het Bedrijfsleven.
ADVERTENTIE
Soirée-dansante. De oud-leerlingen
vereniging van de HBS-b, „De Garde", zal
op 27 oktober om acht uur een soirée-dan
sante houden in hotel „Boekenroode" te
Heemstede.
Een heerlijk lichte
baaitabak-mélange van
16 edele tabakssoorten.
In handige tabakszak met
patent-accordeonvouw.
Ned. Herv. Kerk
Beroepen te De Bilt (U.) C. van Dop te
Huizen (N.H.); te Rhenen (toez.) A. J. van
Oost te Vriezenveen.
Aangenomen naar Oud-Beijerland E. J.
Schimmel te Hei- en Boeicoop.
Geref. Kerken
Beroepen te Mildam J. C. van Veen, kand.
te Rotterdam-Noord; te Hattem J. B. Vo
gelaar te 's-Gravenhage-Loosduinen.
Geref. Kerken onderh. art. 31 K.O.
Beroepen te Nijverdal H. van Ommen,
kand. te Baarn.
Een afbeelding van het ontwerp, dat
architect Jacques van Velsen te Haar
lem gemaakt heeft voor de bouw van
een nieuwe r.k. meisjesschool voor
lager onderwijs aan de Beukenlaan te
De Zilk.
4?-
Te Haarlem is in de leeftijd van 82 jaar
overleden mr. dr. C. J. Koch, oud-voor
zitter van de Raad van Arbeid te Haarlem
en oud-kapitein der infanterie.
De thans overledene is in 1874 te Baarle-
Nassau geboren, bezocht de hbs te Alk
maar en Amsterdam en werd in 1893 op
de Militaire School te Haarlem opgeleid
tot officier. In 1896 werd de heer Koch
benoemd tot tweede luitenant der infan
terie. Hij doorliep de rangen van luitenant
en kapitein en was het laatste jaar van zijn
diensttijd werkzaam aan het ministerie
van oorlog (kabinet van de minister).
De heer Koch had in 1913 het staats
examen tot toelating aan een universiteit
afgelegd en begon in 1915 de studie in de
rechtswetenschappen. In 1919 promoveerde
hij tot doctor in de rechtswetenschap aan
de Universiteit te Groningen.
Mr. dr. Koch had de militaire dienst
verlaten en werd benoemd tot voorzitter
van de Raad van Arbeid te Roosendaal in
1919. In dit jaar werden in ons land de
raden van arbeid ingesteld. Tien jaar be
kleedde hij het voorzitterschap in Roosen
daal en in 1929 werd hij benoemd tot voor
zitter van de Raad van Arbeid te Haarlem.
Tot zijn zeventigste verjaardag (1944) was
hij voorzitter en nam daarna wegens het
bereiken van de pensioengerechtigde leef
tijd afscheid.
In 1944 liet mr. dr. Koch zich inschrijven
als advocaat bij de Haarlemse rechtbank.
Van de hand van de thans overledene
zijn in tijdschriften en bladen artikelen
verschenen over de sociale verzekering en
over algemene sociale onderwerpen.
De verdiensten zijn erkend door de be
noeming tot officier in de orde van Oranje-
Nassau.
De crematie is vanmiddag in alle stilte
te Westerveld geschied.