Busvervoer in Haarlem en omgeving nam toe Sociale en artistieke aspecten bij Haarlemse aankooppolitiek Belangrijke orders en bedrijvigheid in industriële bedrijven Raadslid G. Schilling nam afscheid van zijn werk Zondagrijverbod was gunstig voor Maarse en Kroon Nieuwjaarsrede van burgemeester mr. M.M. Kwint Hindoedanseres Saba had veel succes in Indonesië WOENSDAG 9 JANUARI 1957 HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT 6 Contraprestatieregelin g kunstenaars Kunstenaars-beroepsverenigingen binnenkort in kunstopdracht-commissie vertegenwoordigd oeScW*wn-" Burgerlijke Stand van Haarlem Filmprogramma voor rijpere schooljeugd Verbetering adres Mutaties bestuur „Huisvesting bejaarden" Gezellig Samenzijn gaat gouden jubileum vieren METAALINDUSTRIE IN HAARLEM GROTE NIEUWJAARS- BLOEMENSHOW VELSENS EERSTE RAAD IN 1957 Hernieuwde belangstelling in Engeland voor Disraeli Faillissementen Gast in Haarlem Bilderdijk-expositie Tijdens de behandeling van de hoofd stukken van de gemeentebegroting van Haarlem is de vraag gesteld of Burge meester en Wethouders de toepassing van de sociale bijstandsregeling voor beeldende kunstenaars bevredigend achtten. In de Memorie van Antwoord is hierop bevesti gend geantwoord, waarbij meegedeeld werd, dat er per 11 juni 1956 verbeterin gen in de bedoelde regeling zijn aange bracht. De bijstandsregeling, die ook wel wordt samengevat onder de naam contraprestatie regeling, is in 1949 door de overheid inge steld om beeldende kunstenaars, die tijde lijk in moeilijkheden zijn geraakt te steu nen door hen wekelijks een steunbedrag uit te keren, waardoor zij met hun gezin nen op bescheiden voet kunpen leven. Als tegenprestatie leveren de kunstenaars werken, die door de overheid (rijk en ge meente) worden aangekocht. Deze werk stukken moeten beoordeeld worden op hun artistieke waarde, teneinde het aankoop bedrag te kunnen vaststellen. Men kan gemakkelijk begrijpen, dat bij een dergelijke regeling veel, zo niet alles afhangt van de plaatselijke commissie sociale kunstopdrachten, vooral ten aan zien van het door deze commissie aan vaarde uitgangspunt. Artistiek en sociaal Dit uitgangspunt kan van tweeërlei aard zijn, althans de klemtoon kan bij de beoor delingen op twee aspecten komen te liggen. Men kan bij het beoordelen de nadruk leggen op het artistieke element, of op het sociale. Deze twee elementen vormen de basis van de gehele steunregeling voor kunstenaars. In bepaalde twijfelgevallen zou men zelfs de balans moeten kunnen doen overslaan naar het sociale vlak, om dat immers de regeling is ingesteld voor kunstenaars, die „tijdelijk in moeilijkheden verkeren". Men zal begrijpen, dat de toepassing van een regeling, die in theorie zo eenvoudig lijkt, in de praktijk op tal van moeilijk heden stuit. In de eerste plaats zijn er de artistieke kwaliteiten van de vervaardigde werkstukken. Een punt, waar eindeloze discussies over gevoerd kunnen worden en waarover twee commissies, van gelijke deskundigheid en integriteit, heel verschil lend kunnen oordelen. Verder speelt de leeftijd van de kunstenaar een rol. Een jonge kunstenaar, die blijkens zijn werk stukken geen, of onvoldoende talent heeft, kan gemakkelijker omgeschakeld worden dan een oudere, die al zovele jaren het ambacht van kunstschilder uitoefent. Zo'n man kan uiteraard moeilijk „omgebogen" worden naar een andere beroepsuitoefening en het is vooral voor deze categorie kun stenaars, dat de zogenaamde contrapresta tieregeling in het leven werd geroepen. Als men de regeling naar de geest van haar opzet wil toepassen zal men in der gelijke gevallen eventueel voor de kunst zinnige waarde van het werkstuk een oogje moeten dichtknijpen, om de nadruk te leg gen op het sociale aspect van het geval. En als in zo'n geval de kunstenaar geholpen kan worden, zonder dat hij in een andere regeling komt te vallen, dan zal men dit in vele gevallen zonder aarzeling moeten doen. Dit althans is de mening van de Neder landse Federatie van Beroepsverenigingen van Kunstenaars, die de zaken van vele kunstenaars op het stuk van bijstandsrege lingen behartigt en die daardoor tot een „vakvereniging voor kunstenaars" gewor den is. De contraprestatieregeling is in alle plaatsen in Nederland, waar kunstenaars leven, ingevoerd. Het rijk draagt voor 75 percent van de kosten bij, de rest wordt door de gemeenten gefinancierd. Bij de aankoop van kunstwerken geldt dezelfde verhouding: hiervan gaat ongeveer drie kwart naar het rijk, waartegenover één kwart door de gemeente wordt aangekocht. Geen museumkwaliteit Nu stelt de federatie zich op het stand punt, dat het te beoordelen werk niet van museumkwaliteit behoeft te zijn. Nodig is slechts dat de kunstenaars „behoorlijke" werkstukken inleveren. Op het stuk van deze kunstbeoordelingen hebben zich in het verleden, met name in Haarlem, wel eens moeilijkheden voorgedaan, die alle waren terug te voeren tot een te streng vasthouden aan de artistieke waarde van de door de kunstenaars aangeboden wer ken. Deze moeilijkheden werden, na wei gering van het bewuste kunstwerk, toege spitst doordat de kunstenaar zich op deze wijze van zijn steunbedrag zag beroofd. Vroeger was het namelijk zo, dat een kun stenaar, die om een of andere reden niet meer voor een sociale kunstopdracht in aanmerking kon komen, in de zogenaamde zelfstandigenregeling werd opgenomen. Zo kon het soms gebeuren, dat iemand, die bijvoorbeeld vroeger al was geaccepteerd voor het leveren van een kunstwerk, later tewerk werd gesteld omschuttingen te teren. Of iemand anders, die in zijn jon gere jaren de Prix de Rome had verworven en een koninklijke subsidie had genoten, bij de Dienst Uitvoering Werken werd te werkgesteld. Begin juni is de contraprestatieregeling echter aangevuld, zodat het tegenwoordig mogelijk is, dat een kunstenaar, die niet meer voor een sociale kunstopdracht in aanmerking komt, op grond van een arti kel van de Beeldende Kunstenaarsregeling een sociale by stand zal kunnen ontvangen. Mogelijkheid van beroep Overigens bestaat er voor de kunstenaar de mogelijkheid om van de beslissing van de plaatselijke commissie sociale kunst opdrachten in beroep te gaan bij de cen trale commissie van beroep te Den Haag, die als revisiecommissie de uitspraak van een plaatselijke commissie kan herroepen. In het algemeen is de grote moeilijkheid bij het beoordelen van de vervaardigde kunstwerken gelegen in het vellen van een artistiek oordeel in een sociaal geval. Met het oog hierop is bij de verandering van juni 1956 de mogelijkheid open gelaten om de plaatselijke adviescommissies uit te breiden met twee vertegenwoordigers van de beroepsorganisaties. Tot dusverre was de Haarlemse commissie voor sociale kunstopdrachten samengesteld uit twee kunstenaars, de heren prof. Otto de Kat en Mari Andriessen, de directeur van de ge meentelijke dienst van Sociale Zaken, de heer D. H. Suerink, de directeur van het Frans Halsmuseum de heer H. P. Baard en de adjunct-consulent voor Noordholland van het ministerie van Sociale Zaken, de heer H. L. C. Kruse. De federatie van Beroepsverenigingen van Kunstenaars heeft er by het gemeente bestuur op aangedrongen haar in staat te stellen kandidaten aan te wijzen voor de door de ryksregeling gewenste uitbreiding van de commissie. Naar wij vernemen ligt het in de bedoeling van B. en ,W. binnen kort de Nederlandse kring van Beeldhou wers en de Nederlandse Vereniging voor Kunstschilders, die beide zyn aangesloten by de Nederlandse federatie, te verzoeken kandidaten voor de twee aanvullende plaatsen in de commissie aan te wyzen. Als de commissie op deze wyze zal zyn aangevuld, wordt de mogelijkheid gescha pen in de toekomst een bcoordelingsbeleid te volgen, waarbij naast het artistieke, ook het sociale element naar voren komt. ADVERTENTIE n Moscatel. 8eïmporteerd door OUD-Haarlem fÜÉ" ONDERTROUWD 8 jan.: C. van Norde en A. Smit. GETROUWD 8 jan.: H. F. H. H. M. Ver beek en J. C. Tielens. BEVALLEN van een zoon, 7 jan.: M. J. van Weel—De Koninck; A. Wijker—Verbeek; 8 jan.: R. WeijlandVan Leen. BEVALLEN van een dochter, 5 jan.: A. J. van PaasschenSommer; S. M. Levarht— Klijn; 7 jan.: M. KruijerDriessen; W. A. BartelsVan Saase; 8 jan.: C. T. van Os Van Damme. OVERLEDEN 6 jan.: J. A. de Vries, 70 j., Riviervismarkt; H. J. Veen, 71 j., Gasthuis- vest; G. de Groot—Berghuis, 79 j., Gasthuis- vest; C. Eveleens—De Haas, 68 j., Stuyve- santstraat; C. CostersKerkhoff, 85 jaar Leidsevaart; 7 jan.: M. Timmer, 75 jaar, Generaal Cronjéstraat; J. Molenaar, 77 jaar, Waldeck Pyrmontstraat; G. Lijbers, 74 jaar, Gasthuisvest; J. J. Steenvoorden, 61 jaar, Kamperlaan; M. M. KlokKoelega, 92 jaar, Ripperdapark. De regelmatige stijging van het perso nenvervoer zette zich ook in 1956 voort. Tijdens de zeer strenge wintermaand Fe bruari vertoonde het vervoer een ver uit stekende top. Daartegenover waren de voor strandvervoer ongunstige weersom standigheden oorzaak van een minder ster ke spits in het zomervervoer, aldus ver meldt het jaarverslag van de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Haarlem en omstreken over het vervoer door de N.Z.H. Bij bijzondere gelegenheden (bloemen corso, warme zomerdagen) ontwikkelde het verkeer zich zo sterk, dat de wegen bij lange niet in staat waren het verkeer be hoorlijk te verwerken. Daardoor dreigde ook het openbare personenvervoer, dat re latief de meeste personen in de kortst mo gelijke tijd kan verzetten, lam gelegd te worden. Het lokale vervoer te Haarlem ontwik kelt zich goed. Ook hier dreigt het ver- keers- en parkeerprobleem het stadscen trum ontoegankelijk te maken. Wil men de stad de functie van verzorgingscentrum blijvend laten vervullen, dan zal men ri goureuze maatregelen niet kunnen ont gaan. In elk geval zullen de grote aantal len winkelende personen, waarvan de meesten per openbaar vervoermiddel ko men en gaan, in het centrum van de stad gebracht moeten worden. De voorbereidende maatregelen voor de vervanging van tram- door autobusexploi tatie op de interlokale lijnen, vonden ver dere voortgang. Gedurende 1956 bleven de tarieven nagenoeg ongewijzigd. De kosten stijgingen, met name de stijging van het loonniveau, zullen ongetwijfeld in 1957 tot tariefverhoging moeten leiden. De deelne ming aan rondritten door Kennemerland en door de bollenstreek (met bezoek aan de Keukenhof en de Linnaeushof) over trof die van 1955. De gecombineerde plaatsbewijzen van de Nederlandse Spoor wegen en de N.Z.H. voor de Kennemer- rondritten brachten veel reizigers uit alle delen van ons land naar Haarlem. Maarse en Kroon te Aalsmeer was over de resultaten van het afgelopen jaar nog tevreden zij het in afnemende mate; zij boekte in het afgelopen jaar een omzet stijging van ongeveer zes en half procent tegen een stijging der kosten met ongeveer negen procent. Ten aanzien van de toe komst is men niet al te optimistisch. Men verwacht een stijging van de personeels kosten met circa vier procent en een stij- De commissie „Filmische Vorming", sub commissie van de commissie ter bevorde ring van de culturele en esthetische vor ming van de rijpere schooljeugd te Haar lem, geeft van 22 januari af haar derde serie filmvoorstellingen in dit seizoen. Vertoond wordt de Engelse film „The man :'n the white suit" onder regie van Alexan der Mackendrick, die onder meer ook de films „Maggie" en „Whiskey galore" re gisseerde. Het voorprogramma bestaat uit een Amerikaanse tekenfilm „Gerald Mc. Boïng Boïng". De films zullen na schooltijd in enige bioscooptheaters te Haarlem en Heemstede vertoond worden. Het adres van de secretaris van de buurt vereniging „Overveen", de heer C. J. Reinal- da is Oranjelaan 4, telefoon 18085 en niet Oranje Nassaulaan 4, zoals wij maandag abusievelijk vermeldden. Tot respectievelijk secretaris en penning meester van de algemene stichting voor huisvesting van bejaarden te Haarlem, zijn benoemd de heren J. van Boekhoven en mr. D. de Boer. Zij komen in de plaats van de heren J. de Haan en J. de Braai, die hun functies ter beschikking hebben gesteld, na gedurende vijf jaar deel van het be stuur te hebben uitgemaakt. De heer De Haan blijft lid van het alge meen hoofdbestuur. De Haarlemse damclub „Gezellig Samen zijn" en de damclub „Zaandam" zullen dit jaar het feit herdenken dat zij vijftig jaar geleden zijn opgericht. Dit gouden jubileum laten deze Noordhollandse damclubs niet on opgemerkt voorbij gaan. Op Hemelvaartsdag zal in Bennebroek een massa-damdag worden gehouden, waar aan circa zeshonderd dammers zullen deel nemen.. Verder zullen de verenigingen ieder af zonderlijk zowel feestelijk als met een uitge breid wedstrijdprogramma het vijftigjarig bestaan vieren. Zo bestaan er plannen voor een kort meestertoernooi en wedstrijden voor oud-leden. Ook de dammers van de aangesloten clubs in Kennemerland worden in de wedstrijden van de Haarlemse dam club betrokken. ging van de kosten tengevolge van de ho gere motorrijtuigen belasting en de prijs van gasolie en benzine met nogmaals vier procent. Daar men voorts tengevolge van de beperking van de bestedingen een terug gang in de omzet vreest zal het komende jaar zware offers vragen; men streeft er echter naar de tarieven in ieder geval in het komende jaar nog niet te verhogen. Dat de benzine-schaarste uiteindelijk voor dit bedrijf nog een lichtzijde vertoont is ge legen in het feit, dat de laatste zondagen van het jaar 1956 ten opzichte van die van 1955 een belangrijke stijging van het ver voer te zien gaven zulks tengevolge van het zondagsrijverbod. Blijkens het jaarverslag over 1956 van de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Haarlem en omstreken kan, wat de algemene marktsituatie van de walsbedry- ven (ijzer en staal) betreft, worden opge merkt, dat de vraag naar deze produkten dringend blijft. De grondstoffenaanvoer veroorzaakte veel problemen, maar deze konden steeds worden ondervangen en heb ben niet tot beperking in de produktie ge leid, zodat de fabrieken gedurende het ge hele jaar op volle capaciteiten konden werken, voor zover de in verhouding tot de walserijen beperkte staalcapaciteit dit al thans toelaat. De omzetcijfers vertoonden ten opzichte van 1955 nog een geringe stij ging. Daartegenover staat, dat de marges tussen opbrengst-prijzen en kostprijzen zijn gedaald, met name door de sterk gestegen zeevrachten en de gestegen prijzen der grondstoffen. Ten aanzien van kooksovengassen wordt opgemerkt, dat het gehele jaar op volle capaciteit kon worden gewerkt. De invloed van de ingekrompen en nog steeds inkrim pende marge tussen opbrengsten en kosten doet zich wel in het bijzonder in dit bedrijf gelden. Bij de machinebouw heeft 1956 zich in het algemeen gekenmerkt door een vol ledige bezetting van het produktieappa- raat. Zowel in de afdeling machinefabriek als in de afdeling oppervlaktebehandeling werd de omzet belangrijk verhoogd. In 1956 werd in het district der Haarlemse kamer een vijzelgemaal afge leverd en in bedrijf gesteld met een capa citeit van tweehonderdvijftigduizend liter per minuut. Dit poldergemaal, het grootste vijzelgemaal ter wereld, wordt gebruikt voor de doeltreffende ontwatering van een polder van ongeveer achtduizend hectare in Overijsel. Voorts wordt meegedeeeld, dat het gedeelte van de omzet, dat naar omlig gende landen werd geëxporteerd, aanmer kelijk is. toegenomen. De gang van zaken bij de tak van bedrijf van landbouwmachines is in het afgelopen jaar bevredigend geweest. Ook in 1956 bleef de bezetting in de fa briek voor rijtuigen en spoorwagens op een zeer bevredigend peil gehandhaafd. Uiter aard waren de Nederlandse Spoorwegen de belangrijkste afnemers. Een serie van tweeënzeventig rijtuigen, behorende tot het zogenaamde „getrokken materieel" werd in het afgelopen jaar voltooid door het leveren van de laatste zestien stuks. De Indonesische spoorwegen droegen de bouw op van zeven rijtuigen, het Gemeentelijk Vervoerbedrijf te Amsterdam bestelde vijf entwintig rijtuigen van een geheel nieuw type. De resultaten in de vliegtuigfabricage zijn bevredigend; men hoopt voor 1957 de hui dige bezetting te kunnen handhaven. Bij verkoop van de produkten op de civiele markt komt het probleem der beschikbaar- ADVERTENTIE Hyacinten - Tulpen - Narcissen 812 januari 1957 Geopend van 922 uur NAAR OUD GEBRUIK heeft burgemees ter mr. M. M. Kwint van Velsen gister avond zijn nieuwsjaarsrede voor de raad gehouden, waarin hij het afgelopen jaar de revue liet passeren en het pas begonnen jaar aan een prognose onderwierp. Uiter aard kregen de internationale, nationale en plaatselijke problemen van het woelige jaar 1956 het volle pond in deze toespraak. Daarnaast verscheen een gedetailleerd jaarverslag over het gemeentelijk wel en wee in druk. Sprekende over de inter nationale toestand zei mr. Kwint: „De recente dramatische gebeurtenissen in ons werelddeel hebben het welmenende deel van de mensheid diep geschokt en met afgrijzen vervuld; onze gedachten ver wijlen op dit moment met deernis en met eerbied bij het zwaar beproefde Hongaarse volk, dat strijd en worstelt om zijn vrijheid tegen een niets ontziende agressor. Als lichtpunt in deze voor onze bescha ving beschamende situatie kwam naar voi-en de spontane hulp door vrijwel alle lagen van het Nederlandse volk geboden, welke ook in onze gemeente resulteerde in daadwerkelijke offers van de ingezetenen". Voor welke spontaneïteit de burgemeester alle lof liet horen. „Ook het optreden in het Midden-Oosten van een dictator in zakformaat van Hitle- riaanse allure en onbetrouwbaarheid liet niet na nadelig op onze economie in te werken", zo ging hij voort. Hoewel het jaar 1956 in vele opzichten een jaar van voorspoed is geweest, zijn er tekenen welke wijze op een zekere graad van overspanning van de conjunc tuur en de repercussies daarvan. Dat de moeilijke financiële situatie mede invloed zou hebben op de bouwprogram ma's van de overheidslichamen was te verwachten. Zij heeft de minister van Bin nenlandse Zaken reeds aanleiding gegeven de gemeentebesturen met aandrang te ver- zoeken, in afwachting van de x-esultaten van het ministerieel overleg, voorlopig geen nieuwe kapitaalswerken of -beste dingen aan te vangen als deze een vergro- ting van de kasgeldschuld boven een be drag 25 °/o van de gewone dienst der ge meentebegroting ten gevolge zouden hebben. Het aantal gereed gekomen Velsense woningen is in 1956, in vergelijkig met 1955, teruggelopen. Het bedraagt 515 wo ningen. Hierbij verdiende vermelding de inge bruikstelling van het gemeentelijk tehuis voor bejaarden, het W. F. Visserhuis, dat in een lang gevoelde behoefte voorziet. Bijna het dubbele aantal huizen Verheugend is het, dat op 31 decembei 1956 een aantal van 1049 woningen in uit voering was, hetgeen nagenoeg het dub bele bedraagt van het aantal in aanbouw zijnde woningen op dezelfde datum in 1955. De raadsagenda van gisteravond heeft niet veel stof tot discussie opgeleverd. De heer W i 1 j o u w (Arbeid) kreeg van wet houder Verbeek ten antwoord, dat de verplaatsing van een schoenwinkelier naar de Wijkerstraatweg als gevolg van de tunnelbouw- en uitbreidingsplannen de man moet van de Schulpweg verdwijnen op grond van het verzoek van deze winke lier zelf gebeuren zal. De heer Wil jouw was namelijk bang, dat er wat te veel schoenenzaken op een kluitje zouden ko men, maar de wethouder kon alleen zeg gen, dat er tegen de zin van de betrokkene zelf weinig in te brengen is bovendien is het geen nieuwe vestiging. Zwanenzang De heer G. Schilling heeft gisteravond afscheid genomen van het raadswerk, dat hij vele jaren als overtuigd communist heeft verzet met een woord vol wrangheid omtrent de omstandigheden, die tot zijn aftreden hebben geleid. „Dit wordt dan de finale", merkte de CPN-er op, „het raadslidmaatschap heb ik altijd beschouwd als een plicht en een taak. Misschien is dat niet goed geweest - ik heb het idee gekregen, dat de meeste raadsleden er niet zo over denken, de goe den niet tena gesproken". Het had hem pijn gedaan, naar hij zei, dat zijn goede bedoelingen met de bevol king altijd weer doorkruist werden, zodat zijn zenuwgestel er onder ging lijden en zijn huiselijk leven er de invloed van onderging. De scheidende, die in zijn brief aan het CPN-bestuur als reden van zijn aftreden ziekte opgaf, memoreerde de diverse malen, dat hij in de bres sprong voor wat hij als onrechtvaardig of onjuist beschouwde en greep daarna terug op de Hongaarse kwestie, die hem diverse tele foontjes heeft opgeleverd van gelijke strek- king: een advies om nu maar te bedanken als CPN-er. Hij hoopte, dat zijn opvolger de lijn zou weten door te trekken en daarbij, dat de andere fracties zouden in zien hoe ondemocratisch zij gehandeld hebben met het weren der communisten uit de raadsfracties. Hij gaf zijn persoon lijke visie op het communisme, dat naar zijn zeggen de liefde tot de evennaaste als basis kent. Burgemeester Kwint wenste de heer Schilling mede namens de raad het beste toe. stelling van kredieten voor de nafinancie- ring echter steeds duidelijker naar voren. In de tak van bedrijf voor de scheeps bouw was men gedurende 1956 voldoende van orders voorzien, zowel wat betreft de nieuwbouw als reparatiewerkzaamheden. Hoewel het verkrijgen van materialen geen moeilijkheden opleverde moest wel aan dacht worden besteed aan tijdig binnen krijgen van de leveranties. Het afgelopen jaar is voor de plaatwelle- rij een zeer bedrijvig jaar geweest. Belang rijke orders werden verwerkt. In het sme- derybedrijf was men goed van orders voor zien; de metaalvoorziening liet echter te wensen over, hetgeen niet wegneemt, dat men over de resultaten tevreden is. In het centrale-verwarmingsbedrijf was het in 1956 minder de kunst om lonende orders te krijgen, want werk was er in overvloed, dan wel om deze orders te kunnen uitvoe ren wegens het personeelstekort. Nadat de periode tot eind oktober in het automobiel en garagebedrijf een gunstig beeld te zien gaf wegens de toenemende verkoop van automobielen, trad aan het einde van het jaar een kentering in, die een gevolg was van de maatregelen die moesten worden genomen door de politieke ontwikkeling in het Midden-Oosten, zoals het zondagsrij verbod en de benzinebeperking. ADVERTENTIE WEEKABONNEMENTEN dienen uiterlijk op Woensdag te worden betaald, daar de bezorgers op Donder dag moeten afrekenen. DE ADMINISTRATIE Lezing van prof. E. J. Patterson voor „NederlandEngeland" Er is in het Engeland van vandaag een stroming, vooral onder de jongeren, die hernieuwde belangstelling heeft voor de fi guur van Benjamin Disraeli als denker en filosoof, omdat zij meent, dat veel van. het geen Disraeli gezegd en geschreven heeft voor de toekomst van belang kan zijn. Disraeli zal niet bekend blijven als de mam die de Suezkanaal-aandelen voor En geland verwierf, maar als degene, die in de eeuw van de industriële revolutie de sociale ellende zag en aanviel in zijn ro mans en redevoeringen. Disraeli was een traditionalist, géén reactionair. Dit waren de conclusies, waartoe prof. E. J. Patterson, oud-docent aan het politie ke college Ashridge bij Londen en oud-lid van de Saarcommissie, kwam na een lezing, over „Disraeli en Dickens als criti ci", die hij dinsdagavond voor de leden van het Genootschap Nederland-Engeland in restaurant Brinkman op het Houtplein te Haarlem hield. Hij begon met zijn toehoorders in het kort het Engeland van. Disraeli en Dickens te schetsen: het Engeland in de eeuw van het „laissez faire", dat rijkdom bracht aan sommigen en ellende aan velen. Dickens wist uit eigen ervaring, dat vele dingen in dat Engeland verkeerd waren, en hij be schreef 8e wantoestanden in zijn romans, waarin de karakters als in sprookjes scherp zwart of wit werden afgetekend. „Niemand heeft echter scherper de so ciale wantoestanden tengevolge van de in dustriële revolutie aangevallen, dan juist Disraeli in zijn romans. Disraeli, de man, die zich eens afgevraagd heeft, wat de ba sis van iedere politiek anders zou moeten zijn, dan de welvaart van het gehele volk". Disraeli keerde zich in deze tegen de theorieën van Cobden, die van Engeland de fabriek van Europa wilde maken. De staatsman begreep, dat tengevolge van zulk een politiek Engeland van het schouw toneel zou verdwijnen. Disraeli noemde zijn roman „Sybil" een roman van twee naties: waarmee hij de rijken en de armén. aanduidde. Als Jood was Disraeli van huis uit een traditionalist: daarom keek hij vaak naar het verleden, ofschoon hij dit verleden niet wilde doen herleven. De misstanden waren volgens Disraeli niet het gevolg van het feodale systeem, maar waren veroorzaakt door het barbarisme van de eeuw. Het privé eigen dom hield verplichtingen in, die door de bezitters niet in acht genomen werden. Niettemin zou het eigendom moéten blij ven bestaan, als onafscheidelijk ingrediënt van. de democratie. Prof. Patterson besloot zijn lezing met het voorlezen van enige passages uit Dis raeli's „Sybil" en uit zijn redevoeringen. De rechtbank te Haarlem heeft op dinsdag 8 januari in staat van faillissement verklaard: C. J. de Heer, fabrieksarbeider te Zaan dam, Eschdoornlaan 76. Rechter-Commis- saris: mr. N. Reeling Brouwer. Curator: mr. mevrouw H. S. J. M. Felhoen KraalOtto, Wormerveer. R. van der Meulen, handelende onder de naam „Muziekhandel Musica", te IJmuiden, Trompstraat 1618. Rechter-Commissaris: mr. N. Reeling Brouwer. Curator: mr. F. M. Oberman te Haarlem. Wegens het verbindend worden van de enige uitdelingslijst is op 30 december 1956 geëindigd het faillissement van K. Schuster, te Haarlem, laatstelijk aan de Leidsevaart 366, enig beherend vennoot van de comman ditaire vennootschap onder firma K. A. S. Im- en Exportbureau voor de Meubelhan- del te Haarlem. Rechter-Commissaris: mr. J. P. Petersen. Curator: mr. F. M. Oberman te Haarlem. Wegens het verbindend worden van de enige uitdelingslijst is op 26 december 1956, geëindigd het faillissement van Th. J. Jor dan te Haarlem, Middentuindorplaan 19, al daar handeldrijvende o/f Jorha. Rechter- Commissaris: mr. J. P. Petersen. Curator: mr. S. Groen te Haarlem. Wegens het verbindend worden van de enige uitdelingslijst is op 29 december 1956 geëindigd het faillissement van P. P. Heij, winkelier in elektrische en huishoudelijke artikelen, wonende te Zaandam. Abeelstr. 26. Rechter-Commissaris: mr. N. Reeling Brou wer. Curator: mr. K^. H. C. Aids te Haarlem. Bij beschikking van de Rechtbank te Haarlem van 7 januari 1957 is in het fail lissement van De Commanditaire Vennoot schap G.M. Meubelfabrieken, te Haarlem, Herensingel 167169171 en haar beherend vennoot M. J. Metselaar, te Haarlem Heren singel 171 rood, in de plaats van mr. K. Hu- genholtz, tot curator benoemd mr. C. Blan kevoort te Haarlem. Bij beschikking van de rechtbank te Haar lem van 24 december 1956 is aan Pieter Drij ver, koopman, te IJmuiden, Huygensstr. 30, voorlopig surséance van betaling verleend, met benoeming van mr. J. W. Rutgers te Haarlem, Nieuwe Gracht 51, tot bewind voerder. Het verhoor van de schuldeisers is bepaald op maandag 4 maart 1957 des na middags te 2 uur. Op of omstreeks 10 januari vertrekt de (Nederlandse) Hindoedanseres Saba voor drie maanden naar Singapore om contrac tuele vex-plichtingen na te komen, maar na haar terugkeer zal zij zich blijvend in haar vaderland vestigen. Dit vertelde zij ons in hotel Lion d'Or te Haarlem, waar zij kort voor Kerstmis haar intrek nam, toen het zoeken van kamers na haar terugkeer uit Indonesië op de ene teleurstelling na de andere uitliep. Over haar verblijf van meer dan zes jaar in Indonesië is zij bijzonder geestdriftig. Zij zou er waar schijnlijk nog langer gebleven zijn, als de gezondheidstoestand van haar moeder niet tot een terugkeer naar Nedex'land had genoopt. Door de gebeurtenissen rond het Suezkanaal is de overtocht met de „Tara- kan" een bewogen reis geworden, die op een paar dagen na drie maanden geduurd heeft. In die gedwongen rustperiode aan boord het schip voer eerst om de Kaap en toen om lading te bezorgen door de Middellandse Zee is haar moeder geheel hersteld. Velen zullen zich Saba herinneren van haar optreden in Nederland, ook in de Haarlemse Schouwburg, kort na de tweede wereldoorlog. In die tijd heeft zij ook voor de experimentele televisie en in de grote Belgische stedeix gewerkt. Mede dank zij een enthousiaste bespreking van haar danskunst door de toen als criticus fungerende mr. Cola Debrot, thans direc teur van het kantoor van de gevolmach tigde minister van de Antillen, werd zij voor een tournee door de West en Vene zuela aangezocht, waaraan zij „dat ik die luidruchtige drinkebroers van de olie winning heb weten te boeien betekende een onvergetelijke ervaring" dankbare her- innex-ingen bewaart. Het leven in de tro pen beviel haar zo goed, dat het verlangen naar haar tweede vaderland haar dusdanig te pakken kreeg, dat zij kort daarop koers zette naar Indonesië, waar zij geheel op eigen risico haar carrière voortzette en haar eigen impressario werd. Al na enkele weken maakte zij een tournee voor de B.P.M. en de kunstkringen, ook tal van „De witte pauw" - de nieuwste danscreatie van Saba. voorstellingen gevend in schouwburgen en andere zalen, voornamelijk op Java en Sumatra, maar ook op Bali. In Indonesië heeft zij hoewel Neder landse zijnde naar haar eigen woorden „nooit iets onaardigs" ondervonden. Ten bewijze van de alom haar deel geworden waardering toont zij haar plakboek vol lovende besprekingen, de meeste in de „bahasa Indonesia" en enkele in het Chi nees, maar toch voldoende in de Neder landse taal. „Als Saba danst is het pubiek vastgèspijkerd aan de stoelen" schreef een verslaggever in Makassar bij voox-beeld. Met de meeste trots vervult haar een aan een dagblad ingezonden brief van een als dansleraar werkzame broer van de sultan van Djokja, waarin deze zijn bewondering voor haar kunnen uitspreekt. Het is een merkwaardig stuk proza, althans voor zo ver daaruit blijkt voor hoevele vaktermen uit de kunstbeschouwing de „bahasa" nog geen equivalenten heeft: tussen de voor ons vreemde woorden springen termen als „simbolisch gestijleerd" en „plastisch-ex- pressif' naar voren. Als „arek Surabaya" (kind van Soerabaja, in welke stad zij geboren werd en waar zij van Raden Mas Kodrat haar eerste lessen kreeg) werd zij overal met tegemoetkomendheid ontvan gen. Het publiek bleek haar Indiase dans kunst (zij was een leerlinge van Siu Pal op Ceylon) goed aan te voelen. Ook bij het Nederlandse deel van de be volking was zij bemind. Na een voorstel ling in het Gedung Kesenian (Gebouw voor schone kunsten, vroeger Stadsschouw burg) te Djakarta kreeg zij bloemstukken van de Hoge Commissaris en van mevrouw Hatta aangeboden. In een x-ecensie werd zij met niemand minder dan de wereldver maarde Menaka vergeleken. Ook aan vele liefdadigheidsvoox'stellingen heeft zij mee gewerkt, voor het Rampenfonds en voor het Rode Kruis met name. Na een door haar in Palembang gegeven avond kan van de opbrengst (vijfenzeventigduizend roe- Piah) een auto voor laatstgenoemde instel ling worden aangeschaft. Hoe populair zij in Indonesië was, wordt misschien het beste bewezen door een prijsvraag in de Preangerbode, waar men haar identiteit moest raden bij een getekend portret in een puzzel, waarin verder beantwoord dxende te worden wie Rembrandt, Frans Hals en Florence Nightingale waren. Na haar terugkeer uit Singapore gaat Saba in Nederland en andere Westeuro- pese landen optreden. Dan zal men ook haar nieuwste creatie „De witte pauw" kunnen zien. Zaterdag 12 januari zal in het museum „Het Huis van Looy" de in december we gens ruimtegebrek uitgestelde tentoon stelling ter gelegenheid van de herdenking van Willem Bilderdijk worden geopend. Zoals wij reeds uitvoerig berichtten omvat deze expositie onder meer handschriften, boeken, portretten en curiosa uit de nala tenschap van Bilderdijk. De officiële ope ning zal 's avonds om half acht worden verricht door dr. J. Meijer, die een disser tatie over de letterkundige schreef, met een rede getiteld „Heer van Teisterbant zonder toga". De expositie zal tot en met 30 januari voor het publiek zijn openge steld. Hierbij zij nog vermeld, dat scholie ren onder geleide vrije toegang hebben, meren.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1957 | | pagina 10