ESDOORN SLAAPKAMER 570.- Uitslag Estafette-puzzelwedstrijd De bevestiging van een talent A u\ De negen Muzen j Een bundel meesterlijke verhalen van de schrijfster Maria Dermoüt Litteraire Kanttekeningen De allereerste domme August Tentoonstellingen in Stedelijk Museum te Amsterdam 5 Puzzel no 1 Puzzel no 2 Puzzel no 5 Puzzel no 6 Puzzel no 3 Puzzel no 4 Violist Spiwakofski wordt in Londen vastgehouden Puzzel no 7 Puzzel no 8 ABCLEFGH Puzzel no 9 Puzzel no 10 De winnaars Beleidstaken P.B.O. en Bezitsvorming Comp ensatie voor trekkers van ongevallenrente Examens Heringa Wuthrich ZATERDAG 2 6 JANUARI 1957 Hier is dan eindelijk de uitslag van onxe ESTAFETTE PUZZEL WEDSTRIJD. Het grote aantal oplossingen niet allemaal feil loos heeft de aanwijzing van de gelukkige prijswinnaars enigszins vertraagd. Men vindt hierbij de oplossingen van de tien puzzels, die sommigen misschien zullen verrassen, aange zien er „voetangels en klemmen" in waren aangebracht, waar men gemakkelijk overheen bleek te lezen. De puzzel nummer 1, waarbij de verjaardag van meneer Jan sen in het geding was, is door de meerderheid der oplossers goed berekend. Degenen die meneer Jansen op andere da gen van de week jarig lieten zijn, hebben wellicht een andere meneer Jansen op het oog gehad want er zijn er vele. De inzenders die ons mededeelden: „Meneer Jansen valt op een De grootste moeilijkheid van deze opgave was, de bruikbare gegevens voor het vin den van de oplossing in het nonsensver- haal te ontdekken. Want vrijwel alles wat over Jansen verteld werd deed niet in het minst ter zake voor het antwoord op de vraag, op wat voor een dag de komende verjaardag van de goede man zou vallen. Er staan echter twee gegevens in het verhaal, die gebruikt kunnen en moeten worden. In de eerste plaats wordt gezegd, dat hij in een bepaald jaar zo oud werd, dat het kwadraat van zijn leeftijd juist dat jaartal was. Dat jaar moet 1936 zijn geweest, het kwadraat van 44. Want het voorgaande kwadraatjaar was 1849, name lijk het kwadraat van 43. Zou hij in 1849 43 jaar oud zijn geworden, dan zou hij nu 150 jaar zijn, en dat is nu eenmaal onmoge lijk. Het na 1936 volgende kwadraat jaar is 2025, het kwadraat van 45, en dit jaar kan ook niet bedoeld zijn omdat het nog in de toekomst ligt en in dat geval de heer Jansen zelf nog niet geboren zou zijn. Vast staat dus, dat de heer Jansen in 1936 44 jaar oud werd. Dat betekent, dat hij in 1892 werd geboren. Voorts staat in het verhaal, dat Jansen op „maandag de tweede" geboren werd In 1892 kwam er slechts één „maandag de tweede" voor namelijk maandag 2 mei. Waaruit volgt dat Jansen op 2 mei 1892 geboren werd, dus op 2 mei a.s. voor het eerst weer jarig is. Die datum 2 mei 1957 valt op een DONDERDAG, waarmede de puzzel is opgelost. De wegen die door de bu;. 'iensten ge volgd moeten worden zijn in de bijgaande tekening met dikke zwarte lijnen aangege ven, de niet door de diensten bereden stra ten in dunne streeplijntjes. donderdag" hebben wij ook voor de prijzen laten mededin gen, ofschoon niet meneer Jansen zelf maar zijn verjaardag aan de valpartij onderhevig was. Degenen die Koning Willem i reeds bij zijn landing als Prins van Oranje in Schevenin- gen, in 1813, met de koningstitel uitrustten, hebben wij helaas moeten afwijzen. Ook de Koninginneschaakpuzzei heeft velen doen struikelen. Dat waren dan voornamelijk degenen, die geen rekening hielden met het feit dat de diagonaaldoorsnede van een schaakhokje langer is dan de loodrechte. Hieronder volgen de gedetailleerde oplossingen van alle puzzels afzonderlijk. Wij wijzen er met nadruk op dat over de uitslag van deze wedstrijd geen correspondentie kan worden gevoerd. Horizontaal: Verticaal: 1. 1821 1. 1815 4. 1648 2. 2151 5. 1956 3. 1665 6. 1261 7. 2568 9. 1519 8. 1890 13. 1619 10. 1945 15 1914 11. 1585 17. 1870 12. 1147 18. 1814 13. 1189 20. 1588 14. 1795 21. 2547 16. 1149 22. 1911 18. 1291 26. 1871 19. 1417 27. 1848 23. 1171 28. 1579 24. 1894 29. 1492 25. 1812 De juiste oplossing van deze ongetwij feld moeilijkste puzzel van de serie is zo als bij de opgave vermeld het vlotst door logisch redeneren te vinden. Men moet zich daartoe allereerst reali seren, waar het eigenlijk om gaat. Daarvoor nemen we een paar voorbeel den. Nemen wij bijvoorbeeld een getal ABC waarvan wij veronderstellen dat het aan de gegeven voorwaarden voldoet, dat wil zeggen dat ABC 2x BCA. Die ver gelijking gaan we uitwerken als volgt: 100 A 10 B C 2 x (100 B 10 C A) of, verder vereenvoudigd: 98 A 190 B 19 C of 98 A 19 x (10 B C) of 98 A 19 maal het getal BC. Ditzelfde doen we met 't getal ABCDE waarvan we veronderstellen dat het aan de voorwaarden voldoet, zodat ABCDE 2 x BCDEA. Werken we die vergelijking op soortgelijke wijze uit, dan komen we tot het resultaat 9998 A 19 maal het getal BCDE. Bij een dergelijke uitwerking van de vergelijking ABCDEFG 2x BCDEFGA Horizontaal: 1. obstakel, 5. wak, 6. taal, 8. gom, 10. ar, 11. talent, 13. emelt, 16. inrit, 18. kassa, 21. massa, 22. Drente, 24. e.a., 25. nok, 27. bord, 28. vos, 29. politoer. Verticaal: 1. ook, 2. Satan, 3. kelder, 4. log, 5. waterman, 7. Artis, 9 matineus, 12. laks, 14 mi, 15. eten, 17. nader, 19. as, 20 sambal, 23. radio, 26. kip, 28. ver. Van boven naar beneden moesten door invullen van symmetrische lettergroepen de volgende woorden geconstrueerd: vervreemd - gepeperd - schiereiland - remmen - banaal - liniaal - bagage - mededeling - regent - banaan - ballast - portret - minimum - olieleiding - passage. In de dubbelomlijnde verticale kolom ontstond dan de naam: VERENIGDE NATIES ADVERTENTIE WI3 ETALEREN 3 DEURS KAST 2 PERS LEDIKANT 2 NACHTKASTJES TAFEL 2 STOELEN KRUISSTRAAT 11 HAARLEM TELEFOON 11491 Geen werkvergunning LONDEN (U.P.). De bekende violist van Russische origine Tossy Spiwakofski, die vrijdag per vliegtuig uit New York in Londen aankwam, is op het immigratie bureau vastgehouden, omdat hij geen werkvergunning heeft. De ambtenaren Van de immigratiedienst wilden hem eerst niet in het land toelaten, maar toonden zich twee uren later inschikkelijker, nadat zij zijn paspoort in beslag hadden ge nomen. Een van hen heeft gezegd, dat het aan hem zou worden teruggegeven, zodra bij een werkvergunning over zal leggen. Spiwakofski zal drie concerten in Londen geven, voordat hij half februari naar Ne derland komt. krijgen we tot uiteindelijke vergelijking 99998 A 19 maal het getal BCDEFG. Bezien we deze vergelijkingen (en in deze vorm moet de oplossing van de op gave in een vergelijking zijn weer te ge ven) dan is het duidelijk (en verklaarbaar) dat in de vergelijking die de gezochte op lossing uitbeeldt steeds een van de leden een getal van louter negens met uitzonde ring van de acht als eenhedencijfer maal A, dus het linker cijfer van het gezochte getal is, en het andere lid 19 maal het ge zochte getal met weglating van het linker cijfer A. Het rechter deel van de vergelijking is dus steeds deelbaar door 19, en het linker deel moet dit dus ook zijn. Aangezien dit linker deel uit dat getal 99998 en de factor A bestaat, moet 99998 deelbaar zijn door 19, want A is een cijfer, dus een getal van slechts één cijfer en dus niet deelbaar door 19. Het gaat er dus om, het kleinste getal van de vorm 99998 te vinden dat deel baar is door 19, waartoe we eenvoudigweg 999999etc. gaan delen door 19 tot we een 8 moeten aanhalen in plaats van een 9 om de deling op te doen gaan. Dat blijkt het getal 99.999.999.999.999.998 te zijn, en deling van dit getal door 19 levert het ge zochte getal op, behoudens het cijfer A dat er links nog voor geplaatst wordt. Die de ling levert het getal 05263157894736842 op. en het kleinste gezochte getal is uiteraard dat waarbij A 1 dus dit gezochte getal is 105263157894736842. De proef op de som levert het bewijs, dat dit getal de helft van de oorspronkelijke waarde krijgt wanneer men het linker cijfer 1 naar rechts ver plaatst, immers: 105263157894736842 2 x (0)52631578947368421 De volgende woorden moesten in de dik- omlijnde vakken worden ingevuld: A. ge nezen B. vogel, C. alt, D. dek, E. verzet, F. kanaalzone, G. horden, H. when, I. pul len, J. zeef, K. dolfijn, L. meteoor, M. Niger, N. leren. Bij invulling van deze woorden volgens de cijfers ontstond in de gehele figuur de bijbeltekst (Jesaja 2 vers 4): GEEN VOLK ZAL TEGEN EEN AN DER VOLK HET ZWAARD OPHEFFEN EN ZIJ ZULLEN DEN OORLOG NIET MEER LEREN". De langste weg, die de koningin op het schaakbord van de aangegeven plaats uit in vijf zetten kan afleggen, is de volgende: Dl-Hl, H1-A8, A8-H8, H8-H2, H2-C7. Deze weg is vanuit het dikomlijnde beginvakje op de bovenste van de twee tekeningen met een dikke zwarte lijn aangegeven. De onderste tekening brengt in een ge stippelde lijn een iets kortere weg in beeld. Het merkwaardige feit doet zich voor, dat die tweede iets kortere weg (Dl-Hl. H1-H8, H8-A1, A1-A8, A8-G8) door twee vakjes meer loopt dan de langste weg, namelijk door (met begin- en eindpunt meegerekend) 32 vakjes, terwijl de langste weg slechts door 30 vakjes loopt. Niettemin is de met een dikke strakke lijn aangegeven weg door 30 vakjes het langst, doordat deze aanzienlijk meer vakjes diagonaalsgewijs doorloopt, en de diagonaal van een vakje is nu eenmaal langer dan de zijde van zo'n vierkantje. Het verschil is echter niet groot. Nemen wij een schaakbord met vakken, 1 *1 die 1 bij 1 centimeter groot zijn, dan is de aangegeven langste weg in vier decimalen nauwkeurig berekend 33,9704 cm lang en de in stippellijn aangegeven weg door meer vakjes slechts 33,8994 cm. U ziet het, veel scheelt het niet, maar de eerstgenoemde weg IS beslist langer. Horizontaal: Verticaal: 1. lam 1. laars 3. vloed 2. manie 6. Ahoij 3. voorteken 7. onder 4. lijn 9. rei 5. dor 11. spektakel 8. ever 14. ore 10. epos 15. asbak 12. koper 17. rede 13. lente 18. Ellen 15. ave 19. roe 16. are Foto onderschrift 5 6 9 8 1 2 12 4 3 11 10 7 VIJFTIG GULDEN: familie Möckel, Jacob Catslaan 26, Driehuis-Velsen. VIJFENTWINTIG GULDEN: M H. Schreu- der, Van Hogendorpstraat 15, Haarlem. J. H. Geerlink, Rustenburgerweg 14, Bloe men daal. TIEN GULDEN: Dr. H. Bruch, Narcissen- laan, 14, Heemstede. H. W. Casteren van Cattenburch, Middenlaan 56, Haarlem. J. E. van Epen, Aelbertsbergstraat 56, Haarlem. A. Kraaijenzank, Vogelenzang- seweg 106, Vogelenzang. W. G. Schuiten maker, Antillenstraat 16, Santpoort. Een troostprijs van vyf gulden ontvingen: D. Baas, Brakenburghstraat 26 r, Haar lem. J. de Groot, Ripperdapark 18, Haar lem, C. v. Huyzen, Bleekenbergplein 15, Haarlem. R. H. Levi, Zonnebloemlaan 22, Aerdenhout. J. W. de Munck, Kinder- huisvest 7, Haarlem. K. H. v. d. Reyden, Raaks 14, Haarlem. H. v. d. Veen, Jan Kostelijklaan 5, Velsen. A. Vis, Accacla- straat 31, Haarlem. P. van Wijngaarden, Verspronckweg 147, Haarlem. De minister v.an Binnenlandse Zaken, Bezitsvorming en Publiekrechtelijke Be drijfsorganisatie heeft de Tweede Kamer in een nota een overzicht gegeven van de wijze, waarop hij de toevoeging aan het departement van Binnenlandse Zaken van de beleidstaken ten aanzien van de bezits vorming en P.B.O heeft uitgevoerd. De behartiging van de bezitsvorming en P.B.O. wordt in drie afdelingen gesplitst. In de eerste afdeling zullen zowel de aangelegen heden betreffende de bezitsvorming wor den behandeld. De tweede afdeling zal zich met P.B.O.- aangelegenheden bezighouden. De derde af deling zal zich bezighouden met die taken, die niet door de andere afdelingen, noch door de hulpdiensten van het ministerie van Binnenlandse Zaken kunnen worden vervuld. Het zwaartepunt van deze afde ling zal voornamelijk gelegen zijn in het verrichten van activiteiten, die ertoe kun nen bijdragen, dat vele misverstanden, die er ten aanzien van bezitsvorming en P.B.O. in brede kring van het maatschappelijk leven nog bestaan, worden weggenomen en dat een gunstig klimaat voor de bezits vorming en de publiekrechtelijke bedrijfs -"•ganisatie kan worden bevorderd. Voor de uitvoering van de door de drie if delingen te verrichten werkzaamheden worden 20 ambtenaren nodig geacht. Van het ministerie van Economischp Zaken zijn voor de afdeling bezitsvorming en economische aangelegenheden 4 ambte naren overgenomen en voor de afdeling publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie 2 ambtenaren. De totale kosten van de drie afdelingen zullen f 346.100 bedragen. Flentrop-orgel. Dezer dagen is een demonstratie-orgel van Flentrop Zaandam verzonden naar het conservatorium voor muziek in Montevello in de Verenigde Sta ten, verbonden aan het Alabama State College. Het orgel is speciaal bedoeld om de studenten van het conservatorium op de hoogte te brengen van de constructie van een mechanisch sleepladen orgel. Hiertoe zijn verschillende onderdelen van de hou ten orgelkast vervangen door glazen pla ten. Reeds eerder zijn dergelijke orgels verzonden aan het conservatorium van het Oberlin College. Winifred Ferrier. Mejuffrouw Winifred Ferrier zal de komende twee weken in Ne derland een achttal lezingen houden over haar zuster, de in 1953 overleden altzange res Kathleen Ferrier. Miss Ferrier spreekt op 28 januari in Rotterdam, op 29 januari in Haarlem, op 30 januari in Alkmaar, op 1 februari in Groningen, op 4 februari in Don Helder, op 5 februari in Utrecht, op 6 februari in Enschedé en op 7 februari in Tilburg. De lezingen staan onder auspiciën van het genootschap Ned-erland-Engeland. Charlotte Kohier. Charlotte Kohier zal voor het volgend seizoen in studie nemen „Yvette" van Kuy de Maupassant, in de vertaling van Adriaan Morriën. Zij hoopt daarmee haar zilveren jubileum als voor drachtkunstenares te vieren en een tournee hiermede door nederland te maken. „De Dyk". Het Residentie-orkest zal woensdagavond 30 januari in het Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen als onder deel van het zevende concert in de serie a onder leiding van Willem van Otterloo een uitvoering geven van „De Dijk" van Bertus van Lier, met declamatie van de acteur Ton Lutz. Deze uitvoering wordt nog gegeven ter gelegenheid van de vijf tigste verjaardag van de componist op 10 september van het vorige jaar. Armando. In de Galerie Le Canard in Amsterdam opent de heer Jan G. Elburg vanmiddag om vier uur een expositie van schilderijen van de experimentele schil der-dichter Armando. De heer Walter Kous draagt hierna voor uit poëzie van Armando. Er worden tevens grammofoon platen ten gehore gebracht met muziek van Stan Kenton, onder meer „This mo dern world" van Bob Graettinger. De ex positie is van 11 tot 18 uur dagelijks te be zichtigen tot 23 februari. Expositie. In het stedelijk museum de Lakenhal in Leiden wordt van 1 februari tot 4 maart een expositie gehouden van schilderijen van Kees Bol. De expositie wordt 's avonds om acht uur door de bur gemeester van Leiden, jhr. mr. F. H. van Kinschot geopend, nadat de tekenaar Paul Citroen een inleiding tot het werk heeft gehouden. PRINSES WILIIELMINA BEZOCHT EXPOSITIE IN DEN HAAG Prinses Wilhelmina heeft vrijdagochtend in het „Panorama Mesdag" in Den Haag een tentoonstelling van de schilder en gra- ficus Henri Kley bezocht. Bij dc Tweede Kamer is ingediend een wetsontwerp dat beoogt compensatie te geven voor de premie voor de algemene ouderdomswet aan ongevallenrentetrek kers. De staatssecretaris van Sociale Zaken en de minister van Financiën achten het re delijk, de aan deze rentetrekkers te ver lenen compensatie op hetzelfde percentage vast te stellen' als dat van de aan de loon- trekkenden verleende looncompensatie. Bij de in de afgelopen jaren getroffen wettelijke maatregelen ter aanpassing van de ongevalsuitkeringen van ae loonstij gingen zijn, voor wat betreft de renten krachtens de Ongevallenwet 1921, de Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 en de Zeeongevallenwet 1919, slechts toesla gen verleend, indien deze renten waren berekend naar een arbeidsongeschiktheid van meer dan 25 percent. Nu echter alle ongevallenrentetrekkers aan de premie heffing ingevolge de algemene ouderdoms wet onderworpen zijn en hiermede een feitelijke verlaging van hun ongevallen rente gepaard zou gaan, lijkt het de staats secretaris redelijk thans aan alle onge vallenrentetrekkers de voorgestelde com pensatie te verlenen. Ten aanzien van de uit het voorstel voortvloeiende kosten, welke voor 1957 op f 7.2 miljoen zijn geraamd, wordt voorge steld deze voor rekening van het ryk te brengen. Echter zal de regering over het gehele complex van thans binnen het ka der van de sociale verzekering ten laste van het ryk komende uitkeringen binnen kort met de Stichting van de Arbeid over leg plegen. Niet alleen op de ongevalsuitkeringen, maar ook op de naast die renten verleen de wettelijke bijslagen zal de compen serende verhogingsbijslag moeten worden verleend. Daar wezenrenten als inkomen in aan merking worden genomen van degenen, die het wettelijk vruchtgenot van deze renten hebben en dus onderworpen zijn aan de premieheffing ingevolge de alge mene ouderdomswet, wordt het redelijk geacht ook ten aanzien van de wezenren ten de compenserende bijslag te verlenen. DELFT: Elektrotechnisch ingenieur: D. B. Bus, Heemsedte. LEIDEN: Gepromoveerd tot doctor in de rechtsgeleerdheid op proefschrift getiteld „Moord en strafbare manslag in die Suid- Afrikaanse strafreg", de heer S. Postma, ge boren te Lydenrurg (Z.-A.l, thans wonende te Leiden. DRIE BOEKEN ZIJN voldoende geweest om Maria Dermoüt een plaats te ver zekeren onder de eersten onzer letteren. Eigenlijk was één, haar eersteling, „Nog pas gisteren" dat al. Het is een zeldzaam verschijnsel, dat pas op een latere leeftijd, als de zestig al overschreden is, een sluimerend talent zich zo rijk en gaaf ontplooit. Fontane behoorde tot die verrassende uitzonderingen - Fontane, die de „oude Fontane" moest worden om zijn wonderbaarlijke „Irnmgen, Wirrungen" te schrijven. Voordien zei hij „druppelde het maar zo'n beetje". Het talent van Maria Dermoüt - en wat voor een talent! - had nog niet eens „gedruppeld" voor zij zich aan het schrijven zette van haar debuut, of het moet in het verborgene zijn geweest. Maar toen de bronader een maal was aangeboord, was het een welwater van het zuiverste gehalte dat er te voorschijn kwam. Het stroomde niet. Het kabbelde. Het murmelde als een beek, die uit het donker van zijn oorsprong de geheimen meedraagt van hetgeen ouder is dan 's mensen heugenis. Haar vierde, zojuist bij Querido ver schenen boek, een bundel van vijf ver halen, samengevat onder de titel van het eerste: „De juwelen haarkam" beves tigt nog eens te meer, hoe subtiel haar verteltrant, hoe betoverend haar schrijf wijze is. Ik zou maar één Hollandse auteur weten te noemen met wie zij vergeleken kan worden: Van Schendel. Is het haar gedempte stem, die spreekt zoals men doet als men een broze stemming of een intiem geheim niet verstoren wil, waardoor men aan hem wordt herinnerd? Is het, omdat ook zij meer verzwijgt dan ze zegt, meer laat raden dan ze beschrijft, dat haar taal is doortrokken met eenzelfde bezwerende kracht, eenzelfde suggestieve betovering als die, welke het werk van Van Schendel tot een fluistering maakte van iets dat meer was dan Van Schendel-zeli'? Tracht men wat men liever niet moet doen, want waarom zou men nodeloos iets schoons en kostbaars ontluisteren? de middelen op het spoor te komen, waarmee dat vertelwonder opgeroepen wordt, dan zou men kunnen noemen wat in elk ge leerd handboek vermeld staat: woord schikking, heffing en daling, verdeling der klemtonen, klankopeenvolging, plaat sing van de leestekens (een tegenwoordig bedroevend veronachtzaamd medium der schrijfkunst), ritme en maat en nóg zou men het geheim van deze taaltover niet hebben ontdekt, want het is alleen maar te horen. „Er staat niet wat er staat", heeft Nijhoff eens op zijn bondige manier gezegd. Maar om een enkel voorbeeld ter illustratie te noemen verander in de eerste zin van Van Schendels vertel ling „Maneschijn" één enkel woord, breng de geringste verandering aan in de volg orde der woorden en de betovering is ver broken. Datzelfde geldt voor het proza van Maria Dermoüt: wat er staat is onver vangbaar en krachtens die onvervang baarheid is het „kunst". Maria Dermoüt, zei ik, moet men luiste rend lezen. Dan pas heeft men deel aan de sfeer van dit mijmerend proza, van deze verhaalde herinneringen, waarin de een heid van het leven, van natuur en mens en ding, nog niet is verstoord door de overheersing van het verstand. Want sfeer is hier alles: het onzegbare van de „dui zend wonderen", de boze en de goedge zinde, de noodlottige en de gelukzalige. Ook het stoffelijke, een juwelen haarkam, een koperen danseres, een Boeddha-ring, een armband, een beeld van jade aldus de motieven van deze vijf vertellingen is er bezield. De „Grote Adem" is er langs gestreken, de „Grote Wijze" heeft het aan geraakt. Hoe zou men het anders moeten noemen dan zó? En zó heeft het dan zijn geschiedenis gekregen, geheimzinnig ver weven met die der mensen. Het heeft zijn verleden, dat teruggaat tot de oorsprong van alle dingen: tot het levensmysterie. Elk detail is daarvan doordrongen. Als een gescheiden en hertrouwde vrouw een bezoek aan haar vroegere echtgenoot, is het een koperen danseres, die zowel haar liefde doet opbloeien als het afscheid on herroepelijk doet worden. Onvergelijke lijk dit verhaal. Het zou in elke bloem lezing moeten worden opgenomen als een toonbeeld van taalbeheersing, compositie vermogen en ontroeringskracht opge- kon dat? Dat kon toch geen mens be grijpen?" Steeds klinkt er in haar proza iets mes van een afscheid, van hetgeen voorbij is, voorbij móést gaan, omdat in het onver- anderlijk-duurzame al het menselijke niet meer dan een episode is. Lees in „De arm band" hoe dit Chinese sierraad, nauw om de pols gesloten, een schakel gaat vormen met het verleden met een „adieu voor goed", een verloren liefde, en hoe de ban van die herinnering enkel verbroken kan worden door het tooisel te vernietigen en weer zal men denken aan Van Schen del, aan de tuinman uit „Nachtgedaanten", die door een vallend rozeblad in het ge heim werd genomen van een groot geluk en een stille liefde. Ik bewonder het eerste en laatste ver haal, die beide van deze vijf vertellingen het dichtst tot de novelle naderen: „De juwelen haarkam" en „Twee jade reigers". Maar als ik er één moest kiezen uit deze voortreffelijke vijf, ik zou niet aarzelen „De danseres van koper" tot het subliem- ste te rekenen, wat onze litteratuur sinds jaren en jaren heeft opgeleverd. Want dit is en dan noem ik één van de voor mij zeer groten Tsjechov gelijk. C. E. Dinaux wekt door wat? Er „gebeurt" niets in dit verhaal, maar er voltrekt zich alles in: een liefdestragedie van 'n zo serene voor naamheid, dat men in de weinige, simpele woorden alles meent te verstaan van deze beide mensen: hun eenzaamheid, hun leed, hun vertedering, hun berusting. En men wil het geloven dat al deze roerselen van het menselijk hart onnaspeurbaar verbon den zijn met het éne: met de koperen dan seres, evenals het in het eerste verhaal een juwelen haarkam is, die ik denk aan Couperus als een „stille kracht" de in Holland teruggekeerde, jonge marine officier voorgoed van zijn vormelijk-bur- gerlijk-hollands milieu in het Gelderse heeft vervreemd. En waaraan anders dan aan een bovenzinnelijke macht zou men het moeten toeschrijven, dat er in een verlaten, armelijk man iets wie zal zeg gen hoeveel gewekt is van een dieper weten, sinds hij de „Boeddha-ring" aan een van zijn vingers heeft gedragen? Alleen in „Nachtgedaanten" (in die verrukkelijke bundel verhalen van Van Schendel, die nauwelijks nog proza, bijna al poëzie zijn) heb ik dezelfde toon gehoord, die me on weerstaanbaar heeft aangetrokken in deze vertelling van Maria Dermoüt, in een zin bij voorbeeld als deze: „Hij, zich nauwe lijks bewust van eigen en aller mensen te kort: hun scheidingen en eenzaamheid, hun falen, en smart en angst dat alles dat om vertroosting vraagt, wist op een maal hoe het is vertroost te worden. Hoe ADVERTENTIE Hoe komen die schertsfiguren in wijde slobberjassen, afgetrapte broeken en schoe nen als schuimspanen, toch aan hun naam? In 1864 was, bij Circus Renz te Berlijn, een leerling-kunstrijder in dienst: Tom Belling Een échte kwajongen, die altijd uit was op kattekwaad, en bovendien door een stevig glaasje nog wel eens een keer in een al te vrolijke bui. Dat was ook het geval toen hij in de garderobe van het personeel een kostuum had bemachtigd, dat hem lachwek kend wijd zat. Zo toegetakeld, werd hij op gemerkt door directeur Renz, die hem een geduchte reprimande wilde geven. In zijn verbouwereerdheid vluchtte Belling in de verkeerde richting, en ontdekte plotseling tot zijn schrik, dat hij midden in de arena stond, onder de ogen van duizenden rondom. Zijn wanhopige. verontschuldigende gebaren werkten direct op de lachlust van het pu bliek, dat niet beter wist of het hoorde zo. Tussen het applaus en het gejuich door, riep iemand spottend: „Hé August!" Hiermee begon de carrière van Belling als clown gevolgd door een reeks van kostelijke collega's en opvolgers. U kunt van al hun belevenissen genieten in het spannende boek „De Bonte Droom van het Circus" ge schreven door de circuskenners bi] uitstek J. van Doveren en Fred Thomas gei" i-treeu met talloze leuke pentekeningetjes. Voor slechts f 2.50 kunt u dit boekwerk kopen bij uw roomboterleverancier of per brief (kaart) bestellen bij het Kantoor „Roombuter- album". Postbus 47, Den Haag. U krijgt het album dan per omgaande toegezonden, onder rembours. Vermeld vooral duidelijk uw naam en adres! De bijbehorende plaatjes ontvangt u gratis voor rijksbotermerken. U vindt zo'n merk op elk pakje roomboter. Neem een pakje extra voor de zondag! ADVERTENTIE Haarlem CENTRALE VERWARMING JOHNSON OLIEBRANDERS Van de te Amsterdam gevestigde ver enigingen van beeldende kunstenaars is „De Keerkring" voor mij altijd één der aantrekkelijkste geweest. Men vertoonde een jeugdig élan, was zich altijd bewust van eigen tijd, men beschikte over vol doende techniek of wel in het geval van enkele autodidacten over een zuiver ge voel. Het was zeker een vereniging met be loften. De tentoonstelling, die „De Keerkring" thans tot 11 februari in de Nieuwe Vleugel van het. Stedelijk Museum te Amsterdam houdt, voldoet naar mijn smaak toch niet geheel aan die beloften. Van enkele figu ren meen ik te mogen zeggen, dat ze te zeer het gevoel hebben er al te zijn. Auto didacten vervlakten of overschatten hun vermogens. Dat de leden allen „zonder praten of manifesteren gewoon maar pro beren te schilderen" (zoals men in de aar dige geïllustreerde catalogus schrijft) is niet waar. Er zijn er die, zij het zonder er te diep op in te gaan en dat is meteen een bezwaar tegen hen zich toch be kommeren om een bepaalde bouw van het schilderij, die in dit geval iets heeft van een hen het gemakkelijk makende systeem. Degene, die werkelijk gewoon maar pro beert te schilderen is Jacob Kuijper eri hij doet dat goed. Dat Jan Sierhuis dat vroeger deed en nu niet zo zeer, komt door zijn jeugd. Het is op een gegeven moment noodzakelijk zich te bezinnen op eigen I middelen. De opzettelijkheid zal hij bij j verdere ontwikkeling wel weer verliezen. Arie Kater is dan toch wel de meest bij zondere figuur in dit gezelschap. Hij her haalt zich nooit. Ieder ding, dat hij onder handen neemt, is voor hem een nieuw pro bleem en gevolg van een nieuwe sensatie. Iets van hem heeft Rudi Bierman, maar hij -naakt het zich toch even gemakkelij ker. Buytendijk leek me in zijn expressio nistische werk sterker dan voorheen. Tegelijkertijd exposeert in de Nieuwe Vleugel „De Grafische" en evenals bij de meeste tentoonstellingen van deze vereni ging mocht ik weer kennismaken met werk van figuren, die mij voorheen nog niet waren opgevallen. Ik denk aan J. A. Ded; tus, wiens duinlandschap een als het ware geëtst schilderijtje is, of aan Toon Wegner, die goede linoleumsneden en een opvallend gelithografeerd kinderkopje in zond. Het mooist leek me het werk van prof. Jan Wiegers, knap als altijd toont zich prof. Kuno Brinks. En natuurlijk valt het werk van de levendige Jeanne Bieruma Oosting weer op. Een buitengewoon kleur effect heeft Jan Bezenwr in zijn gelitho grafeerde „Stier" bereikt. Dirk van Gel ders etsen leken me nog bewuster dan voorheer gedaan. Aan oude meesters her innert even Gerrit de Jong met zijn geët ste landschap. Het zelfportret van F. Lens- velt houdt ons zeker op bij de wandeling langs het vele vertoonde, waarvan ik niet veel anders dan mijn persoonlijke voor keuren kan noemen. Daar behoren verder toe „Het meisje met masker" van de in 1956 overleden Lode Sengers, de desolate Schotse landschappen van J. C. Nachenius en het geestige „Pas de quatre" van Parn G. Rueter. Ap Sok is consequent doorgegaan in het steeds dikker maken van zijn uit de ets geboren en op de steen voortgezette lijn, die zo langzamerhand de helft van het te bedrukken papier gaat innemen. Hij is zo gaan g loven in het middel, naar mijn ge voel, dat hij tenslotte hierdoor in de „ab stracte" kunst terechtkomt. Wim Noord- boek kon dezelfde kant wel eens opgaan. Als onderdeel der Vijf Generaties" wordt werk van het t' ver toond Darts H >-'s r?< t «i»n be langrijke fïguui in hét cullu -le leven op de Antillen zijn Hij moet ook een uitste kend gastheer zijn en verder verzame laar. Dit is de tweede expositie hier van schilderijen van zijn vrouw en van de pro- dukten van zijn liefhebberij. Dat lijkt me nogal overdreven, al moet ik toegeven dat vele andere tot de schilderkunst geroepe nen het niet veel beter doen. Bob Buys

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1957 | | pagina 7