ESDOORN
SLAAPKAMER
570.-
Uitslag Estafette-puzzelwedstrijd
De bevestiging van een talent
A
u\
De negen Muzen j
Een bundel meesterlijke verhalen van
de schrijfster Maria Dermoüt
Litteraire
Kanttekeningen
De allereerste domme August
Tentoonstellingen in
Stedelijk Museum
te Amsterdam
5
Puzzel no 1
Puzzel no 2
Puzzel no 5
Puzzel no 6
Puzzel no 3
Puzzel no 4
Violist Spiwakofski wordt
in Londen vastgehouden
Puzzel no 7
Puzzel no 8
ABCLEFGH
Puzzel no 9
Puzzel no 10
De winnaars
Beleidstaken P.B.O.
en Bezitsvorming
Comp
ensatie voor trekkers
van ongevallenrente
Examens
Heringa Wuthrich
ZATERDAG 2 6 JANUARI 1957
Hier is dan eindelijk de uitslag van onxe ESTAFETTE PUZZEL
WEDSTRIJD. Het grote aantal oplossingen niet allemaal feil
loos heeft de aanwijzing van de gelukkige prijswinnaars
enigszins vertraagd. Men vindt hierbij de oplossingen van de
tien puzzels, die sommigen misschien zullen verrassen, aange
zien er „voetangels en klemmen" in waren aangebracht, waar
men gemakkelijk overheen bleek te lezen.
De puzzel nummer 1, waarbij de verjaardag van meneer Jan
sen in het geding was, is door de meerderheid der oplossers
goed berekend. Degenen die meneer Jansen op andere da
gen van de week jarig lieten zijn, hebben wellicht een andere
meneer Jansen op het oog gehad want er zijn er vele. De
inzenders die ons mededeelden: „Meneer Jansen valt op een
De grootste moeilijkheid van deze opgave
was, de bruikbare gegevens voor het vin
den van de oplossing in het nonsensver-
haal te ontdekken. Want vrijwel alles wat
over Jansen verteld werd deed niet in het
minst ter zake voor het antwoord op de
vraag, op wat voor een dag de komende
verjaardag van de goede man zou vallen.
Er staan echter twee gegevens in het
verhaal, die gebruikt kunnen en moeten
worden.
In de eerste plaats wordt gezegd, dat
hij in een bepaald jaar zo oud werd,
dat het kwadraat van zijn leeftijd juist
dat jaartal was. Dat jaar moet 1936 zijn
geweest, het kwadraat van 44. Want het
voorgaande kwadraatjaar was 1849, name
lijk het kwadraat van 43. Zou hij in 1849
43 jaar oud zijn geworden, dan zou hij nu
150 jaar zijn, en dat is nu eenmaal onmoge
lijk. Het na 1936 volgende kwadraat
jaar is 2025, het kwadraat van 45, en dit
jaar kan ook niet bedoeld zijn omdat het
nog in de toekomst ligt en in dat geval de
heer Jansen zelf nog niet geboren zou zijn.
Vast staat dus, dat de heer Jansen in
1936 44 jaar oud werd. Dat betekent, dat
hij in 1892 werd geboren.
Voorts staat in het verhaal, dat Jansen
op „maandag de tweede" geboren werd
In 1892 kwam er slechts één „maandag
de tweede" voor namelijk maandag 2 mei.
Waaruit volgt dat Jansen op 2 mei
1892 geboren werd, dus op 2 mei a.s. voor
het eerst weer jarig is. Die datum 2 mei
1957 valt op een DONDERDAG, waarmede
de puzzel is opgelost.
De wegen die door de bu;. 'iensten ge
volgd moeten worden zijn in de bijgaande
tekening met dikke zwarte lijnen aangege
ven, de niet door de diensten bereden stra
ten in dunne streeplijntjes.
donderdag" hebben wij ook voor de prijzen laten mededin
gen, ofschoon niet meneer Jansen zelf maar zijn verjaardag
aan de valpartij onderhevig was. Degenen die Koning Willem
i reeds bij zijn landing als Prins van Oranje in Schevenin-
gen, in 1813, met de koningstitel uitrustten, hebben wij helaas
moeten afwijzen. Ook de Koninginneschaakpuzzei heeft velen
doen struikelen. Dat waren dan voornamelijk degenen, die
geen rekening hielden met het feit dat de diagonaaldoorsnede
van een schaakhokje langer is dan de loodrechte.
Hieronder volgen de gedetailleerde oplossingen van alle
puzzels afzonderlijk. Wij wijzen er met nadruk op dat over de
uitslag van deze wedstrijd geen correspondentie kan worden
gevoerd.
Horizontaal:
Verticaal:
1.
1821
1.
1815
4.
1648
2.
2151
5.
1956
3.
1665
6.
1261
7.
2568
9.
1519
8.
1890
13.
1619
10.
1945
15
1914
11.
1585
17.
1870
12.
1147
18.
1814
13.
1189
20.
1588
14.
1795
21.
2547
16.
1149
22.
1911
18.
1291
26.
1871
19.
1417
27.
1848
23.
1171
28.
1579
24.
1894
29.
1492
25.
1812
De juiste oplossing van deze ongetwij
feld moeilijkste puzzel van de serie is zo
als bij de opgave vermeld het vlotst door
logisch redeneren te vinden.
Men moet zich daartoe allereerst reali
seren, waar het eigenlijk om gaat.
Daarvoor nemen we een paar voorbeel
den. Nemen wij bijvoorbeeld een getal
ABC waarvan wij veronderstellen dat het
aan de gegeven voorwaarden voldoet, dat
wil zeggen dat ABC 2x BCA. Die ver
gelijking gaan we uitwerken als volgt:
100 A 10 B C 2 x (100 B 10 C
A) of, verder vereenvoudigd: 98 A 190
B 19 C of 98 A 19 x (10 B C) of
98 A 19 maal het getal BC.
Ditzelfde doen we met 't getal ABCDE
waarvan we veronderstellen dat het aan
de voorwaarden voldoet, zodat ABCDE
2 x BCDEA. Werken we die vergelijking
op soortgelijke wijze uit, dan komen we
tot het resultaat 9998 A 19 maal het
getal BCDE.
Bij een dergelijke uitwerking van de
vergelijking ABCDEFG 2x BCDEFGA
Horizontaal: 1. obstakel, 5. wak, 6. taal,
8. gom, 10. ar, 11. talent, 13. emelt, 16. inrit,
18. kassa, 21. massa, 22. Drente, 24. e.a., 25.
nok, 27. bord, 28. vos, 29. politoer.
Verticaal: 1. ook, 2. Satan, 3. kelder, 4.
log, 5. waterman, 7. Artis, 9 matineus, 12.
laks, 14 mi, 15. eten, 17. nader, 19. as, 20
sambal, 23. radio, 26. kip, 28. ver.
Van boven naar beneden moesten door
invullen van symmetrische lettergroepen
de volgende woorden geconstrueerd:
vervreemd - gepeperd - schiereiland -
remmen - banaal - liniaal - bagage -
mededeling - regent - banaan - ballast
- portret - minimum - olieleiding -
passage.
In de dubbelomlijnde verticale kolom
ontstond dan de naam:
VERENIGDE NATIES
ADVERTENTIE
WI3 ETALEREN
3 DEURS KAST
2 PERS LEDIKANT
2 NACHTKASTJES
TAFEL
2 STOELEN
KRUISSTRAAT 11
HAARLEM
TELEFOON 11491
Geen werkvergunning
LONDEN (U.P.). De bekende violist
van Russische origine Tossy Spiwakofski,
die vrijdag per vliegtuig uit New York in
Londen aankwam, is op het immigratie
bureau vastgehouden, omdat hij geen
werkvergunning heeft. De ambtenaren
Van de immigratiedienst wilden hem eerst
niet in het land toelaten, maar toonden
zich twee uren later inschikkelijker, nadat
zij zijn paspoort in beslag hadden ge
nomen. Een van hen heeft gezegd, dat het
aan hem zou worden teruggegeven, zodra
bij een werkvergunning over zal leggen.
Spiwakofski zal drie concerten in Londen
geven, voordat hij half februari naar Ne
derland komt.
krijgen we tot uiteindelijke vergelijking
99998 A 19 maal het getal BCDEFG.
Bezien we deze vergelijkingen (en in
deze vorm moet de oplossing van de op
gave in een vergelijking zijn weer te ge
ven) dan is het duidelijk (en verklaarbaar)
dat in de vergelijking die de gezochte op
lossing uitbeeldt steeds een van de leden
een getal van louter negens met uitzonde
ring van de acht als eenhedencijfer maal
A, dus het linker cijfer van het gezochte
getal is, en het andere lid 19 maal het ge
zochte getal met weglating van het linker
cijfer A.
Het rechter deel van de vergelijking is
dus steeds deelbaar door 19, en het linker
deel moet dit dus ook zijn. Aangezien dit
linker deel uit dat getal 99998 en de
factor A bestaat, moet 99998 deelbaar
zijn door 19, want A is een cijfer, dus een
getal van slechts één cijfer en dus niet
deelbaar door 19.
Het gaat er dus om, het kleinste getal
van de vorm 99998 te vinden dat deel
baar is door 19, waartoe we eenvoudigweg
999999etc. gaan delen door 19 tot we
een 8 moeten aanhalen in plaats van een 9
om de deling op te doen gaan. Dat blijkt
het getal 99.999.999.999.999.998 te zijn, en
deling van dit getal door 19 levert het ge
zochte getal op, behoudens het cijfer A dat
er links nog voor geplaatst wordt. Die de
ling levert het getal 05263157894736842 op.
en het kleinste gezochte getal is uiteraard
dat waarbij A 1 dus dit gezochte getal
is 105263157894736842. De proef op de som
levert het bewijs, dat dit getal de helft van
de oorspronkelijke waarde krijgt wanneer
men het linker cijfer 1 naar rechts ver
plaatst, immers:
105263157894736842
2 x (0)52631578947368421
De volgende woorden moesten in de dik-
omlijnde vakken worden ingevuld: A. ge
nezen B. vogel, C. alt, D. dek, E. verzet,
F. kanaalzone, G. horden, H. when, I. pul
len, J. zeef, K. dolfijn, L. meteoor, M.
Niger, N. leren.
Bij invulling van deze woorden volgens
de cijfers ontstond in de gehele figuur de
bijbeltekst (Jesaja 2 vers 4):
GEEN VOLK ZAL TEGEN EEN AN
DER VOLK HET ZWAARD OPHEFFEN
EN ZIJ ZULLEN DEN OORLOG NIET
MEER LEREN".
De langste weg, die de koningin op het
schaakbord van de aangegeven plaats uit
in vijf zetten kan afleggen, is de volgende:
Dl-Hl, H1-A8, A8-H8, H8-H2, H2-C7. Deze
weg is vanuit het dikomlijnde beginvakje
op de bovenste van de twee tekeningen
met een dikke zwarte lijn aangegeven.
De onderste tekening brengt in een ge
stippelde lijn een iets kortere weg in beeld.
Het merkwaardige feit doet zich voor, dat
die tweede iets kortere weg (Dl-Hl. H1-H8,
H8-A1, A1-A8, A8-G8) door twee vakjes
meer loopt dan de langste weg, namelijk
door (met begin- en eindpunt meegerekend)
32 vakjes, terwijl de langste weg slechts
door 30 vakjes loopt. Niettemin is de met
een dikke strakke lijn aangegeven weg
door 30 vakjes het langst, doordat deze
aanzienlijk meer vakjes diagonaalsgewijs
doorloopt, en de diagonaal van een vakje
is nu eenmaal langer dan de zijde van zo'n
vierkantje.
Het verschil is echter niet groot.
Nemen wij een schaakbord met vakken,
1
*1
die 1 bij 1 centimeter groot zijn, dan is de
aangegeven langste weg in vier decimalen
nauwkeurig berekend 33,9704 cm lang en
de in stippellijn aangegeven weg door meer
vakjes slechts 33,8994 cm.
U ziet het, veel scheelt het niet, maar de
eerstgenoemde weg IS beslist langer.
Horizontaal:
Verticaal:
1.
lam
1.
laars
3.
vloed
2.
manie
6.
Ahoij
3.
voorteken
7.
onder
4.
lijn
9.
rei
5.
dor
11.
spektakel
8.
ever
14.
ore
10.
epos
15.
asbak
12.
koper
17.
rede
13.
lente
18.
Ellen
15.
ave
19.
roe
16.
are
Foto
onderschrift 5
6
9
8
1
2
12
4
3
11
10
7
VIJFTIG GULDEN: familie Möckel, Jacob
Catslaan 26, Driehuis-Velsen.
VIJFENTWINTIG GULDEN: M H. Schreu-
der, Van Hogendorpstraat 15, Haarlem.
J. H. Geerlink, Rustenburgerweg 14, Bloe
men daal.
TIEN GULDEN: Dr. H. Bruch, Narcissen-
laan, 14, Heemstede. H. W. Casteren van
Cattenburch, Middenlaan 56, Haarlem.
J. E. van Epen, Aelbertsbergstraat 56,
Haarlem. A. Kraaijenzank, Vogelenzang-
seweg 106, Vogelenzang. W. G. Schuiten
maker, Antillenstraat 16, Santpoort.
Een troostprijs van vyf gulden ontvingen:
D. Baas, Brakenburghstraat 26 r, Haar
lem. J. de Groot, Ripperdapark 18, Haar
lem, C. v. Huyzen, Bleekenbergplein 15,
Haarlem. R. H. Levi, Zonnebloemlaan
22, Aerdenhout. J. W. de Munck, Kinder-
huisvest 7, Haarlem. K. H. v. d. Reyden,
Raaks 14, Haarlem. H. v. d. Veen, Jan
Kostelijklaan 5, Velsen. A. Vis, Accacla-
straat 31, Haarlem. P. van Wijngaarden,
Verspronckweg 147, Haarlem.
De minister v.an Binnenlandse Zaken,
Bezitsvorming en Publiekrechtelijke Be
drijfsorganisatie heeft de Tweede Kamer
in een nota een overzicht gegeven van de
wijze, waarop hij de toevoeging aan het
departement van Binnenlandse Zaken van
de beleidstaken ten aanzien van de bezits
vorming en P.B.O heeft uitgevoerd. De
behartiging van de bezitsvorming en P.B.O.
wordt in drie afdelingen gesplitst. In de
eerste afdeling zullen zowel de aangelegen
heden betreffende de bezitsvorming wor
den behandeld.
De tweede afdeling zal zich met P.B.O.-
aangelegenheden bezighouden. De derde af
deling zal zich bezighouden met die taken,
die niet door de andere afdelingen, noch
door de hulpdiensten van het ministerie
van Binnenlandse Zaken kunnen worden
vervuld. Het zwaartepunt van deze afde
ling zal voornamelijk gelegen zijn in het
verrichten van activiteiten, die ertoe kun
nen bijdragen, dat vele misverstanden, die
er ten aanzien van bezitsvorming en P.B.O.
in brede kring van het maatschappelijk
leven nog bestaan, worden weggenomen
en dat een gunstig klimaat voor de bezits
vorming en de publiekrechtelijke bedrijfs
-"•ganisatie kan worden bevorderd.
Voor de uitvoering van de door de drie
if delingen te verrichten werkzaamheden
worden 20 ambtenaren nodig geacht.
Van het ministerie van Economischp
Zaken zijn voor de afdeling bezitsvorming
en economische aangelegenheden 4 ambte
naren overgenomen en voor de afdeling
publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie 2
ambtenaren.
De totale kosten van de drie afdelingen
zullen f 346.100 bedragen.
Flentrop-orgel. Dezer dagen is een
demonstratie-orgel van Flentrop Zaandam
verzonden naar het conservatorium voor
muziek in Montevello in de Verenigde Sta
ten, verbonden aan het Alabama State
College. Het orgel is speciaal bedoeld om
de studenten van het conservatorium op de
hoogte te brengen van de constructie van
een mechanisch sleepladen orgel. Hiertoe
zijn verschillende onderdelen van de hou
ten orgelkast vervangen door glazen pla
ten. Reeds eerder zijn dergelijke orgels
verzonden aan het conservatorium van
het Oberlin College.
Winifred Ferrier. Mejuffrouw Winifred
Ferrier zal de komende twee weken in Ne
derland een achttal lezingen houden over
haar zuster, de in 1953 overleden altzange
res Kathleen Ferrier. Miss Ferrier spreekt
op 28 januari in Rotterdam, op 29 januari
in Haarlem, op 30 januari in Alkmaar, op
1 februari in Groningen, op 4 februari in
Don Helder, op 5 februari in Utrecht, op
6 februari in Enschedé en op 7 februari in
Tilburg. De lezingen staan onder auspiciën
van het genootschap Ned-erland-Engeland.
Charlotte Kohier. Charlotte Kohier zal
voor het volgend seizoen in studie nemen
„Yvette" van Kuy de Maupassant, in de
vertaling van Adriaan Morriën. Zij hoopt
daarmee haar zilveren jubileum als voor
drachtkunstenares te vieren en een tournee
hiermede door nederland te maken.
„De Dyk". Het Residentie-orkest zal
woensdagavond 30 januari in het Gebouw
voor Kunsten en Wetenschappen als onder
deel van het zevende concert in de serie
a onder leiding van Willem van Otterloo
een uitvoering geven van „De Dijk" van
Bertus van Lier, met declamatie van de
acteur Ton Lutz. Deze uitvoering wordt
nog gegeven ter gelegenheid van de vijf
tigste verjaardag van de componist op 10
september van het vorige jaar.
Armando. In de Galerie Le Canard in
Amsterdam opent de heer Jan G. Elburg
vanmiddag om vier uur een expositie van
schilderijen van de experimentele schil
der-dichter Armando. De heer Walter
Kous draagt hierna voor uit poëzie van
Armando. Er worden tevens grammofoon
platen ten gehore gebracht met muziek
van Stan Kenton, onder meer „This mo
dern world" van Bob Graettinger. De ex
positie is van 11 tot 18 uur dagelijks te be
zichtigen tot 23 februari.
Expositie. In het stedelijk museum de
Lakenhal in Leiden wordt van 1 februari
tot 4 maart een expositie gehouden van
schilderijen van Kees Bol. De expositie
wordt 's avonds om acht uur door de bur
gemeester van Leiden, jhr. mr. F. H. van
Kinschot geopend, nadat de tekenaar Paul
Citroen een inleiding tot het werk heeft
gehouden.
PRINSES WILIIELMINA BEZOCHT
EXPOSITIE IN DEN HAAG
Prinses Wilhelmina heeft vrijdagochtend
in het „Panorama Mesdag" in Den Haag
een tentoonstelling van de schilder en gra-
ficus Henri Kley bezocht.
Bij dc Tweede Kamer is ingediend een
wetsontwerp dat beoogt compensatie te
geven voor de premie voor de algemene
ouderdomswet aan ongevallenrentetrek
kers.
De staatssecretaris van Sociale Zaken en
de minister van Financiën achten het re
delijk, de aan deze rentetrekkers te ver
lenen compensatie op hetzelfde percentage
vast te stellen' als dat van de aan de loon-
trekkenden verleende looncompensatie.
Bij de in de afgelopen jaren getroffen
wettelijke maatregelen ter aanpassing van
de ongevalsuitkeringen van ae loonstij
gingen zijn, voor wat betreft de renten
krachtens de Ongevallenwet 1921, de
Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922 en
de Zeeongevallenwet 1919, slechts toesla
gen verleend, indien deze renten waren
berekend naar een arbeidsongeschiktheid
van meer dan 25 percent. Nu echter alle
ongevallenrentetrekkers aan de premie
heffing ingevolge de algemene ouderdoms
wet onderworpen zijn en hiermede een
feitelijke verlaging van hun ongevallen
rente gepaard zou gaan, lijkt het de staats
secretaris redelijk thans aan alle onge
vallenrentetrekkers de voorgestelde com
pensatie te verlenen.
Ten aanzien van de uit het voorstel
voortvloeiende kosten, welke voor 1957 op
f 7.2 miljoen zijn geraamd, wordt voorge
steld deze voor rekening van het ryk te
brengen. Echter zal de regering over het
gehele complex van thans binnen het ka
der van de sociale verzekering ten laste
van het ryk komende uitkeringen binnen
kort met de Stichting van de Arbeid over
leg plegen.
Niet alleen op de ongevalsuitkeringen,
maar ook op de naast die renten verleen
de wettelijke bijslagen zal de compen
serende verhogingsbijslag moeten worden
verleend.
Daar wezenrenten als inkomen in aan
merking worden genomen van degenen,
die het wettelijk vruchtgenot van deze
renten hebben en dus onderworpen zijn
aan de premieheffing ingevolge de alge
mene ouderdomswet, wordt het redelijk
geacht ook ten aanzien van de wezenren
ten de compenserende bijslag te verlenen.
DELFT: Elektrotechnisch ingenieur: D. B.
Bus, Heemsedte.
LEIDEN: Gepromoveerd tot doctor in de
rechtsgeleerdheid op proefschrift getiteld
„Moord en strafbare manslag in die Suid-
Afrikaanse strafreg", de heer S. Postma, ge
boren te Lydenrurg (Z.-A.l, thans wonende
te Leiden.
DRIE BOEKEN ZIJN voldoende geweest om Maria Dermoüt een plaats te ver
zekeren onder de eersten onzer letteren. Eigenlijk was één, haar eersteling, „Nog pas
gisteren" dat al. Het is een zeldzaam verschijnsel, dat pas op een latere leeftijd, als de
zestig al overschreden is, een sluimerend talent zich zo rijk en gaaf ontplooit. Fontane
behoorde tot die verrassende uitzonderingen - Fontane, die de „oude Fontane" moest
worden om zijn wonderbaarlijke „Irnmgen, Wirrungen" te schrijven. Voordien zei hij
„druppelde het maar zo'n beetje". Het talent van Maria Dermoüt - en wat voor een
talent! - had nog niet eens „gedruppeld" voor zij zich aan het schrijven zette van
haar debuut, of het moet in het verborgene zijn geweest. Maar toen de bronader een
maal was aangeboord, was het een welwater van het zuiverste gehalte dat er te
voorschijn kwam. Het stroomde niet. Het kabbelde. Het murmelde als een beek, die
uit het donker van zijn oorsprong de geheimen meedraagt van hetgeen ouder is dan
's mensen heugenis.
Haar vierde, zojuist bij Querido ver
schenen boek, een bundel van vijf ver
halen, samengevat onder de titel van het
eerste: „De juwelen haarkam" beves
tigt nog eens te meer, hoe subtiel haar
verteltrant, hoe betoverend haar schrijf
wijze is. Ik zou maar één Hollandse auteur
weten te noemen met wie zij vergeleken
kan worden: Van Schendel. Is het haar
gedempte stem, die spreekt zoals men doet
als men een broze stemming of een intiem
geheim niet verstoren wil, waardoor men
aan hem wordt herinnerd? Is het, omdat
ook zij meer verzwijgt dan ze zegt, meer
laat raden dan ze beschrijft, dat haar taal
is doortrokken met eenzelfde bezwerende
kracht, eenzelfde suggestieve betovering
als die, welke het werk van Van Schendel
tot een fluistering maakte van iets dat
meer was dan Van Schendel-zeli'?
Tracht men wat men liever niet moet
doen, want waarom zou men nodeloos iets
schoons en kostbaars ontluisteren? de
middelen op het spoor te komen, waarmee
dat vertelwonder opgeroepen wordt, dan
zou men kunnen noemen wat in elk ge
leerd handboek vermeld staat: woord
schikking, heffing en daling, verdeling
der klemtonen, klankopeenvolging, plaat
sing van de leestekens (een tegenwoordig
bedroevend veronachtzaamd medium der
schrijfkunst), ritme en maat en nóg zou
men het geheim van deze taaltover niet
hebben ontdekt, want het is alleen maar
te horen. „Er staat niet wat er staat",
heeft Nijhoff eens op zijn bondige manier
gezegd. Maar om een enkel voorbeeld
ter illustratie te noemen verander in
de eerste zin van Van Schendels vertel
ling „Maneschijn" één enkel woord, breng
de geringste verandering aan in de volg
orde der woorden en de betovering is ver
broken. Datzelfde geldt voor het proza van
Maria Dermoüt: wat er staat is onver
vangbaar en krachtens die onvervang
baarheid is het „kunst".
Maria Dermoüt, zei ik, moet men luiste
rend lezen. Dan pas heeft men deel aan de
sfeer van dit mijmerend proza, van deze
verhaalde herinneringen, waarin de een
heid van het leven, van natuur en mens
en ding, nog niet is verstoord door de
overheersing van het verstand. Want sfeer
is hier alles: het onzegbare van de „dui
zend wonderen", de boze en de goedge
zinde, de noodlottige en de gelukzalige.
Ook het stoffelijke, een juwelen haarkam,
een koperen danseres, een Boeddha-ring,
een armband, een beeld van jade aldus
de motieven van deze vijf vertellingen
is er bezield. De „Grote Adem" is er langs
gestreken, de „Grote Wijze" heeft het aan
geraakt. Hoe zou men het anders moeten
noemen dan zó? En zó heeft het dan zijn
geschiedenis gekregen, geheimzinnig ver
weven met die der mensen. Het heeft zijn
verleden, dat teruggaat tot de oorsprong
van alle dingen: tot het levensmysterie.
Elk detail is daarvan doordrongen. Als
een gescheiden en hertrouwde vrouw een
bezoek aan haar vroegere echtgenoot, is
het een koperen danseres, die zowel haar
liefde doet opbloeien als het afscheid on
herroepelijk doet worden. Onvergelijke
lijk dit verhaal. Het zou in elke bloem
lezing moeten worden opgenomen als een
toonbeeld van taalbeheersing, compositie
vermogen en ontroeringskracht opge-
kon dat? Dat kon toch geen mens be
grijpen?"
Steeds klinkt er in haar proza iets mes
van een afscheid, van hetgeen voorbij is,
voorbij móést gaan, omdat in het onver-
anderlijk-duurzame al het menselijke niet
meer dan een episode is. Lees in „De arm
band" hoe dit Chinese sierraad, nauw om
de pols gesloten, een schakel gaat vormen
met het verleden met een „adieu voor
goed", een verloren liefde, en hoe de ban
van die herinnering enkel verbroken kan
worden door het tooisel te vernietigen
en weer zal men denken aan Van Schen
del, aan de tuinman uit „Nachtgedaanten",
die door een vallend rozeblad in het ge
heim werd genomen van een groot geluk
en een stille liefde.
Ik bewonder het eerste en laatste ver
haal, die beide van deze vijf vertellingen
het dichtst tot de novelle naderen: „De
juwelen haarkam" en „Twee jade reigers".
Maar als ik er één moest kiezen uit deze
voortreffelijke vijf, ik zou niet aarzelen
„De danseres van koper" tot het subliem-
ste te rekenen, wat onze litteratuur sinds
jaren en jaren heeft opgeleverd. Want dit
is en dan noem ik één van de voor mij
zeer groten Tsjechov gelijk.
C. E. Dinaux
wekt door wat? Er „gebeurt" niets in dit
verhaal, maar er voltrekt zich alles in:
een liefdestragedie van 'n zo serene voor
naamheid, dat men in de weinige, simpele
woorden alles meent te verstaan van deze
beide mensen: hun eenzaamheid, hun leed,
hun vertedering, hun berusting. En men
wil het geloven dat al deze roerselen van
het menselijk hart onnaspeurbaar verbon
den zijn met het éne: met de koperen dan
seres, evenals het in het eerste verhaal een
juwelen haarkam is, die ik denk aan
Couperus als een „stille kracht" de in
Holland teruggekeerde, jonge marine
officier voorgoed van zijn vormelijk-bur-
gerlijk-hollands milieu in het Gelderse
heeft vervreemd. En waaraan anders dan
aan een bovenzinnelijke macht zou men
het moeten toeschrijven, dat er in een
verlaten, armelijk man iets wie zal zeg
gen hoeveel gewekt is van een dieper
weten, sinds hij de „Boeddha-ring" aan een
van zijn vingers heeft gedragen? Alleen
in „Nachtgedaanten" (in die verrukkelijke
bundel verhalen van Van Schendel, die
nauwelijks nog proza, bijna al poëzie zijn)
heb ik dezelfde toon gehoord, die me on
weerstaanbaar heeft aangetrokken in deze
vertelling van Maria Dermoüt, in een zin
bij voorbeeld als deze: „Hij, zich nauwe
lijks bewust van eigen en aller mensen te
kort: hun scheidingen en eenzaamheid,
hun falen, en smart en angst dat alles
dat om vertroosting vraagt, wist op een
maal hoe het is vertroost te worden. Hoe
ADVERTENTIE
Hoe komen die schertsfiguren in wijde
slobberjassen, afgetrapte broeken en schoe
nen als schuimspanen, toch aan hun naam?
In 1864 was, bij Circus Renz te Berlijn, een
leerling-kunstrijder in dienst: Tom Belling
Een échte kwajongen, die altijd uit was op
kattekwaad, en bovendien door een stevig
glaasje nog wel eens een keer in een al te
vrolijke bui. Dat was ook het geval toen hij
in de garderobe van het personeel een
kostuum had bemachtigd, dat hem lachwek
kend wijd zat. Zo toegetakeld, werd hij op
gemerkt door directeur Renz, die hem een
geduchte reprimande wilde geven. In zijn
verbouwereerdheid vluchtte Belling in de
verkeerde richting, en ontdekte plotseling tot
zijn schrik, dat hij midden in de arena stond,
onder de ogen van duizenden rondom. Zijn
wanhopige. verontschuldigende gebaren
werkten direct op de lachlust van het pu
bliek, dat niet beter wist of het hoorde zo.
Tussen het applaus en het gejuich door, riep
iemand spottend: „Hé August!"
Hiermee begon de carrière van Belling als
clown gevolgd door een reeks van kostelijke
collega's en opvolgers. U kunt van al hun
belevenissen genieten in het spannende boek
„De Bonte Droom van het Circus" ge
schreven door de circuskenners bi] uitstek
J. van Doveren en Fred Thomas gei" i-treeu
met talloze leuke pentekeningetjes.
Voor slechts f 2.50 kunt u dit boekwerk kopen
bij uw roomboterleverancier of per brief
(kaart) bestellen bij het Kantoor „Roombuter-
album". Postbus 47, Den Haag. U krijgt het
album dan per omgaande toegezonden, onder
rembours. Vermeld vooral duidelijk uw
naam en adres!
De bijbehorende plaatjes ontvangt u gratis
voor rijksbotermerken. U vindt zo'n merk
op elk pakje roomboter.
Neem een pakje extra voor de zondag!
ADVERTENTIE
Haarlem
CENTRALE VERWARMING
JOHNSON OLIEBRANDERS
Van de te Amsterdam gevestigde ver
enigingen van beeldende kunstenaars is
„De Keerkring" voor mij altijd één der
aantrekkelijkste geweest. Men vertoonde
een jeugdig élan, was zich altijd bewust
van eigen tijd, men beschikte over vol
doende techniek of wel in het geval van
enkele autodidacten over een zuiver ge
voel. Het was zeker een vereniging met be
loften.
De tentoonstelling, die „De Keerkring"
thans tot 11 februari in de Nieuwe Vleugel
van het. Stedelijk Museum te Amsterdam
houdt, voldoet naar mijn smaak toch niet
geheel aan die beloften. Van enkele figu
ren meen ik te mogen zeggen, dat ze te
zeer het gevoel hebben er al te zijn. Auto
didacten vervlakten of overschatten hun
vermogens. Dat de leden allen „zonder
praten of manifesteren gewoon maar pro
beren te schilderen" (zoals men in de aar
dige geïllustreerde catalogus schrijft) is
niet waar. Er zijn er die, zij het zonder er
te diep op in te gaan en dat is meteen
een bezwaar tegen hen zich toch be
kommeren om een bepaalde bouw van het
schilderij, die in dit geval iets heeft van
een hen het gemakkelijk makende systeem.
Degene, die werkelijk gewoon maar pro
beert te schilderen is Jacob Kuijper eri
hij doet dat goed. Dat Jan Sierhuis dat
vroeger deed en nu niet zo zeer, komt door
zijn jeugd. Het is op een gegeven moment
noodzakelijk zich te bezinnen op eigen
I middelen. De opzettelijkheid zal hij bij
j verdere ontwikkeling wel weer verliezen.
Arie Kater is dan toch wel de meest bij
zondere figuur in dit gezelschap. Hij her
haalt zich nooit. Ieder ding, dat hij onder
handen neemt, is voor hem een nieuw pro
bleem en gevolg van een nieuwe sensatie.
Iets van hem heeft Rudi Bierman, maar
hij -naakt het zich toch even gemakkelij
ker. Buytendijk leek me in zijn expressio
nistische werk sterker dan voorheen.
Tegelijkertijd exposeert in de Nieuwe
Vleugel „De Grafische" en evenals bij de
meeste tentoonstellingen van deze vereni
ging mocht ik weer kennismaken met
werk van figuren, die mij voorheen nog
niet waren opgevallen. Ik denk aan J. A.
Ded; tus, wiens duinlandschap een als het
ware geëtst schilderijtje is, of aan Toon
Wegner, die goede linoleumsneden en een
opvallend gelithografeerd kinderkopje in
zond.
Het mooist leek me het werk van prof.
Jan Wiegers, knap als altijd toont zich
prof. Kuno Brinks. En natuurlijk valt het
werk van de levendige Jeanne Bieruma
Oosting weer op. Een buitengewoon kleur
effect heeft Jan Bezenwr in zijn gelitho
grafeerde „Stier" bereikt. Dirk van Gel
ders etsen leken me nog bewuster dan
voorheer gedaan. Aan oude meesters her
innert even Gerrit de Jong met zijn geët
ste landschap. Het zelfportret van F. Lens-
velt houdt ons zeker op bij de wandeling
langs het vele vertoonde, waarvan ik niet
veel anders dan mijn persoonlijke voor
keuren kan noemen. Daar behoren verder
toe „Het meisje met masker" van de in
1956 overleden Lode Sengers, de desolate
Schotse landschappen van J. C. Nachenius
en het geestige „Pas de quatre" van Parn
G. Rueter.
Ap Sok is consequent doorgegaan in het
steeds dikker maken van zijn uit de ets
geboren en op de steen voortgezette lijn,
die zo langzamerhand de helft van het te
bedrukken papier gaat innemen. Hij is zo
gaan g loven in het middel, naar mijn ge
voel, dat hij tenslotte hierdoor in de „ab
stracte" kunst terechtkomt. Wim Noord-
boek kon dezelfde kant wel eens opgaan.
Als onderdeel der Vijf Generaties"
wordt werk van het t' ver
toond Darts H >-'s r?< t «i»n be
langrijke fïguui in hét cullu -le leven op
de Antillen zijn Hij moet ook een uitste
kend gastheer zijn en verder verzame
laar. Dit is de tweede expositie hier van
schilderijen van zijn vrouw en van de pro-
dukten van zijn liefhebberij. Dat lijkt me
nogal overdreven, al moet ik toegeven dat
vele andere tot de schilderkunst geroepe
nen het niet veel beter doen.
Bob Buys