KODENT AMERIKAANSE CARTOONS Een sympathieke mislukking Motiveringen van de Commissie der Filmkeuring Een biecht in romanvorm RAT MUIS Film over het leven van Christus Litteraire Kan ttekeningen De negen Muzen Guys and Dolls N.Ph.O.-concert voor P.E.N.-personeel en Een nieuwe film van het Technisch Filmcentrum Prof. P. J. Veth-medaille Heringa Wathrich Dank zij bruiklenen betere vertegenwoordiging van Adriaen van O stade in het Frans Halsmuseum Expositie „De romantiek" in Fodor Nieuwe Vickers Viscount op Schiphol z A T E R DAG 1 6 F E B R U A R I 1957 D JAMMER EIGENLIJK, dat mij al bij het lezen van de eerste bladzijden van Jos Panhuysens jongste roman „Gewoon bespottelijk" (A. A. M. Stols) een kleine passus opviel, die mijn waakzaamheid gaande maakte. Had ik er overheen gelezen, mis schien zou ik voor dit derde bock uit zijn verjongd-creatieve periode evenveel sym- pathie, evenveel waardering hebben kunnen voelen als voor de beide andere: voor „Leven alleen is niet genoeg" en „Iedereen weet het beter". Wat mij namelijk steeds voor hem inneemt is zijn „toon", deze mengeling van mildheid en lichte ironie, van meewarigheid en getemperde spot van „menslievendheid" kortom, die recht streeks haar wortel heeft in zijn persoonlijke, ondogmatische katholieke geloofs belijdenis. Deze.toon is ook hiér. Maar die kleine passus dan, een schijnbare bijkom stigheid, werd er de oorzaak van, dat in de onmiskenbare Panhuysen-toon voor mij iets bleef meeklinken dat me het volle genot ervan bedierf. Een vrouw moet men weten stelt het intiemste van haar leven te boek. In een half gelaten, half vertwijfelde ge moedsgesteldheid ziet zij terug op haar vijfentwintigjarig huwelijk, haar moeder schap, haar echtelijke ervaringen. Ze wil, wat daarvan ook de uitkomst mag zijn, tot klaarheid komen aangaande haar verhou ding tot haar man en haar drie kinderen, iot haar leven, „het" leven, tot God. Arge loos (maar soms niet zó argeloos als haar simpele, eerlijke taal wil doen geloven) noteert zij haar invallen, haar herinnerin gen, haar overpeinzingen voor wie? Voor zichzelf, wilde ik aannemen. Ze schrijft zich uit, dacht ilc. Ze biecht, ze be lijdt, ze geeft het kwetsbaarste van haar gevoelsleven prijs en „zou niet graag wil len dat iemand die (ze) kent het las". En zo voelt de lezer zich in een zeer kostbaar geheim genomen tot op het ogenblik dat hij op die kleine passus stuit, waarin dc ..dagboekschrijfster" haar kinderen als het ware presenteert. Ze schrijft namelijk niet over Herman en Vic, maar over „Herman, de seminarist" en over „Vic, die nu bij de paters is" en over de broers van Henk (haar man), die „wegenbouwers waren en zijn". Men zou een slecht gehoor moeten hebben om niet aanstonds te weten, dat het niet Else Loret is, die al schrijvende haar hart. uitstort, maar de schrijver Jos Panhuysen, die voor haar de pen voert en een roman schrijft. Een „bekentenis" kan een roman inhouden allicht. Een roman kan boordevol bekentenissen zijn natuurlijk. Maar een als roman geschreven cn gecomponeerde belijdenis, een zo con fidentiële biecht in de vorm van een ro man met alle dialogen en kunstgrepen, die een „auteur" ten volle veroorloofd zijn dat wordt een tweeslachtige pennevrucht, die men niet anders dan fragmentarisch kan waarderen. Nogmaals: het is jammer. Er schuilt in dit boek zo allemachtig veel sympathieks, zoveel menselijks, zoveel waars. Maar er staat ook zoveel overbodigs, dat in een ro man tot het verdienstelijke en zelfs nood zakelijke „bijwerk" behoord zou hebben, maar in een in het geheim geschreven be lijdenis, in een met zoveel hartzeer geno teerd peccavi, als overbodig en onwaar schijnlijk detail alleen maar kregel kan maken, hoe voortreffelijk het op zichzelf ook geschreven mag zijn. Kregel, ja: men gaat in dergelijke uitweidende passages en deze zijn vrij talrijk aan de innerlij ke noodzaak van deze pijnlijke ontboeze ming twijfelen. Want deze vrouw lijdt, zoveel is zeker. ADVERTENTIE uitgeroeid met De Twentieth Century Fox-filmmaat schappij in Hollywood zal dit jaar een film maken over het leven van Christus, bewerkt naar het boek „The greatest story ever told" van Fulton Oursler. Het scenario wordt geschreven cioor vier schrijvers, die elk een der belangrijkste geloofsrichtingen vertegenwoordigen. Zij worden bijgestaan door een commissie van twaalf deskundigen, elk van een ander ge loof. De maatschappij zal een theologisch student trachten te vinden, die de rol van Christus kan en wil spelen. Zij stelt echter de voorwaarde, dat deze student na de verfilming zijn studie weer zal opnemen en niet naar het toneel zal overgaan. Wal ter Lang treedt op als regisseur,. De presi dent: van de filmmaatschappij noemde het boek „de verhevenste liefdesgeschiedenis, die ooit is geschreven". De Stichting Technisch Filmcentrum ill Den Haag heeft een film laten vervaardi gen, waarin wordt uiteengezet, hoe met behulp van een zogenaamd proces-analy seblad een bestaand arbeidsproces als het ware „zichtbaar" kan worden gemaakt. Hierdoor kan worden nagegaan, of er we gen en middelen zijn om dc gevolgde werk methode te verbeteren en te vereenvoudi gen. Bij de samenstelling van de film dien den van advies de Algemene Verladers- en Eigen Vervoerdersorganisatie, het bureau Adviseur Organisatie.Rijksdienst en de af deling Bedrijfsorganisatie van de Konink lijke Nederlandse Hoogovens en Staalfa brieken n.v. Voor dr. E. Egeler en dr. T. de Booy De Nederlandse geologen dr. C. G. Egeler en dr. T. de Booy, die vorig jaar voor de tweede maal een expeditie hebben onder nomen naar de toppen van het Andesge- bergte, zijn de eerste geleei-den aan wie de bronzen Prof. Pieter Johannes Veth- medaille, ingesteld door het Koninklijk Ne derlands Aardrijkskundig Genootschap, is toegekend. Na de eerste vertoning van de door beide geologen opgenomen film over deze tweede Andes-expeditie. heeft de voorzitter van het genootschap, prof dr. G. L. Smit Sibin- ga, donderdagavond in de aula van het Koninklijk Instituut voor de Tropen te Amsterdam deze onderscheiding aan hen uitgereikt. De Prof Pieter Johannes Veth-medaille, ingesteld ter gelegenheid van het 80-jarig bestaan van het aardrijkskundig genoot schap in 1953 en genoemd naar de eerste voorzitter, wordt uitgereikt aan personen, die zich door een bijzondere prestatie op het gebied der aardrijkskundige weten schappen hebben onderscheiden. Deze on derscheiding is thans voor de eerste maal toegekend. Ze lijdt aan het verraden geluk van haar meisjesjaren, haar ongerept gebleven on schuld, haar twijfel, haar ongestild ver langen, haar abdicatie van alle verlangen, haar zelfverwijt, haar hoogmoed, haar kleinheid. Zó heeft ze, zoals men nu een maal pleegt te doen, het beeld dat zij zich van haar naasten met de jaren heeft ge vormd, gefixeerd. Zó zijn ze. Zó is Herman, de aankomende priester haar oudste zoon, die voor haar „de seminarist" is ge worden, strak-in-de-leer, overtuigd van zichzelf en zijn inzichten. Kent ze Gitta eigenlijk wel? Is het werkelijk haar doch ter, die een niet-katholieke minnaar zo aanstonds prijsgeeft en zich daarna zonder veel verwachting nog wel in het huwelijk stort met een geloofsgenoot? En Vic, haar jongste, die door een jeugdig onbezonnen misstap haar in het diepst van haar hart heeft gekwetst, heeft zij zich zó in hem vergist? Dat alles is echt. Al deze twijfel, deze angst, deze pijn, deze machteloosheid te genover het onheil van het leven, is waar- achtig en. menselijk. Het is onmogelijk om over deze fijnste roerselen van dé mense lijke ziel zo indringend te schrijven als men er niet en daarmee bewijst Pan huysen opnieuw hoezeer hij een „schrij ver" is onverdeeld bij betrokken is. Was het daarbij gebleven, Panhuysen zou een gekrenkte vrouwenziel het volle pond van zijn schrijverstalent hebben gegeven. Dat hij aan het slot van het boek de vraag openlaat of Else Loret gelukkiger, of ze verlost is, nu zij aan het eind van haar „gewetensonderzoek" haar man, haar kin deren, zichzelf, het leve.i en het ondoor grondelijk goddelijk bestier in een ander licht zi-'. dat zou ik hem allerminst als een tekortkoming willen aanrekenen. In tegendeel. Panhuysens kracht ligt hier en elders niet in hetgeen hij zegt, maar in wat hij laat.raden. Maar wat zijn roman be treurenswaardig verzwakt heeft, is zijn „romanachtige" introductie van figuren en motieven, die hij bovendien, met een mu ziekterm gezegd, niet „doorcomponeert". Als passanten verdienen verschillende per sonages in een biecht niet zoveel aandacht, verdragen zij niet zoveel detaillerende be schrijving. En weer kom ik terug op die noodlottige passus, die mij verried dat Panhuysen verkeerd deed, toen hij bij de opzet van zijn boek de „ik-vorm" koos, zonder daarbij de romantechniek los te la ten. Daardoor kreeg zijn boek, waarvan de strekking mij niet minder ter harte gaat dan zijn vroegere werk, de tóón van het zelfgesprek, maar de vorm van een ver teld verhaal. En dat gaf mij het gevoel dat ik schaamteloos moest meeluisteren naar iets, dat niet voor andermans oren be stemd is. Of erger: het gevoel dat een mens in zijn zielsnood ,en dat is Else Lo ret toch eigenlijk) van haar leed een roman maakt. Een schrijver mag dat doen. Her haaldelijk doet hij dat, zo niet steeds. Dat is in wezen ook de veer, die Panhuysens klokje drijft. Maar een „dagboekschrijf ster", een vrouw die haar diepste bekom mernissen lucht geeft, mag dat niet. Of ze poseert. En dat is ten aanzien van een vrouw als Eise Loret een dusdanig kren kende onderstelling", dat ik er de voorkeur aan geef, Panhuysen in dezen in gebreke te stellen. C. J. E. Dinaux ADVERTENTIE Haarlem CENTRALE VERWARMING JOHNSON OLIEBRANDERS Moderne kerkbouw In de Zuidafri- kaanse stad Parys in de Oranje Vrijstaat is dezer dagen een kerk voltooid van de Ne derlandse Hervormde Gemeente. De archi tect is de Zuidafrikaan J. de Ridder. Plet bouwwerk lijkt op een tent omdat het dak van de grond af begint. De toren staat af zonderlijk van het gebouw. In Pretoria en Krugersdorp zijn onlangs ook twee kerken van deze gemeente in moderne stijl opge trokken. Culturele uitwisseling. De stad Mün- ster in Duitsland zal de culturele uitwis seling met Nederland uitbreiden. Naar het stadsbestuur donderdagavond meedeelde, zal het operagezelschap „Forum" uit En schedé op 23 maart in Münster de opera „Cosi fan Tutte" van Mozart uitvoeren. Een gezelschap van de Westfaalse hoofd stad zal in oktober in Enschedé een ope rette opvoeren. Het orkest van Münster zal vervolgens in Enschedé en Hengelo spelen en het orkest van Overijsel brengt een tegenbezoek. In oktober gaat het Bal let der Lage Landen naar Münster. Dr. Eduard van Beinum Dr. Eduard van Beinum zal zijn eerste seizoen met het Filharmonisch Orkest van Los Angeles af sluiten met Beethovenconcerten op 21 en 22 februari. In november zal hij weer naar Amerika terugkeren voor het volgende sei zoen. Expositie Van 23 februari tot 31 maart wordt in het Arnhems Gemeentemuseum een expositie gehouden uit de Groningse collecties van de heer E. J. Duintjer en prof. dr. G. Kraus. De expositie omvat werk onder meer van Chagall. Chirico, Maillol, Picasso, Utrillo, Van Dongen, Wie- gers en Willink. Guillaume Landré Op uitnodiging van het bestuur van het „Concours musical Reine Elisabeth de Belgique", dat jaarlijks in Brussel wordt gehouden, zal onze land genoot de componist Guillaume Landré zit ting nemen in de internationale jury voor dit jaar. Het concours 1957 is gewijd aan composities voor orkest en kamerorkest. „Delfts Zilver" verlengd De tentoon stelling „Delfts Zilver" in het stedelijk mu seum „Het Prinsenhof' in Delft, trekt veel belangstelling. De directeur heeft besloten de expositie te verlengen tot en met zon dagdag 24 februari. De tentoonstelling van schilderijen uit twee Groningse collectie? is tot en met zondag' 17 februari verlengd. Door samenwerking met het Rijksmu seum te Amsterdam en het Mauritshuis te Den Haag, konden twee fraaie bruiklenen op langdurige termijn aan de verzamelin gen van het Frans Halsmuseum te Haar lem worden toegevoegd. Het betreft twee panelen van Adriaen van Ostade, respec tievelijk „Kwalzalver in het dorp" en „Boer met varken". Dank zij de aankoop van het paneel ..De tevreden drinker" van Van Ostade (eind 1956) en de toevoeging van genoemde bruiklenen, is de vertegen- 99 99 Vrijdagmiddag heeft de Metro Goldwyn Mayer, de maatschappij, die de film Guys and Dolls" uitbrengt, inzage verleend in dc rapporten van de Centrale Commissie voor de Filmkeuring, welke commissie tot drie maal toe deze film ontoelaatbaar heeft verklaard. Dit is, voorzover bekend, een unicumDoorgaans worden de motiverin gen van de commissie ook door de exploi tant niet openbaar gemaakt. Dat dit wel is geschied grondt de maatschappij voor namelijk op de overweging, dat de film „Guys and Dolls" nergens ter wereld werd verboden. Daarom wil zij de motiveringen van de Nederlandse Filmkeuring vanwege de uitzonderlijkheid van het verbod aan het publiek niet onthouden. De film „Guys and Dolls" is gemaakt naar de musical, die vier jaar lang op Broadway heeft gelopen en drie jaar lang in .Londen. Plet is een soort operette, waar in men verzeilt temidden van een troep beroepsgokkers, die het wedden maar niet kunnen laten. Een hunner (Frank Sinatra) daagt een zijn vriend (Marlon Brando) uit om een sergeant van de „Save a soul Mis sion" - een groep evangelisten, die zeer veel gelijken op het Leger des Heils - zo te charmeren, dat zij hem een avond ver gezelt naar Havanna. De inzet is duizend dollar. Het gelukt de innemende gokker, die met „Hemeltje" wordt aangesproken, om de sergeant mee te krijgen op voor waarde dat hij twaalf zondaars mee zal tronen naar de bijeenkomst, waarvan het voortbestaan der missiepost op Broadway afhangt. De zending heeft namelijk zo wei nig succes, dat men overweegt deze statie te sluiten. De sergeant (Jean Simmons) Zaterdag is in de Moderne Boekhandel in de Leidsestraat in Amsterdam een ex positie geopend van originele Amerikaan se cartoons. Vijftien van de bekendste Amerikaanse humoristische tekenaars zijn hier met enkele prenten vertegenwoor digd. De tentoonstelling werd in Washing ton samengesteld en maakt een tournee over de hele wereld. Zij bestaat uit acht envijftig tekeningen, waarvan er vijfen veertig reeds werden gepubliceerd in het vermaarde Amerikaanse humoristische tijdschrift „The New Yorker". Zij zijn van de hand van Charles Addams, Peter Arno, Abe Birnbaum, Sam Cobean, Whit ney Darrow, Alan Dunn, Robert Orborn, Mary Petty, George Price, Mischa Rich ter, Otto Soglow, William Steig, Saul Steinberg, Richard Taylor en James Thur- ber. Enkele prenten zijn in kleuren uitge voerd. Men krijgt geen „strips" te zien of politieke spotprenten, die vaak op onna volgbare wijze de overtuiging van het blad, waarin zij werden afgedrukt, onder strepen, maar zelfstandige tekeningen. Men krijgt toch een bondig overzicht van de stijlen, die door Amerikaanse cartoon- w. C: A. y isten worden toegepast en het enorme aantal mógelijkheden om situaties op ver schillende wijze te interpreteren. Niette min wordt de bezoeker getroffen door een zekere gelijkvormigheid. Men ziet veel prenten, die door verschillende kunste naars zouden kunnen zijn uitgevoerd. De prenten die er door een heel eigen ka rakter uitspringen zijn uiteraard die van Steinberg, maar verder die van Steig en vooral die van Osborn. Van proeven van werk van beide laatstgenoemden pu bliceren wij een reproduk- tie. Zij die de expositie willen gaan zien raden wij aan de prenten van Osborn en Steig bijzonder goed te bekijken. Men kan de tentoonstelling lot 24 februari be zichtigen. Kwakzalver in het dorp", een paneel van Adriaen van Ostade. woordiging van deze belangrijke Haar lemse meester - tot voor kort met één paneeltje: „De liereman" - tot vier werken uitgebreid. Hierdoor komen de verschil lende aspecten van Van Ostade's levens werk voortreffelijk tot hun recht. Genoem de werken zijn geëxposeerd in de zuidelijke kabinetten, die door reorganisatiewerk zaamheden nog korte tijd voor het publiek zijn gesloten. gaat dus met „Hemeltje" op pad. Ze is ver liefd op de knappe gokker en „Hemeltje" zelf wordt het op haar. Natuurlijk ontdooit de evangeliste. Ze drinkt wat te veel, slaat aan het jitterbuggen (overigens niet in ambtskledij) en raakt zelfs betrokken bij een vechtpartij. Wanneer ze met „Hemel tje" terugkomt, blijken de gokkers de mis siepost gebruikt te hebben voor hun" duis tere praktijken. „Hemeltje" krijgt de bons, maar hij houdt zich aan zijn woord: hij brengt de hele troep naar de bijeenkomst, waar de heren, zoals gebruikelijk'is, in het openbaar vertellen wat ze wel op hun kerfstok hebben. De sergeant ontkent tegenover de politie dat ze de missiepost als speelhol hebben misbruikt en wint daarmee helemaal hun sympathie. Het eind van het liedje is dat een der booswichten tot de missie toetreedt, „Hemeltje" met zijn sergeant trouwt en de leider der gok kers eindelijk in het huwelijksbootje stapt met de revuester, die hij al veertien jaar aan het lijntje hield. De film - evenals de oorspronkelijke musical - is een vrijmoedige scherts. Ze ironiseert het hol gebruik van bijbeltek sten, lanceert vooral geestige situaties, die het contrast van de ..Save a soul mission" oplevert met de opvattingen en gedragin gen der gokkers en neigt wel eens naar de satyre, hetgeen rechtstreeks voortvloeit uit de vorm, waarin deze inhoud wordt behandeld. De film wil kennelijk niet se rieus genomen worden. Ze zou bij wijze van spreken evenzeer door alle zondaars, die zij ons voorschotelt, met verbolgen heid kunnen worden bekeken en verwor pen. Wat zegt nu de Centrale Commissie voor de Filmkeuring ervan. Na de eerste keuring dit: De film is niet toegelaten omdat de Commissie op grond van de navolgende overwegingen de inbond in strijd acht met de goede zeden. Het werk van het Leger des Heils (de in de film ingestelde missie ..Redt een ziel" is daarmee ie vereenzelvigen) wordt hier misbruikt voor hel opvoeren van kolderachtige taferelen, op die wijze belachelijk gemaakt. Er wordt gesold met bijbelteksten en begrippen van zondigheid, be kering en heil. die voor velen een diepe beteke nis hebben. En dit alles speelt zich af volgens een intrigue, waarin goklust cm vulgariteit de boventoon voeren. De boemelscène te Havana met het dwaze ge drag van de missieleidster Sarah Brown is, ge zien haar functie, stuitend te noemen. De red- scène met de Schijnheilige ..bekering" van de gokkers en de geforceerde „goede afloop" is een ergerlijke paskwil. Weliswaar heeft de film de vorm van een mu zikale show en wordt getracht dit alles als een niet te zwaar op te nemen coniediespel voor te stellen, maar de Commissie is er van overtuigd, dat het een misplaatste, onaanvaardbare grap pigheid is, ernstig genoeg op te vatten, ook we gens het in het volk levende respect voor het Leger des Heils om deze film niet voor verto ning toe te laten. De M.G.M. ging tegen deze uitspraak in beroep. Ze verzocht de auteur Simon Vest dijk de litteraire achtergronden van film en musical, wier inhoud ontleend is aan het oeuvre van Damon Runyon, een ge vierd Amerikaanse schrijver, te belichten. Dat deed Simon Vestdijk in een brief aan de Commissie. De M.G.M. stelde zich in verbinding met generaal Wilfred Kitching van het Internationale Hoofdkwartier van hot Leger des Heils te Londen. Deze schreef een briefje waarin hij verklaarde dat, indien de film gebaseerd is op de mu sical, er geen directe aanknopingspunten zijn me t het Leger des Heils. In Engeland had het Leger er geen bezwaar tegen ge maakt, zo deelde hij mee. Ook dit schrij ven werd de Commissie ter hand gesteld. De Commissie zelf verzocht de leiding van het Leger des Heils in Nederland de film te komen zien en van advies te dienen Van die uitnodiging werd geen gebruik ge maakt. „Filmkeuring is niet ons terrein", antwoordde het Leger de: Heils. Na de tweede keuring" oordeelde de (nieuw ge formeerde) commissie eveneens dat de film ontoelaatbaar was, daarbij aanvoerend dat zulks vooral werd bepaald door nationale of regionale opvattingen omtrent de goede zeden of de openbare orde. De in de eer ste uitspraak geformuleerde afkeuringen Scène in de missiepost, waar „Hemel tje" de Bijbel beter blijkt te kennen dan de sergeantIn alle „hotels" waar hij heeft gezeten was altijd een Bijbel, zegt hij. Het bezoek aan de nachtclub te Havanna. werden in deze tweede uitspraak herhaald en onderstreept. Daarop werd de film met enige kleine coupures opnieuw aangeboden. Een nieuw geformeerde commissie van leden dei- Filmkeuring wees de film ten derde male af in een rapport, dat luidt als volgt: Deze film is niet toegelaten voor openbare vertoning omdat de Commissie van oordeel is. dat de geest van deze film ook door het aan brengen van enige coupures niet is te verande ren. Het blijft een geval van kwetsing van de gevoelens van een waarlijk godsdienstig mens. zoals hier met begrippen als getuigenis, bekering, etc., gesold worden. Het is geen gebrek aan zin voor humor, (die naar het inzicht der Commissie in deze film ver is te zoeken), maar de afkeer voor de bespotting van geloof, die deze film kenmerkt, die do Com missie de film de qualificatie „in strijd met de goede zeden" heeft laten behouden. De motivering der oorspronkelijke Commissie en de Herkeuringscommissie wordt door deze nieuwe Commissie wat betreft de film in gewij zigde samenstelling, volkomen onderschreven. Het is nu wel duidelijk, dat „Guys and Dolls" geen schijn van kans maakt in Ne derland vertoond te worden. Men zou de film met geen enkele counure kunnen red den, zelfs al is de M.G.M. van plan weer een herkeuring aan te vragen. De vraag is nu maar, of de Commissie juist heeft geoordeeld. Men kan daarbij slechts af gaan op het oordeel van hen, dm de film ook hebben gezien Uit een vrijriagmiddnp te Amsterdam gehouden jersconf^"°ntie 'c gebleken, dat het standpunt der filmeri tici wel zeer van dat der Comm'ssie af wijkt. Hier komt oo'c de mening van de filmredacteur van dit blad in het geding die de film „Guys and Dolls" zelf heeft kunnen zien en als zijn oordeel uitspreekt, dat zij op hem een heil wat onschuldiger hldruk heeft gemaakt dan klaarblijkelijk op de Commissie en dat hij er zeker geen belachelijk werkende tendens ten opzichte van Let Leger des Heils in ziet, immers Het personeel van het P.E.N. in Noord holland was donderdagavond weer in het gemeentelijk Concertgebouw te Haarlem bijeen om te luisteren naar de langzamer hand tot een traditie geworden jaarlijkse muziekuitvoering door het Noordhollands Philharmonisch Orkest. Opnieuw ondergingen de zeer talrijke personeelsleden de schoonheid van muziek werken, die voor deze avond met bijzon dere zorg waren gekozen. De prachtige Haffner-serenade (K.V. 250) van Wolfgang Amadeus Mozart diende als inleiding. De uitvoering van deze ranke, ragfijne muziek gaf de concertmeester Jan Hesmerg ruime gelegenheid zijn technische en artistieke capaciteiten als solo-violist te demon streren. De Haffner Serenade heeft in veel opzichten het karakter van kamermuziek. In deze geest werd ook het op de serenade volgende Eerste Pianoconcert in C opus 15 van Ludwig van Beethoven uitgevoerd. Het was opvallend hoe de dirigent Marinus Adam en de solist Leendert Huges het over de interpretatie van dit vroege werk van Beethoven eens waren. Het orkest paste zich prachtig in zijn begeleiding bij hel ingetogen, beheerste, eenvoudig-expres- sieve en gave spel van Leendert Huges aan met een resultaat, dat de warme bij val van de opvallend aandachtige toe hoorders volkomen rechtvaardigde. Konden we voor de pauze verwijlen in een ongestoorde klassieke sfeer, in de tweede helft van ie avond was het de muzikale romantiek, die bij de uitvoering van de Vijfde Symfonie („Uit de nieuwe wereld") van Anton Dvorsjak onze aan dacht vroeg. Zeker zijn het de momenten van gevoelsontlading, heftig bewogen of met ingetogen weemoedige mijmering, die het werk van Dvorsjak zijn eigen kracht gegeven hebben. Maar de componist heeft zich niet verloren in die romantische emoties, want ook de zuiver muzikale factoren werden bewaard en met grote vakbekwaamheid in de symfonie onder gebracht. Knappe thematische verwerkin gen, uitnemende instrumentatie en klare vormgeving hebben de muziek een waarde gegeven, die krachtig opweegt tegen een dreigende verbleking van enkele fragmen ten en die haar nog steeds, ruim zestig jaar na haar voltooiing, een plaats van betekenis op de concertprogramma's heeft doen behouden. Marinus Adam en het or kest vertolkten het werk met een groeien de geladenheid De finale werd een gran dioze bekroning. Vermelding verdient, dat Wouter Paap de werken met een onder houdend, beknopt samenvattend betoog inleidde. Het concert werd ook door de Commis saris der Koningin in de Provincie Noord holland, dr. M. J. Prinsen, bijgewoond. 1'. Zwaanswijk Flood-light bescheen vrijdagavond Am sterdams oudste museum Fodor aan de Keizersgracht en binnen waren de kaarsen ontstoken ter ere van de feestelijke ope ning der expositie „De Romantiek". Burgemeester Van Hall en wethouder mr, A. de Roos woonden de opening bij. De tot 5 mei durende tentoonstelling om vat 67 schilderijen en 45 stuks grafiekuit de verzameling van de in 1860 overleden Amsterdamse koopman Karei Jozef Fodor, die zijn kunstverzameling en twee woon huizen en een pakhuis aan de stad Amster dam vermaakte. Gedurende de tentoon stelling zullen een aantal huismuziekavon den worden uitgevoerd tijdens de week einden. De eerste passagiersmachine van het nieuwe type Vickers Viscount 802 arri veerde vrijdag op Schiphol, in de lijn dienst van de B.E.A. Londen-Amsterdam. Dit nieuwe vliegtuig zal over enkele maanden ook door de K.L.M. in gebruik worden genomen, die negen machines van dit type heeft besteld. De Viscount 802 biedt plaats aan 57 pas sagiers, tien meer dan de machine van de serie 700. In enkele minuten tijd kan de cabine worden ingericht voor een vracht vlucht of voor een gedeeltelijke passa giers- en vrachtdienst. De K.L.M. die met de Viscount 803 gaat vliegen en in april de eerste machine op Schiphol krijgt, is van plan om de helft van de ruimte in te rich ten voor de toeristenklasse en het andere deel voor eerste klasse-passagiers. De motoren, vier Rolls Royce Dart tur- bo-props, ontwikkelen 13 percent meer vermogen bij de start dan de motoren van het vorige type. In de zomermaanden zal de B.E.A. reeds 24 van deze vliegtuigen in gebruik hebben genomen, waardoor de Engelse maatschappij enkele nieuwe lij nen zal openen, onder meer Londen- Valencia en Londen-Belgrado. ADVERTENTIE Voor bestelwerk RENAULT 300 kg. 1000 kg en 1500 kg. Honderden in Haarlem in gebruik. Laadruimte tot 9 rr>3. Prijzen geheel compleet resp. f 4190.—. I 6700.- en f 6900.— GARAGE DEN HOUT het Leger des Heils zoekt doelbewust de belangstelling door een optreden naar bui ten dat afwijkt, van wat men bij de con fessionele groeperingen en religieuze sek ten gewoon is. Dat bepaalde confessionele groeperingen zich gekwetst voelen door het vrijelijk gebruik van bijbelteksten is zeer wel mogelijk, maar dan beziet men de zaak wel zeer eenzijdig. Die teksten immers worden naar liet uiterlijk gebruik bena derd, maar innerlijk niet ontkracht noch verworpen. Het „onwaardig" gedrag in Havanna heeft vele goedkope effecten, maar het is niet stuitend. Humor bezit de film zeker de commissie brengt hier wel c n teer punt in het geding als zij zich daarover uitspreekt. Het leugentje van de sergeant heeft uw filmredacteur naar de inhoud het meest getroffen. Dat had men inderda d van een zondaar verwacht Nee, men heeft voor mijr gevoel wel erg zwaar getild aan de? film. die overigens door Joseph Manckiewic? aardig maar ze ker niet buitengewoon aai dij 'c gemaakt Do bot dn? 'jpr "1 nin" >r) >nA Dolls" opgern- »n ns fo ■urn der 1 v.ers uilpovor o<> blij It even wel haar onbevredigend karakter behou den. Preventieve censuur draagt het risico van deze bots'ng in zich Moet men nu de Commissie voor Filmkeuring maar ophef fen of haar ontbinden er opnieuw forme ren? Ook dat wordt weer een kwestie van verdeeldheid der meningen P. \V. Franse

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1957 | | pagina 7