Spoorwegwerken Heemstede TAXI 13.300 Busdiensten Amsterdam - den Haag en Amsterdam - Leiden Wethouder Geluk stelt nieuwe aula H.B.S.-a in gebruik Haarlemmers in den vreemde Jubileumconcert van „Caecilia" „De volle waarheid" Aanvragen van Maarse en Kroon afgewezen ZATERDAG 9 MAART 1957 HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT 11 UIT STAD EN STREEK WASSERIJ DUYN VOLKSWAGENVERHUUR Engelse thriller voor Geloof en Wetenschap Plan tot verplaatsing van de Nederlandse Bank Hoofdredacteur „Utrechts Nieuwsblad" naar IPI Kamerlid spreekt met middenstanders Menselijk Sprookje' Musical Lawaaiig Romantiek Op de vuist Prolongaties en reprises Expositie „De boer in de Nederlandse schilderkunst" Bloemwerk Blo°m«?»orkunst afl v. Empelen Begunstigd door de zachte winter heeft men zonder onderbreking kunnen wer ken aan de verhoging van de spoor baan nabij de Zandvoortselaan te Heemstede en aan de bouw van het toekomstige haltegebouw Heemstede- Aerdenhout. Deze foto geeft een over zichtsbeeld van de werkzaamheden en toont de grote bouwput, waarin de fun damenten zijn gelegd van het nieuwe haltegebouw. Men is op het ogenblik reeds zo ver, dat overgegaan kan wor den tot het storten van een gedeelte van de wanden van het gebouw. Bovenaan de foto is het verhoogde talud van de nieuwe spoorbaan te zien. Tengevolge van deze werkzaamheden is de helft van de Zandvoortselaan voor het verkeer gesloten. Dit kan ech ter via de andere helft geleid worden, waarbij afwisselend naar beide rich tingen voorrang gegeven wordt met behulp van verkeerslichten. Nieuws in het kort Jehovah' getuigen. Het Wachttoren genootschap houdt van 15 tot en met 17 maart in „Treslong" te Billegom een driedaagse kring vergaderingOp zondag 17 maart zal de heer R. Engelkamp, bedienaar van het genootshap, spreken over „Kunnen de men selijke scheidsmuren omver worden ge haald?" B.L.O.-onderwys. Onder auspiciën van de Vereniging voor Pedagogiek zal de heer W. van der Jagt, adjunct-directeur van de Stichting Buitengewoon Onderwijs te Am sterdam op woensdagavond 13 maart in res taurant Brinkmann te Haarlem spreken over „Het buitengewoon lager onderwijs in de toekomst". Karretje aangereden. Op de Glipper- weg nabij de Prinsenlaan te Heemstede staken vrijdagmiddag twee broertjes van vijf en zes jaar, die met een karretje speel den, de weg over. Een vrachtauto, komende uit Bennebroek, kwam in aanraking met het karretje. De zes-jarige, die het karretje voortduwde, is met wonden aan benen en rug naar die Mariastichting overgebracht en zijn broertje met een lichte hersenschudding naar zijn huis. ADVERTENTIE ,*MSTKHD MSKV WKrZC «M 11055 ADVERTENTIE Garage: Twljnderslaan 35 De werkelijk goede thrillers, die ik in de loop van ongeveer twintig jaar heb gezien, ik geloof dat ik die op de vingers van een hand zou kunnen uittellen. De beste herinneringen bewaar ik aan een Italiaans produkt van voor de oorlog, dat „Ik heb de graaf vermoord" heette en waarvan ik niet eens meer weet wie de schrijver is. Het kan zijn dat de afstand in tijd bedriegelijk werkt, waardoor het beeld der herinnering vertekend is. Van de stukken in dit genre uit de laatste tijd staat „U spreekt met uw moordenaar" van Frederick Knott voor mij aan de top. De werkelijke liefhebber van het betere speurderswerk zal toch, geloof ik, de meer geraffineerde verteltrant van de uitplui zende detectiveroman verkiezen. Maar hoe dan ook, met „De volle waarheid" van Philip Mackie heeft het Rotterdams To neel een althans wat het eerste deel be treft bijzonder geslaagde keuze gedaan, omdat daarin voldoende sympathie voor de onschuldige verdachte wordt gewekt om de sportieve spanning te versterken door een duidelijk blijkende partijdigheid van het publiek. Na de pauze, met het tergende uitstel van de goede afloop, wordt het melodra matische, die iedere thriller eigen is, door buiten de sfeer van de spitsvondigheden tredende schurkenstreken in het ouder wetse getrokken. Het eerste gedeelte geeft in de trant van Pirandello te zien hoe on waarschijnlijk de waarheid kan klinken, maar het tweede bestaat alleen nog maar uit onwaarschijnlijkheid zonder meer. De leden van „Geloof en wetenschap" hebben er vrijdagavond in de Haarlemse Schouw burg hoorbaar van genoten en zullen hun bestuur wel dankbaar voor deze keuze zijn geweest. Gezegd moet dan ook worden, dat de blijken van bijna kinderlijk mede leven door Lia Dorana en Pim Dikkers ten volle waren verdiend. Leo de Hartogh maakte de inspecteur van politie zoals men een gezagsdrager graag ziet: betrouw baar, maar geenszins feilloos. Eric van Ingen speelde het klaar de misdadiger een satanische slimheid en tegenwoordigheid van overspannen geest te geven. Het ge heel voltrekt zich in een voortreffelijk de cor van Joost van der Grinten en was door Bob de Lange vakkundig in scène ge zet. De verstaanbaarheid was jammer ge noeg niet ideaal. David Koning ADVERTENTIE Naar wij vernemen heeft de Commissie Vergunningen Personenvervoer de aan vragen van de n.v. Autobusdienstonder- neming Maarse en Kroon te Aalsmeer voor de uitoefening van een busdienst tussen Amsterdam en Den Haag via Amstelveen, Schiphol en Wassenaar en een sneldienst tussen Amsterdam en Leiden via de nieuwe ryksweg 4a en rijksweg 4 door de Haar lemmermeerpolder afgewezen. Wel kreeg Maarse en Kroon een seizoenvergunr.ing voor de maanden mei tot en met sep tember voor een sneldienst tussen Amster dam en De Kaag. Dat de aanvraag voor de busdienst Am sterdamDen Haag wordt afgewezen, komt niet onverwacht, nu de Commissie- Van Breen reeds enige tijd geleden aan de Nederlandse Spoorwegen opnieuw voor tien jaar concessie verleenden voor een dergelijke dienst. In haar overwegingen stelt de Commissie nogmaals, dat een der gelijke dienst zou uitgaan boven de aan Maarse en Kroon toevallende taak van regionaal vervoer in en met Haarlemmer meer en Amstelland. De hoekpunten van dat gebied worden gevormd door Amster dam, Haarlem, Leiden en Utrecht en het is in deze steden, dat goede aansluitingen op de overige vervoervoorzieningen dienen te worden geboden, hetgeen dan ook in voldoende mate het geval is. Voor een der de vervoersmogelijkheid naast de reeds bestaande rail- en wegverbindingen van de Nederlandse Spoorwegen is uiteraai-d in het geheel geen reden. De Commissie ontkent niet, dat de aan gevraagde dienst voor sommige reizigers de voordelen van een sneller en goedkoper verbinding zou bieden, doch evenals de vertegenwoordiger van de Nederlandse Spoorwegen op de openbare zitting in sep tember, waarop deze aanvraag werd be handeld, verwijst ook zij naar het Konink lijk Besluit waarbij een particuliere aan vraag om een dienst AmsterdamNoord- wijk werd afgewezen met de motivering, dat de daaraan voor sommigen verbonden voordelen niet kunnen opwegen tegen de met het algemeen vervoerbelang strijdige nadelen, verbonden aan onttrekking van vervoer aan de bestaande diensten. Geen regionaal belang De argumentering van de Commissie Vergunning Personenvervoer tot afwijzing van de door Maarse en Kroon gevraagde snelverbinding tussen Amsterdam en Lei den loopt vrijwel parallel aan de hiervoor genoemde motieven. Inzonderheid wordt hierbij echter gesteld, dat een dergelijke lijn grotendeels over autosnelwegen zou lopen, waarlangs geen bebouwing voor komt, zodat hierdoor geen regionale be langen worden gediend, maar wel vervoer wordt onttrokken aan de bestaande rail verbinding. Om elk misverstand hierover uit te sluiten heeft de Commissie in haar thans opnieuw voor tien jaar verleende streekvervoervergunning aan Maarse en Kroon de uitsluiting van rechtstreeks ver voer AmsterdamLeiden over die gedeel ten van rijksweg 4, die wel voor het i-egio- nale vervoer mogen worden gebruikt in casu BurgerveenAbbenes en Burgerveen —Schiphol uitdrukkelijk in de concessie vastgelegd. Echter is de Commissie wel gezwicht voor het argument van Maarse en Kroon, dat er in het seizoen grotere behoefte be staat aan een snelle verbinding Amster damDe Kaag vice versa met grote bus sen. Daarom wordt daartoe thans wel ver gunning voor de maanden mei tot en met september verleend, alweer onder het uit drukkelijk beding, dat deze dienst geen onderdeel mag vormen van een sneldienst Amsterdam—Leiden. Geen operagebouw op Frederiksplein te Amsterdam? Op het ogenblik worden zo verneemt het ANP van de zijde van het gemeente- stuur met de directie van de Nederland se Bank besprekingen gevoerd over ver plaatsing van dit bankcomplex aan de Turfmarkt te Amsterdam naar een andere plaats in de Amsterdamse binnenstad. Hierdoor komt, tezamen met de ontrui ming van het binnengasthuis ter plaatse, de zo noodzakelijke ruimte in het hart van de stad vrij ten behoeve van de uitbreiding van de Gemeente Universiteit. Dit plan heeft in beginsel de instem ming van de directie der Nederlandse Bank. Als nieuwe plaats van vestiging wordt genoemd het Frederiksplein, dat de gemeenteraad enkele jaren geleden be stemde voor het vestigen van een opera gebouw. Deze kunsttempel zou dan elders in de stad een plaats moeten krijgen. In theaterkringen is hiertegen enige oppositie ontstaan, te meer daar men meent, dat een bankgebouw op het Frederiksplein, waar eertijds het Paleis voor de Volksvlijt veel vertier bracht vooral in de avonduren, niet zal bijdragen tot verlevendiging van dit plein. Met ingang van 1 juli 1957 is drs. L. F. Tijmstra, hoofdredacteur van „Utrechts Nieuwsblad", benoemd tot plaatsvervan gend directeur van het Internationaal Pers instituut in Zürich. Hij zal naar aanleiding daarvan op die datum het hoofdredacteur schap van het „Utrechts Nieuwsblad" neer leggen. Hij werd op 1 augustus 1951 tot hoofd redacteur van „Utrechts Nieuwsblad" be noemd. Drs. Tijmstra is tevens docent aan het „Institute for social studies" in Den Haag, waar hij geschiedenis der politieke theorieën en de leer der internationale be trekkingen doceert. Bovendien is hij lid van de persraad. Hij zal deze beide functies evenals zijn hoofdredacteurschap neerleg gen. Op 1 juli zal de heer Tijmstra zijn nieuwe functie te Zürich aanvaarden. (ANP). Een schril contrast met de oude ver weerde muren van de Haarlemse H.B.S.-a aan de Zijlvest vormt de nieuwe aula, die wethouder D. J. A. Geluk vrijdagavond of ficieel in gebruik heeft gesteld. In een gloedvolle inleiding schetste de wethouder de geschiedenis van de aula, die voor de restauratie eigenlijk niet veel meer was dan een haveloos klasselokaal, waar hier en daar wat muren waren weggebroken en waarvan de vloer uit halfvermolmde planken bestond. Het podium, dat vroeger als toneel werd gebruikt, voldeed in geen enkel opzicht aan de eisen. Mede door de geringe mogelijkheden een passende en tourage op te bouwen en het ontbreken van een goede toneelverlichting, kon met een toneelstuk, hoe ijverig ook gespeeld, nauwelijks een goed resultaat worden ge boekt. Hierin is enorm veel verbetering ge bracht: de jeugdige toneelspelers beschik ken thans over een plankier met een souf fleurshok, verwisselbare en te demonteren lichtbakken en een reeks mogelijkheden om decors aan te brengen. Aan de hand van een kort programma van allerlei acti viteiten van de leerlingen werd gedemon streerd, welke talloze diensten de zaal aan de school kan verlenen. De wethouder besprak het nut van deze aula en merkte op, dat deze in grote mate kan bijdragen tot dé vorming van de leer lingen. Een hechte gemeenschap en kame raadschap kunnen mede door het benutten van de mogelijkheden, die de aula biedt, buiten het klasseleven worden bereikt. De muziekleraar kan in de toekomst er, dank zij de nieuwe vleugel die de h.b.s., als eerste school in Haarlem door toedoen van het gemeentebestuur heeft verkregen, voor borg staan, dat veel aandacht aan de mu zikale vorming van de leerling zal wor den gewijd. De sleutel van de vleugel zal in handen van de directeur, de heer R. Proseé be rusten, zodat er voor zal worden ingestaan, dat zij niet te pas en te onpas door de leerlingen zal worden gebruikt. De oude piano zal nu echter tijdens feestjes zijn diensten wel bewijzen. De leerlingen zul len er dan naar hartelust op kunnen „pin gelen". Nadat de wethouder dank had gebracht aan architect, aannemers en werklieden, droeg hij de aula aan de leraren, leerlingen en oudervereniging over. Vooraf had de directeur van de school, Wij herinneren eraan, dat het lid van de Tweede Kamer drs. H. Peschar maan dagmorgen in hotel „De Leeuwerik" aan de Kruisstraat in Haarlem een speciaal spreekuur houdt voor middenstanders. Daar er in het algemeen vaak over wordt geklaagd, dat er in de perioden tussen twee verkiezingen zo weinig contact be staat tussen de bevolking en haar officiële vertegenwoordigers, dient men dit voor beeld van een „openbaar" spreekuur als middel om de problemen van bepaalde be volkingsgroepen te leren kennen, toe te juichen. De zitting van de heer Peschar is dan ook voor iedereen toegankelijk. Het Kamerlid zal zich laten voorlichten door het gemeenteraadslid de heer G. K. Jans sen over plaatselijke aangelegenheden. Een vrolijk tafereeltje van een Haarlems gezin - thans levend in een vreemde omgeving. Het is de familie Tulen uit de Bastiaanstraat in Haarlem, die in 1952 naar Australië emigreerde en het daar uitstekend getroffen heeft. Zij woont in een dorpje nabii Melbourne, dat de vreem denaam Traralgon draagt, in een eigen huisje, dat vader Tulen kocht met behulp van vrienden en eigenhandig opknapte de heer R. Prosée, enige woorden gespro ken en de oude „pijpela", die de wijdse naam van aula droeg, vergeleken met de „vorstelijke zaal", waarop men momenteel kan bogen. De heer Prosée doorspekte zijn inleidend woord met geestige anekdotes en ironische opmerkingen. De voorzitter van de oudervereniging, de heer G. Boeschoten, sprak vervolgens en bood namens de vereniging een elektrische klok aan, die de heer Prosée persoonlijk onthulde. Ook de voorzitter van de leerlingenver eniging „Die Raeckse", de heer Björn Jon ker, richtte het woord tot de aanwezigen en toonde zich blij, dat hij nog een jaar voor de boeg had, zodat hij nog ruim schoots van de nieuwe ruimte kan profite ren. Namens alle leerlingen overhandigde hij zijn directeur een grammofoonplaat. Na het officiële gedeelte konden jongens en meisjes uit de laagste klassen, die reeds enige tijd stonden te popelen van ongeduld, hun kunnen op muzikaal gebied laten ho ren. Ans Philippo speelde aan de vleugel Claire de Lune" van Debussy. Enige leer lingen van de tweede klas voerden een tweetal schetsen op, waarbij vooral de uitstekende kostuums, de verzorgde gri- mage en de van veel fantasie getuigende decors opvielen. De heer J. Zwart trad op met zijn meisjeskoor, dat enige grappige liedjes zong. Na de pauze brachten enige leerlingen van de vierde en vijfde klassen een met veel élan gespeeld blijspelletje op de planken. (Frans Hals) Het is een mense lijk filmverhaal, dat „Alarm in de Paci fic" een enigszins misleidende titel; het Engelse „The eternal sea" geeft veel dui delijker de bedoelingen weer te zien geeft. Het thema is niet nieuw en de uit werking is middelmatig, doch het geheel vermag een sympathieke indruk te maken. Het verhaal handelt over een ambitieuze Amerikaanse zee-officier, die zijn hart verpand aan de „eeuwige zee". In de afge lopen wereldoorlog krijgt hij een schip, de Princeton, toegewezen, dat deel uit maakt van de vloot in de Stille Zuidzee. Hij heeft amper zijn hoge post op het schip betrokken, of het wordt door vijandelijke vliegtuigen aangevallen. Het schip zinkt, de bemanning wordt gered, doch de ge zagvoerder is getroffen: hij zal voortaan een been moeten missen. Uiteindelijk weet de officier zijn geestelijke moeilijkheden als gevolg van de lichamelijke handicap te overwinnen. De officier blijft in functie, krijgt een nieuw schip toegewezen en klimt op tot schout-bij-nacht. De film is op authentieke gegevens gebaseerd en ein digt op het moment, dat de officier twee de niveau blijft staan is de muziek, die als overheersend element haar stempel op de rolprent drukt en algemeen gesproken slechts lawaaiig is. Het verhaal handelt over een oude gang ster, die met een vrouw wil trouwen, die „iets" is. Hij kent een op zijn zachtst gezegd opvallend meisje, dat echter nog niets in het leven bereikt heeft. Een ver lopen impresario neemt de taak op zich van dit meisje een ster te maken. Hij slaagt hierin, maar wordt tevens verliefd op haar. Tot ieders grote verrassing doet de gangster aan het slot van de film af stand van zijn verloofde ten behoeve van de impresario. Enige aardige vondsten zorgen ervoor, dat de film een kolderachtig karakter krijgt, waardoor de regisseur er in ge slaagd is voor het nodige amusement te zorgen. (L u x o r) „De blonde heks" weet, want ze kan in de toekomst zien, dat het haar dood zal zijn als ze toegeeft aan haar liefde voor de Franse ingenieur, die een weg aanlegt door haar bos in het prach- belangrijke opdrachten afwijst om zich ,™ordeun van Zweden. Marina VTady aan het vervoer van zieke en gewonde militairen uit Korea te wijden. (Cinema Palace) In Amerika ge nieten de zogenaamde musicals een onge kende belangstelling. Duizenden en nog eens duizenden gaan ze op Broadway zien en niet zelden blijft zo'n musical - op het toneel dan wel te verstaan - heel lang op het programma. En alsof dat nog niet ge noeg is, komt zo'n meestal mierzoete ope rette naar Hollywood om verfilmd te wor den. om zodoende nog eens vele tiendui zenden de kans te geven hèt succes van Broadway met eigen ogen te zien, ook al is het dan op het witte doek. Zo is het ook gegaan met „Oklahoma". En wij kunnen ons levendig voorstellen dat de liefhebbers van aardige liedjes op de muziek van al even vrolijke melodietjes zich opperbest kunnen amuseren bij het zien van zo'n musical op het toneel, compleet met een groot orkest en alles wat dies meer zij. Maar als film - en dan nog een die ruim twee uur in beslag neemt - neen, dat is wel wat veel gevraagd van de echte filmlief hebber, die moet vaststellen dat de film te toneelmatig is en nog meer vaart kan ge bruiken. Er zijn niet minder dan elf topsongs in „Oklahoma", waarvan sommige - zoals „Oh what a beautiful morning" - enige malen aan de beurt komen. Verder kan men dan nog op een breed scherm het mooiste van het mooste zien wat kleurdeskundigen te voorschijn konden toveren. En tot slot is er dan nog een ballet, dat verreweg nog het. meest aantrekkelijke deel vormt, maar dat in deze film eigenlijk verdwaald is. Een gelukkige bijkomstigheid is dat de stem van de zanger en zangeres die men het meest hoort (Gordon McRee en Shirley Jones) niet de weekheid hebben van hoofd rolvertolkers van vroegere musicals die Nederland bereikten. Men zal intussen begrepen hebben dat het zien van „Oklahoma" een speciale be levenis is - een belevenis vooral, waarbij alleen de pure liefhebbers van de musicals met alles wat daar bijkomt aan hun trek ken komen. (L i d o) Men de film „Je kunt 't haar niet kwalijk nemen" met een Engels woord een „musical" kunnen noemen. Re gisseur Frank Tashlin is echter bij een po ging iedereen aan zijn trekken te laten ko men, zijn doel voorbijgeschoten. Een scheutje „rock 'n roll", een snufje roman tiek en een flinke dosis gangstersmentali teit vormen de hoofdbestanddelen van deze film, die om een middelmatig en onwaar schijnlijk verhaaltje is opgebouwd. Wat de gehele film door wèl op hetzelf- Het tweede jubileumconcert van het zestigjarige koninklijke mannenkoor „Cae cilia" bracht twee voor Haarlem represen tatieve mannenkoren op het podium van de Gemeentelijke Concertzaal. In de eerste plaats was daar de jubilerende vereniging zelve en daarnaast trad de koninklijke lie dertafel „Zang en Vriendschap" op. Elk koor voerde een zelfstandig programma uit, maar bovendien gaven beide ensem bles gezamenlijk uitvoeringen, die verheu gende perspectieven openden voor de muziekbeoefening in onze stad, mits de samenwerking op een goede basis, waar mede ik speciaal de artistieke grondslag bedoel, bestendigd zou kunnen blijven. Elk koor kan uiteraard zijn zelfstandigheid handhaven, alsook zijn karakteristieke in stelling, al zal er naar mijn overtuiging een heilzame wisselwerking van de beste beginselen der mannenkoorzang ontstaan. De resultaten, die op dit jubileumconcert al werden bereikt, hebben reden genoeg gegeven om over de samenwerking opti mistische gedachten te hebben. Men kon bijvoorbeeld de uitvoering van het „Gloria" uit de „Missa in Die Festo" van Alphons Diepenbrock door het gewel dige koor van ruim tweehonderd zangers onder leiding van dirigent Jack P. Loorij van „Zang en Vriendschap" een zeldzame muzikale gebeurtenis noemen. Met het machtige volume van sonore mannenstem men werd de hymnische intentie van het werk prachtig gediend. En om de glorieuze jubel nog op te voeren was daar de maje stueuze klank van het orgel, dat voortref felijk bespeeld door Albert de Klerk, een onmisbare uitvoeringsfactor werd. Met lof kan voorts gewaagd worden van de zang van de solist, de tenor Bert van 't Hof. Het andere werk, waarmede de koren verenigd optraden, was van de mannen koorexpert Heinrich Zöllner, bestaande uit een Requiem, een Benedictus en een Sanctus. Het was jammer, dat het polyfone Sanctus een mislukking werd, juist omdat de leider van deze uitvoering, de dirigent Nico Hoogerwerf met de twee voorgaande delen wèl een fraai resultaat had ver kregen. Voor deze fragmenten klonk het koor met de sonoriteit van een schoon or gel, indrukwekkend groots van volume en daarnaast weer gevoelig en teer, zoals in het Benedictus. Er viel echter meer op deze avond, die door de zeer grote omvang van het pro gramma ongeveer vier uur in beslag nam, te beleven. Van „Zang en Vrienschap" hoorde men een ingetogen uitvoering van een „Tantum ergo" van Da Vittoria in een bewerking van Olivier Koop. voorts een vertolking van één van de zich het meest handhavende werken van Philip Loots: het „Morgenlied", waarvan de climax aan het slot weer indruk maakte. Als dei-de werk zong het koor een compositie „De fluyt van Pan" van Jos. de Klerk. De renaissan cistische tekst van Karei van Mander (1548- 1606) - die men een ode aan het fluitspel zou kunnen noemen heeft de componist ertoe gebracht de fluit niet als begeleidend, maar als samenwerkend, zelfstandig in strument toe te passen. De twee klank elementen: het mannenkoor en de fluit, bleken elkaar voortreffelijk te complete ren, juist door het contrast. Dit leidde tot een natuurlijk gevolg: de contrapuntisêhe schrijfwijze, het plaatsen van zelfstandige melodische eenheden naast elkaar. Zij zijn een opvallende reflex van de tekstgedach te geworden en daarenboven ongekunsteld en in wezen eenvoudig. De fluitist Jan Sevenstern vervulde bekwaam de solo partij en het koor voerde het werk. vooral bij de herhaling, naar wens uit. Jos de Klerk had reden om de uitvoerders zijn erkentelijkheid te komen betuigen. 1-Iet mannenkoor „Caecilia" - dat het concert had geopend met het ..Wilhelmus" - kwam in de tweede helft weer op het podium voor eigen uitvoering van „Haec dies" van Nico Hoogerwerf, een composi tie waarmede de componist aantoonde de geheimen van de homofone koorzang te kennen, alsmede de effectrijke toepassing daarvan. De vertolking maakte veel in druk, mede door de waarlijk schone, even wichtig geproportioneerde stemmenklank. Ter gelegenheid van het jubileum van het koor schreef Jos. de Klerk een aantrekke lijk, mooi werkje - „Caecilia" - voor de vereniging. Hieraan bewees het koor met het zingen alle eer. Verder schonk „Caeci lia" met succes zijn krachten aan een andere compositie van zijn dirigent „O, heiligen" en hierna nog aan „Het porce- leinen paviljoen" van Jac. Bonset, een werk met een wat exotische inslag, maar toch in hoofdzaak „westers" van aard. De koorzang werd afgewisseld door solozang van de bas David Hollestelle, die eerst voortreffelijk drie oud-Italiaanse liederen van grote schoonheid, drie prach tige liederen van Schumann en „Le Bes- tiaire" van Fr. Poulenc ten gehore bracht. Met alle respect voor het willen tonen van waardering moet mij toch van het hart, speelt het bosmeisje, de heks, en williger regie-materiaal kan geen regisseur zich wensen. Zij kan zo voortreffelijk niéts zijn, dat een knap regisseur haar éne gelaats uitdrukking talloze betekenissen kan laten oproepen. Dat is ook nu weer gelukt. Daar om alleen al is de film interessant. Ook zijn er vele leuke vondsten te genieten, onder andere wanneer het wereldschuwe meisje in een stad komt. Volstrekt mislukt is de film voorzover het de poging betreft de bosheks enerzijds een meisje te laten zijn uit de echte sprookjeswereld, en anderzijds ook een verstandig meisje, dat nuchter reageert op het „gewone" beschaafde leven. Men ver dwaalt in de onwaarschijnlijkheden en de litteraire bedoelingen. Want u b.egrijpt het al het christelijke dorpsvolkje blijkt ten aanzien van de „bosheks" te falen in naastenliefde. Dat wil de film nu eenmaal. (Studio) Sterk geromantiseerd en niet erg attent tegenover de ware toe dracht der geschiedenis is de film, welke de Franse regisseur Jean Delannoy aan „Marie Antoinette" heeft gewijd. De in drukwekkend tragische aspecten worden door het romantisch onkruid overwoekerd en dat is jammer, omdat er toch stof ge noeg inzat voor een verfilming naar waar heid Delannoy schildert dus een afwij kend beeld van de historie dat maar wei nig boeit en slechts in de massascènes werkelijk weet te treffen. Michele Morgan vervult haar rol met de gratie, die haar verschijning de grote aantrekkingskracht verleent van deze film. (R o x y) Tot en met zondag is de al tijd innemende, maar ook hardhandige Ed die Constantine te zien in een film, die hem alle gelegenheid verschaft zijn-supe rioriteit in de meest benarde situaties te bevestigen „Blake helpt een handje" heet die film en daarin is ook maar alles te vinden wat de op sensatie beluste bezoeker zal bevredigen: er wordt een stevig robber tje gevochten, hulpeloze vrouwen smeken om bescherming, overal dreigt het gevaar! Maar Blake helpt een handje, dat wil zeg gen, Eddy Constantine staat persoonlijk voor een gewelddadige goede afloop borg. Van maandag tot en met donderdag ver toeven we met Jean Gabin in de „Onder wereld van Montmartre". (Minerva) Het groots opgezette schouwspel „Helena van Troje" zal tot en met zondag verbazing kunnen wekken om de verbeelding van Homerus' machtig epos. In de matinees zingt Doris Day in „On moonlight bay" alle gedachten aan de Griekse oudheid weg. Maandag en dins dag draait de echt Amerikaanse typering van mensen en hun problemen „Picnic". (Rembrandt) De liefhebbers van de romantiek kunnen „Sissi, de jonge keizerin" nog een week in haar wel en wee gadeslaan. Opening dinsdag in Vijfhuizen Dinsdag 12 maart wordt in het gymnas tieklokaal van de Openbare School in Vijf huizen de reeds aangekondigde tentoon stelling „De boer in de Nederlandse schil derkunst" geopend. De expositie bevat ori ginele schilderijen uit de periode 1550— 1900, gewijd aan de boer, zijn bedrijf en zijn milieu, onder meer van Bruegel, Van Gogh, de Van Ostades en Van Ruysdael en zal vijf weken in de Haarlemmermeer blij ven. Behalve in Vijfhuizen zal zij te zien zijn in Badhoevedorp, Hoofddorp, Zwanen burg en Nieuw-Vennep. ADVERTENTIE wordt alleen gewaardeerd als het opvalt door aparte opmaak. Heemstede - Binnenweg 18 - Tel. 3-80-80 dat het veelvuldig onderbrekend applaus voor Hollestelle's zang zeer storend was. De bijval halverwege de aria van Lepo rello uit „Don Juan" kon zelfs beschouwd worden als een grandioze toehoordersfla ter. Overigens heeft men in deze en nog een paar andere aria's van Mozart en van Lortzing weer kunnen genieten van de fraaie stem en van de voordracht van David Hollestelle. De pianist Anton de Beer was de zanger tot een betrouwbare en artistieke steun. Na afloop van het concert werd Nico Hoo gerwerf nog omstandig gehuldigd met een krans en met bloemen, die hij kwistig onder de „Caecilianen" rondstrooide. P. Zwaanswijk

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1957 | | pagina 11