DE ORIENT IN mum MET VAKANTIE LEVENSPROBLEMEN OP HET TELEVISIESCHERM BONT BONT in Oostenrijk Variatie in het gebruik van groente Erbij FUIN- EN KAMERPLANTEN V ergeet-me-niet jes BONT BONT ZATERDAG 1 JUNI 1957 PAGINA ZES We staan op een grastapijt van snippers groene wol en zien hoe nijvere meisjeshanden vliegensvlug haar vingeroefeningen verrichten op het getouw voor hen. Het ritselend geknip met de schaar begeleidt het ritmisch bewegen, dat ons aan een harpspel doet denken. Op het getouiv groeit langzaam een prachtig tapijt in tinten van goud en geel en olijf. De vloer, een wollen grasveld, is bezaaid, met olijfgroene afval- stukjes, waartussen het geel van boterbloemen opbloeit. Precies zoals eeuwen geleden in de Orient al tapijten werden geknoopt, zien we het thans in Beverwijk doen. De Koninklijke Tapijtweverij Kinheim, sinds 1910 aldaar gevestigd, is het enige atelier in Nederland, waar dit oude ambacht nog consequent volgens de traditionele Oosterse techniek wordt uitgeoefend. De charme van het tapijt is hier nog ongerept bewaard, gebleven, in tegenstelling tot het produkt van machinale oorsprong, dat zoveel zakelijker tot stand wordt gebracht. Trouwens, met deze klassieke methode weet men fijne effecten met hoge knopenaantallen te bereiken, die machinaal niet te verwerkelijken zijn. IN deze tapijtknoperij zijn ruim dertig meisjes werkzaam. Zij zitten in het langge rekt houten gebouw voor de schilderachtige getouwen, waarop de kleuren van de tapij ten in wording een fraaie compositie vor men met de strengen en spoelen wol, die overal te vinden zijn. Kleine groepjes meisjes, op houten ban ken naas elkaar gezeten, werken samen aan één groot tapijt, dat ze met de hand kno pen, met de hand aanslaan en met de hand knippen. „Doe het eens even wat langzamer", ver zoeken we een blondje en dan krijgen we een vertraagde opname: een dubbele draad wol in de linkerhand, met de rechterhand, waarin ook de schaar, gaat ze tussen twee draden van de op het getouw gespannen ketting door, voorlangs, onderdoor, waarna de draad wordt aangetrokken en afgeknipt. Dit is dan de zogenaamde Ghiordesknoop, een hele knoop, genoemd naar een klein plaatsje in Perzië, waar deze techniek van daan komt. Na iedere volle rij, die aldus op dit Haute Lis getouw ontstaat, volgt een nieu we inslagdraad. Later wordt de pool op de juiste lengte bijgeknipt. We blijven nog even praten met het meisje, dat trots vertelt nu achtduizend knopen per dag te kunnen halen. „Toen ik pas begon, ging het natuurlijk heel erg langzaam en oh, wat kreeg ik toen een blaren op mijn handen. Maar je hebt dan ineens de slag beet en daarna gaat het steeds vlugger en blaren zijn er dan niet meer bij". OF ze van haar werk houdt be hoeven we niet eens te vragen. Zij en haar collega's vertellen uit zichzelf hoeveel ple zier ze erin hebben. Het is dan ook een typisch vrouwelijk handwerk, waarbij vingervlugheid een grote rol speelt. Dat heb ik nu gemaakt, moeten ze wel trots denken, wanneer een werkstuk, bestemd voor het koninklijk huis of voor een nieuw schip kant en klaar en uitgerold nog eens wordt bekeken. Er is afwisseling genoeg: nu eens een andere kleur, dan weer een ander ontwerp of een ander buurmeisje naast zich. „Er zijn meisjes bij, wier moeders in de twintiger jaren hier ook hebben gewerkt", vertelt ons de directeur, de heer H. Mas tenbroek. „Onlangs hadden we een excursie voor de ouders. De moeders wipten on middellijk de banken op om te zien, dat ze het nog niet verleerd waren. Er werken hier trouwens ook enkele gehuwde vrou wen, die als jong meisje zijn gekomen", Men begint als leerling-knoopster de We staan er verbaasd van hoe fijn in deze techniek wel voor sommige wandta pijten gewerkt kan worden. Wat zegt u van een kwart miljoen knopen per vierkante meter, wat overeenkomt met vijfentwin tighonderd per vierkante decimeter? Het duurt bij deze fijne soorten soms dan ook wel eens een week of zes, voor één vier kante meter klaar is. Dat zijn vanzelfspre kend zeer kostbare produkten. Het kan ook wel anders, bijvoorbeeld veertig- a zestig duizend knopen per vierkante meter. WIE zoal deze tapijten bestellen? Onze koninklijke familie, regeringsinstanties voor nieuwe gebouwen, gemeente- en pro vinciale besturen voor raadhuizen en grif- fie's, theaterdirecteuren en scheepvaart maatschappijen. De onlangs gereedgekomen Statendam heeft tapijten met moderne des- effen vakken in te vullen. In rang hierop volgt de klopster, die de inslag op het ta pijt met de hand inslaat en met een smyr- navork aanslaat. De voorwerksters zijn volledig vakbekwaam: zij lezen het pa troon, werken het na en scheren het tapijt. Meisjes werkend aan het weefgetouw in de Koninklijke Tapijtweverij te Beverwijk, waarover men op deze pagina kan lezen. sinering voor de bar, het theater en de an teroom. Zelfs de shah van Perzië is klant, evenals rijke particulieren in Egypte en Indo China. Er bestaat veel belangstelling voor het moderner Europese genre en ook voor de stijlpatronen als de Louis Seize, Quatorze, Quinze of Biedermayer. Men gaat eveneens volgens de klassieke Oosterse motieven te werk. „Dit is het grootste weefgetouw van ons land", zegt ons niet zonder voldoening de heer M. Mastenbroek. „De weefbreedte be draagt tien meter, dat betekent dus een tapijt van honderd vierkante meter aan één stuk. We kunnen overigens alle ge wenste maten en vormen maken, ook lo pers met een bocht er in". Voorlopig kan het atelier nog vooruit: er liggen nog heel wat orders op uitvoering te wachten. De enige moeilijkheid, waarmee men te kampen heeft, is een chronisch per soneelstekort. Als dat vraagstuk kon wor den opgelost, zouden nog meer konink lijke produkten van dit bedrijf, dat fier het praedicaat „koninklijke" voert, de wereld in gaan. Tineke Raat Misschien hebt u ook weer zo veel plezier van de rijk bloeiende vergeet-me-nietjes gehad; wij tenminste wel en vooral omdat we alleen maar blauwe kleuren gekweekt hebben. Ik zal het u maar vertellen: er zijn tegenwoordig ook witte en rose ver geet-me-nietjes, maar ik vind ze niet mooi. Het is nu de goede tijd om vergeet-me- nietjes te zaaien. Bestel het zaad bij een betrouwbare firma en zoek er een zonnig hoekje voor op in de tuin. U hebt niet zo veel plantjes nodig. Een hoekje van een halve vierkante meter is voor uw tuin al Burgemeesterszetel in het raadhuis van Beverwijk. (Van onze correspondent in Wenen) Met het oog op de strenge winter heeft iedere Oostenrijkse vrouw een bontjas, maar een persianermantel blijft voor de meesten een onvervulde droom omdat dit bont ook in Oostenrijk duur is. Misschien zal hierin echter verandering komen om dat Oostenrijk al sinds jaren een eigen, zij het bescheiden, persianerfokkerij heeft ont wikkeld, die per jaar duizend huiden afle vert. Er worden er echter 140.000 geïmpor teerd en om in deze verhouding verbete ring te brengen wil de gemeenschappelijke bonthandel de persianerfokkerij hoger op voeren. Reeds in het jaar 1904 is de Ween- se professor Adametz met de fokkerij be gonnen door vier bokken en twintig moe- derdieren van het zogenaamde karakuel- ras uit Boechara naar Oostenrijk te impor teren. Daar deze fokdieren zeer kostbaar zijn, is men op het idee gekomen om de karakuelbokken met binnenlandse berg- schapen te kruisen. Het resultaat is niet alleen verbluffend, maar schijnt ook voor delig te zijn, ook al duurt het proces vrij lang, want eerst van de zesde generatie af vertonen de vachten praktisch alle eigen schappen van het fijnste persianerbont. Op het ogenblik bezit Oostenrijk 26 volbloed en 86 fokkarakuelschapen, daarnaast ech ter tevens 1351 kruisingen van de eerste tot de vijfde generatie, waarvan dus een gedeelte in het aanstaande jaar op de markt zal komen. De huiden zullen per stuk ze ven dollars goedkoper zijn dan de geïm porteerde. Dat deze Oostenrijkse produk- tie goede vooruitzichten heeft, blijkt in Zuid-Afrika, dat vijftig jaar geleden een aantal karakuelschapen in Oostenrijk had aangekocht. Uit die eerste aankoop is een fokkerij ontstaan, die zich zo goed ont wikkelde dat zij nu per jaar drie miljoen huiden aflevert. Worteltjes kunnen behalve met peterselie ook met kervel worden gegarneerd. In beide gevallen wordt het groen fijngesneden en niet alleen over de worteltjes gestrooid, maar er ook doorheen geschud. Wie de smaak van worteltjes wat flauw vindt, doet er goed aan ze in weinig water of in bouil lon te koken of samen met vlees (kalfspou let of mals varkensvlees bijvoorbeeld^. Een gerecht van witte bonen met ge kookte worteltjes streelt niet alleen het oog, maar ook de tong. Een rest gare worteltjes, koude gekookte aardappelen en kropsla vormen de ingre diënten voor een lekker slaatje, dat een feestelijk tintje krijgt door er wat vis uit blik bij te voegen. voldoende. Dek het plekje na het zaaien af met een vochtige zak of lap en houdt die regelmatig vochtig. Zodra de jongen plant jes te voorschijn komen zal men de bedek king moeten verwijderen. De plantjes groeien vrij snel. Spoedig is het zo ver dat er verspeend moet worden. De bloemist noemt het verspenen, doch wij spreken liever over verplanten. Op een apart bedje worden de plantjes dan op een onderlinge afstand van ongeveer tien centimeter ge poot en daar groeien ze nu lustig verder. Tegen het najaar, als het met de zomer bloemen is gedaan, kunnen zij er voor in de plaats gepoot worden. Doe nadien wat rood of oranjebloeiende tulpen door die blauwe vergeet-me-nietjes heen; u zult eens zien hoe aardig dat wel staat. G. Kromdijk EEN VAN DE MEEST GELIEFDE programma's op het B.B.C.-televisiescherm is dat van miss Edana Romney, getiteld: Is this your problem? Is dat ook uw probleem? Hierin wordt door een forum van vier personen getracht een oplossing te vinden voor levensproblemen, die schriftelijk aan miss Romney worden voorgelegd. Een medicus (die incognito blijft) en een geestelijke hebben een vaste plaats in het forum. De andere plaatsen worden ingenomen door experts van de gekozen onderwerpen. Het programma begint met het voorlezen van de brief aan miss Romney waarin de schrijver(ster) zijn of haar problemen voorlegt. Daarna probeert Edgar Lust- garten, de medewerker van miss Romney, door vragen te stellen aan de schrijver die met zijn rug naar de camera zit en onbekend blijft, het onderwerp duidelijker toe te lichten. Elk lid van het forum geeft daarna zijn mening over de oplossing van het probleem. Edgar Lustgarten trekt uit de antwoorden een eindconclusie. Na de uitzending krijgen de vragenstellers de gelegenheid verder met het forum over hun problemen te spreken. De inhoud van de brieven strekt zich uit over vele terrei nen. Ouders, die 14 jaar geleden een jon gen en een meisje adopteerden en nu geen raad weten met hun dochter, die niet wil luisteren en laat uitblijft, vroegen of ze de kinderen moes ten vertellen dat zij niet de werkelijke ouders zijn. Een waarzegster stelde de vraag of het verantwoord was aan haar klanten te ver tellen, dat de kristal len bol hen onheil voorspelde. Een ver- gramma wordt alleen in de wintermaanden op het scherm ge- televisie het doeltreffendste middel om bracht bekend, dat 90% van de pro- duizenden mensen te bereiken en mijn blemen opgelost waren en dankte de kij- medewerker en ik bespraken de mogelijk- kers voor hun hulp. heid hiertoe met geestelijken, doktoren en „Hoe bent u eigenlijk op het idee ge- andere vooraanstaande personen op sociaal komen voor dit programma?", vroegen wij. gebied, voordat wij het programma aan de Miss Romney lachte. U weet, dat elke B.B.C. voorlegden. Britse belastingbetaler opgeroepen kan worden om zitting te nemen in een jury van een gerechtshof. Ik heb dit drie weken gedaan en ik kwam tot de conclusie dat vele mensen, die veroordeeld werden niet in de beklaagdenbank zouden zitten als ze goede adviseurs hadden gehad. Ik vond de De afgelopen 2 1/2 jaar hebben bewezen dat het programma een succes is. Duizen den mensen konden geholpen worden. Ik zelf heb veel geleerd in deze tijd, o.a. dat tragedie door een actrice uitgebeeld moet worden alleen maar met de stem. Hier staat geheimschrift. Als je het wilt lezen moet je alle klinkers (A, E, I, 0 en U) één opschuiven. Bijvoorbeeld: als er een a staat wordt het een e, de u wordt een a. Als je het zo hebt opgeschreven moet je de woorden nog anders indelen, de tussenruimten op een andere plaats. Wat lees je dan? „WEL JA, waarom niet?" zei me vrouw Muis, „als we nu gaan verhuizen dan hoef ik ons oude huis niet schoon te maken. Goed man, ik ga mee. Kin deren, kom!" Ja, mevrouw Muis was echt een mak kelijk dier. Binnen vijf minuten hadden ze hun huisje achter het behang leeg en waren ze al met vader op weg naar het nieuwe huisje, dat vader ontdekt had. „O, wat enig", riep mevrouw Muis verrukt, „het is net het huis waar ik geboren ben. Daar waren ook zo veel lapjes van zijde, fluweel en wol. Net zo veel als hier". Vader en de kinderen waren het met haar eens. Het was een heerlijk huis, gewoon een paleis, zo schoon en fris en vol zachte zijden en wollen dingen. „Gek dat je het nooit eerder hebt ge zien", zei mevrouw Muis tegen haar man. „Ja," zei vader, „maar het is er ook pas. Gisteren was het er nog niet. We moeten er maar gauw intrekken voor een ander het vindt." Dat deden ze dus. Voor het avond werd woonde de familie Muis in de nieuwe woning en ze genoten twee da gen lang van de warmte en de ruimte. Toen, heel onverwacht, werden er op eens een heleboel dingen bij gestopt in hun nieuwe huis: schoenen, een tanden borstel en zeep en een heleboel zakjes met lekkers. „Alsjeblieft", zei vader na de eerste schrik, „ze brengen ons hier nog eten ook. Het lijkt luilekkerland wel." De hele familie zat te proeven en te keuren van al de snoepjes en koekjes toen ze plotseling boven hun hoofd een harde klap hoorden en het pikdonker werd in hun hol. Donkerder dan de nacht! Ze bleven nog een hele poos on beweeglijk zitten, maar gelukkig ge beurde er niets meer. „Kom", zei vader, „het was niets, laten we maar weer gaan eten, jongens." Een beetje beverig nog kwamen mevrouw Muis en de kin dertjes terug naar de zakjes. „Ik wou dat het niet zo donker en benauwd was", zei mevrouw, „dan had ik niets meer te wensen. „Kom, kom", zei vader, „je kunt niet alles hebben, moeder." Toen ze zich dik en rond gegeten hadden, deden ze een slaapje, maar erg lang duurde dat niet, want plotseling ontwaakte de familie met een schok. Wat gebeurde er? Het.heerlijke huis in luilekkerland zweefde door de lucht. Ze drukten zich tegen elkaar aan van bang heid. Het hield niet meer op. Buiten hun zwevende huis hoorden ze voet stappen van mensen die de trap aflie pen. Opeens hoorden ze toen de geluiden van de straat en de buitendeur van het mensenhuis die hard werd dichtge slagen. Boem, het heerlijke huis zweef de niet meer, maar nu begon onder ze een zware motor te brommen en een claxon riep: toet toet! Het duurde niet lang. De motor stopte, het heerlijke huis zweefde weer, er werd mee gegooid en het werd een paar maal hard neergezet op de grond. Met al hun staartjes en pootjes hielden de muizen elkaar vast. Nog nooit, nee nog nooit in hun leven waren de muizen zó bang geweest, zelfs niet voor de grootste kater. „Waren we maar nooit weggegaan uit ons huisje achter het behang", jammer de mevrouw Muis, maar dat gaf niet veel. Boem, weer stond alles om hen heen stil en weer begon onder ze een motor te brommen, maar veel, veel harder dan die van een auto. Even later was het net of het heerlijke huis weer zweefde. En niet alleen het huis, maar ook alles wat daar buiten was. Door een heel klein kiertje ontdekte vader wat er aan de hand was. Hij kon net een raampje zien en buiten dat raampje zag hij enkel wolken en de blauwe lucht. „We zijn boven de wereld", riep hij, „boven ons oude huis en de mensen. We zijn vogels geworden." „Vliegen of niet", riep zijn vrouw, „ik wou dat ik maar weer op mijn vier pootjes achter het behang trippelde." Er gebeurde een hele poos niets. Ze vlogen uren lang en gelukkig begonnen ze er wat aan te wennen. Met een dreun die alles weer door elkaar gooide, hield het zweven opeens op. De motor brom de nog even, toen stonden ze stil. Nog eens gegooid, nog eens gedragen, nog eens stemmen, een auto, weer een trap, een hele poos stilte, toen zei een stem: „uw koffer, meneer" en het heerlijke muizenhuis zweefde van de ene hand naar de andere. Nog eens lopen, nog een trap en toen ging het huis open. „Licht!" riep vader, maar tegelijk dook hij met zijn kinderen en vrouw in het donkerste hoekje weg, want een mensenhand haalde kleren, tasjes, zeep en tandenborstel uit hun huis weg. In een wollen vest bleven ze zitten tot alles veilig was. Het eerste wat ze merkten was dat het veel warmer dan thuis was in de kamer waar hun huis nu stond. En ook het licht van de zon leek veel witter en scheller dan thuis. Ze wachtten nog een poosje onbeweeglijk, maar toen er niets gebeurde en alles stil bleef, gingen ze op onderzoek uit. De deuren naar het balkon stonden open en ze za ten wel vijf minuten roerloos stil op een rijtje nadat vader ze was voorgegaan over de drempel. Hoge blauwe bergen zagen ze en heel lichtgroen was de zee die vlak onder het balkon begon. „Wist je dat dit bestond?" fluisterde moeder, „ik denk dat de kater Ko hier niet eens iets van af weet, al is hij nog zo slim." Er begon een verrukkelijk leven voor de muizen. Ze zaten in de zon of lieten de frisse morgenwind langs hun oortjes waaien en 's nachts keken ze naar de zilveren maan boven de zee. Als ze honger hadden snoepten ze uit de zakjes die nu in een la van een kast lagen. Op het laatst waren ze zó brutaal, dat ze in een badtas of in de zak van een zomerjasje mee naar buiten gingen en samen met de mensen langs het strand wandelden. Maar ja, na een dag of wat begon het lekkers op te raken, want behalve zij, aten ook de mensen er van en die aten in één keer tien maal zoveel als de muizen. Na een goeie week was er ner gens meer een kruimeltje te vinden, want alle zakjes waren weggegooid. „Ik wist het wel", zei mevrouw Muis, „zo iets heerlijks kan nooit lang duren, Wat moeten we beginnen? We zullen van honger omkomen in dit vreemde land." „Wacht eens", riep vader, „in dat groene wollen vest moeten in een zak nog wat biskwiekruimels zitten. Laten we eens kijken. Ze doken weer in het heerlijke huis, waar ze de hele week niet meer waren geweest en snuffelden naar kruimels. En net toen ze daar mee bezig waren vielen de andere kleren, de zeep en de tandenborstel boven op ze, precies zoals het de eerste keer gebeurd was. „Oei", riep moeder, „nu wordt het vast wel weer...." Ja hoor, het werd weer donker ook. Boem. zei de deksel van de koffer en alles begon weer van voren af aan. Zweven, auto's, vliegtuig, gegooid worden er bang zijn. De muizen konden niets anders doen dan wegdui ken en luisteren naar eikaars knorren de magen. Zou er ooit nog een eind aan komen? Ja toch, toen het weer licht werd her kenden de muizen hun oude huis. En waar renden ze het eerst heen toen ze de kans kregen? Natuurlijk naar het holletje achter het behang vanwaar je zo maar in de keukenkast kon komen. Maar toen hun magen weer vol waren en alles weer als vroeger was schepten ze op over hun reis tegen andere mui zen die met open monden naar hun avonturen luisterden. En toch gaan ze allemaal, als ze op de zolder komen v/aar de leren koffer staat, die ze eens hun heerlijk huis noemden, er met een grote boog omheen. „Eén zo'n reis is genoeg voor een heel leven", zegt mevrouw Muis en vader en de kinderen knikken: zó is het. Mies Bouhuys Wij gaan een dagje rijden: Hector, Pim en Loes. Loes ben ik en die twee andren zijn mijn hond en poes. Kijk, hier staan drie stoelen, dat is onze trein. Pim, jij mag voor 't raamje zitten als je zoet zult zijn. Daar komen de bergen, Hector, lel eens op. Zie je dal er nu nog sneeuw ligt op de hoogste top? Heb je het een beetje koud, Pim? 'k Weet een beter land: Afrika! Maar dan niet bang zijn voor de olifant. Goed maar dat we met de trein zijv 't gaat zo lekker vlug, Nu maar eerst even naar IJsland en langs China terug. Jammer, op de weg naar IJsland ontdekt Pim een duif, Hector kijkt niet naar de ijsberg, Hector ruikt een kluif. Hup, de één en hup, de ander wippen uit mijn trein. Hector 't hek uit, Pim de boom in, waar die duif moet zijn Mies Bouhuys

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1957 | | pagina 24