PREMIER ABDUL RAHMAN MALAKKA, een nieuwe staat in het Gemenebest Eerste kennismaking met Europa werd een bloedbad EEUWENOUD TONEEL VAN HET KOLONIALISME WORSTELDE NAAR EENHEID EN VRIJHEID was geert wilde revolutionair ZATERDAG 24 AUGUSTUS 1957 Erbij PAGINA VIER DE 31ste augustus 1957 zal een gedenkwaardige dag zijn en blijven in de geschiedenis van Zuidoost-Azië. Immers, dan zal een nieuwe staat zijn intrede doen in de Aziatische politieke arena: Malakka. De jonge mogendheid zal deel uitmaken van het Britse Geme nebest. Hij krijgt echter een eigen regering en zal de koningin van Engeland slechts erkennen als hoofd van het Gemenebest. Het voorbeeld van India vond dus navolging. Veelbetekenend is voorts, dat Singapore niet binnen de grenzen van Malakka zal vallen. Singa pore werd in 1946 een aparte kroonkolonie en staat onder direct gezag van Londen. Geen wonder, dat de Engelsen Singapore - hoewel geografisch bij Malakka behorend - „apart" hebben gehouden, want die stad is als handelshaven en marinebasis een der hoekpijlers van het Britse Gemenebest. Reeds bij de geboorte van de staat Malakka rijst echter de vraag, of Singa pore op den duur „apart" zal blijven. Er zijn tendensen, die wijzen in de richting van aansluiting bij Malakka, zodra daarvoor een passend tijdstip aanbreekt. Het uur der Engelsen Sociale complicaties Het leven in HIJ HEEFT GROTE PLANNEN MET ZIJN LAND Een open blik aloft sta» Kedah] tanah uerah Ki tonton) tal ping ••\p'angganu kuala lipisl £3 'Parak Pahang 1uantan- \Satangor kuala lumpur Nttgrt S am bi ton Johor9 siNcinoKé A Tin O Rubb<f v.pelt|57sï7| TOEN de Portugezen als eerste Euro peanen in Zuid-Azië kwamen, was Ma lakka al een handelsstad van grote be tekenis. Zij besloten om Malakka in han den te krijgen. In 1508 deden zij een eer ste poging om Malakka te veroveren. Zij faalden. In 1511 echter slaagden zij. De hertog van Albuquerque, Portugees on derkoning in India, hield zijn intocht in Malakka. Dat was op 10 augustus 1511. De welvarende bevolking beleed voorname lijk de Mohammedaanse godsdienst. Drie dagen lang plunderden de Portugezen naar hartelust. Hun buit was groot. Tal van „Moren" (Mohammedanen) joegen zij over de kling. Anderen maakten zij tot slaven. De uit India en andere landen af komstige kooplieden werden echter ge spaard. Dit was de eerste kennismaking met Europa. Na de Portugese verovering van Ma lakka bepaalden de machtsverschuivingen in Europa het politieke lot van de stad en van de Straat van Malakka. Toen de Ne derlanders in 1596 voor de eerste maal met een paar koopvaardijschepen op Java kwamen, begrepen zij al spoedig, dat Straat Sunda een toegangsweg van de tweede rang was. Malakka bevond zich blikten onze voorvaderen en vooral ook Jan Pietersz. Coen begerig naar de stad en de Straat van Malakka, doch pas in 1641 slaagden zij er in, de Portugezen te verdrijven en zich in Malakka te nestelen. Van teen af beheerste de Verenigde Oost- indische Compagnie de Straat van Malak ka en de handel op Oost-Azië. Die heer schappij was voor de Nederlanders van zeer grote betekenis. Hij duurde ongeveer honderdzestig jaren. TOEN tegen het einde der achttiende eeuw Nederland zyn positie als grote mo gendheid verloor en de Verenigde Oost- indische Compagnie ten onder ging, brak het uur der Engelsen aan. In het aller eerste begin der negentiende eeuw namen Albion's zonen het schiereiland Malakka in bezit. Zij gebruikten het als spring plank voor de verovering van Indonesië, want van Malakka uit organiseerden de Engelsen de verovering van Java en an dere (Nederlandse) Oostindische gebieden. De man, die daarbij een leidende rol speelde, was Raffles, een Engelse rijks- De bodem van Malakka bevat veel tin. Met een krachtige waterstraal wordt hier de tinhoudende aarde losgeweekt en tot slik gemaakt, waaruit dan de tin kan worden afgescheiden. TEGENWOORDIG is de autonomie der staten degelijk gefundeerd, maar niette min is er alom een streven naar nauwe samenwerking merkbaar. Dit vindt voor een deel zijn oorzaak in de aanleg van spoorlijnen en wegen. Deze dankten hun ontstaan aan de noodzaak om de tin en later ook de rubber naar de havenplaat sen te kunnen transporteren. Toen zij er eenmaal waren, konden de Maleiers zich voor het eerst in de geschiedenis vrij over hun schiereiland bewegen. Zij deden dit ook en werden zich bewust van hun ge meenschappelijke problemen en belangen. Hierdoor werden zij ontvankelijker voor het streven om tot één bestuur over het gehele land te komen. Dit streven werd sterk geactiveerd, ja, rijp voor verwezen lijking tijdens en door de Japanse bezet ting in de oorlogsjaren. Pas toen zagen de Maleiers werkelijk het belang van samen gaan en samenwerking in! Malakka beschikt thans over goede we gen. Zij hebben een gezamenlijke lengte van bijna 10.000 km. In de oostelijke Sta ten met hun moeilijke terreinsgesteldheid en geringe bevolkingsdichtheid vindt men minder wegen dan in het westen. Tot voor kort was er maar één weg van oost naar west over de bergketen, doch in 1955 werd een tweede in gebruik genomen. En stellig zullen er in de komende jaren meer vol gen. Zowel langs de oostkust als langs de westkust loopt een goede verharde weg, die aansluit op het Thailandse wegennet. Kortom, Malakka heeft alle reden om zich te verheugen over het „verkeerslegaat" uit de dagen van het Engelse opperbe stuur! Het luchtverkeer is eveneens belangrijk op het schiereiland. Kuala Lumpur is Ma rkka's internationale luchthaven, maar de meeste grote luchtvaartmaatschappijen doen tot dusverre Singapore aan. Dage lijks zijn er verscheidene passagiers- en vrachtvluchten van Kuala Lumpur naar Singapore. Behalve het vliegveld van Kuala Lumpur zijn er nog zeven andere luchthavens en bijna zestig landingster reinen op het grondgebied van Malakka. Twee luchtvaartmaatschappijen verzorgen de verbindingen door de lucfit binnen Malakka. Zij hebben over het aantal der passagiers en de hoeveelheid vracht biet te klagen. MALAKKA dankt zijn welvaart aan de rubber en de tin, maar de ontplooiing van de tin- en rubberwinning, zowel als de verwezenlijking van alle er uit voortge vloeide maatschappelijke en staatkundige leerden alle mensen in de achter ons lig gende jaren de waarde kennen van wes terse geneeskundige hulp en medicijnen, zodat de gehele bevolking een aanmerke lijke uitbreiding verwacht van de staats- gend aan de horizon op. De staatkundige verdeeldheid op Malakka werd versterkt door economische motieven. De Chinezen beheersen namelijk een groot deel van de handel en het bedrijfsleven. Ook hierdoor als hun land beschouwden. Anderzijds waren de Chinezen vastbesloten om na de onafhankelijkheidsverklaring hun plaats te gaan innemen in het staatkundig leven en bestel van Malakka. Waarschijnlijk had er nooit een regeling getroffen kun nen worden, als de overwegend Chinese stad Singapore binnen de Federatie van Malakka was getrokken. Want dan had den de Chinezen inderdaad met het volste recht een leidende positie in de nieuwe staat kunnen verlangen. Zoals wij zagen, had Londen Singapore echter kort na de oorlog tot een aparte kroonkolonie ge maakt. MacDonald bemiddelde en onderhandel de verder. Hij wist, dat Londen van oor deel was, dat op de duur alleen Malakka zelf Malakka's lot zou moeten bepalen. De weg naar die eigen lotsbepaling kwam vrij, toen er een overeenkomst van samen werking werd gesloten tussen de belang rijkste Maleise en Chinese politieke par tijen. De leider van die coalitie de „Al liantie" zegt men op Malakka was Tunku (prins) Abdul Rahman. En het was deze begaafde politieke leider, die in fe- fruari 1956 de overeenkomst tekende met de Engelse regering, die inhield, dat Ma lakka op 31 augustus 1957 een onafhanke lijk en soeverein land zou worden. zorg voor de volksgezondheid. Het is dus waarlijk geen gemakkelijke taak, die de nieuwe onafhankelijke re gering op sociaal terrein wacht! IN het jaar 1874 dus kort na het be gin van de opbloei der tinwinning na men Engelse „Residenten" het opperbe stuur in de Maleise vorstendommen op Malakka de facto in handen. Aan hen en hun Maleise en Europese helpers is het te danken, dat het tot dan toe feodaal ge organiseerde en nog vrijwel middeleeuwse schiereiland de stap naar de moderne tijd kon doen zonder alteveel bloedvergieten en kleerscheuren. Men bedenke, dat land en volk vrij plotseling werden geconfron teerd met tal van nieuwe dingen Chi nese tinmijnexploitanten, geldhuishou ding, nieuwe normen, en wat dies meer zij zodat het gevaar reëel was, dat er een chaos zou ontstaan. Moge in de vorige eeuw het Engelse optreden door een deel der Maleise bevolking met wantrouwen zijn ontvangen, thans is er geen welden kend mens op het schiereiland meer, die er niet erkentelijk voor is. In 1942 en volgende jaren moest de En gelse bescherming van Malakka een zware proef doorstaan. Ja, hij faalde toen, want de Japanners veroverden en bezet ten het land. Na de eerste grote successen stieten zij echter op sterke ondergrondse tegenstand. Enige jaren lang waren zij niettemin heer en meester. Nog vóór de troepenschepen, die uitgezonden waren om het bevrijdingsleger naar Malakka te transporteren, hun bestemming bereikten, capituleèrden de Japanners. Zodra de En gelsen voet aan land zetten, bleek, dat zij zeer veel vrienden terugvonden. Maar te vens bleek, dat een geheel nieuwe koers in Malakka noodzakelijk was geworden. DIE nieuwe koers met bestemming „onafhankelijkheid" kwam niet uit de blauwe hemel vallen. Hij was de basis van Engelands na-oorlogse overzeese politiek, voelde een zeer groot aantal Maleiers zijn eerstgeboorterecht bedreigd. DE man, die de situatie op Malakka ten volle begreep en die er dank zij zijn on derhandelingstalenten en overredings kracht in slaagde om verscheidene „dode punten" te passeren, was Malcolm Mac Donald, Engelands commissaris-generaal in Zuidoost-Azië. MacDonald formeerde een „Communities Liaison Council" en tij dens de ongedwongen samenkomsten van deze Raad of Commissie konden de voor mannen der diverse bevolkingsgroepen vrij van gedachten wisselen en hun be langen verdedigen. Het resultaat dezer samenspraken was verrassend goed. Ja, het betekende een keerpunt in de ont wikkeling, die tot MacDonald's ingrijpen eer in de richting van verdeeldheid dan van samenwerking en eenheid ging. Een heel moeilijk punt was en bleef echter de staatsregeling. Gegeven het feit, dat er negen min of meer soevereine vorstendommen waren op het schier eiland, lag het voor de hand, dat de nieuwe mogendheid een federatieve staat en geen eenheidsstaat zou moeten zijn. Het laat zich denken, dat de Maleiers er weinig voor gevoelden om de Chinezen volledig burgerrecht te vei-lenen, want dan zouden zij misschien de regerende groep worden in een land, dat de Maleiers De spoorwegen van Malakka verbinden Singapore met de voornaamste plaatsen. Dit is het station van Kuala Lumpur, dat een trefpunt is van de voornaamste routes. DE MAN, die als premier de last van het bestuur over Malakka na de verkrijging der onafhankelijkheid op 31 augustus 1957 goeddeels zal dragen, is, als velen van zijn volk, beheerst. Zijn emoties toont hij slechts zelden. Hij is een gezellig, rustig, glimlachend man, die weet, hoezeer zijn land behoefte heeft aan meer rust dan se dert het optreden der „oerwoud-commu nisten" het geval is geweest. „Zolang er actieve communisten in ons land zijn", zei hij onlangs tot een vriend, „kunnen wij niet neutraal zijn. Wij hebben onze keuze bepaald en zullen verder gaan met onze Engelse vrienden in het kader van het Ge menebest". WIE echter zou menen, dat de Tunku (prins) altijd zo pro-Engels was als tegen woordig vex-gist zich. Toch heeft de Tunku allesbehalve het verleden van een wilde revolutionair. Hij is een broeder van de sultan van Kedah, toen een onafhankelijk staatje in het noorden van Malakka. Hij bezocht Maleise en Engelse scholen op Ma lakka, ging korte tijd naar een school in Bangkok en werd vervolgens student in Cambridge. TOEN HIJ weer terug was in zijn vader land, benoemde zijn broeder hem tot dis trictsbestuurder. Hij handhaafde wet en orde in een van de tien districten, waarin Kedah verdeeld was, en ging als een vader om met de levenslustige, zij het soms wat indolente onderdanen van zijn broeder. Toen hij gestationeerd was in Kuala Ne- Militaire Academie te Dehra Dun. Tijdens de Japanse bezetting bleef de Tunku zijn ambtenaarsplicht doen. Hij hield toezicht op het onderwijs in Dedah, maar maakte intussen plannen voor de toe komst. Na de aftocht der Japanners ging hij terug naar Engeland, alwaar hij met succes zijn studie in de rechten voltooide. Vervolgens aanvaardde hij op Malakka een positie als officier van Justitie. De nationalistische beweging nam al spoedig zijn aandacht voor een belangrijk deel in beslag. Als zoveel Maleiers werd hij er zich in de na-oorlogse jaren een beetje pijnlijk van bewust, dat de Chinezen en In diërs samen talrijker zijn in zijn vader land dan de Maleiers en dat zij bovendien het zakenleven beheersen. Toen de leider van de „Nationale Organisatie der Ver enigde Maleiers", Dato Sir Onn Bin Jaffar, zich in 1951 terugtrok, ontving de Tunku het verzoek, diens plaats in te nemen. In williging van dat verzoek zou een aanmer kelijk financieel offer betekenen voor de Tunku, die niet rijk is, Toch gaf hij gehoor aan de wens der partij, want hij achtte het mogelijk om in de zeer geladen sfeer on derling vertrouwen te wekken tussen Ma leiers, Chinezen en Indiërs. Hij zag voorts de onafhankelijkheid van Malakka als zijn doel en dies ging hij in de politiek en werd hij lid van de Wetgevende Raad. Hij slaag de dank zij zijn voortreffelijke hoedanig heden van hoofd en hart. OP HET eerste gezicht herkent men in de Tunku geen politiek leider. Hij is van nature een eenvoudig man, die met Ma- Abdul Rahman, premier van Malakka partijbestuur steeds zijn rust en kalmte. Hij gebruikt geen grote en mooie woorden om onaangename waarheden te verbloe men. Hij heeft het vertrouwen van zijn partij, de „Nationale Organisatie der Ver enigde Maleiers", zowel als van de „Allian tie", dus van het verbond der belangrijkste Maleise, Chinese en Indiase oi-ganisaties. FEDERATIEF MALAKKA bouwer van formaat en stichter van de stad Singapore op een stuk grond, dat hy in strijd met de verdragen voor zyn vaderland in bezit nam. Raffles was de man, die de sleutels van de Straat van Malakka van Amsterdam naar Londen deed verhuizen. Hij was Nederlands grote tegenspeler in Azië in het eerste kwart der vorige eeuw, maar een man van formaat ,die met vooruit ziende blik de Engelse politiek in Azië in nieuwe banen leidde en (zy het ten kos te van Nederlands invloed) Engelands macht in Azië zeer vergrootte. TOEN de Engelsen in de tweede helft der vorige eeuw zich intensiever gingen bemoeien met Malakka, kregen zij te ma ken met negen staatjes, elk met een eigen vorst en een eigen regering. De be volking was voor het grootste deel samen gedrongen in stadjes en dorpen aan de riviermondingen. Er was weinig contact tussen de diverse staten, ja, er was zelfs sprake van afkeer van zodanig contact. Enerzijds was dit vreemd, omdat de be volking der Staten zoveel gemeen had, maar anderzijds was het wel te verklaren, omdat er zulke grote verkeersmoeilijk heden waren. Het schiereiland Malakka is namelijk geen natuurlijke geografische eenheid. Een bergketen doorsnijdt het in de lengte. Dwars door Malakka stromen veel rivieren. Zij zijn wild in hun boven loop en breed en traag nabij de kusten. En dan de jungle! Zelfs nu nog is vier vijfde deel van het schiereiland bedekt met dichte oerbossen, terwijl de meeste kuststreken moerassig zijn. Dergelijke natuurlijke omstandigheden werken eer afscheiding in de hand dan eenheid. verbeteringen zouden onmogelijk zijn ge weest zonder de overwinning op anophe les, de malariamuskiet. Vóór de komst der Engelsen regeerde die muskiet Ma lakka en stellig zou hij weer aan de macht komen en alle vooruitgang tenietdoen, als de dagelijkse strijd tegen hem en de zui vering van zijn kweekplaatsen een einde zouden nemen. De Dienst der Volksge zondheid is stellig op het ogenblik de be langrijkste aller sociale diensten. Zou Ma lakka, onafhankelijk geworden, verslap pen in zijn zorg voor de volksgezondheid, dan zou dit catastrofale gevolgen met zich brengen. Want behalve malaria is ook tu berculose een geduchte volksvijand in Malakka, heel wat gevaarlijker dan de partisanen in het oerbos. Na de oorlog hebben de Engelsen in nauwe samenwer king met de Maleise autoriteiten veel ge daan om de tuberculose te bestrijden. Er verrezen hospitalen, er kwamen consul tatiebureaus en men ging grotere zorg be steden aan de huizenbouw om aldus het kwaad aan de bron onschadelijk te maken. De sociale diensten zijn de moeilijkste erfenis, die de nieuwe Maleise regering van de Engelsen overneemt. Men bedenke, dat de bevolkingsstructuur op Malakka „lastig" is. Jaarlijks neemt het zielental toe met vier percent. Een groot deel der bevolking bestaat uit immigranten, die nog niet geheel ingepast zijn. Ten tijde der Japanse bezetting waren de ontbin dende krachten in staat en maatschappij zeer sterk. En bij deze „lastige" dingen komt nog, dat de verschillende volks groepen (Maleiers, Chinezen, Indiërs) alle maal vragen om meer onderwijs teneinde de voordelen te kunnen plukken der mo gelijkheden, die het land biedt. Bovendien die reeds leidde tot de geboorte van een onafhankelijk India, Pakistan, Burma, Ceylon en Ghana. En nu is Malakka aan de beurt. In de oorlogsjaren was het de Engelse staatslieden duidelijk geworden, dat een nieuwe wereld bezig was geboren te worden. Daarom aanvaardden zij de consequenties hiervan en besloten zy, hun overzeese staatkunde op geheel nieuwe leest te schoeien. Ook voor Malakka zou deze nieuwe politiek moeten gelden, al was er daar te lande en zulks in tegen stelling tot India in 1945 nog maar nau welijks sprake van enige constitutionele ontwikkeling. Toch begon men onmiddel lijk na de bevrijding aan de staatkundige opbouw. En men deed zulks in snel tempo. Eigenlijk was het snelle tempo een beetje bevreemdend, als men let op de verre van rustige binnenlandse toestand op het schiereiland. Een eerste hinderpaal was de opstand van 1948, die in de oer wouden en moerassen thans nog zijn uit lopers heeft. Een der oogmerken van de opstandelingen was om de regering af te houden van verwezenlijking harer staat kundige plannen. Maar er waren nog an dere hinderpalen. Zoals wij reeds zagen, bestaat de bevolking uit drie grote groe pen: de Maleiers, de Chinezen en de In diërs. Na de oorlog was de kloof tussen de Chinezen en de Maleiers erg breed. Tot 1950 toe scheen de kans op toenadering en politieke samenwerking tussen beide groepen zelfs vrijwel onmogelijk. Malakka werd bedreigd door binnenlandse ver deeldheid en botsingen. Het voorbeeld van India, waar een dergelijke verdeeldheid had geleid tot een uiteenvallen in twee staten (India en Pakistan), doemde dx-ei- Bij de verkiezingen van 1955 werden 51 van de 52 Alliantie-kandidaten gekozen. Dit wijst er wel op, dat de Tunku het ver trouwen en de aanhankelijkheid geniet van de meerderheid der bevolking in Malakka. DE TUNKU heeft grote plannen voor de toekomst van zijn land. Hij is echter een realist en weet, dat op het ogenblik de we reldmarktprijzen voor tin en rubber bepa lend zijn voor Malakka's financiële moge lijkheden. Daarom wil hij er naar streven, de economische basis te verbreden door de vestiging en ontwikkeling van nieuwe be drijfstakken aan te moedigen. Natuurlijk staat ook een vergroting van de industriële capaciteit op zijn program. Tunku Abdul Rahman is een man van het heden met een open blik op de moge lijkheden en moeilijkheden van de toe komst. En er is één historisch voorval, dat hij gaarne in herinnei-ing brengt, als men met hem over Malakka's toekomst spreekt. Het was namelijk een lid van de vorstelij ke familie van Kedah, die in 1786 voor een bedrag van tienduizend (Straits)dollars per jaar het eilandje Penang Engelands eerste bezitting op Malakka aan de En gelse Oost-Indische Compagnie verpachtte. Het was een overdracht, waarbij geen druppel bloed vloeide. En dat is zegt de Tunku dan de machtsoverdracht van .1957 eveneens. Het wiel der historie is dus een hele slag gedraaid, merkte hij onlangs tegen een zijner vrienden op. In februari 1956 is het onafhankelijkheidsverdrag getekend. Men ziet hier rechts premier Abdul Rahman en links de Engelse minister van Koloniën Lennox-Boxjd, rang, bracht het leven hem een zware slag toe. Tijdens de geboorte van een zoon stierf zijn vrouw. Ahmed Nerang (zo noemde de Tunku zij*- zoon) is nu cadet op de Indiase lakka's dorpelingen kan omgaan en praten als ware hij een der hunnen. Hij is geen podiumredenaar en bewaart zowel op zijn bureau als tijdens vergaderingen van het

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1957 | | pagina 20