Na de patriottische oktober-extase in 1956 toont Warschau een vermoeid beeld NOG IS POLEN NIET VERLOREN.... (I) Buikriem moet verder worden aangeha; 1 aid, maar hij staat al op het laatste gaatje. hjftig jaar geleden Onze naaste KOU GRIEP, 3 Van dag tot Machtsovername in San Marino ging niet door Roden weigerden onvoor waardelijke capitulatie i Verslapte moraal Langzame groei Lichte toets Levenskracht Mevr. Roosevelt: A merikanen achter ijzeren gordijn Drinkwater in Suriname gerantsoeneerd Ook de Italiaanse Senaat keurt Euroverdragen goed Bonn's relaties met de gordijnlanden Ontbijt met Eisenhower Qp dè <~Praatótoel Bellaenis belooft: „Binnen drie maanden vrede in Algerije" Uit Haarlems Dagblad van 8 oktober 1907 PONDERDAG 10 OKTOBER 1957 Het is nog maar honderd jaar geleden dat Nederland in een toestand verkeerde, waaraan men tegenwoordig een onderont wikkeld gebied zou herkennen. In de dis sertatie van I. J. Brugmans: „De arbei dende klasse in Nederland in de negen tiende eeuw", kan men alle kenmerken daarvan vinden. Een van de onthullendste bevindingen van de schrijver, wiens on derzoek het tijdvak 1813 tot 1870 bestrijkt, is wel dat de gemiddelde leeftijd van de Nederlandse arbeider omstreeks 1850 32 jaar is geweest. Het analfabetisme was wijdverbreid, kinderarbeid zeer algemeen, de arbeidstijden onmatig lang, in 1845 en l8477 heerste er hongersnood als gevolg van het mislukken van de oogst der aard appels, het volksvoedsel, en volgens een Franse auteur van die tijd was het indus triële onderwijs in Nederland het slechtste van West-Europa. Nog in 1871 werd er evenveel handwerk als arbeid in de fa briek verricht en de tegenstelling tussen rijk en arm was schrijnend. Honderd jaar later bestaat diezelfde te genstelling tussen het welvarende een derde deel der wereldbevolking, waartoe wij nu het voorrecht hebben te behoren, en het noodlijdende tweederde deel der mensheid, waar jonge moeders hun kinde ren met vrees moeten verwachten en niet in staat zijn hen de verzorging te geven, die hun toekomt. Onze arbeiders hebben ineen onbloedige strijd hun sociale rechten veroverd, maar het is niet denkbeeldig dat de niet-bezitters van deze wereld in wan hoop naar de wapens grijpen en hun part van de ongelijk verdeelde welvaart komen opeisen. De zucht naar een beter bestaan heeft in vroeger tijden gehele volken als woedgolven in beweging gebracht en wel varende naties, zoals die der Egyptenaren, Babyloniërs, Assyriërs, Meden, Perzen, Grieken en Romeinen, overspoeld en uit hun bevoorrechte posities verdrongen. Bovendien wordt de grondslag van onze welvaart gevormd door grondstoffen, die worden voortgebracht in dat deel van de vrije wereld, waar de mensen leven in de onvrijheid der armoede. Met een beroep op onze werkelijkheids zin, ons rechtvaardigheidsgevoel en de solidariteitsgedachte, richt de Nederlandse Organisatie voor Internationale Bijstand zich in deze dagen tot ons, om van onze rijkdom mee te delen aan onze behoeftige broeders en zusters in de vreemde. Wij kunnen ons daarvan niet afmaken met de dooddoener dat er al zoveel gedaan wordt, want zoals de reddende Marshallhulp uit eindelijk ook de belangen van Amerika heeft gediend, zo zal ook deze bijstand de belangen dienen van ons en onze kinderen. De hulp aan onderontwikkelde gebieden, is de beste belegging in een duurzame vrede, die onbereikbaar is zolang armoede het deel is van de meerderheid der bewo ners van de aarde. In een land als het onze, dat leeft uit de tradities van christendom en humanisme moet het niet nodig zijn verantwoordelijk heidsbesef te wekken voor de ontrechten dezer wereld. In Europa schuilen krachten die zich openbaren in tijden van crises, zoals wij die beleefd hebben met de wa tersnood en de Hongaarse tragedie, welke een offervaardigheid hebben ontketend, die zonder die beide tradities onverklaar baar zou zijn. Moge ieder ervan doordrongen zijn dat de crisis, waarvoor een plaatselijk comité onze aandacht vraagt, niet minder ingrij pend is dan de onverhoedse aanval van de zee en de vertwijfelde greep naar de vrijheid van de Hongaren. Moge het be roep van de NOVIB, waarin alle gezindten in internationaal verband samenwerken, op uw naastenliefde niet tevergeefs zijn. SAN MARINO (UP) Zoals gistermor gen reeds gemeld werd, is er op het laat ste ogenblik toch weer onenigheid gerezen m San Marino over de condities van de machtsovername door de tegenregering. Woensdagavond stelde deze de eis, dat de communistische tegenpartij zich nu ook onvoorwaardelijk zou overgeven. De tevo ren in goede sfeer gevoerde onderhande lingen stokten daarop volkomen. De onverzettelijkheid der „burgerlijken" kwam nogal verrassend, nadat de commu nisten tamelijk gematigde voorstellen had don gedaan in antwoord op de eisen van do christen-democraten. Deze laatsten hadden geëist: afgifte van alle wapens door de communisten aan de gendarmerie; erkenning van de opneming van de nieuw- jmngeworven (Italiaanse) carabinieri als do politiemacht van San Marino; herstel van het parlement van zestig leden, dat door de communisten op 19 september ombonden verklaard was on dat in functie ment te blijven tot 1959. De communisten wilden echter op korte ermijn nieuwe verkiezingen, waarop de jogenregering alles liet afweten. In het '-esef van hun macht en de stem van mlie, wachten de „burgerlijken" nu af, of ?lln tegenstanders alsnog bakzeil zullen j alen. Het ziet er met dat al niet naar uit w dat de communisten nog lang stand kunnen houden. fouter) Algemeen verwacht men thans oat de macht heden of vrijdag zal worden vorgenomen door de tegenregering, v woorolvoerder van de tegenregering orklaarde woensdag, dat de communisten Ai, socialisten de onderhandelingen 'ekken om hun capitulatie te verdoezelen. (Van onze reisredacteur) WARSCHAU, oktober De balie van het ouderwetse hotel Bristol, dat nog s eeds in de steigers staat, omdat de bouwarbeiders toch ook af en toe een kaartje moeten leggen of een glas wodka drinken, verschaft de reiziger zijn eerste beeld van het nieuwe Polen-van-na-oktober-1956. Tezamen met Indiërs en Oostduitsers, Russen en Amerikanen, communistische delegaties zonder das en westelijke zakenlieden in camel-coat en zijden shawl, dringt, dreigt, scheldt en smeekt hij mee om een kamer. Een Babylonische heksenketel vol boze woorden. „Een kamera room ein zimmereen kamer, een kamer, een paar nylons, een pak breiwol, een slof sigaretten voor een kamer. De oude klanten weten dat en wachten in glim lachende afzijdigheid hun moment. Dan glijdt er een pakje over de tafel en tien minuten later ziften zij tevreden zingend - wanneer althans de warmwater-kraan er zin in heeft - in het bad van hun vertrek. Een uurtje later tronen zij in de eetzaal, dank zij een handvol „zwarte" zloty, achter hun zalm en cav-iaar en monsteren er gelijk oude bekenden die meisjes, die altijd getweeën aan een tafeltje zitten. Vroeger moesten die meisjes over hun kortstondige betrekkingen met buitenlanders verslag uitbrengen aan de U.B., de geheime politie. Nu hoeft dat niet meer. Er is in het Polen van „Wieslaw" Gomoelka het een en ander ten goede veranderd. Maar nog steeds zijn er Poolse meisjes, die genoeg hebben van kille kamertjes in de grijze gewonde stad, genoeg van eeuwige armetierig heid. Zij hunkeren naar wat warmte, het gedempte licht, de zachte Amerikaanse dansmuziek van de Bristol-cocktailbar, naar parfum, lipstick en nylons, naar een beetje vertroostende luxe. Zo vlijen zij zich gewillig in de beschermende rechter arm, die de vertegenwoordiger van een westelijke firma op de dansvloer om haar heen slaat. Nu is het hotel Bristol Warschau nog niet, evenmin als Warschau Polen is. Maar wel vindt men in Warschau een concen traat van de neerslag der tweede socialisti sche oktober-revoluïie, die men wat over haast „de Poolse lente" heeft genoemd. Wat is er over van de patriottische extase van die oktoberdagen 1956, waarin rooms- katholiek en communist, ci-devant prins èn pauper de hoop op hun Polen beleef den? Op die vraag geven twee Poolse ge zegden twee verschillende antwoorden. Het eerste stamt uit Polens desperate volkslied: „Nóg is Polen niet verloren Het tweede zegt: „De hoop is de moeder der domheid". Wie vandaag naar de gezichten der War- schauers kijkt, voelt dat, zoals zo vaak, in Polen na het heroisch elan veel doffe apa thie is gekomen. Het glanzend mirakel is in de grijze ochtendstond van de werke lijkheid vermagerd en verbleekt. Zeker, tigste van de maand nog geld. m&mm K:i c:- «|I 1 jivSi. In alle Warschause stralen treft men kleine plaquettes aan voor gevallen verzetsstrijders. Er liggen altijd bloemen bij. En het leed, dat de stad is aangedaan, staat ook ge tekend in de vermoeide gezichten van de voorbijgangers. chaos te krijgen. Maar de buikriem staat na achttien jaar aanhalen werkelijk op het laatste gat. Harder werken is misschien goed voor Polen, maar niet voor de Pool, die tijd en energie moet overhouden om bij te'verdienen, te handelen, desnoods een beetje te knoeien of van de staat te stelen, uit de nogal menselijke noodzaak om er het leven bij te houden. Zeker heeft kardinaal Wyszynski gelijk, wanneer hij zegt dat het beter is heldhaf tig te leven dan te sterven voor het vader land. Maar toen, na het glorieus bevrij dend moment, Gomoelka de rekening-op- vooruitbetaling voor Polens wederopbouw presenteerde, knapte de spanning. Uit de vrijere pers steeg zoveel stank uit het ver leden op, de nieuwe problemen leken zo onoverkomelijk, dat dé verslapping van de ijzeren green ook tot een verslapping van de moraal der burgers leidde. Absenteïs me, corruptie, zwarte handel en diefstal woekeren met ongehoorde snelheid door. Het wodka-verbruik steeg in één jaar met 36 percent. Overal zijn in Warschau dron ken mannen te zien. Ik sprak er 's nachts één, een keurig man, die mij aanklampte om geld. Toen ik hem koeltjes vroeg waar voor, trok hij zijn moede schouders recht en zei: „Mijnheer, ik heb geen geld om fatsoenlijk te eten. Derhalve drink ik". Nóg is Polen niet verloren, maar het is wel moe, zéér moe. En die moeheid staat met diepe lijnen in de gezichten van de Warschauers' geschreven. Er zijn vrouwen, die met haast pathetische verbetenheid en grandioze smaak proberen zich goed te blijven kleden, maar in haar grote Poolse ogen blijft de treurigheid schuilen. En op de gezichten van de mannen ligt die moe heid ook over de drieste vechtlust, die van de Polen de beste jachtvliegers ter wereld maakt. De rebellen ook .die in augustus 1944 de verloren opstand van Warschau uitvochten, terwijl de Russische troepen aan de overkant van de Weichsel zwijgend afwachtten tot de Duitse moordpartij op zeshonderdduizend Polen ten einde was. Is het beeld van Warschau alleen maar triest? Nee, de eens afgeschreven stad, die voor tachtig percent verwoest was, groeit zij het pijnlijk, langzaam weer op. Het oude gedeelte is met warme liefde steentje voor steentje hersteld. Op de geschroeide vlakte van het ghetto zijn woonblokken opgetrokken van de rood-bruine bakste nen der oude huizen. Toch nog een spook achtige buurt, want in hun stomheid spre ken die stenen nog van een huiverende ontzetting. Ook Warschau is niet aan de stalinisti sche architectuur ontkomen: boven de stad torent het cultuur-paleis, een wolken krabber, die het midden houdt tussen de Koutoubia-moskee uit Marrakesj en het Wrigley-paleis uit Chicago, een monster lijk uitroepteken achter de grote leugen van een nieuwe mensheid. Maar de Poolse goede smaak heeft de stad verder voor verminking behoed. De Marszalkowska- boulevard, breed als de Champs Elysées, het Constitutieplein, de nieuwe regerings gebouwen zijn ondanks wat monotone strakheid, niet lelijk. Warschau's kalver- straat, de Nowy Swiat, kan genoeglijk worden, wanneer de etalages wat anders tonen dan flessen augurken, mottig bont en andere grauwe eenheidswaar. Nee, Warschau is minder triest dan het lijkt. Tussen de gapende ruïnes met hun holle vensterogen, zijn er nog kleine, ge- noegelijke straatjes. De zon komt er de oude gevels strelen, waarvan iedere muur vol kogelgaten zit, maar waar ook achter ieder raam bloemen staan. De appelver koopsters op de straathoeken geven kleur aan het stadsbeeld, een troep schoolmeis jes in blauwe jurkjes vliegt kwetterend de straat op. De mensen vertroetelen War schau's duizenden duiven. Achter de slo- verige moeheid en ambtelijke onverschil ligheid bloeien Poolse hoffelijkheid en be minnelijkheid steeds weer op, de sierlijke handkus is algemeen. Nog is Polen niet verlorendat de hoofdstad van dit eeuwig verraden land zich uit bloed, as en puin overeind kan werken, is een wonder van onweerstaan bare levenskracht. Die levenskracht schuilt ADVERTENTIE zware hoofd- en borstverkoudheid, diep vastzittend slijm,snuift en wrijft U weg met NEW YORK (AFP) „Het zijn nu de Amerikanen en niet de Russen die zich omgeven met een ijzeren gordijn", heeft mevrouw Roosevelt in New York ver klaard na haar bezoek aan de Sovjet-Unie. „De Amerikanen", verklaarde zij, „kun nen nu het leven in Rusland leren kennen, maar de Russen mogen Amerika niet bin nenkomen als het State Department niet van oordeel is, dat hun bezoek voor Ame rika van nut is". „Laat de Russen naar Amerika komen, opdat zij kunnen zien wat het zeggen wil, in een vrij land te leven", aldus mevrouw Roosevelt vooral in de jeugd. Men mag er verbaasd over zijn dat de Warschause studenten, die anderhalf jaar geleden nog met open hemdkragen en gepaste ernst zaten te schaken, vandaag de zwarte truien en nau we broeken van St. Germain-des-Prés hebben verkoren en in dat cultuur-pessi mistisch habijt drie keer per week in de studentenclub op Dixielandmuziek jitter- buggen tot zij er bij neervallen. Maar die zelfde studenten la ten zich niet door gummiknuppels en traangas intimideren, wanneer men aan de vrijheden raakt, die zij met Poolse durf bevochten hebben.In Polens moeilijke po sitie moet men om praktisch politieke redenen, die ik later zal uiteenzetten soms zijn hart vast houden over de ge volgen, die deze steeds weer oplaai ende vurigheid zou kunnen hebben. Maar dat hart ont komt niet aan de be wogen herkenning van de waarheid der regels: „Zolang wij levenis Polen nog niet verloren", uit het lied van het volk, dat ieder stukje vrijheid met bloed heeft gewonnen en met moed heeft ver dedigd. Foto boven: Over Warschau's gewonde huizen torent het cultuur-paleis, zetel van de Foolse academie voor weten schappen en tevens van de nacht club „Kongressowa"waar gezel schapjes zwarte handelaren of niet al te integere functionarissen per avond gemakkelijk het maandsalaris van een Poolse arbeider opmaken. Foto beneden: Jitterbug-avond in de Poolse studen tenclub. Maar deze zelfde jongens gaan niet voor gummiknuppels en traangas uit de weg, wanneer „Po Prostoe" wordt verboden. Men houdt zijn hart vast. bij het beden ken van de gevolgen, die de op laaiende hartstocht zou kunnen hebben. PARAMARIBO (ANP) Door de aan houdende droogte is men in de „districten" van Suriname moeten overgaan tot het rantsoeneren van drinkwater. Het rantsoen is op drie liter per dag per persoon ge steld. Er bestaat in de districten nog geen waterleiding. Volgens gegevens van het bureau open bare gezondheidszorg heeft 64 percent van de bewoners van Paramaribo aan de a-griep geleden. De aantallen ziektegeval len in de districten zijn nog niet bekend. ROME (AFP) De Italiaanse Senaat heeft zijn goedkeuring gehecht aan de ver dragen tot instelling van de Europese Eco nomische Gemeenschap en Euratoom. De Kamer van Afgevaardigden had de ver dragen reeds voor het zomerreces goedge keurd. Alleen de communisten stemden tegen beide verdragen. De linkse socialisten spraken zich uit voor Euratoom, maar ont hielden zich bij de stemming over de EEG. BONN (DPA) De Westduitse minister van Buitenlandse Zaken, dr. Heinrich von Brentano, heeft woensdag verklaard, dal men geen „overdreven verwachtingen" mag koesteren omtrent de politiek van de nieuwe Westduitse regering ten aan zien van de communistische landen. De minister verklaarde op een bijeen komst van de C.D.U.-Bondsdagfractie, dat het probleem der betrekkingen met de Oosteuropese landen zo ingewikkeld is. dat men niet van de ene dag op de andere een oplossing mag verwachten. WASHINGTON (Reuter) Ghana's mi nister van Financiën, Gbedemah, aan wie men dinsdag wegens zijn huidkleur de toegang in een Amerikaans restaurant had ontzegd, heeft een uitnodiging ontvangen om met president Eisenhower te ontbijten. Minister Gbedemah noemde dit „een ruime vergoeding voor de behandeling in het restaurant". Hij zei verontschuldi gingen te hebben ontvangen uit alle krin gen van het Amerikaanse volk, waaronder één van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Hoeft niet meer Een meneer van mij is net terug uit Majorca. Hij heeft mij een uiterst gerust stellende mededeling gedaan: „Je hoeft er niet meer heen; het is afgelopen; het is helemaal vertoerist". Dat is prettig. Ik zit al jaren met de ellende dat iedereen op Marjorca geweest is en ik niet. Nu heb ik nog drie minderwaar digheidscomplexen over: Spanje, Rome en de Joegoslavische kust. Daar loop ik ge woon voor gek mee. Spanje is zo erg niet, want ik ben in Mexico geweest en als ik dat zeg, zeg ik: „Nee, Spanje ken ik niet, maar het zal wel zo ongeveer als Mexico zijn; nou, en daar heb ik drie maanden gewoond". De Joegoslavische kust sla ik altijd dood met Jamaica. Niet dat die twee op elkaar lijken, maar je kunt altijd zeg gen: „De mooiste kust die IK ken is die van Jamaica", - dan houden ze óók direct hun mond. Rome bezorgt mij de meeste last, met Florence en Venetië. Ik kan wel, naar loaarheid, getuigen, dat ik in Milaan en in Triëst ben geweest, maar met Rome en Florence is het geen kwestie van steden, maar van musea. Je kunt tegen Florence en Rome niet komen aandragen met het Louvre en het Metropolitan Museum, even min als je kunt zeggen: „nee, de Nacht wacht heb ik niet gezien, maar Gioconda wel". Dat is niet overtuigend. Zo langzamerhand zijn het alleen nog maar Haiti, Frans Guyana en Schiermon nikoog. die mij enig toeristisch overwicht op mijn naaste omgeving verschaffen, en, in een beetje mindere mate, Ankara en Paramaribo. Maar Majorca is er nu ge lukkig niet meer bij. Het is vertoeristDan hoeft het niet meer. Dan staat het zelfs wel goed: „Nee, Majorca niet; kujjebeter naar Terschelling gaan; kennen jullie Ter- schilling niet eens? Nou, ik verzeker je dat daar het mooiste, breedste, witste strand van de wereld is - of het moest Veradera zijn (zeg ik dan nonchalant) - Veradera o nee, natuurlijk niet, jij bent nooit op Cuba geweest, da's waar ook Wij hebben nu weer een maand of acht om niet te behoeven te reizen. Een maand of acht om. va te denken over de plaats waar niet iederéén géweest is. Wat had. u gedacht van de Kanaal-eilanden; die zijn niet eens zo ver weg: Sark en Guernsey en zo; Tahiti is weer wat te begrotelijk, maar het zou, met. het oog op de buren, wel heel mooi zijn. Wacht maar tot de toeristenbond van Ghana superintellectuelen van de hele wereld tot een bezoek gaat uitnodigen om goede stukjes over de folklore en het land schap te schrijven. Zodra het op schrijven de superintellectuelen aankomt, gaat er iets in mijn hart. trillen, fioms nemen ze een ander. Dan ben ik altijd eerlijk ver baasd. Maar soms nemen ze mijDan ben ik niet verbaasd. Het gaat er alleen maar om of de regering van Ghana toerist mijn dut. wordt. Krijgt u van helemaal daar vandaan een prentbriefkaart van mij met „Groeten vit Ghana". Ik zit een beetje dóór te fantaseren en te veel vooruit te denken. Het is een hele geruststelling dat ik nooit meer naar Majorca hoef. Helemaal vertoerist. Toen ik in Tobago was, je weet wel, vlak bij Trinidad Elias De „opperbevelhebber" van het Algerijn se nationale volksleger, Si Mohammed Bel- loenis, heeft volgens de Parijse ,.Le Mondè" van woensdag gezegd dat hij „binnen drie maanden vrede in Algerije zal brengen". In een brief aan het blad verklaarde hij, „met de hoge Franse autoriteiten in Alge rije een schikking te hebben getroffen die gebaseerd is op de verdediging van de be langen van onze volkeren en de uitroeiing van oorlogsophitsers". Geguillotineerd ALGIERS, (UP/Reuter) Drie leden van de nationale Algerijnse beweging, een nationalistische organisatie, zijn woensdag in de gevangenis van Algiers geëxecuteerd door middel van de guillotine. In maart van dit jaar waren zij ter dood veroordeeld we gens terreurdaden die verscheidene men senlevens gekost hebben. Zuiveringsoffensief Franse troepen hebben bij zuiverings operaties van vier dagen in de beboste heu vels ten zuidwesten van Tenes, 51 opstan delingen gedood en 64 gevangen genomen. Aan Franse zijde vielen een dode en een gewonde. Opstandelingen hebben gisteren een passagierstrein van Algiers naar Oran met machinegeweren beschoten. Niemand zou hierbij zijn gewond. PARIJS. De Fransche minister van Oorlog heeft de beschikking gekregen over een extra bedrag van 2VZ millioen francs, om daarmede de proeven met bestuurbare luchtschepen voort te zet ten. Wanneer er een oorlog komt uit te barsten, kunnen we ons er dus op voor bereiden, dat luchtschepen worden uit gezonden om toebereidselen te bespie den, troepenbewegingen te verijdelen of om op daartoe geschikte punten dy namiet neer te werpen om zo niet de legers zelf, dan toch den Generalen Staf met zijne plannen, kaarten en tee- keningen te vernietigen. Maar nog ver schrikkelijker zal zijn een gevecht tus sen twee zulke luchtschepen. De over winning zal dan zijn aan de lichtste, die boven zijn tegenstander zal weten te stijgen en hem met vuur bestrooien. De geheele bemanning vindt dan een snel len dood, een lot weliswaar, dat bij een zeeoorlog ook reeds aan de bemanning van een zinkend schip te beurt valt. Het zal nog wel heel wat jaren du ren, voordat de luchtscheepvaart de stoombootdiensten zal beconcurreeren. Luchtschepen zullen een weelde-ver- voermiddel zijn. En wie kan zich voor stellen dat zij ooit dienstbaar zou wor den gemaakt aan het vervoer van zware en omvangrijke goederen?,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1957 | | pagina 5