Gillette Rocket Pleidooi voor de menselijke verhoudingen in strijdmacht Pauzetheater toont de andere helft van een goed gezicht Pittig en zakelijk betoog van voorstanders reclame-omroep Klarinet en piano „Soldaten zijn óók mensen VRIJDAG 29 NOVEMBER 1957 15 „De noodzaak van commerciële televisie Kamermuziek door twee veelbelovende jongeren In Assen ging gisteravond laat het licht weer aan Ontwikkeling TV in Nederland slechts mogelijk door verbreding van financiële basis Kort nieuws Cultuur Belgische klachten over de smokkelarij van boter Douane op de fiets tegen smokkelaars in auto's Koopt bij KAAN! ook maten 50 en 52 Voor de stormvloedkering in de Hol landse IJsel zijn gisteren twee grote vloeddeuren aangebracht, die elk S3 ton wegen. De deuren zijn dertien meter hoog en elf meter breed. Het Haarlems Comité voor Kamermu- rpk gaf donderdagavond gelegenheid tot optreden in de Renaissancezaal van het Frans Halsmuseum aan twee jonge musici, de klarinettist Piet Honing en de pianist Johan Jansonius, waardoor wij een aantal composities te horen kregen, die in het genre „kamermuziek" als een apartje be schouwd worden dat zelden aan bod komt op een publiek concert. Voor zever wij twee van deze werken al eens eeider leer den kennen, was dit nog in een omwer king: de Rapsodie voor klarinet en piano van Debussy (waarvan de pianopartij door de componist voor orkest gezet is) en de Sonate in Es van Brahms (waarin de alt viool de klarinet vervangt). Het was be langwekkend deze beide composities te mogen beluisteren in de instrumentale kleur waarin zij gedacht zijn. Bovendien brachten Piet Honing en Johan Jansonius de Sonate voor klarinet en pianc van Paul Hindemith ten gehore, waarmee zij een overtuigende indruk van hun muzikaliteit en hun technische vaar digheid gaven. Het stuk geeft ruim ge legenheid tot het exploreren van karak- i teristieke eigenaardigheden van het in strumentarium. Dit is ook het geval met drie stukken voor soloklarinet van Igor Strawinsky, overigens leuke dingen zon der meer. Maar wat een volheid van gees telijk bevruchte klanken treft ons bij het beluisteren van de Rapsodie van Debussy, wat een stroom van vloeiend zingende lijnen, gehuld in een waas van etherische harmonieën Hierbij kon Piet Honing woe keren met zijn fraaie toonvorming en zijn muzikaliteit demonstreren met een door voelde interpretatie. Ook Johan Jansonius had in dit rijke stuk een kolfje naar zijn hand. Uiteraard doet Brahms na Debussy wat ouderwets aan. Het stuk had dan ook beter in het begin van het programma kunnen staan in plaats van aan het slot Maar dat neemt niet weg. dat het in zijn aard een dankbaar stuk is. voortreffelijk voor klarinet geschreven en karakteris tiek voor zijn romantische allure. En wanneer als slotdeel een Andante con moto aan een gedegen variatietechniek onder worpen wordt, komt er met een opdrin gende stuwing een boeiende kracht in, waarin men de meesterhand gewaar wordt Johan Jansonius had het recital met de eerste Partita (in Bes) van Bach geopend. Zijn spel was in de delen in matig tempo Preludium en Sarabande) nogal erg op pen objectieve precieusheid ingesteld. De motorische delen klonken daarentegen zrer fraai. Wat. hij als pianist waard is, toonde Jansonius op overtuigende wijze in zijn samenspel met de klarinettist, maar bovendien bewees hij zijn kunnen po muzikale distinctie met twee Preludes van Debussy, die als extra lichtpunten het programma sierden. Wij hebben deze avond twee veelbelovende jongeren ge hoord. Jos. de Klerk De brand, die gistermorgen ontstond in het transformatorstation te Assen, was gistermiddag omstreeks één uur geblust. Technici begonnen terstond met het aan leggen van noodverbindingen, maar het heeft tot gisteravond halftien geduurd voordat in de huizen en op straat de lich ten weer konden branden. Tot dat ogen blik hadden de inwoners zich met kaarsen en petroleumlampen moeten behelpen. De winkels waren reeds vroeg dicht; bioscopen en café's bleven gesloten. Men hooft de gehele nacht doorgewerkt om ook de krachtstroomvoorzicning te herstellen, ''"dat vandaag de bedrijven weer zouden kunnen gaan werken. De Asser brandweer was gistermiddag nog maar nauwelijks ingerukt of er werd opnieuw alarm gemaakt, ditmaal voor een brand in een huis in de Oranjestraat. Vermoedelijk door een lek in de gaslei ding ontstond brand in enige kamers van de bovenverdieping. De brandweer wist uitbreiding te voorkomen, zodat alleen de bovenverdieping uitbrandde. (Van een onzer redacteuren) TOEN WIJ enige maanden geleden een viertal beschouwingen wijdden aan het rapport dat een door de VARA ingestelde commissie over het vraagstuk van de commerciële televisie had uitgebracht, be treurden wij de afwezigheid van een dege lijke verantwoording van de zijde der voorstanders van de reclame in de tele visie. In die leemte is thans voorzien door de publikatie van het standpunt van de Onafhankelijke Televisie Exploitatie Maat schappij (O.T E.M.) n.v. De zienswijze van deze gegadigde voor de verzorging van commerciële televisieprogramma's wordt door de titel van haar brochure kort en krachtig weergegeven: ,.De noodzaak van commerciële televisie". Het geschrift wordt gekenmerkt door een prettige nuch tere en concrete betoogtrant, heigeen al vast ten opzichte van het bovengenoemde VARA-rapporl eon winst hetekoni. Men kan de beschouwingen van de O.T.E.M. in drie afdelingen onderscheiden: de nood zaak om tot een groter getal zenduren bij de Nederlandse televisie te komen en tot meer verscheidenheid in de programma's, de stelling dat de reclame evenveel be lang heeft bjj de televisie als de televisie bij de reclame en tenslotte de principes waarop een bevredigend programmabeleid dient te worden gebaseerd. Uiteraard wijst de O.T.E.M. op de nog geringe expansie van dn Nederlandse tele visie in vergelijking met het stormachtig gestegen aantal kijkers en met de situatie in het buitenland. Tegenover de twaalf uur per week in Nederland staan de zestien uren (over twee netten) van het pas aarze lend begonnen Zwitserland, de veertig van Italië, de achtentwintig (over twee netten) van België, de dertig van het commerciële Télé-Luxembourg, de vijfendertig van de Duitse televisie en de vijfenveertig van de Franse, terwijl dp Engelse kijker de keuze heeft uit zesenvijftig uur t.v. per week en dan nog over twee programmanetten. Deze beperkte zendtijd heeft funeste ge volgen: de rijpere jeugd bijvoorbeeld heeft alleen gelegenheid om in de avonduren te kijken, aan gerichte programma's voor de bejaarden komt men evenmin toe, hoe wel het toch uit een oogpunt van geeste lijke zorg toegejuicht zou moeten worden indien zij door middel van de televisie op ruimer schaal aan het maatschappelijk le ven deel zouden kunnen hebben. Dit spreekt te meer omdat de Nederlandse kij ker in verhouding een hogere retributie betaalt dan de buitenlander. Om het programma naar behoren te kunnen ontplooien is het echter nodig, dat de Nederlandse televisie een kurk krijgt om op te drijven: ziedaar het wederzijdse belang dat reclame en televisie by elkan der hebben, aldus de O.T.E.M. Enerzijds heeft de reclame immers een gevarieerde maatschappelijke functie op grond waar van zij ook tot het medium televisie dient te worden toegelaten, terwijl op de grond slag van de ervaring in de pers ook de maatschappelijke taak van de televisie op verantwoorde wijze kan worden vervuld indien de inkomsten uit reclame worden getrokken. Die inkomsten 2yn noodzake lijk wil men tot een uitbreiding van zend- Instituut voor journalistiek. In d-* vergadering van het curatorium van het Katholiek Instituut voor de Journalistiek heeft de heer Leo Hanekroot na een bijna 10-jarig voorzitterschap afscheid genomen van het instituut. Zijn plaats is ingenomen door drs. G. van Lieshout, die tevens tot voorzitter van het curatorium werd geko zen. Grootfriese tentoonstelling. Er zijn plannen om volgend jaar van 25 juni tot 5 juli een tentoonstelling te houden te Kollum ter gelegenheid van het in die tijd te houden Groot-Fries congres. Men ver wacht, dat dit congres door een groot aan tal buitenlanders uit „Noord- en Oost- Friesland" zal worden bezocht. Gedepu teerde Staten hebben zich er daarom over beraden of bij die gelegenheid de in ver schillende kringen levende plannen tot het heuden van een tentoonstelling op het ge bied van de landaanwinning kunnen wor den verwezenlijkt. uren en protere programmamogelijkheden komen. Op dit punt rekent de O.T.E.M. af met de optimistische verwachting in het meer genoemde VAR A-rapport, dat de N.T.S. na 1960 zich uit de kijkgelden zou kunnen be druipen. In de eerste plaats heeft deze commissie het feit verwaarloosd, dat de door het rijk in de vorm van subsidies verstrekte voorschotten ten bedrage van vijfentwintig miljoen gulden behoren ie worden terugbetaald. Voorts heeft de commissie, ongetwijfeld om haar rede nering sluitend te maken, de activiteit van de N.T.S. tot vierentwintig uur per week beperkt en daarbij de programmakosten per uur niet hoger dan vijfendertighon derd gulden geschat. Een andere Neder landse televistedeskundige is uitgegaan van het dubbele van deze schatting en dan nog is men aan de schriele kant ver geleken met Frankrijk, waar de kosten per uur ongeveer elfduizend gulden be dragen. om nog maar te zwijgen van En geland waar vierentwintig mille als norm geldt. Wat het programmabeleid aangaat wijst de O.T.E.M. erop, dat een commerciële beeldomroep onder precies dezelfde om standigheden werkt als een niet-commer- ciële: de programma's worden in hoofd zaak bepaald door de nationale publieke smaak, welke ook in Nederland voorname lijk op populaire programma's is gericht. De O.T.E.M. stelt terecht, dat ook het amu sement st'il kan bezitten en van een ver antwoord gehalte kan zijn. Natuurlijk zijn ook de samenstellers van deze uiteenzetting niet aan het gebruik van de ivoorden „cultuur" en „cultureel" ontkomen. De tegenstelling tussen com merciële en zogenaamde ideële program ma-exploitatie wordt een vals contrast ge noemd. omdat ook de niet-commerciële organisaties hun beleid volgens bedrijfs economische overwegingen voeren. De O.T.E.M. zal eveneens aansturen op een geleidelijke openstelling van grotere krin gen kijkers voor culturele waarden, waar bij een voorzichtig programmabeleid ge voerd zal moeten worden. Dat zal hen die te pas en te onpas met de term „cultuur" schermen wellicht te beperkt schijnen, maar in wezen is deze opvatting reëler en oprechter dan de neiging op alles, met name ook op ontspanningsprogramma's, het etiket „cultuur" te willen plakken. Evenzeer verwerpt de O.T.E.M. het ar gument, dat haar programma's een bloed arm neutralisme zullen vertonen: men stelt zich integendeel ten doel de verschei denheid van het gehele volksleven onver kort tot uiting te laten komen, hetgeen meer is dan van het vigerende omroepbe stel kan worden getuigd. Een financieel gezonde opzet van de Nederlandse tele visie zal ook de opleiding van artistiek en technisch personeel een hechtere basis kunnen verschaffen dan thans het geval is. Reclame in het kader van het huidige be stel moet op praktische gronden beslist worden ontraden. In het bestek van dit artikel moeten wij volstaan met deze bloemlezing uit de be schouwingen van de O.T.E.M. Op andere in de brochure genoemde aspecten hopen wij binnenkort terug te komen: deze pit tige en intelligente verdediging van een aantrekkelijk standpunt verdient het ten volle. Wel willen wij nu reeds op twee punten wijzen, welke naar onze mening duidelijker gesteld hadden kunnen wor den. In de eerste plaats had men nadruk kelijker de waarde der reclameboodschap pen als positief programma-element naar voren kunnen brengen. Met name de af wijzing van de zogenaamde „sponsored programs" lijkt ons niet houdbaar, temeer niet omdat de door de auteurs van de brochure gegeven definitie daarvan on juist, althans te beperkt, is. In de tweede plaats blijkt uit het geschrift, dat de O.T.E.M. zich een plaats samen met de bestaande organisaties in het televisiebe- stel wenst en zich een meer of minder aanvullende taak indenkt. Wij menen, dat ook deze opvatting als onpraktisch ver worpen dient te worden, al ware het slechts omdat de beste uren voor de ad verteerders dan reeds bezet zijn. Overi gens twijfelen wij er niet aan of de be staande organisaties zouden al spoedig na het optreden van de O.T.E.M. het beeld scherm moeten ruimen. Hetgeen wij niet betreuren. (Van onze correspondent in Brussel) De smokkelarij van Nederlandse boter naar België heeft zo'n omvang aangeno men. dat de Belgische landbouworganisa ties hebben aangedrongen op verscherpte controle aan de grens. Nu binnenkort de verdragen op de economische unie Bene lux zullen worden ondertekend is het wel merkwaardig dat de controle aan de grens verscherpt moet worden, maar het prijs verschil verklaart genoeg. In Nederland kost verse boter ongeveer 55 Belgische, frank per kilo en In België 85 tot 100 frank. l»e Nederlandse prijs is ver geleken met België zo laag, doordat de regering grote hoeveelheden boter uit de koelhuizen op de markt heeft gebracht. Belgische zuiveldeskundigen zeggen, dat de Nederlanders nog grotere hoeveelheden boter moeten opruimen, waardoor het smokkelen naar België weer zal toenemen. De douaneambtenaren en de politie moe ten het met de fiets opnemen tegen de smokkelaars, die met snelle van stalen pla ten voorziene Amerikaanse wagens rijden. Nu is echter besloten in beslag genomen auto's aan de douane en de gendarmen ter beschikking te stellen. De smokke laars zullen in hun eigen wagens achter volgd worden. Loyale samenwerking „Onze Nederlandse collega's helpen ons zoveel zij kunnen," aldus de Belgische douane en rijkswacht. Maar vele zuivel fabrieken in de Nederlandse grensstreek zouden hun inkomsten drastisch zien ver minderen, wanneer het smokkel handeltje naar België niet langer interessant en zo winstgevend zou zijn. De meeste smokke laars zijn Belgen uit de streken van Sint- Niklaas-waas, Eekloo, Wuustwezel, Brecht en Poppel. De smokkelaarsbevolking is ge concentreerd in het gebied ten noorden van Turnhout. Hun durf is ongelooflijk. Terwijl de douane en de gendarmen hun volle kracht inzetten tegen de botersmok- kelarij, herleeft elders intussen de vee smokkelarij want in België wordt voor jonge kalveren meer betaald dan in Ne derland.... De Belgische autoriteiten zijn van oordeel dat het niets zou helpen als men enkele honderden gendarmen meer aan de grenzen opstelde. Langzamerhand zullen evenwel de produktiekosten in Ne derland toenemen en de Belgische prijzen waarschijnlijk iets dalen. Dan wordt de winstmarge niet langer interessant en houdt de smokkelarij vanzelf op. Intussen is de vrije invoer van twee pondjes bo ter per persoon, een goedgunstigheid van de Belgische douane, ingetrokken. En de „oorlog" gaat verder. Trouwens in de Belgisch-Franse grens streek duurt de tabaksmokkelarij van de gebieden ten zuiden van Kortrijk en Mee- nen naar Frankrijk reeds meer dan een eeuw ADVERTENTIE nieuwe GILLETTE scheerapparaat, het ideale geschenk voor elke man. In practisch etui, met Dispenser en 4 Blauwe Gillette mesjes. Een cadeau waar hij het hele jaar plezier van heeft, zowel thuis als op reis. Geef hem ook zo'n mooie 99 Goede menselijke verhoudingen tussen chefs en ondergeschikten berusten op een oprechte aanvaarding van de onderge schikten als mens en niet als een instru ment van dienstbaarheid. Datzelfde geldt voor de verhoudingen in de strijdkracht: ook daar is geen wederzijds vertrouwen mogelijk als de mindere het onderwerp is ADVERTENTIE De manifestaties van het Pauzetheater in Haarlem zijn donderdagmiddag even vertrouwenwekkend voortgezet als ze af gelopen dinsdag omstreeks dezelfde tijd - het middaguur - werden begonnen. We hoorden het eerste van een reeks grammo- foonplatenconcerten. die men in het ver volg elke donderdagmiddag van tien minu ten over half één tot tien minu ten voor half twee in het centrum van Haarlem kan gaan beluisteren. Voor de eerstvolgende bijeenkomsten wordt nog de radiozaal van Brinkmann aan de Grote Markt gebruikt, wanneer de bezoekers in aantal zullen toenemen staat de sociëteit Teisterbant onder de gewelven van het zelfde etablissement ter beschikking. Het zinrijke van zulke onderbrekingen hoeft niet meer te worden toegelicht. Het Is echter kennelijk niet overbodig er regel matig aan te herinneren. De ervaring met de vorig jaar in de Haarlemse concertzaal door de stadsorganisten Albert de Klerk en Piet Kee begonnen pauzeconcerten heeft dat wel aangetoond. Aanvankelijk is de belangstelling voor die uitvoeringen van half één tot kwart over één niet overmatig groot geweest. Toen men echter na verloop van tijd door het steeds weerkeren ervan, uiteraard vermeld in de krant, gewend raakte aan de mogelijkheid zagen de beide organisten, die natuurlijk vóór iedere uit voering even in de zaal hebben gekeken om te zien voor hoeveel mensen ze moesten spelen (ze hebben zelfs de portier elke keer gevraagd het aantal te tellen) steeds meer dezelfde gezichten en regelmatig meer andere. Er groeide een kern van vaste be zoekers en deze heeft de basis gelegd voor de voortzetting van soortgelijke uitvoerin gen in dit seizoen. Het is dan ook niet ver wonderlijk. dat er gistermiddag maar tien of twaalf mensen naar het grammofoon- platenconcert zijn komen luisteren. Er is evenwel reden voldoende voor de ver onderstelling. dat ook deze manifestaties gaan leven als een begrip. De initiatiefne mers. de heren J. C. Hulsman en mr. D. Overbos, hebben geen haast, zij wachten geduldig af hoe de belangstelling zich ont wikkelt. Zij stellen zich een Pauzetheater Club voor, die na verloop van tijd zal be staan uit mensen voor wie de muzikale onderbreking op één dag in de week een vanzelfsprekendheid Is. Zij hebben ver trouwen in hun zaak en dat steunt zeker voor een flink deel op de bijdrage van de aan het N.Ph.O. verbonden hoboïst Jacques Moolenijzer, die zij bereid hebben gevonden iedere keer voor een toelichting te zorgen. Hij lijkt ons daarvoor de aangewezen man, getuige zijn eerste optreden, dat een op treden-en-passant bleek te zijn. Hij is voorzichtig begonnen met twee stukken die niet te onbekend zijn: de ouverture tot de opera „De macht van het noodlot" van Verdi en de Notenkrakersuite van Tsjai- kofsky. Zijn toelichting bestond in enkele opmerkingen over de compositie, de com ponist en zijn tijd. Hij hield geen betoog in het besef dat men komt voor de muziek en niet voor het gepraat daarover, maar bracht in de eerste plaats de bezoeker vlug even in een sfeer, die hem voor het „tussen neus en lippen door" luisteren naar muziek op de meest effectieve manier toegankelijk maakt. Hij maakte daarbij de indruk even zeer vakman te zijn als op het concert podium. Het ligt in de bedoeling de belang stellenden zelf het programma te laten be palen. Men wordt verondersteld zijn voor keuren op de volgende bijeenkomst ken baar te maken. ADVERTENTIE Wollen damesvesten Gen. Cronjéstr. 129, Hrl. van een kleinmoedig afgedwongen servi liteit. Een op wederzijds respect berus tend partnerschap ten dienste van vorsten en vaderland en van de westerse levens idealen is de beste basis voor een gezonde mentaliteit in alle rangen en tussen de rangen onderling. Dit was de kern van een rede, die de reserve-kapitein drs. J. M. RL Hornix uit sprak op de algemene vergadering van de Vereniging van officieren van de Ko ninklijke Land- en Luchtmacht. Het vraagstuk van de menselijke betrekkingen in de strijdmacht, zo betoogde de spre ker, is vooral Van hoog tot laag een meft- taliteitskwestie, organisatie-structuur en instelling. Houding en gezindheid beïn vloeden elkaar wederzijds, zeker wanneer, zoals in de strijdmacht het geval is, de sociale rollen en de sociale spelregels vrij dwingend zijn voorgeschreven. Van de kwaliteit der officieren en onderofficie ren, zo ging spreker voort, hangt vrijwel alles af: de soepelheid der defensieorga nisatie, de mentale waarde der strijd krachten, de vorming der jongelui cn bo venal de kracht der gevechtseenheden. Het zal daarom heel vffat tact vragen van de kaderleden om in deze organisatie structuur nieuwelingen goed op te vangen en dezen als personen bij de opleiding te introduceren, als medewerkers aan de strijdmachtorganisatie in een functie die van hen verlangt dat ze zo snel en zo goed mogelijk de ingewikkeld wapens en ap paratuur leren bedienen, daarbij gedre ven door hun staatsburgerlijke plicht Drs. Hornix citeerde een zinsnede van de Duitser Below in diens werk „Armee und Soldat im Atomzeitalter" waarin wordt gezegd: „De schepping van een menselijke atmosfeer zal er het meeste toe bijdragen dat de aan de moderne sol daat te stellen geestelijke en lichamelijke eisen niet door het breken van de wil van zijn persoonlijkheid doch juist door een opwekken en vorming daarvan worden vervuld". „Geen gereglementeer" Praktische regels voor succesvolle om gang in militaire dienst wilde de spreker niet formuleren. Het spreken over „human relations" zoals dat veelvuldig in de Amerikaanse litteratuur geschiedt acht hij gevaarlijk. De meeste mensen door zien namelijk al heel spoedig het onechte, het onwaarachtige van de aangeleerde tact en handigheid en reageren dan ave rechts. Waar gereglementeerde maatrege len genomen worden om de onderlinge goede verhouding te beveiligen, wordt niet die graad van verzekerdheid, gene genheid en verstandhouding bereikt als tussen mannen die elkaar vertrouwen. Het is juist de paradox van het vertrouwen dat hoe meer men de persoon aan zich tracht te binden, hoe minder de ver trouwdheid en vertrouwelijkheid mogelijk wordt. De meester die over allerlei machtsmiddelen beschikt om zich dienst baarheid te verzekeren kan minder op zijn slaaf rekenen dan op zijn vriend, die hem toch in alle vrijheid zijn diensten be wijst Het vraagstuk van de menselijke verhoudingen, zo zeide drs. Hornix ten slotte nog, dient onderwerp van weten schappelijk speurwerk te zijn. Nederlands Toneelverbond. In de ver gadering van het Nederlands Toneelver- lx>nd op 26 november Is de heer A. van Santen benoemd tot voorzitter van het bestuur der afdeling Amsterdam. Het da gelijks bestuur is thans als volgt samen gesteld: A. van Santen, voorzitter; drs. J. H. Smitt, secretaris en J. G. Hanneman, penningmeester. Verlengd. De tentoonstelling „De on bekende Bauer" ingericht in de zaal voor wisselende exposities en in de drie ten toonstellingszalen van het prentenkabinet van het Museum Boymans te Rotterdam wordt tot en met zondag 8 december 1957 verlengd. ADVERTENTIE

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1957 | | pagina 17