shmi Drie overlevenden van vliegramp uit 1936 in Kongo gevonden Belastingverhoging nodig om kastekorten te dekken Van 'dag tot dag K. Mechanisme tBBBfC <~Praatótoel Britse jagers bevrijdden hen na 21 jaar gevangenschap bij wilde stam 'Hoe is het ontstaand 3 Onderwijs aan kinderen uit Indonesië Agrarisch congres van de Partij van dc Arbeid BESMETTING Wijziging in de leiding van Algemeen Handelsblad Waar ook Uw voorkeur naar uitgaat... naar het directe contact met de zuivere Virginia tabak in de Gladstone zonder filter, of naar het koele, mildere roken door het extra fijne Silk Filter: GLADSTONE blijft GLADSTONE, de King Size Virginia op-zijn best. MINISTER HOFSTRA VERKLAART: De „Sibajak" zaterdag naar Australië Kamerstenograaf wordt predikant Immigratie-akkoord met Zuid-Afrika wordt vernieuwd HOOGTEZON H. 1. MAERTENS N.V. Dit woord: OLIEDOM WOENSDAG 2 9 JANUARI 1958 De in 1954 verbroken en thans weer her stelde samenwerking der drie grote vak centrales vormt een belangrijke factor in de totstandkoming van een buiten-parle mentair advies ten aanzien van het econo mische regeringsbeleid; een factor waar van de hernieuwde werkzaamheid slechts kan worden toegejuicht. Het moment van dit herstel viel in omstandigheden, die eendracht in de sector der arbeidersver tegenwoordiging zeer zeker noodzakelijk maakte. Niet dat er sprake was van nood zaak tot frontvorming tegen een anders- gerichte stroming, doch wel was het dui delijk dat de regering zeer gediend zou zijn met een eenstemmig advies en een unanie me aandrang in de richting van een zorg vuldig afgewogen sociaal-economisch diri gisme, nu de situatie van de arbeidsmarkt en de daarmee samenhangende economi sche toestand zulke labiele tendenzen zijn gaan vertonen. De regering heeft ondervonden, dal de economie geen machine is, die men met het omdraaien van een knop naar believen kan doen functioneren in een bepaald tempo en met de gewenste resultaten. Misschien is zij toch wel een machine, doch het mechanisme is zo kwetsbaar en zo sub tiel, dat elke afstelling ongedachte gevol gen heeft en het in zijn geheel ontredderen kan. De vrees voor deze ontreddering heeft ongetwijfeld de verzoening der vakbonden in de hand gewerkt. Men heeft in het verleden wel eens een maatschappij gekend, die welvarend en gezond heette omdat „het land" zich kon verrijken. „Het land" is een rekbaar, doch ook een krimpbaar begrip. De mate waarin de rijkdom van „het land" afleesbaar op de handelsbalans wordt aangewend om een zo groot mogelijk bevolkingsdeel een aanvaardbare levensstandaard en een verantwoorde sociale veiligheid te ver schaffen, is volgens moderne begrippen de maatstaf voor de gezondheid der nationale economie geworden. Werkloosheid als middel om de welvaart te verhogen is niet alleen een contradictie, het Is bovendien een misvatting. De wel vaart van werklozen-gezinnen is ver te zoeken, ook al genieten zij sociale onder steuning die het levensonderhoud ver zekert. Want welvaart is direct verbonden met levensvreugde en morele kracht. Evenmin als de woningnood verenigbaar is met een gezonde, welvarende samenleving, evenmin is de werkloosheid aanvaardbaar als opzettelijk gehanteerd middel tot grotere nationale inkomsten. Dat hebben de vakbonden in hun eerste verklaring na hun herstelde samenwerking dan ook zeer duidelijk betoogd. En nu is het inderdaad moeilijk regelbare mechanisme meer werkloosheid gaan voortbrengen dan de knopafstelling aanwees, en de vakbonden hebben gelijk als zij daarop een snelle correctie wensen. Het zal echter zeer moeilijk zijn, het juiste midden tussen de „ontspanning op de arbeidsmarkt" en de stijging van lonen en prijzen te vinden; want ook dit laatste is maatschappelijk op den duur onverdraag lijk. Dat de vakbonden daarbij een be langrijke, doch zeker niet de enige groep van belanghebbenden vertegenwoordigen, is een overweging die de regering zeker niet uit het oog zal kunnen verliezen, wanneer zij dat midden wil benaderen. Vandaar, dat de herstelde samenwerking tussen de vakbonden niet mag betekenen, dat buiten het parlement een bepaalde machtsfactor gaat ontstaan in de beleids keuze der regering. Vandaar ook, dat de Sociaal Economische Raad thans een nog belangrijker lichaam geacht kan worden dan hij tijdens de afgelopen periode van versnipperde vakbonds-invloed reeds is geweest. Van werkgeverszijde is reeds verklaard, dat men nog geen reden tot grote ongerust heid over de werkloosheid ziet, doch wij zouden er op willen wijzen dat een bepaald aantal nullen achter de werkloosheids cijfers geen meterschaal voor ongerustheid vormen. Werkloosheid is een sociaal kwaad cn over een sociaal kwaad is ongerustheid nodig. Bovendien is gezegd van deze zijde, dat men liever verruiming van de werk gelegenheid zou zien bevorderd dan dat tot aanvullende werken zou worden overge gaan. Daarmee zullen ook de vakbonden zich kunnen verenigen en uit dien hoofde zal de Sociaal Economische Raad waar schijnlijk weinig moeite hebben, te komen tot een advies dat dit standpunt weergeeft, wanneer zulk een advies zou worden ge vraagd. Minister Cats verwacht neen bijzondere tnoeilijkheden De minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, mr. Cals, is van mening dat voor het onderwijs aan kinderen van gerepatrieerden uit Indonesië op de scholen enkele bijzondere maatregelen zullen moeten worden getroffen. In de eer ste plaats moet er rekening mee worden gehouden dat in Indonesië de kinderen jonger op de lagere school worden toege laten, wat de overgang naar 't onderwijs in Nederland enigszins bemoeilijkt. Er zijn kinderen die enkele maanden geheel geen les hebben gehad. De minister meent ech ter, dat in het algemeen ten aanzien van het lager onderwijs door de rijksoverheid geen bijzondere maatregelen getroffen behoeven te worden, maar schoolbesturen, hoofden van scholen en onderwijzers zul len bijzondere aandacht aan deze leerlin gen moeten geven. Er zijn ook kinderen, die uitsluitend Indonesisch spreken. Eerst zal worden nagegaan om hoeveel kinderen het hier gaat, teneinde te zien of er specia le maatregelen moeten worden getroffen. Minister Cals had de indruk dat dit aantal kinderen betrekkelijk gering is. Over de ruimte op de scholen zei de mi nister, dat iedereen weet dat onze scholen overbevolkt zijn, maar dat niet iedereen weet dat het gemiddelde klassecijfer voor het lager onderwijs sedert 1954 heel wei nig aan het dalen is. Bij het lager onder wijs zal het, naar aangenomen mag worden, mogelijk zijn de kinderen op te vangen, omdat ook een spreiding over het land plaats heeft. Het lager onderwijs in Indonesië was vrijwel geheel gelijkwaardig aan dat in Nederland. Bij het ulo, de handelsscholen en bij het voorbereidend hoger en middel baar onderwijs waren de moeilijkheden groter. Dc minister was er echter van overtuigd dat degenen die in Indonesië middelbaar onderwijs gevolgd hebben, in staat zullen zijn op Nederlandse scholen over te stappen, mits zij hard studeren. Op 5 en 6 februari houdt de Partij van de Arbeid haar twaalfde agrarische con gres in Meppel. Op de agenda staat een '"leiding van ir. H. Vredeling, lid van de Tweede Kamer, over „de toekomstige arbeidsbehoefte in de landbouw en de tweede industriële revolutie". Een toespraak van ir. D. I. Luteyn, ge deputeerde van Overijsel, over „De sociale economische planning in de nieuwe agrarische gebieden", en een rede van drs. Th. Westerhout, lid van de Tweede Kamer °ver „De toekomst van het platteland" Op de tweede dag zullen het woord voeren de heren C. Egas, lid van de Tweede Ka- rner; dr. S. L. Mansholt en dr. ir. A. Von deling, minister van Landbouw. ADVERTENTIE OVERAL DREIGT Gebruik regelmatig Alleen in dozen met Wybert-beeldmerk ADVERTENTIE tow** Her De hoofdredacteur van het Algemeen Handelsblad, mr. H. M Planten, heeft reeds enige tijd geleden de wens geuit zijn taak aan een jongere kracht over te dragen. Commissarissen hebben hem thans het ge vraagde ontslag op de meest eervolle wij ze verleend met ingang van 1 juli. Commissarissen hebben de. directeur, mr. C. A. Steketee, verzocht, zich met ingang van dezelfde datum met de functie van directeur-hoofdredacteur te belasten. Het ligt in het voornemen van commissarissen mr. N. Drost, thans chef van de adver tentie-exploitatie van het Algemeen Han delsblad, voor te dragen ter benoeming als directeur, eveneens met ingang van 1 juli. De heer T. Y. de Boer, procuratiehouder en chef van de boekhouding en controle, zal op dezelfde datum naast de twee reeds in functie zijnde onderdirecteuren, de heren J. Groot en A. Offringa, tot onderdirecteur worden benoemd. MET OF ZONDER SILK FILTER: GLADSTONE HOUDT DE SMAAK WAAR U VAN HOUDT! Er bestaat naar het oordeel van de re gering geen twijfel, dat de voorgestelde belastingverhogingen nodig zijn zowel om in het voor 1958 te verwachten kastekort te voorzien als om voor 1959 hogere uit gaven en een vermindering van de mid delen door het aflopen van belastingver hogingen te dekken. Thans kan nog niet worden overzien welke nieuwe uitgaven de gebeurtenissen in Indonesië voor het over heidsbudget zullen medebrengen. Bij het opstellen der belastingvoorstellen is daar mede geen rekening gehouden. Dit heeft minister Hofstra medegedeeld in zijn me morie van antwoord aan de Eerste Kamer over de wetsontwerpen tot tijdelijke ver lenging van dc schorsing van de investe ringsaftrek en tijdelijke verlenging van de vervroegde afschrijving, de tijdelijke verhoging van omzetbelasting voor enige goederen en dc tijdelijke verhoging van de vermogensbelasting. De vrees, dat de thans voorgestelde maatregelen een normale verdere ontwik keling van het bedrijfsleven in gevaar zul len brengen, kan de minister niet delen. Hij is veeleer van mening, dat de struc turele ontwikkeling en de concurrentie positie juist in gevaar zouden komen bij een voortdurende inflatie. Werkloosheid De werkloosheid in de bouwnijverheid en toeleverende industrieën is in hoofd zaak een gevolg van de beperking van de overheidsopdrachten. Bestrijding is mo gelijk, indien voldoende geld ter beschik king van de lagere publiekrechtelijke li chamen kan worden gesteld om 'n minder drastische beperking van hun opdrach ten mogelijk te maken. In de bedrijfstak ken, die leveren aan de consument of aan particuliere bedrijven, heerst in het alge meen een hoog peil van werkgelegenheid, aldus minister Hofstra, die voorts her haalt wat hij ook aan de Tweede Kamer heeft medegedeeld, namelijk dat de rege ring het ogenblik nog niet gekomen acht een wijziging in de politiek van beste dingsbeperking te brengen. Investeringsaftrek Het is volgens de bewindsman ook nog niet verantwoord, met name met het oog op de spaarzaamheid, die ten aanzien van ons deviezenbezit vooralsnog nodig is, door het doen herleven van de investe ringsaftrek een sterke stimulans te geven aan de investeringen. Wat betreft de ge- introduceerde bevoegdheid om de ver vroegde afschrijving verder te beperken dan tot 10 pet. per jaar, kan erop worden gerekend, dat de minister van die be voegdheid geen gebruik zal maken, voor dat een nieuwe gedachtenwisseling met de Staten-generaal, bij voorbeeld ter ge legenheid van de behandeling van de inp dustrialisatienota, over dit onderwerp heeft plaatsgehad. Voor zover in 1958 ver plichtingen worden aangegaan of voort- brengingskosten gemaakt met betrekking tot schepen en luchtvaartuigen, welke be stemd zijn om hoofdzakelijk het interna- legenheid van de behandeling van de in vesteringsaftrek inderdaad herleven. De minister kan uiteraard niet toezeggen, dat in de industrialisatienota ook de wense lijkheid van het herleven van de investe ringsaftrek aan de orde zal worden ge steld. Een gedetailleerde bemoeiing met de particuliere investeringen maakt geen on derdeel van het beleid van de regering uit. De regering geeft de voorkeur aan het hanteren van instrumenten met een glo baal karakter. Vermogensbelasting De minister kan het bestaan van een heffing naar het vermogen niet in strijd achten met het bestaande stelsel van so ciale zekerheid. De vermogensbelasting drukt niet op de bestedingen, doch op de bijzondere pijler van draagkracht, die het bezit van vermogen vormt. Het is echter juist op die grond, dat, nu in de sector van de bestedingen, zowel in die van de on dernemingen als in de consumptieve sfeer zware offers worden gevraagd, in het complex van noodzakelijke verzwaringen van lasten ook een bescheiden plaats is ingeruimd aan een verhoging van de ver mogensbelasting. De regering ziet niet voorbij, dat door de tijdelijke vex-hoging van de vermogens belasting besparingen uit het verleden, voor zover zij het vrijgestelde bedrag te boven gaan, gedurende een tweetal ja ren enigszins zwaarder zullen worden be last dan voorheen. De betekenis daarvan mag echter niet worden overschat. Boven dien dient in het bijzonder ook bij de be oordeling van dit aspect van het wetsvoor stel voor ogen te worden gehouden, dat het deel uitmaakt van een complex van maatregelen, dat met name ook herstel van het vertrouwen in de waardevast heid van het geld beoogt, een primaire voorwaarde voor de bevordering van het sparen, aldus minister Hofstra. Het m.s. „Sibajak" vertrekt zaterdag vrijwel geheel volgeboekt uit Rotterdam naar Nieuw Zeeland en Australië. Behalve ongeveer 600 emigranten bijna 400 voor Nieuw Zeeland en ruim 200 voor Australië zal het schip ongeveer 325 voor eigen rekening reizende passagiers vervoeren. De oudste emigranten zijn het echtpaar J. R. M. van der Vossen uit Den Haag, 71 en 70 jaar oud. De oudste passagier is de bijna 80-jarige heer A. Lastdrager uit Den Helder. de Laten wij eerlijk zijn Wij dienen, omdat ook in deze rubriek de zorg voor de waarheid zwaar op de schouders weegt, een lelijke dwaalge- dachte uit te bannen die zeer velen in haar gieep heeft en dat met m.edisch-weten- schappelijke argumenten; gij zult er ver steld van staan. Het betreft de oude misvatting, nog stammend uit de dagen dat vader en grootvader onder een pekzwarte bolhoed elke winter weer de Rijn te voet over staken, de Gouwzee opreden in een fiaker met twee paarden en de Maas gebruikten als dansvloer, dat de winter koude zo gezond is. Wij willen kort zijn: dat is niet waar! Winterkoude is dodelijk. Reeds bij het opstaan is dit dui delijk merkbaar; dat wil zeggen indien men opstaat. Men kan namelijk veel beter blijven liggen. Want zodra de blote voeten het zeil raken, gebeuren er gemene dingen vanbinnen bij u. Dan stremt héél even de bloedstroom, klontert hier en daar, en daar hebt gij uw pijntje-hier en pijntje- daar, waarover de aspirine}abrieken zo fijntjes kunnen glimlachen na het eten als moeder de vaat doet. En wat gebeurt er al allemaal niet in de body als men, eindelijk voor de was tafel aangeland, ineens de blik laat vallen op het lila monster dat u uit het glas aan blikt! Vreselijk! Dan stokt de adem in de keel, de hartklepjes houden een tel op te reppen, de bloedbanen sluiten zich een seconde en wij kunnen u precies vertellen wat de schade is. Precies: adrenaline in de zus, cholesterine in de zo en trek er maar weer een paar daagjes af met je lekkere winterkoude. Kortom, lezer: koude is bijzonder onge zond. En warmte is levenBij warmte vult zich de borst met blijde zang, met joe- cheisasa, met vreugde, en bij warmte straalt de blik van levenskracht. Bij warm te lost al het lelijks vanbinnen op en drijft weg langs pijnloze banen, mooi smeuig en zo glad als stroopje. Laten wij eerlijk zijn: winterkoude is funest. Wij hebben personen gekend die, opgestaan met een vertoon van hillari-wat-let-mij, naar het stijfbevroren venster liepen, het gordijn opentrokken, even een blik wierpen op kleums langs de loodgrijze stenen voort jagende ratten van medemensen, vervol gens een kreet slaakten en nu nog liggen. Nu nog! En weet dokter wat hun man keert? Neen: hij tast vergeefs rond met stetoscoop en scalpel, hij voelt machteloos pols en tong, hij fronst de borstelige wenkbrauwen en gaat heen, de city-bag wanhopig openhangend. Goed: winter koude brengt een rijpje op berkenboom en wilg en dat is mooi voor kunstfotografen met open klikkers, maar verder? „Maar toch, meneer", zeggen soms stoe re mannen tegen u, „toch heb ik dit weer liever danDit doodt de bacteries. Dit voel je in je bloed", en dan gaan zij heen, deze mannen, en schieten bij de eerste gelegenheid die ze hebben een café binnen voor erwtensoep. Geheel blauw. Met groen-lila randen. Geheel tintelend van gezondheid en dode bacteries... En de volgende morgen? Dan hebben zij een scheel hoofdpijntje waar Camera aan overleden zou zijnEn een rocheltje dat de Reus van Kleinduimpje naar de dokter had gedreven. En een tof pijntje in de rug dat een beer zou vellen. En moeder zit. thuis bij de kachel met wintervoeten over het hele lijf en winterduimen en kloven. Omdat het zo heerlijk is, dat echte vries- weder uit de almanak. De schaatsen onder, lui! De frisse verten tegemoet! Maar leg je oren maar vast in een bakje warm water d.an zijn ze morgen ontdooid; misschien dat dokter ze er nog aan kan naaien Duif In een bijeenkomst van het personeel van de stenografische inrichting der Sta ten-generaal heeft de heer G. Wassing we gens zijn beroep tot predikant in een doopsgezinde gemeente afscheid van de rijksdienst genomen. De bijeenkomst werd ook bijgewoond door enige ministers, on der wie de minister-president, en de voor zitter van de Eerste Kamer. Het Maastrichtse blad „Dc Nieuwe Lim burger" heeft dinsdag het verhaal verteld van drie Duitse vliegers, die als slacht offers van een vliegtuigongeluk 21 jaar lang in Belgisch Kongo door een stam van het district Tsjoewapa (Evenaarsprovincie) gevangen werden gehouden. Het betreft stewardess Hilde Feldkamp, uit Berlijn, nu 53 jaar, de verpleegster Ilse Henzei, eveneens uit Berlijn, en de inge nieur Gunter Dahlke uit Hamburg. Met 17 andere passagiers vertrokken zij op 22 juni 1936 uit Berlijn. Boven Belgisch Kongo raakte het driemotorige vliegtuig in een hevige storm en stortte neer. Het Duitse persbureau DNB berichtte toen, dat het passagiersvliegtuig vermist werd en dat alle nasporingen vergeefs gebleven waren. Maar onlangs ontdekten Britse jagers op groot wild de drie overlevenden. Het volgende ontlenen wij aan het ver haal, dat de verpleegster Ilse Hensel deed: „De andere 17 passagiers en de twee pi loten bleven op slag dood. Wij bevonden ons met zijn drieën in het achterste deel van het vliegtuig, zodat wij er met minder zware verwondingen afkwamen. Wij sleep ten ons voort door het oerwoudgebied van de Tsjoewaparirivier, tot wij gevonden werden door de Smabwaldi, een nog vrij onbeschaafde volksstam, die tussen de Tsjoewapa en de Lomelabedding leeft. Zij voerden ons naar hun huttendorp en ver zorgden ons. De inboorlingen geloofden, dat we uit de hemel gekomen waren en besloten, dat wij bij hen moesten blijven om de stam geluk te brengen. Een vijftig man sterke lijf wacht zorgde ervoor dat er gedurende al die jaren niet de geringste mogelijkheid was om te vluchten. Zij dreigden met de dood voor elke ontvluchtingspoging. In de loop der jaren kwamen viermaal Engelse, Belgische en Franse jachtexpedi- ties in de nabijheid van de Sambwali- dorpen. Dan werden wij op een draagstoel gebonden en naar een eiland gebracht, waar wij moesten blijven, tot het „gevaar" ontdekt te worden geweken was. De medi cijnman danste ondertussen rond het zoge naamde kruidenvuur en bezwoer de gees ten de blanke jagers te verdrijven. Voortdurend drong het stamhoofd er bij ons op aan in de stam te huwen maar tel kens slaagden wij er in dat voorstel op de lange baan te schuiven, totdat ingenieur Dahlke tenslotte de oplossing had gevon den door te zeggen dat onze toverkracht verloren zou gaan door een dergelijke ver bintenis", aldus de verpleegster. „Pas eind vorig jaar slaagden we erin weer contact op te nemen met de buiten wereld. Op een grote steppe tussen Tsjoe wapa en Maringa, waar de inboorlingen toevallig op jacht waren, landde plotseling een helikopter met Britse jagers op groot wild. Daar er op dat ogenblik geen toezicht was slaagden wij erin ons eindelijk te laten opmerken. De Engelsen vroegen via hun radio in Stanleystad om een tweede heli kopter en bewaakten ons ondertussen met hun jachtgeweren tot wij weggebracht kon den worden.De zwarten staken nog lange tijd dreigend de vuist op. Tegelijkertijd braken de jaarlijks terugkerende tropenziekten uit, die in de 21 jaar ons gestel ondermijnden. Voor het eerst in lange tijd hebben wij toen een bed met witte lakens gezien en twee dagen aan een «tuk geslapen". Wat sinds 1936 in de wereld gebeurd was wisten de Duitsers niet. Onder de in boorlingen hadden slechts geruchten de ronde gedaan, dat er ergens „in een verre wereld" een grote oorlog gevoerd werd. Als resultaat van besprekingen tussen de Zuidafrikaanse minister van Binnenland se Zaken en de Nederlandse minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, J. G. Suurhoff, zal de immigratieovereenkomst tussen Nederland en Zuid-Afrika worden vernieuwd. De overeenkomst was tot dus ver semi-officieel. Minister Suurhof verklaarde, dat het Ne derland nog niet mogelijk is het Zuidafri kaanse aanbod, duizend Nederlanders uit Indonesië op te nemen, dadelijk te aan vaarden. Wegens het soort werk dat zij hebben verricht zijn velen van deze men sen geen geschikte immigranten voor Zuid- Afrika, aldus minister Suurhoff. Het aan bod wordt echter zeer op prijs gesteld en de minister zal het na zijn terugkeer in Nederland bestuderen. Hij is gisteren u't Kaapstad naar Rhodesia vertrokken. ADVERTENTIE VERKOOP en VERHUUR Nassaustraat 5 Haarlem - Tel. 15220 Voor de wonderlijke combinatie van olie en dom in het woord oliedom voor: aartsdom heeft men allerlei verkla ringen gezocht. Sommigen zeggen: zo traag als dikke olie die uit een fles loopt. Anderen denken aan een verbas tering van uildom of van olifantsdom. Waarschijnlijker is de gissing dat olie dom is ontstaan uit een niet meer be grepen olijk dom. Olijk, nog wel be kend in de betekenis van schalks, duidde vroeger het begrip: slecht in zijn soort, aan. Teun dt. Jager uit de Camera zegt: ik zal me olijk houden, dat wil zeggen, van de domme. En op een vraag van Gerrit Witse naar de toestand van een patiënt is het ant woord: olik, dokter, olik. Ook als bijwoord van graad komt olijk voor. Men zeide vroeger: iemand olijk beet hebben voor: iemand flink voor de gek houden. Uit olijk dom: erg ^dom, is dan oliedom ontstaan.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1958 | | pagina 5