shmi
Drie overlevenden van vliegramp
uit 1936 in Kongo gevonden
Belastingverhoging nodig om
kastekorten te dekken
Van 'dag tot dag
K.
Mechanisme
tBBBfC
<~Praatótoel
Britse jagers bevrijdden hen na 21
jaar gevangenschap bij wilde stam
'Hoe is het ontstaand
3
Onderwijs aan kinderen
uit Indonesië
Agrarisch congres van
de Partij van dc Arbeid
BESMETTING
Wijziging in de leiding van
Algemeen Handelsblad
Waar ook
Uw voorkeur naar
uitgaat... naar het
directe contact met de
zuivere Virginia tabak
in de Gladstone zonder filter,
of naar het koele, mildere
roken door het extra fijne
Silk Filter: GLADSTONE blijft
GLADSTONE, de King Size Virginia op-zijn best.
MINISTER HOFSTRA VERKLAART:
De „Sibajak" zaterdag
naar Australië
Kamerstenograaf wordt
predikant
Immigratie-akkoord met
Zuid-Afrika wordt
vernieuwd
HOOGTEZON
H. 1. MAERTENS N.V.
Dit woord:
OLIEDOM
WOENSDAG 2 9 JANUARI 1958
De in 1954 verbroken en thans weer her
stelde samenwerking der drie grote vak
centrales vormt een belangrijke factor in
de totstandkoming van een buiten-parle
mentair advies ten aanzien van het econo
mische regeringsbeleid; een factor waar
van de hernieuwde werkzaamheid slechts
kan worden toegejuicht. Het moment van
dit herstel viel in omstandigheden, die
eendracht in de sector der arbeidersver
tegenwoordiging zeer zeker noodzakelijk
maakte. Niet dat er sprake was van nood
zaak tot frontvorming tegen een anders-
gerichte stroming, doch wel was het dui
delijk dat de regering zeer gediend zou zijn
met een eenstemmig advies en een unanie
me aandrang in de richting van een zorg
vuldig afgewogen sociaal-economisch diri
gisme, nu de situatie van de arbeidsmarkt
en de daarmee samenhangende economi
sche toestand zulke labiele tendenzen zijn
gaan vertonen.
De regering heeft ondervonden, dal de
economie geen machine is, die men met
het omdraaien van een knop naar believen
kan doen functioneren in een bepaald
tempo en met de gewenste resultaten.
Misschien is zij toch wel een machine, doch
het mechanisme is zo kwetsbaar en zo sub
tiel, dat elke afstelling ongedachte gevol
gen heeft en het in zijn geheel ontredderen
kan. De vrees voor deze ontreddering heeft
ongetwijfeld de verzoening der vakbonden
in de hand gewerkt.
Men heeft in het verleden wel eens een
maatschappij gekend, die welvarend en
gezond heette omdat „het land" zich kon
verrijken. „Het land" is een rekbaar, doch
ook een krimpbaar begrip. De mate waarin
de rijkdom van „het land" afleesbaar op
de handelsbalans wordt aangewend om
een zo groot mogelijk bevolkingsdeel een
aanvaardbare levensstandaard en een
verantwoorde sociale veiligheid te ver
schaffen, is volgens moderne begrippen de
maatstaf voor de gezondheid der nationale
economie geworden.
Werkloosheid als middel om de welvaart
te verhogen is niet alleen een contradictie,
het Is bovendien een misvatting. De wel
vaart van werklozen-gezinnen is ver te
zoeken, ook al genieten zij sociale onder
steuning die het levensonderhoud ver
zekert. Want welvaart is direct verbonden
met levensvreugde en morele kracht.
Evenmin als de woningnood verenigbaar is
met een gezonde, welvarende samenleving,
evenmin is de werkloosheid aanvaardbaar
als opzettelijk gehanteerd middel tot
grotere nationale inkomsten. Dat hebben
de vakbonden in hun eerste verklaring na
hun herstelde samenwerking dan ook zeer
duidelijk betoogd. En nu is het inderdaad
moeilijk regelbare mechanisme meer
werkloosheid gaan voortbrengen dan de
knopafstelling aanwees, en de vakbonden
hebben gelijk als zij daarop een snelle
correctie wensen.
Het zal echter zeer moeilijk zijn, het
juiste midden tussen de „ontspanning op
de arbeidsmarkt" en de stijging van lonen
en prijzen te vinden; want ook dit laatste
is maatschappelijk op den duur onverdraag
lijk. Dat de vakbonden daarbij een be
langrijke, doch zeker niet de enige groep
van belanghebbenden vertegenwoordigen,
is een overweging die de regering zeker
niet uit het oog zal kunnen verliezen,
wanneer zij dat midden wil benaderen.
Vandaar, dat de herstelde samenwerking
tussen de vakbonden niet mag betekenen,
dat buiten het parlement een bepaalde
machtsfactor gaat ontstaan in de beleids
keuze der regering. Vandaar ook, dat de
Sociaal Economische Raad thans een nog
belangrijker lichaam geacht kan worden
dan hij tijdens de afgelopen periode van
versnipperde vakbonds-invloed reeds is
geweest.
Van werkgeverszijde is reeds verklaard,
dat men nog geen reden tot grote ongerust
heid over de werkloosheid ziet, doch wij
zouden er op willen wijzen dat een bepaald
aantal nullen achter de werkloosheids
cijfers geen meterschaal voor ongerustheid
vormen. Werkloosheid is een sociaal kwaad
cn over een sociaal kwaad is ongerustheid
nodig. Bovendien is gezegd van deze zijde,
dat men liever verruiming van de werk
gelegenheid zou zien bevorderd dan dat tot
aanvullende werken zou worden overge
gaan. Daarmee zullen ook de vakbonden
zich kunnen verenigen en uit dien hoofde
zal de Sociaal Economische Raad waar
schijnlijk weinig moeite hebben, te komen
tot een advies dat dit standpunt weergeeft,
wanneer zulk een advies zou worden ge
vraagd.
Minister Cats verwacht neen
bijzondere tnoeilijkheden
De minister van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen, mr. Cals, is van mening
dat voor het onderwijs aan kinderen van
gerepatrieerden uit Indonesië op de
scholen enkele bijzondere maatregelen
zullen moeten worden getroffen. In de eer
ste plaats moet er rekening mee worden
gehouden dat in Indonesië de kinderen
jonger op de lagere school worden toege
laten, wat de overgang naar 't onderwijs in
Nederland enigszins bemoeilijkt. Er zijn
kinderen die enkele maanden geheel geen
les hebben gehad. De minister meent ech
ter, dat in het algemeen ten aanzien van
het lager onderwijs door de rijksoverheid
geen bijzondere maatregelen getroffen
behoeven te worden, maar schoolbesturen,
hoofden van scholen en onderwijzers zul
len bijzondere aandacht aan deze leerlin
gen moeten geven. Er zijn ook kinderen,
die uitsluitend Indonesisch spreken. Eerst
zal worden nagegaan om hoeveel kinderen
het hier gaat, teneinde te zien of er specia
le maatregelen moeten worden getroffen.
Minister Cals had de indruk dat dit aantal
kinderen betrekkelijk gering is.
Over de ruimte op de scholen zei de mi
nister, dat iedereen weet dat onze scholen
overbevolkt zijn, maar dat niet iedereen
weet dat het gemiddelde klassecijfer voor
het lager onderwijs sedert 1954 heel wei
nig aan het dalen is. Bij het lager onder
wijs zal het, naar aangenomen mag
worden, mogelijk zijn de kinderen op te
vangen, omdat ook een spreiding over het
land plaats heeft.
Het lager onderwijs in Indonesië was
vrijwel geheel gelijkwaardig aan dat in
Nederland. Bij het ulo, de handelsscholen
en bij het voorbereidend hoger en middel
baar onderwijs waren de moeilijkheden
groter. Dc minister was er echter van
overtuigd dat degenen die in Indonesië
middelbaar onderwijs gevolgd hebben, in
staat zullen zijn op Nederlandse scholen
over te stappen, mits zij hard studeren.
Op 5 en 6 februari houdt de Partij van
de Arbeid haar twaalfde agrarische con
gres in Meppel. Op de agenda staat een
'"leiding van ir. H. Vredeling, lid van de
Tweede Kamer, over „de toekomstige
arbeidsbehoefte in de landbouw en de
tweede industriële revolutie".
Een toespraak van ir. D. I. Luteyn, ge
deputeerde van Overijsel, over „De sociale
economische planning in de nieuwe
agrarische gebieden", en een rede van drs.
Th. Westerhout, lid van de Tweede Kamer
°ver „De toekomst van het platteland"
Op de tweede dag zullen het woord voeren
de heren C. Egas, lid van de Tweede Ka-
rner; dr. S. L. Mansholt en dr. ir. A. Von
deling, minister van Landbouw.
ADVERTENTIE
OVERAL DREIGT
Gebruik regelmatig
Alleen in dozen met Wybert-beeldmerk
ADVERTENTIE
tow** Her
De hoofdredacteur van het Algemeen
Handelsblad, mr. H. M Planten, heeft reeds
enige tijd geleden de wens geuit zijn taak
aan een jongere kracht over te dragen.
Commissarissen hebben hem thans het ge
vraagde ontslag op de meest eervolle wij
ze verleend met ingang van 1 juli.
Commissarissen hebben de. directeur, mr.
C. A. Steketee, verzocht, zich met ingang
van dezelfde datum met de functie van
directeur-hoofdredacteur te belasten. Het
ligt in het voornemen van commissarissen
mr. N. Drost, thans chef van de adver
tentie-exploitatie van het Algemeen Han
delsblad, voor te dragen ter benoeming als
directeur, eveneens met ingang van 1 juli.
De heer T. Y. de Boer, procuratiehouder
en chef van de boekhouding en controle,
zal op dezelfde datum naast de twee reeds
in functie zijnde onderdirecteuren, de heren
J. Groot en A. Offringa, tot onderdirecteur
worden benoemd.
MET OF ZONDER SILK FILTER: GLADSTONE HOUDT DE SMAAK WAAR U VAN HOUDT!
Er bestaat naar het oordeel van de re
gering geen twijfel, dat de voorgestelde
belastingverhogingen nodig zijn zowel om
in het voor 1958 te verwachten kastekort
te voorzien als om voor 1959 hogere uit
gaven en een vermindering van de mid
delen door het aflopen van belastingver
hogingen te dekken. Thans kan nog niet
worden overzien welke nieuwe uitgaven de
gebeurtenissen in Indonesië voor het over
heidsbudget zullen medebrengen. Bij het
opstellen der belastingvoorstellen is daar
mede geen rekening gehouden. Dit heeft
minister Hofstra medegedeeld in zijn me
morie van antwoord aan de Eerste Kamer
over de wetsontwerpen tot tijdelijke ver
lenging van dc schorsing van de investe
ringsaftrek en tijdelijke verlenging van
de vervroegde afschrijving, de tijdelijke
verhoging van omzetbelasting voor enige
goederen en dc tijdelijke verhoging van
de vermogensbelasting.
De vrees, dat de thans voorgestelde
maatregelen een normale verdere ontwik
keling van het bedrijfsleven in gevaar zul
len brengen, kan de minister niet delen.
Hij is veeleer van mening, dat de struc
turele ontwikkeling en de concurrentie
positie juist in gevaar zouden komen bij
een voortdurende inflatie.
Werkloosheid
De werkloosheid in de bouwnijverheid
en toeleverende industrieën is in hoofd
zaak een gevolg van de beperking van de
overheidsopdrachten. Bestrijding is mo
gelijk, indien voldoende geld ter beschik
king van de lagere publiekrechtelijke li
chamen kan worden gesteld om 'n minder
drastische beperking van hun opdrach
ten mogelijk te maken. In de bedrijfstak
ken, die leveren aan de consument of aan
particuliere bedrijven, heerst in het alge
meen een hoog peil van werkgelegenheid,
aldus minister Hofstra, die voorts her
haalt wat hij ook aan de Tweede Kamer
heeft medegedeeld, namelijk dat de rege
ring het ogenblik nog niet gekomen acht
een wijziging in de politiek van beste
dingsbeperking te brengen.
Investeringsaftrek
Het is volgens de bewindsman ook nog
niet verantwoord, met name met het oog
op de spaarzaamheid, die ten aanzien van
ons deviezenbezit vooralsnog nodig is,
door het doen herleven van de investe
ringsaftrek een sterke stimulans te geven
aan de investeringen. Wat betreft de ge-
introduceerde bevoegdheid om de ver
vroegde afschrijving verder te beperken
dan tot 10 pet. per jaar, kan erop worden
gerekend, dat de minister van die be
voegdheid geen gebruik zal maken, voor
dat een nieuwe gedachtenwisseling met
de Staten-generaal, bij voorbeeld ter ge
legenheid van de behandeling van de inp
dustrialisatienota, over dit onderwerp
heeft plaatsgehad. Voor zover in 1958 ver
plichtingen worden aangegaan of voort-
brengingskosten gemaakt met betrekking
tot schepen en luchtvaartuigen, welke be
stemd zijn om hoofdzakelijk het interna-
legenheid van de behandeling van de in
vesteringsaftrek inderdaad herleven. De
minister kan uiteraard niet toezeggen, dat
in de industrialisatienota ook de wense
lijkheid van het herleven van de investe
ringsaftrek aan de orde zal worden ge
steld.
Een gedetailleerde bemoeiing met de
particuliere investeringen maakt geen on
derdeel van het beleid van de regering
uit. De regering geeft de voorkeur aan het
hanteren van instrumenten met een glo
baal karakter.
Vermogensbelasting
De minister kan het bestaan van een
heffing naar het vermogen niet in strijd
achten met het bestaande stelsel van so
ciale zekerheid. De vermogensbelasting
drukt niet op de bestedingen, doch op de
bijzondere pijler van draagkracht, die het
bezit van vermogen vormt. Het is echter
juist op die grond, dat, nu in de sector
van de bestedingen, zowel in die van de on
dernemingen als in de consumptieve sfeer
zware offers worden gevraagd, in het
complex van noodzakelijke verzwaringen
van lasten ook een bescheiden plaats is
ingeruimd aan een verhoging van de ver
mogensbelasting.
De regering ziet niet voorbij, dat door
de tijdelijke vex-hoging van de vermogens
belasting besparingen uit het verleden,
voor zover zij het vrijgestelde bedrag te
boven gaan, gedurende een tweetal ja
ren enigszins zwaarder zullen worden be
last dan voorheen. De betekenis daarvan
mag echter niet worden overschat. Boven
dien dient in het bijzonder ook bij de be
oordeling van dit aspect van het wetsvoor
stel voor ogen te worden gehouden, dat
het deel uitmaakt van een complex van
maatregelen, dat met name ook herstel
van het vertrouwen in de waardevast
heid van het geld beoogt, een primaire
voorwaarde voor de bevordering van het
sparen, aldus minister Hofstra.
Het m.s. „Sibajak" vertrekt zaterdag
vrijwel geheel volgeboekt uit Rotterdam
naar Nieuw Zeeland en Australië. Behalve
ongeveer 600 emigranten bijna 400 voor
Nieuw Zeeland en ruim 200 voor Australië
zal het schip ongeveer 325 voor eigen
rekening reizende passagiers vervoeren.
De oudste emigranten zijn het echtpaar
J. R. M. van der Vossen uit Den Haag, 71
en 70 jaar oud. De oudste passagier is de
bijna 80-jarige heer A. Lastdrager uit Den
Helder.
de
Laten wij eerlijk zijn
Wij dienen, omdat ook in deze rubriek
de zorg voor de waarheid zwaar op de
schouders weegt, een lelijke dwaalge-
dachte uit te bannen die zeer velen in haar
gieep heeft en dat met m.edisch-weten-
schappelijke argumenten; gij zult er ver
steld van staan.
Het betreft de oude misvatting, nog
stammend uit de dagen dat vader en
grootvader onder een pekzwarte bolhoed
elke winter weer de Rijn te voet over
staken, de Gouwzee opreden in een fiaker
met twee paarden en de Maas gebruikten
als dansvloer, dat de winter
koude zo gezond is. Wij willen kort
zijn: dat is niet waar! Winterkoude is
dodelijk. Reeds bij het opstaan is dit dui
delijk merkbaar; dat wil zeggen indien
men opstaat. Men kan namelijk veel beter
blijven liggen. Want zodra de blote voeten
het zeil raken, gebeuren er gemene dingen
vanbinnen bij u. Dan stremt héél even de
bloedstroom, klontert hier en daar, en
daar hebt gij uw pijntje-hier en pijntje-
daar, waarover de aspirine}abrieken zo
fijntjes kunnen glimlachen na het eten
als moeder de vaat doet.
En wat gebeurt er al allemaal niet in
de body als men, eindelijk voor de was
tafel aangeland, ineens de blik laat vallen
op het lila monster dat u uit het glas aan
blikt! Vreselijk! Dan stokt de adem in de
keel, de hartklepjes houden een tel op te
reppen, de bloedbanen sluiten zich een
seconde en wij kunnen u precies vertellen
wat de schade is. Precies: adrenaline in
de zus, cholesterine in de zo en trek er
maar weer een paar daagjes af met je
lekkere winterkoude.
Kortom, lezer: koude is bijzonder onge
zond. En warmte is levenBij warmte vult
zich de borst met blijde zang, met joe-
cheisasa, met vreugde, en bij warmte
straalt de blik van levenskracht. Bij warm
te lost al het lelijks vanbinnen op en drijft
weg langs pijnloze banen, mooi smeuig
en zo glad als stroopje. Laten wij eerlijk
zijn: winterkoude is funest. Wij hebben
personen gekend die, opgestaan met een
vertoon van hillari-wat-let-mij, naar het
stijfbevroren venster liepen, het gordijn
opentrokken, even een blik wierpen op
kleums langs de loodgrijze stenen voort
jagende ratten van medemensen, vervol
gens een kreet slaakten en nu nog liggen.
Nu nog! En weet dokter wat hun man
keert? Neen: hij tast vergeefs rond met
stetoscoop en scalpel, hij voelt machteloos
pols en tong, hij fronst de borstelige
wenkbrauwen en gaat heen, de city-bag
wanhopig openhangend. Goed: winter
koude brengt een rijpje op berkenboom en
wilg en dat is mooi voor kunstfotografen
met open klikkers, maar verder?
„Maar toch, meneer", zeggen soms stoe
re mannen tegen u, „toch heb ik dit weer
liever danDit doodt de bacteries. Dit
voel je in je bloed", en dan gaan zij heen,
deze mannen, en schieten bij de eerste
gelegenheid die ze hebben een café binnen
voor erwtensoep. Geheel blauw. Met
groen-lila randen. Geheel tintelend van
gezondheid en dode bacteries... En de
volgende morgen? Dan hebben zij een
scheel hoofdpijntje waar Camera aan
overleden zou zijnEn een rocheltje dat
de Reus van Kleinduimpje naar de dokter
had gedreven. En een tof pijntje in de rug
dat een beer zou vellen. En moeder zit.
thuis bij de kachel met wintervoeten over
het hele lijf en winterduimen en kloven.
Omdat het zo heerlijk is, dat echte vries-
weder uit de almanak. De schaatsen onder,
lui! De frisse verten tegemoet! Maar leg
je oren maar vast in een bakje warm water
d.an zijn ze morgen ontdooid; misschien
dat dokter ze er nog aan kan naaien
Duif
In een bijeenkomst van het personeel
van de stenografische inrichting der Sta
ten-generaal heeft de heer G. Wassing we
gens zijn beroep tot predikant in een
doopsgezinde gemeente afscheid van de
rijksdienst genomen. De bijeenkomst werd
ook bijgewoond door enige ministers, on
der wie de minister-president, en de voor
zitter van de Eerste Kamer.
Het Maastrichtse blad „Dc Nieuwe Lim
burger" heeft dinsdag het verhaal verteld
van drie Duitse vliegers, die als slacht
offers van een vliegtuigongeluk 21 jaar
lang in Belgisch Kongo door een stam van
het district Tsjoewapa (Evenaarsprovincie)
gevangen werden gehouden.
Het betreft stewardess Hilde Feldkamp,
uit Berlijn, nu 53 jaar, de verpleegster Ilse
Henzei, eveneens uit Berlijn, en de inge
nieur Gunter Dahlke uit Hamburg. Met 17
andere passagiers vertrokken zij op 22 juni
1936 uit Berlijn. Boven Belgisch Kongo
raakte het driemotorige vliegtuig in een
hevige storm en stortte neer. Het Duitse
persbureau DNB berichtte toen, dat het
passagiersvliegtuig vermist werd en dat
alle nasporingen vergeefs gebleven waren.
Maar onlangs ontdekten Britse jagers op
groot wild de drie overlevenden.
Het volgende ontlenen wij aan het ver
haal, dat de verpleegster Ilse Hensel deed:
„De andere 17 passagiers en de twee pi
loten bleven op slag dood. Wij bevonden
ons met zijn drieën in het achterste deel
van het vliegtuig, zodat wij er met minder
zware verwondingen afkwamen. Wij sleep
ten ons voort door het oerwoudgebied van
de Tsjoewaparirivier, tot wij gevonden
werden door de Smabwaldi, een nog vrij
onbeschaafde volksstam, die tussen de
Tsjoewapa en de Lomelabedding leeft. Zij
voerden ons naar hun huttendorp en ver
zorgden ons.
De inboorlingen geloofden, dat we uit de
hemel gekomen waren en besloten, dat wij
bij hen moesten blijven om de stam geluk
te brengen. Een vijftig man sterke lijf
wacht zorgde ervoor dat er gedurende al
die jaren niet de geringste mogelijkheid
was om te vluchten. Zij dreigden met de
dood voor elke ontvluchtingspoging.
In de loop der jaren kwamen viermaal
Engelse, Belgische en Franse jachtexpedi-
ties in de nabijheid van de Sambwali-
dorpen. Dan werden wij op een draagstoel
gebonden en naar een eiland gebracht,
waar wij moesten blijven, tot het „gevaar"
ontdekt te worden geweken was. De medi
cijnman danste ondertussen rond het zoge
naamde kruidenvuur en bezwoer de gees
ten de blanke jagers te verdrijven.
Voortdurend drong het stamhoofd er bij
ons op aan in de stam te huwen maar tel
kens slaagden wij er in dat voorstel op de
lange baan te schuiven, totdat ingenieur
Dahlke tenslotte de oplossing had gevon
den door te zeggen dat onze toverkracht
verloren zou gaan door een dergelijke ver
bintenis", aldus de verpleegster.
„Pas eind vorig jaar slaagden we erin
weer contact op te nemen met de buiten
wereld. Op een grote steppe tussen Tsjoe
wapa en Maringa, waar de inboorlingen
toevallig op jacht waren, landde plotseling
een helikopter met Britse jagers op groot
wild. Daar er op dat ogenblik geen toezicht
was slaagden wij erin ons eindelijk te laten
opmerken. De Engelsen vroegen via hun
radio in Stanleystad om een tweede heli
kopter en bewaakten ons ondertussen met
hun jachtgeweren tot wij weggebracht kon
den worden.De zwarten staken nog lange tijd
dreigend de vuist op. Tegelijkertijd braken
de jaarlijks terugkerende tropenziekten uit,
die in de 21 jaar ons gestel ondermijnden.
Voor het eerst in lange tijd hebben wij
toen een bed met witte lakens gezien en
twee dagen aan een «tuk geslapen".
Wat sinds 1936 in de wereld gebeurd
was wisten de Duitsers niet. Onder de in
boorlingen hadden slechts geruchten de
ronde gedaan, dat er ergens „in een verre
wereld" een grote oorlog gevoerd werd.
Als resultaat van besprekingen tussen de
Zuidafrikaanse minister van Binnenland
se Zaken en de Nederlandse minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid, J. G.
Suurhoff, zal de immigratieovereenkomst
tussen Nederland en Zuid-Afrika worden
vernieuwd. De overeenkomst was tot dus
ver semi-officieel.
Minister Suurhof verklaarde, dat het Ne
derland nog niet mogelijk is het Zuidafri
kaanse aanbod, duizend Nederlanders uit
Indonesië op te nemen, dadelijk te aan
vaarden. Wegens het soort werk dat zij
hebben verricht zijn velen van deze men
sen geen geschikte immigranten voor Zuid-
Afrika, aldus minister Suurhoff. Het aan
bod wordt echter zeer op prijs gesteld en
de minister zal het na zijn terugkeer in
Nederland bestuderen. Hij is gisteren u't
Kaapstad naar Rhodesia vertrokken.
ADVERTENTIE
VERKOOP en VERHUUR
Nassaustraat 5
Haarlem - Tel. 15220
Voor de wonderlijke combinatie van
olie en dom in het woord oliedom voor:
aartsdom heeft men allerlei verkla
ringen gezocht. Sommigen zeggen: zo
traag als dikke olie die uit een fles
loopt. Anderen denken aan een verbas
tering van uildom of van olifantsdom.
Waarschijnlijker is de gissing dat olie
dom is ontstaan uit een niet meer be
grepen olijk dom. Olijk, nog wel be
kend in de betekenis van schalks,
duidde vroeger het begrip: slecht in
zijn soort, aan. Teun dt. Jager uit de
Camera zegt: ik zal me olijk houden,
dat wil zeggen, van de domme. En op
een vraag van Gerrit Witse naar de
toestand van een patiënt is het ant
woord: olik, dokter, olik.
Ook als bijwoord van graad komt
olijk voor. Men zeide vroeger: iemand
olijk beet hebben voor: iemand flink
voor de gek houden. Uit olijk dom: erg
^dom, is dan oliedom ontstaan.