Nazomerse schoonheid m het duin
SCHELDEN OP SCHEFFER?
Wekelijks toegevoegd aan alle edities van
Haarlems Dagblad/Oprechte Haarlemsche Courant
en Umuider Courant
BENZINE TANKEN
„OP DE POF"
Farnborough: beeld der Britse vliegtuigindustrie
ADRIAEN COORTE
Aarde en wereld in ruimte en tijd
Misdadigheid in
West-Duitsland
„De Hamlet van Stepney
Green" in Utrechtse
schouwburg
'A:.
wÊm
-iM
wm 1|É - mm I Iff
(Van onze correspondent in Bonn)
Benzine tanken en reizen van hotel tot
hotel zal binnen niet al te lange tijd in
West-Duit,sland een kwestie kunnen wor
den van leveren-op-crediet.
Te München is namelijk in juli opge
richt de maatschappij „Bargeldlos Tan
ken", dat wil zeggen tanken zonder baar
geld, met een stamkapitaal van 100.000
mark. Deze maatschappij financiert de
vereniging „Tankring", die in januari of
februari 1959 wil beginnen met het sy
steem van benzine tanken zonder directe
betaling. Daartoe is nodig, dat de geïn-
tereseerden lid worden van de vereniging
„Tankring". Maandelijks krijgt men een
rekening van de centrale van de „Tank
ring", aan welke instantie men zijn schul
den per cheque of postwissel kan be
talen.
De maatschappij „Bargeldlos Tanken"
stelt de „Tankring" in staat om steeds de
schulden, die de leden maken, te betalen
via een voorfinanciering.
De leden kunnen bij die benzinestations
tanken, die zijn voorzien van een bordje,
waarop een zwarte sleutel staat afge
beeld. Wil iemand tanken, zijn auto laten
wassen, olie wisselen of wat, dan ook, dan
gaat hij naar zo'n benzinestation, geeft
een plastic sleutel (waarop aan de ene
kant het nummer van zijn auto en aan de
andere kant een gaatjescombinatie is ge
drukt) aan de chef van het benzinestation
en is klaar.
De sleutel wordt in een speciaal kasre
gister gestoken. Er valt een strook uit
waarop autonummer, datum en bedrag
van de rekening staat vermeld. De sleu
tel krijgt het lid van de „Tankring" terug.
Het benzinestation stuurt de rekening
naar München, binnen drie dagen wordt
de rekening betaald. Aan het eind van de
maand krijgt het lid een totaal-rekening.
Van dit systeem verwacht men in West-
Duitsland heel wat. Voorlopig denkt men
aan een net van 3.000 benzinestations van
allerlei merken.
Uit een opinieonderzoek blijkt dat ze
ventien procent van de West-Duitse auto
bezitters veel voelt voor dit systeem. De
bedoeling zit voor mettertijd de „Tank
ring" uit te breiden tot de voornaamste
Europese landen.
HET REIZEN van hotel naar hotel op
krediet kent men in Amerika reeds lang.
In West-Duitsland bereidt men thans een
dergelijk systeem voor, waarbij het in de
bedoeling ligt ort de volgende zaken in Ie
schakelen: grote hotels, restaurants en
gerenommeerde detailzaken voor ge
schenkartikelen, herenmode en bloemen.
Jn de Verenigde Staten leidde het stelsel
er toe, dat de leden van verenigingen die
het kopen-zonder-directe-betaling stimu
leerden. per maand 30 procent meer uit
gaven dan wanneer zij direct betalen
moesten!
Men denkt hierbij niet aan een vereni
ging voor jan-en-alleman.
HONDERD JAAR. geleden overleed
op zijn huiten, het Pavilion Roquelaure
ie Ar genteuil. de toen nog beroemde
Nederlandse schilder Ary Scheffer (1795
—1858). Ter herdenking van dit feil or
ganiseerde men in hel museum van
Scheffers geboortestad Dordrecht een
tentoonstelling van zijn werk. waarvan
een klein deel daar altijd te zien is.
ARY SCHEFFER was een zoon van de
historieschilder J. B. Scheffer en de minia
tuurschilderes Cornelia Lamme, zijn groot
vader van moederszijde was Arie Lamme,
behangselschilder. Broers en neven schil
derden eveneens. In 1806 werd Ary Schef
fers vader hofschilder van koning Lodewijk
Napoleon. de zoon werd dat. jaar als
leerling van de ..Teeken Academie" te Am
sterdam ingeschreven. In 1808 ging zijn
vader hem verder voor in het succes: hij
won op een nationale tentoonstelling een
prijs van maar liefst drieduizend gulden,
een bedrag dat met. de waarde van vandaag
voor schilders nog altijd iets om van te
watertanden is. In 1810. op vijftienjarige
leeftijd dus. zond Ary Scheffer al een
portret, in voor een tentoonstelling. In 1811
vestigde Cornelia Scheffer-Lamme, sinds
1809 weduwe, zich te Parijs, en ging Ary
in de leer op het atelier van de schilder
Pierre Guétrin.waar Delacroix en Géricault
zijn medeleerlingen waren. In 1812 debu
teerde hij op de Parijse Salon, hij werd in
1821 tekenleraar van de kinderen van de
hertog van Orleans en zat, zoals wij dat
wel zeggen, dus goed. Toen Louis Philippe
van Orleans in 1830 aan het bewind kwam,
kreeg Scheffer opdrachten voor Versailles,
hij maakte naam als „schilder der zielen".
Zijn onderwerpen waren veelal van litte
raire of religieuze aard. Rond 1840 was hij
op het toppunt van zijn roem. Onder zijn
vrienden telde hij Chopin, Gounod, Liszt en
Rossini.
Een eeuw later wordt er niet meer naar
zijn werk gekeken. Al veel eerder werd er
stevig aan zijn roem getornd. De directeur
van het Dordrechts Museum, de heer L. J.
Bol. kan spreken van een critiseren, gren
zend aan „plezierig schelden". Hij doet dat
in de inleiding tot de catalogus van deze
tentoonstelling, die tol 28 september ge
houden wordt. Hij vertelt daar verder in
hoe Van Gogh eens Scheffer bewonderd
heeft, en beiden konden we het er over
eens zijn dat onze grootste moderne schil
der in het. begin van zijn aanraking met de
kunst wel een verwonderlijk slechte smaak
vertoonde.
Aan „plezierig schelden" grenst dan de
critiek die Charles Baudelaire schreef over
Scheffers werken. Naar aanleiding van een
Salon in 1846 schreef hij een hoofdstuk
„Over Monsieur Ary Scheffer en de apen
van het sentiment". Daarvoor zei hij een
en ander over de eclectici, de wijsgeren (in
dit geval kunstenaars) die uit verschillende
„Allons, enfants de la patrie!" door Ary
Scheffer, oeschiMerd omstreeks 1825, in
het bezit van Dordrechts Museum.
stelsels het beste nemen. Daarmee raakte
hij al aan de gemakkelijk „leentjebuur"
spelende Scheffer: „Een rampspoedig voor
beeld van deze methode, als men het ge
brek aan methode aldus mag noemen, is
Monsieur Ary Scheffer" dan volgens deze
dichter. Hij spreekt, van het. imiteren van
Délacroix en anderen. En dan noemt hij
het een grote fout, dat Scheffer voor zijn
schilderijen zijn toevlucht, zocht in de
poëzie. De schilderkunst heeft, op eigen
wijze, met eigen middelen iets te vertellen.
En als dan poëzie een aanleiding nog kan
zijn, dan heeft men die aanleiding niet te
zoeken waar Scheffer dat deed. Hatelijk
gaat hij ergens verder met de goede raad.
dat men een kunstenaar kan leren schatten
door zijn publiek te bekijken. Bang mis
verstanden te scheppen waag ik me maar
niet, aan een vertaling van Baudelaires
kenschels van Scheffers publiek. Met. het
noemen van enige titels en een korte be
schrijving van het onderwerp heeft Bau
delaire dan verder Scheffers werk ge
kraakt. En mij zou hij dan een voorbeeld
kunnen zijn bij het bespreken van som
mige hedendaagse abstracte schilders, die
het ook zo slecht zonder titels kunnen
doen en al evenzeer, werkend volgens thans
geldende modes, in de gunst kwamen van
een publiek, dat ik wel beschreven zou
willen zien als dat van Scheffer door
Baudelaire.
Genoeg over Baudelaires critiek, die ook
zo positief kon zijn waar het een Delacroix,
een Constantin Guys of een Jongkind gold.
Eén schilderijtje van Dordrecht van de
laatste doet mij meer dan alles van deze
eens zo beroemde inwoner dezer gemeente.
Even. in een klein doekje van het heuvel
achtige landschap rond Parijs, raakte
Scheffer iets. dat. we in .Jongkind zo be
wonderen. Engelse landschapschilders
hadden toen pas hun expositie in Parijs
gehad. Ook raakte hij iets van Delacroix
toen hij „De vrouwen van Souli werpen
zich van de rotsen om niet in de handen
van Ali Pascha Ie vallen" schilderde. Wat
een brok titel! De echte schilder, zo werd
later duidelijk, had met een bloemstuk
kunnen volstaan om ons eenzelfde beleve
nis te schenken. Nu was het daar de tijd
nog niet naar, al zag een Delacroix dat.
wel in. Want. zei deze niet dat men een
veldslag als een boeket bloemen kon
schilderen? Ook toonde Scheffer even over
eenkomsten met Géricault en een schilde
rijtje als „Thomas van Aquino predikende
gedurende de storm" zien we graag. Beslist
mooi is een portret van de Engelse graveur
S. W. Reynolds, dat in méér Engels is en
daarmee zoveel aantrekkelijker dan de
suikerzoete engelen mei dweepgezichten
die echt Scheffer lijken te zijn. En er is
meer waaruil Scheffers talent wel blijkt.
Dat met knapheid alléén nog geen kunst
gemaakt wordt, maakt deze tentoonstelling
dan wel overduidelijk. Daarom acht ik, de
expositie meer curieus dan belangrijk. Een
bezoek aan de stad Dordrecht is al zo ple
zierig dat deze expositie er bij kan. Het
museum bezit bovendien nog enige be
zienswaardige schilderijen van onder an
deren Albert. Cuyp, Jan van Goyen. Fer
dinand Bol en Nicolaas Maes.
In Farnborough zal de Britse luchtvaartindustrie in de eerste
week van september de wereld weer haar kunnen tonen. De tijd
van sensaties is voorbij. Engeland bouwt rustig voort op de fun
damenten, welke gedurende en kort na de oorlog in de lucht
vaart gelegd werden. Toch zullen tentoonstelling en demonstra
ties belangwekkend genoeg worden, omdat het rusteloze vlieg-
tuigbedrijf altijd met nieuwigheden voor de dag komt.
De nadruk komt hoe langer hoe meer te liggen op de geleide
projectielen waarvoor bijna vijftig percent meer ruimte is ge
reserveerd dan vorig jaar. Met enkele van deze wapens zal men
„levende" demonstraties houden. We zullen kunnen zien hoe hel
lanceren wordt voorbereid, alsmede het operatieve gebruik van
bepaald materiaal. In feite zullen we er van getuige zijn hoe
alles in zijn werk gaat, behalve natuurlijk van het. afschieten
Een primeur voor Farnborough is de Short. SC-1, het expexd-
menteel vei-ticaal startende vliegtuig, dat beschouwd wordt als
een voorloper van de supersonische lijn toestellen der toekomsl.
De SC-1 blijfl echter op de grond. Verder zijn er drie nieuwe
typen helikopters, die de lucht ingaan, de Bristol 192, bestemd
voor het vervoer van maximaal 25 soldaten, de SR. F. 531, een
turbine helikopter voor algemeen gebi-uik en de „Westminster
Utility", een „vliegende kraan" met een gewicht van bijna
14 ton en een rotor-diameter van 22 meter. Het transportmodel
hiervan zal 46 passagiers met een snelheid van 241 km per uur
kunnen veiwoeren.
Verder zullen een Viscount 812, de nieuwe Cornet 4 en Cornet
3b. alle broertjes en zusjes van oude bekenden, hun opwachting
maken.
De Cornet. 3b zal een straalmotor met om te keren stuwdruk
demonstreren, welke een korte landingsafstand mogelijk maakt.
Deze versie van de Comet is het eerste li.intoestel ter wereld, dat
met deze vinding wordt uitgerust.
De militaire vliegtuigen welke zullen worden gedemonsti-eerd.
zijn al jarenlang familiair op Farnborough, maar ze zijn voor de
deskundigen, die zoals altijd uit de gehele wereld voor deze
vliegweek zullen samenstromen, allerminst „oude koek"
wegens, allerlei nieuwigheden. Interessant ziin een aantal
nieuwe reddingsmiddelen, onder andere een dinghy voor 26 per
sonen. Er zijn batterijen, welke door zonnestralen of zeewater
kunnen worden bijgeladen en parachutes van allerlei soort. De
nieuwste radar- en elektronische navigatie-apparaten nemen dit
jaar in Farnborough een grote plaats in.
Ary Scheffer: zelfportret
DE GENOEMDE EXPOSITIE is een daad
van piëteit, ook. Het museum heeft iets te
danken aan de erven, die ook jonge kun
stenaars tegemoet, wilden komen. De felle
critiek van Baudelaire sloeg op de kunste
naar en de trouwe mens Scheffer ware
moeilijk iets te verwijten geweest. De heer
Bol heeft de vóór hem gebruikelijke pre
sentatie van Scheffers werk, buiten deze
tentoonstelling om dus, ingrijpend veran
derd en de nadruk willen leggen op diens
echte kwaliteiten. Het verheugt ons dat de
heer Bol in staaf is geweest naast de toch
beperkte collectie die hij te beheren heeft
en naast de Scheffer-expositie een tentoon
stelling in te richten, die getuigt van zijn
persoonlijke liefde voor een kleine meester,
wiens werk een bezoek aan het Dordrechts
museum tot een bijzonder evenement
maakt, zij het dat ook Scheffers enkele
mooie werken een goede kans krijgen be
keken te worden. De heer Bol wist dan een
kleine collectie stilleventjes bijeen t.e bren
gen van Adriaen Coorte (werkzaam van
1683 tot 1723). Het zijn allereenvoudigste
stillevens en daarmee uitzonderlijk in de
stillevenkunst van de tijd waarin Coorte
werkte. Een bosje asperges, wat luttele
vruchten, vaak van één soort, al of niet
met wat loof. geplaatst meestal op een
stenen ondergrond en tegen een eenkleu
rige diepe achtergrond, of in een nis. Alles
komt hier neer eigenlijk op schone ver
houdingen in vorm en kleur. Men denkt
even aan Mondriaan, maar geniet wellicht
toch meer omdat er meer aan te zien is
dan alléén maar schone verhoudingen. Pas
heel veel later vinden we iets dat op dii
werk misschien even gelijkt: sommige stil
levens van Verster.
Coorte is koeler, strenger nng gericht op
fijn uitgebalanceerde verhoudingen. En
even leren we hoeveel er al was en dat in
de moderne kunst wel eenzijdig de nadruk
werd gelegd op de voor een mooi schil
derij geldende factoren. Als ter introductie
van de expositie, die men „De renaissance
der XXste eeuw" noemde, gezegd wordt
dat thans weer waarden belicht worden,
die sinds de grote renaissance in vergetel
heid waren geraakt, dan vergist men zich
toch en blijkt de heer Bol door zijn daad
beter op de hoogte dan de leidei-s van het
Stedelijk Museum te Amsterdam, die ten
toonstellingen maken om het gelijkkrijgen
op hun theorieën te bevorderen. Het is een
waarschuwing aan alle hedendaagse ari'i-
visten. op een zeer positieve wijze: met
werkelijk mooi werk.
Over Coorte is maar heel weinig bekend.
Aangenomen kan worden dat hij in Mid
delburg werkzaam was. Er bestonden ge
gevens. dat hij daar een keer beboet was,
omdat hij op onwettige wijze schilderijen
verkocht, zou hebben. Er bestonden toen zo
van die voorschriften in het St.. Lucasgilde,
die blijkbaar een beperkt aantal daarin ge
organiseerde schilders beschermden
Bob Buys
EEN VREEMD JAARGETIJDE eigen
lijk, de nazomer. Iemand kan ineens op
merken, dat hij er is; maar hij is niet ge
komen met de uitbundigheid die de lente
gewoonlijk vergezelt, noch heeft hij zich
even plotseling gemanifesteerd als het
verkleurende en vallende loof van de
herfst. Nee, het is allemaal heel geleidelijk
gegaan, net als de distributie in de jaren
'40'45 toen we vooral in het begin aldoor
een beetje minder kregen, zodat, het af
glijden naar de armoede ons niet eens al
te zeer opviel. In de zomerse natuur gaat
het feitelijk ieder jaar precies zo. Wan
neer alles er nog volop is, er vele bloemen
bloeien en het grote leger der insecten
ijverig in de weer is, wanneer er ook nog
wel vogels zingen en het hele dagelijkse
leven is doortrokken van één vakantie
stemming, dan valt het niemand op dat
allerlei geleidelijke veranderingen zich
voltrekken. Het gaat ook zo langzaam. Er
zwerven wat kievitten naar het zuiden en
andere, uit noordelijker streken, komen
hun plaatsen innemen. Troepjes rosse
grutto's sommige leden ervan nog met
prachtig zomers-rode borst verschijnen
aan onze stranden, komend van de toen
dra's in het hoge noorden. Op een goede
dag merkt, u, dat. u de avondzang van de
merel al een poosje hebt gemist, de dag
koekoeksbloemen in het. binnenduinoos
raken uitgebloeid, een bloemenman tieeft
dahlia's op zijn kar. al verbluffend gauw
ook chrysanten.... Dan helpt er geen
lievemoederen meer aan: het is nazomer,
en met de „echte zomei-" is het weer voor
een jaar gedaan.
Maar laat ons niet treuren nu het zover
is. want ook de nazomer heeft zijn bekoor
lijkheden. Hij mag immers de tijd van het
uitbloeien der bloemen zijn, van een zicht
bare teruggang in allerlei activiteiten dei-
natuur, hij is. óók de tijd van de rijpende
vruchten en zaden en het is bijzonder de
moeite waard daarvan eens het een en
ander te gaan bekijken op een duinwan
deling!
Nu de grote pluk van de lage dauw
bramen in het open duin goed en wel ach-
te> de rug is. komen hun familieleden van
het hinnen.'hnnbos. de bosbramen in vtr-
pige vruchtvlees is middel om de volmaakt
onverteerbare zaden ver van de struik te
laten verzeilen.
ZODRA U EENMAAL met een ruwe in
deling van de vruchten bent begonnen, is
het wel aardig daar even mee verder te
gaan. Kijk bijvoorbeeld eens in de naaste
omgeving van de bosbramen naar de al
grotendeels verdorde koekoeksbloemen.
Die zitten nu vol sierlijke, behaarde urn
tjes met. omgekrulde slippen aan de boven
rand. De wind kan de donkere zaadjes er
zó uitschudden. Bijgevolg heeft het voor
deze dagkoekoeksbloemen geen enkele zm,
vruchten met enigerlei attractie voor mens
o; dier voort te brengen. Het transport van
lK-t zaad is puik geregeld en dus kunnen
de zaaddozen rustig zo droog zijn als gort.
In het open duin ontdekt u natuurlijk
onmiddellijk de fel oranje bessen van de
duindoorn. Erg sappig en naar onze smaak
mei heel pittig zuur, maar niettemin zon
der bedenken onder te brengen in de cate
gorie der eetvruchten. Besteed echter ook
eens wal aandacht, aan het grijsgroene
blad rondom de bessen, in het bijzonder
wanneer u een loep op zak hebt (hetgeen
voor iedere natuurliefhebber steeds bij
zonder aanbevelenswaardig is). Bekijk zo'n
d.uindoornblad eens met het gewapende
oog en u zult het bezet zien met. glinste
rende, stervormige vliesjes. Dat zijn uit
zonderlijk vemormde haren, die het blad
legen al te sterke verdamping bij zonnig
weer beschermen. Of ze in een klimaat
als het onze erg noodzakelijk ziin, zullen
we dan maar in hel midden laten.
Kijk eens naar uw broekspijpen of uw
sportkousen wanneer u een kwartiertje
door de duinvegetatie hebt gelopen; tien
tegen één dat u er een behoorlijk hoeveel
heid ontdekt van wat „zich actief ver
spreidende vruchten" zou kunnen worden
genoemd. Klitten! Alombekend bij duin
wandelaars als lastige, zich uiterst vast in
allerlei ruwe weefsels vasthakende vrucht
jes. Zij zijn dan ook wel heel bijzonder
bewerktuigd, deze voortbrengselen van de
hondstong. Trek uw loep maar weer en
u ziet het; elke klit is een bolletje, dicht
bezet met een vreemd soort stekels. Teder
van die minuscule
klit.testekeltjes is in
wezen niet anders
dan een kleine spies
met. gewoonlijk vier
kruiswijs staande
weerhaakjes aan de
top. Gewoonweg ide
aal om hele klitten-
kluwens te vormen,
misschien ook wel om
er een goede ver
ankering tussen de
lage duinplanten mee
te bewei-ken, en naar
het schijnt geschapen
om de dragers van
ietwat ruige kleren
een kwartiertje moei
zaam klittenplukken
te doen beoefenen na
een duinwandeling.
Filosofeer daar maar
eens over door ter
wijl u zich van het
lastige spul ontdoet;
on bedenk dan met
een. dat u voor de
hondstong als een
prima zaadversprei-
der fungeert!
Kees Hana
is nu een wandeling maakt door de
duinen treft er de volle rijkdom van de
nazomer aan. Welig gedijen de duin
doorns, pronkend met hun bessen, naar
de voorbijganger, a.ls hij tenminste
houdt van de schoonheid die dit jaarge
tijde ten toon spreidt.
schillende variëteiten en vormen pas goed
opzetten. Maar helaas, het lijkt hun nood
lot te zijn er te vroeg lekker uit te zien.
Ze worden meestal geplukt als ze glim-
mend donkei-paars zijn en vallen dan
tegen: tamelijk wrang en zuur, en zonder
veel sap. Of het voor die bramen echter
van veel belang is, dat ze niet volledig ijp
worden geplukt, groot en vol en diepzwart
glanzend? Waarschijnlijk doet het er niet
zoveel toe van bramenstandpunt be
schouwd. De pitjes daai-binnen. de zaden
dus die weer nieuwe braamstruiken kun
nen oplevei-en, zullen toch wel rijp zijn en
de hoofdzaak is, dat ze worden verspreid
via de magen van brameneters. Hiermee
ziin die bramen meteen geclassificeerd. Zij
behoren tot het grote gezelschap van de
„eetvruchten", voor het transport van hun
zaden zijn ze berekend op hef spijsver
teringskanaal van mens of dier. Het sap-
TOEN. een paar jaar ge
leden. iemand die zich een
trouwe lezer van mijn ru
briekje „Zie Boven" noem
de. mij eens per brief vroeg
welk boek hij zich het. best
zou kunnen aanschaffen om
zich te oriënteren in de
sterrenkunde, want korte
krantenartikeltjes waren
hem kennelijk niet vol
doende, heb ik hem zonder-
aarzelen „Aarde en Wereld
in Ruimt e en Tijd" aan ze-
raden. het boek van profes
sor mr. dr. G. van den
Bergh. waarvan de eerste
druk nu bijna een kwart
eeuw geleden verscheen
(zomer 1934). Nu. vieren
twintig jaar later, heeft h°t
bij Eni. Querido's Uitge
versmaatschappij zijn ze
vende druk beleefd een
bewijs dat er nog altijd
vraag is naar wat men zou
kunnen noemen een stan
daardwerk voor de ama
teur.
„Aarde en Wereld in
Ruimte en Tijd" bevat, na
melijk niets wat de be-
roepssterrenkundige al niet
zou weten, maar het heeft
ook niet de pretentie zich
aan t.e dienen als weten
schappelijk handboek
integendeel: het richt, zich
zeer welbewust tot- die
lezers die leek zijn op dat
veelomvattende terrein
waarop wij zon. maan, pla
neten en sterren ontmoeten.
maar die tóch iets willen
weten omtrent die won
dere wereld om ons heen.
Iets? Men kan eigenlijk wel
zeggen: alles. Want de
schrijver neemt ons mee
tot aan het. einde van het
heelal.
Hij doet dat deskundig en
hij doet dat onderhoudend
en hij doet dat heel px-c-
cies. Zijn „woord vooraf"
bij de eerste druk begon
indertijd al met de zin:
„Het is niet dan na lange
aarzeling, dat ik besloten
heb dit. boek te schrijven
en te laten drukken". Die
toevoeging („en te laten
drukken") is op de een of
andere manier typerend
voor de nauwgezetheid,
waarmee deze jurist zijn
woorden weegt. Want men
weet het: professor mr. ar.
George van den Bergh is
rechtsgeleerde. Zijn astro
nomie is „maar" een nob
by. Ik moest hem enige üjd
geleden eens interviewen
over een onderwerp, dat op
hel gebied van zijn studie
vak lag: het staatsrecht.
Maar al gauw na het eigen
lijke onderwei-p belandde
hel. gesprek op het. terrein
van zijn grote liefhebberij:
de sterrenkunde. Er ver
schijnen tegenwoordig heel
wat boeken op dat. gebied,
maar als die lezer van toen
mij vandaag weer vroeg,
wat het beste boek is voor
de in sterrenkunde be
langstellende leek. zou ik
zonder aarzelen weer Van
den Bergh noemen.
Dat wil zeggen: tot en
met pagina 342 van de
nieuwe uitgave. Wat. daar
na nog komt is een drietal
pagina's, waarboven de
Amstei-damse hoogleraar
als titel heeft gezet: „Na
schrift: de ruimtevaaart".
Hij zegt daarin ondermeer
het volgende: „Naar mijn
mening heeft de ruimte
vaart, wanneer men daar
onder verstaat: de moge
lijkheid voor mensen, om
zich per „ruimteschip" naai
een andere planeet te ver
plaatsen. daar (enige tijd)
te verblijven (en eventueel
weer aan de Aarde terug
te kei-en) geen enkele toe
komst".
De stelligheid waarmee
professor Van den Bex-gh
hier de ruimtevaart als
„quantité négligeable" be
handelt, lijkt mij betreu
renswaardig. omdat die
stelligheid in strijd is met
de wetenschappelijke prin
cipes die hij in de rest van
zijn boek zo hoog houdt.
Men kan niet weten eens
is ook de luchtvaart voor
onmogelijk gehouden
Maar voor wat het ster-
renkundige gedeelte be
treft men kan zich geen
beter leidsman wensen!
G.v.W.
(Van onze correspondent in Bonn)
Een golf van misdaden is de laatste we
ken over geheel West-Duitsland gegaan.
Alleen al in de deelstaat Noordrijn-West-
falen zijn in twee weken niet minder dan
zeven moorden gepleegd. Weliswaar kon
den ze direct worden opgelost, maar ze
kostten dan toch maar zeven mensen het
leven.
Het dichtbevolkte Noordrijn-Westfalen
leed de laatste tijd het meest onder de mis
daden. Er zijn kinderen vermoord, er
werden roofovexwallen gepleegd, er is ge
schoten alsof het een wild-west film was
kortom, de politie staat voor een reeks cri
minele daden zonder weerga.
Te Bonn vermoordde een voormalig lid
van het vreemdelingenlegioen een klein
meisje. Te Duisburg sloegen een 19-jari-
ge jongen en zijn 23-jax-ige vriendin een
50-jarige automobilist met een steen dood.
Te Dortmund wurgde een 50-jarige mijn
werker, vader van vijf kinderen, een 22-
jarig meisje. Te Klafeld vermoordde een
23-jarige mijnwerker een 20-jarige ver
koopster. Te Bottx-op stak een Italiaanse
mijnwerker een aids met een zakmes dood,
omdat deze de Italiaan geen bewijs van
ziekte wilde geven, waardoor de mijnwer
ker dreigde te worden ontslagen. Bij
Harnm werd een 32-jarige kelnerin dood
gestoken de dader kon nog niet worden
gepakt. En zo gaat het maar doox\
Niet alleen in Noordrijn-Westfalen, ook
in andere delen van het land komen de
laatste tijd veel misdaden voor. Te Ham
burg bijvoorbeeld, maar ook te Neuren
berg. Hier verdwenen binnen een maand
drie mensen, die allen in contact waren ge
weest met een „man met een hoed met
slappe rand". De moordenaar was het ken
nelijk om geld te doen. Hij is namelijk
met het spaarbankboekje van een van
zijn slachtoffers op een spaarbank ver
schenen, waar hij evenwel geen geld
kreeg omdat hij zich niet kon legitimeren.
Men kan ook al tiert de misdaad welig.
West-Duitsland nog niet verklaren tot een
onveilig land, maar te ontkennen valt
evenmin dat wanneer niet op korte ter
mijn maatregelen worden genomen om
deze ellende uit de wex-eld te helpen, er
toch een algemeen gevoel van onbehagen
zal gaan leven. Reeds heeft de politie ge-
waax-schuwd kinderen toch vooral niet te
lang zonder toezicht te laten.
Op 6 en 7 september geeft de Toneel
groep „Puck" uit Amsterdam in de stads
schouwburg van Utrecht de première van
„De Hamlet van Stepney Gx-een" van Ber
nard Kops, onder regie van Egbert van
Paridon, in de vertaling van Rosey E. Pool.
De voornaamste rollen worden vertolkt
door Herman Bouber, Wim van den Heu
vel, Bob Verstraete, Jeanette van der Hey-
den en Piet Romer,