Nazomerse schoonheid m het duin SCHELDEN OP SCHEFFER? Wekelijks toegevoegd aan alle edities van Haarlems Dagblad/Oprechte Haarlemsche Courant en Umuider Courant BENZINE TANKEN „OP DE POF" Farnborough: beeld der Britse vliegtuigindustrie ADRIAEN COORTE Aarde en wereld in ruimte en tijd Misdadigheid in West-Duitsland „De Hamlet van Stepney Green" in Utrechtse schouwburg 'A:. wÊm -iM wm 1|É - mm I Iff (Van onze correspondent in Bonn) Benzine tanken en reizen van hotel tot hotel zal binnen niet al te lange tijd in West-Duit,sland een kwestie kunnen wor den van leveren-op-crediet. Te München is namelijk in juli opge richt de maatschappij „Bargeldlos Tan ken", dat wil zeggen tanken zonder baar geld, met een stamkapitaal van 100.000 mark. Deze maatschappij financiert de vereniging „Tankring", die in januari of februari 1959 wil beginnen met het sy steem van benzine tanken zonder directe betaling. Daartoe is nodig, dat de geïn- tereseerden lid worden van de vereniging „Tankring". Maandelijks krijgt men een rekening van de centrale van de „Tank ring", aan welke instantie men zijn schul den per cheque of postwissel kan be talen. De maatschappij „Bargeldlos Tanken" stelt de „Tankring" in staat om steeds de schulden, die de leden maken, te betalen via een voorfinanciering. De leden kunnen bij die benzinestations tanken, die zijn voorzien van een bordje, waarop een zwarte sleutel staat afge beeld. Wil iemand tanken, zijn auto laten wassen, olie wisselen of wat, dan ook, dan gaat hij naar zo'n benzinestation, geeft een plastic sleutel (waarop aan de ene kant het nummer van zijn auto en aan de andere kant een gaatjescombinatie is ge drukt) aan de chef van het benzinestation en is klaar. De sleutel wordt in een speciaal kasre gister gestoken. Er valt een strook uit waarop autonummer, datum en bedrag van de rekening staat vermeld. De sleu tel krijgt het lid van de „Tankring" terug. Het benzinestation stuurt de rekening naar München, binnen drie dagen wordt de rekening betaald. Aan het eind van de maand krijgt het lid een totaal-rekening. Van dit systeem verwacht men in West- Duitsland heel wat. Voorlopig denkt men aan een net van 3.000 benzinestations van allerlei merken. Uit een opinieonderzoek blijkt dat ze ventien procent van de West-Duitse auto bezitters veel voelt voor dit systeem. De bedoeling zit voor mettertijd de „Tank ring" uit te breiden tot de voornaamste Europese landen. HET REIZEN van hotel naar hotel op krediet kent men in Amerika reeds lang. In West-Duitsland bereidt men thans een dergelijk systeem voor, waarbij het in de bedoeling ligt ort de volgende zaken in Ie schakelen: grote hotels, restaurants en gerenommeerde detailzaken voor ge schenkartikelen, herenmode en bloemen. Jn de Verenigde Staten leidde het stelsel er toe, dat de leden van verenigingen die het kopen-zonder-directe-betaling stimu leerden. per maand 30 procent meer uit gaven dan wanneer zij direct betalen moesten! Men denkt hierbij niet aan een vereni ging voor jan-en-alleman. HONDERD JAAR. geleden overleed op zijn huiten, het Pavilion Roquelaure ie Ar genteuil. de toen nog beroemde Nederlandse schilder Ary Scheffer (1795 —1858). Ter herdenking van dit feil or ganiseerde men in hel museum van Scheffers geboortestad Dordrecht een tentoonstelling van zijn werk. waarvan een klein deel daar altijd te zien is. ARY SCHEFFER was een zoon van de historieschilder J. B. Scheffer en de minia tuurschilderes Cornelia Lamme, zijn groot vader van moederszijde was Arie Lamme, behangselschilder. Broers en neven schil derden eveneens. In 1806 werd Ary Schef fers vader hofschilder van koning Lodewijk Napoleon. de zoon werd dat. jaar als leerling van de ..Teeken Academie" te Am sterdam ingeschreven. In 1808 ging zijn vader hem verder voor in het succes: hij won op een nationale tentoonstelling een prijs van maar liefst drieduizend gulden, een bedrag dat met. de waarde van vandaag voor schilders nog altijd iets om van te watertanden is. In 1810. op vijftienjarige leeftijd dus. zond Ary Scheffer al een portret, in voor een tentoonstelling. In 1811 vestigde Cornelia Scheffer-Lamme, sinds 1809 weduwe, zich te Parijs, en ging Ary in de leer op het atelier van de schilder Pierre Guétrin.waar Delacroix en Géricault zijn medeleerlingen waren. In 1812 debu teerde hij op de Parijse Salon, hij werd in 1821 tekenleraar van de kinderen van de hertog van Orleans en zat, zoals wij dat wel zeggen, dus goed. Toen Louis Philippe van Orleans in 1830 aan het bewind kwam, kreeg Scheffer opdrachten voor Versailles, hij maakte naam als „schilder der zielen". Zijn onderwerpen waren veelal van litte raire of religieuze aard. Rond 1840 was hij op het toppunt van zijn roem. Onder zijn vrienden telde hij Chopin, Gounod, Liszt en Rossini. Een eeuw later wordt er niet meer naar zijn werk gekeken. Al veel eerder werd er stevig aan zijn roem getornd. De directeur van het Dordrechts Museum, de heer L. J. Bol. kan spreken van een critiseren, gren zend aan „plezierig schelden". Hij doet dat in de inleiding tot de catalogus van deze tentoonstelling, die tol 28 september ge houden wordt. Hij vertelt daar verder in hoe Van Gogh eens Scheffer bewonderd heeft, en beiden konden we het er over eens zijn dat onze grootste moderne schil der in het. begin van zijn aanraking met de kunst wel een verwonderlijk slechte smaak vertoonde. Aan „plezierig schelden" grenst dan de critiek die Charles Baudelaire schreef over Scheffers werken. Naar aanleiding van een Salon in 1846 schreef hij een hoofdstuk „Over Monsieur Ary Scheffer en de apen van het sentiment". Daarvoor zei hij een en ander over de eclectici, de wijsgeren (in dit geval kunstenaars) die uit verschillende „Allons, enfants de la patrie!" door Ary Scheffer, oeschiMerd omstreeks 1825, in het bezit van Dordrechts Museum. stelsels het beste nemen. Daarmee raakte hij al aan de gemakkelijk „leentjebuur" spelende Scheffer: „Een rampspoedig voor beeld van deze methode, als men het ge brek aan methode aldus mag noemen, is Monsieur Ary Scheffer" dan volgens deze dichter. Hij spreekt, van het. imiteren van Délacroix en anderen. En dan noemt hij het een grote fout, dat Scheffer voor zijn schilderijen zijn toevlucht, zocht in de poëzie. De schilderkunst heeft, op eigen wijze, met eigen middelen iets te vertellen. En als dan poëzie een aanleiding nog kan zijn, dan heeft men die aanleiding niet te zoeken waar Scheffer dat deed. Hatelijk gaat hij ergens verder met de goede raad. dat men een kunstenaar kan leren schatten door zijn publiek te bekijken. Bang mis verstanden te scheppen waag ik me maar niet, aan een vertaling van Baudelaires kenschels van Scheffers publiek. Met. het noemen van enige titels en een korte be schrijving van het onderwerp heeft Bau delaire dan verder Scheffers werk ge kraakt. En mij zou hij dan een voorbeeld kunnen zijn bij het bespreken van som mige hedendaagse abstracte schilders, die het ook zo slecht zonder titels kunnen doen en al evenzeer, werkend volgens thans geldende modes, in de gunst kwamen van een publiek, dat ik wel beschreven zou willen zien als dat van Scheffer door Baudelaire. Genoeg over Baudelaires critiek, die ook zo positief kon zijn waar het een Delacroix, een Constantin Guys of een Jongkind gold. Eén schilderijtje van Dordrecht van de laatste doet mij meer dan alles van deze eens zo beroemde inwoner dezer gemeente. Even. in een klein doekje van het heuvel achtige landschap rond Parijs, raakte Scheffer iets. dat. we in .Jongkind zo be wonderen. Engelse landschapschilders hadden toen pas hun expositie in Parijs gehad. Ook raakte hij iets van Delacroix toen hij „De vrouwen van Souli werpen zich van de rotsen om niet in de handen van Ali Pascha Ie vallen" schilderde. Wat een brok titel! De echte schilder, zo werd later duidelijk, had met een bloemstuk kunnen volstaan om ons eenzelfde beleve nis te schenken. Nu was het daar de tijd nog niet naar, al zag een Delacroix dat. wel in. Want. zei deze niet dat men een veldslag als een boeket bloemen kon schilderen? Ook toonde Scheffer even over eenkomsten met Géricault en een schilde rijtje als „Thomas van Aquino predikende gedurende de storm" zien we graag. Beslist mooi is een portret van de Engelse graveur S. W. Reynolds, dat in méér Engels is en daarmee zoveel aantrekkelijker dan de suikerzoete engelen mei dweepgezichten die echt Scheffer lijken te zijn. En er is meer waaruil Scheffers talent wel blijkt. Dat met knapheid alléén nog geen kunst gemaakt wordt, maakt deze tentoonstelling dan wel overduidelijk. Daarom acht ik, de expositie meer curieus dan belangrijk. Een bezoek aan de stad Dordrecht is al zo ple zierig dat deze expositie er bij kan. Het museum bezit bovendien nog enige be zienswaardige schilderijen van onder an deren Albert. Cuyp, Jan van Goyen. Fer dinand Bol en Nicolaas Maes. In Farnborough zal de Britse luchtvaartindustrie in de eerste week van september de wereld weer haar kunnen tonen. De tijd van sensaties is voorbij. Engeland bouwt rustig voort op de fun damenten, welke gedurende en kort na de oorlog in de lucht vaart gelegd werden. Toch zullen tentoonstelling en demonstra ties belangwekkend genoeg worden, omdat het rusteloze vlieg- tuigbedrijf altijd met nieuwigheden voor de dag komt. De nadruk komt hoe langer hoe meer te liggen op de geleide projectielen waarvoor bijna vijftig percent meer ruimte is ge reserveerd dan vorig jaar. Met enkele van deze wapens zal men „levende" demonstraties houden. We zullen kunnen zien hoe hel lanceren wordt voorbereid, alsmede het operatieve gebruik van bepaald materiaal. In feite zullen we er van getuige zijn hoe alles in zijn werk gaat, behalve natuurlijk van het. afschieten Een primeur voor Farnborough is de Short. SC-1, het expexd- menteel vei-ticaal startende vliegtuig, dat beschouwd wordt als een voorloper van de supersonische lijn toestellen der toekomsl. De SC-1 blijfl echter op de grond. Verder zijn er drie nieuwe typen helikopters, die de lucht ingaan, de Bristol 192, bestemd voor het vervoer van maximaal 25 soldaten, de SR. F. 531, een turbine helikopter voor algemeen gebi-uik en de „Westminster Utility", een „vliegende kraan" met een gewicht van bijna 14 ton en een rotor-diameter van 22 meter. Het transportmodel hiervan zal 46 passagiers met een snelheid van 241 km per uur kunnen veiwoeren. Verder zullen een Viscount 812, de nieuwe Cornet 4 en Cornet 3b. alle broertjes en zusjes van oude bekenden, hun opwachting maken. De Cornet. 3b zal een straalmotor met om te keren stuwdruk demonstreren, welke een korte landingsafstand mogelijk maakt. Deze versie van de Comet is het eerste li.intoestel ter wereld, dat met deze vinding wordt uitgerust. De militaire vliegtuigen welke zullen worden gedemonsti-eerd. zijn al jarenlang familiair op Farnborough, maar ze zijn voor de deskundigen, die zoals altijd uit de gehele wereld voor deze vliegweek zullen samenstromen, allerminst „oude koek" wegens, allerlei nieuwigheden. Interessant ziin een aantal nieuwe reddingsmiddelen, onder andere een dinghy voor 26 per sonen. Er zijn batterijen, welke door zonnestralen of zeewater kunnen worden bijgeladen en parachutes van allerlei soort. De nieuwste radar- en elektronische navigatie-apparaten nemen dit jaar in Farnborough een grote plaats in. Ary Scheffer: zelfportret DE GENOEMDE EXPOSITIE is een daad van piëteit, ook. Het museum heeft iets te danken aan de erven, die ook jonge kun stenaars tegemoet, wilden komen. De felle critiek van Baudelaire sloeg op de kunste naar en de trouwe mens Scheffer ware moeilijk iets te verwijten geweest. De heer Bol heeft de vóór hem gebruikelijke pre sentatie van Scheffers werk, buiten deze tentoonstelling om dus, ingrijpend veran derd en de nadruk willen leggen op diens echte kwaliteiten. Het verheugt ons dat de heer Bol in staaf is geweest naast de toch beperkte collectie die hij te beheren heeft en naast de Scheffer-expositie een tentoon stelling in te richten, die getuigt van zijn persoonlijke liefde voor een kleine meester, wiens werk een bezoek aan het Dordrechts museum tot een bijzonder evenement maakt, zij het dat ook Scheffers enkele mooie werken een goede kans krijgen be keken te worden. De heer Bol wist dan een kleine collectie stilleventjes bijeen t.e bren gen van Adriaen Coorte (werkzaam van 1683 tot 1723). Het zijn allereenvoudigste stillevens en daarmee uitzonderlijk in de stillevenkunst van de tijd waarin Coorte werkte. Een bosje asperges, wat luttele vruchten, vaak van één soort, al of niet met wat loof. geplaatst meestal op een stenen ondergrond en tegen een eenkleu rige diepe achtergrond, of in een nis. Alles komt hier neer eigenlijk op schone ver houdingen in vorm en kleur. Men denkt even aan Mondriaan, maar geniet wellicht toch meer omdat er meer aan te zien is dan alléén maar schone verhoudingen. Pas heel veel later vinden we iets dat op dii werk misschien even gelijkt: sommige stil levens van Verster. Coorte is koeler, strenger nng gericht op fijn uitgebalanceerde verhoudingen. En even leren we hoeveel er al was en dat in de moderne kunst wel eenzijdig de nadruk werd gelegd op de voor een mooi schil derij geldende factoren. Als ter introductie van de expositie, die men „De renaissance der XXste eeuw" noemde, gezegd wordt dat thans weer waarden belicht worden, die sinds de grote renaissance in vergetel heid waren geraakt, dan vergist men zich toch en blijkt de heer Bol door zijn daad beter op de hoogte dan de leidei-s van het Stedelijk Museum te Amsterdam, die ten toonstellingen maken om het gelijkkrijgen op hun theorieën te bevorderen. Het is een waarschuwing aan alle hedendaagse ari'i- visten. op een zeer positieve wijze: met werkelijk mooi werk. Over Coorte is maar heel weinig bekend. Aangenomen kan worden dat hij in Mid delburg werkzaam was. Er bestonden ge gevens. dat hij daar een keer beboet was, omdat hij op onwettige wijze schilderijen verkocht, zou hebben. Er bestonden toen zo van die voorschriften in het St.. Lucasgilde, die blijkbaar een beperkt aantal daarin ge organiseerde schilders beschermden Bob Buys EEN VREEMD JAARGETIJDE eigen lijk, de nazomer. Iemand kan ineens op merken, dat hij er is; maar hij is niet ge komen met de uitbundigheid die de lente gewoonlijk vergezelt, noch heeft hij zich even plotseling gemanifesteerd als het verkleurende en vallende loof van de herfst. Nee, het is allemaal heel geleidelijk gegaan, net als de distributie in de jaren '40'45 toen we vooral in het begin aldoor een beetje minder kregen, zodat, het af glijden naar de armoede ons niet eens al te zeer opviel. In de zomerse natuur gaat het feitelijk ieder jaar precies zo. Wan neer alles er nog volop is, er vele bloemen bloeien en het grote leger der insecten ijverig in de weer is, wanneer er ook nog wel vogels zingen en het hele dagelijkse leven is doortrokken van één vakantie stemming, dan valt het niemand op dat allerlei geleidelijke veranderingen zich voltrekken. Het gaat ook zo langzaam. Er zwerven wat kievitten naar het zuiden en andere, uit noordelijker streken, komen hun plaatsen innemen. Troepjes rosse grutto's sommige leden ervan nog met prachtig zomers-rode borst verschijnen aan onze stranden, komend van de toen dra's in het hoge noorden. Op een goede dag merkt, u, dat. u de avondzang van de merel al een poosje hebt gemist, de dag koekoeksbloemen in het. binnenduinoos raken uitgebloeid, een bloemenman tieeft dahlia's op zijn kar. al verbluffend gauw ook chrysanten.... Dan helpt er geen lievemoederen meer aan: het is nazomer, en met de „echte zomei-" is het weer voor een jaar gedaan. Maar laat ons niet treuren nu het zover is. want ook de nazomer heeft zijn bekoor lijkheden. Hij mag immers de tijd van het uitbloeien der bloemen zijn, van een zicht bare teruggang in allerlei activiteiten dei- natuur, hij is. óók de tijd van de rijpende vruchten en zaden en het is bijzonder de moeite waard daarvan eens het een en ander te gaan bekijken op een duinwan deling! Nu de grote pluk van de lage dauw bramen in het open duin goed en wel ach- te> de rug is. komen hun familieleden van het hinnen.'hnnbos. de bosbramen in vtr- pige vruchtvlees is middel om de volmaakt onverteerbare zaden ver van de struik te laten verzeilen. ZODRA U EENMAAL met een ruwe in deling van de vruchten bent begonnen, is het wel aardig daar even mee verder te gaan. Kijk bijvoorbeeld eens in de naaste omgeving van de bosbramen naar de al grotendeels verdorde koekoeksbloemen. Die zitten nu vol sierlijke, behaarde urn tjes met. omgekrulde slippen aan de boven rand. De wind kan de donkere zaadjes er zó uitschudden. Bijgevolg heeft het voor deze dagkoekoeksbloemen geen enkele zm, vruchten met enigerlei attractie voor mens o; dier voort te brengen. Het transport van lK-t zaad is puik geregeld en dus kunnen de zaaddozen rustig zo droog zijn als gort. In het open duin ontdekt u natuurlijk onmiddellijk de fel oranje bessen van de duindoorn. Erg sappig en naar onze smaak mei heel pittig zuur, maar niettemin zon der bedenken onder te brengen in de cate gorie der eetvruchten. Besteed echter ook eens wal aandacht, aan het grijsgroene blad rondom de bessen, in het bijzonder wanneer u een loep op zak hebt (hetgeen voor iedere natuurliefhebber steeds bij zonder aanbevelenswaardig is). Bekijk zo'n d.uindoornblad eens met het gewapende oog en u zult het bezet zien met. glinste rende, stervormige vliesjes. Dat zijn uit zonderlijk vemormde haren, die het blad legen al te sterke verdamping bij zonnig weer beschermen. Of ze in een klimaat als het onze erg noodzakelijk ziin, zullen we dan maar in hel midden laten. Kijk eens naar uw broekspijpen of uw sportkousen wanneer u een kwartiertje door de duinvegetatie hebt gelopen; tien tegen één dat u er een behoorlijk hoeveel heid ontdekt van wat „zich actief ver spreidende vruchten" zou kunnen worden genoemd. Klitten! Alombekend bij duin wandelaars als lastige, zich uiterst vast in allerlei ruwe weefsels vasthakende vrucht jes. Zij zijn dan ook wel heel bijzonder bewerktuigd, deze voortbrengselen van de hondstong. Trek uw loep maar weer en u ziet het; elke klit is een bolletje, dicht bezet met een vreemd soort stekels. Teder van die minuscule klit.testekeltjes is in wezen niet anders dan een kleine spies met. gewoonlijk vier kruiswijs staande weerhaakjes aan de top. Gewoonweg ide aal om hele klitten- kluwens te vormen, misschien ook wel om er een goede ver ankering tussen de lage duinplanten mee te bewei-ken, en naar het schijnt geschapen om de dragers van ietwat ruige kleren een kwartiertje moei zaam klittenplukken te doen beoefenen na een duinwandeling. Filosofeer daar maar eens over door ter wijl u zich van het lastige spul ontdoet; on bedenk dan met een. dat u voor de hondstong als een prima zaadversprei- der fungeert! Kees Hana is nu een wandeling maakt door de duinen treft er de volle rijkdom van de nazomer aan. Welig gedijen de duin doorns, pronkend met hun bessen, naar de voorbijganger, a.ls hij tenminste houdt van de schoonheid die dit jaarge tijde ten toon spreidt. schillende variëteiten en vormen pas goed opzetten. Maar helaas, het lijkt hun nood lot te zijn er te vroeg lekker uit te zien. Ze worden meestal geplukt als ze glim- mend donkei-paars zijn en vallen dan tegen: tamelijk wrang en zuur, en zonder veel sap. Of het voor die bramen echter van veel belang is, dat ze niet volledig ijp worden geplukt, groot en vol en diepzwart glanzend? Waarschijnlijk doet het er niet zoveel toe van bramenstandpunt be schouwd. De pitjes daai-binnen. de zaden dus die weer nieuwe braamstruiken kun nen oplevei-en, zullen toch wel rijp zijn en de hoofdzaak is, dat ze worden verspreid via de magen van brameneters. Hiermee ziin die bramen meteen geclassificeerd. Zij behoren tot het grote gezelschap van de „eetvruchten", voor het transport van hun zaden zijn ze berekend op hef spijsver teringskanaal van mens of dier. Het sap- TOEN. een paar jaar ge leden. iemand die zich een trouwe lezer van mijn ru briekje „Zie Boven" noem de. mij eens per brief vroeg welk boek hij zich het. best zou kunnen aanschaffen om zich te oriënteren in de sterrenkunde, want korte krantenartikeltjes waren hem kennelijk niet vol doende, heb ik hem zonder- aarzelen „Aarde en Wereld in Ruimt e en Tijd" aan ze- raden. het boek van profes sor mr. dr. G. van den Bergh. waarvan de eerste druk nu bijna een kwart eeuw geleden verscheen (zomer 1934). Nu. vieren twintig jaar later, heeft h°t bij Eni. Querido's Uitge versmaatschappij zijn ze vende druk beleefd een bewijs dat er nog altijd vraag is naar wat men zou kunnen noemen een stan daardwerk voor de ama teur. „Aarde en Wereld in Ruimte en Tijd" bevat, na melijk niets wat de be- roepssterrenkundige al niet zou weten, maar het heeft ook niet de pretentie zich aan t.e dienen als weten schappelijk handboek integendeel: het richt, zich zeer welbewust tot- die lezers die leek zijn op dat veelomvattende terrein waarop wij zon. maan, pla neten en sterren ontmoeten. maar die tóch iets willen weten omtrent die won dere wereld om ons heen. Iets? Men kan eigenlijk wel zeggen: alles. Want de schrijver neemt ons mee tot aan het. einde van het heelal. Hij doet dat deskundig en hij doet dat onderhoudend en hij doet dat heel px-c- cies. Zijn „woord vooraf" bij de eerste druk begon indertijd al met de zin: „Het is niet dan na lange aarzeling, dat ik besloten heb dit. boek te schrijven en te laten drukken". Die toevoeging („en te laten drukken") is op de een of andere manier typerend voor de nauwgezetheid, waarmee deze jurist zijn woorden weegt. Want men weet het: professor mr. ar. George van den Bergh is rechtsgeleerde. Zijn astro nomie is „maar" een nob by. Ik moest hem enige üjd geleden eens interviewen over een onderwerp, dat op hel gebied van zijn studie vak lag: het staatsrecht. Maar al gauw na het eigen lijke onderwei-p belandde hel. gesprek op het. terrein van zijn grote liefhebberij: de sterrenkunde. Er ver schijnen tegenwoordig heel wat boeken op dat. gebied, maar als die lezer van toen mij vandaag weer vroeg, wat het beste boek is voor de in sterrenkunde be langstellende leek. zou ik zonder aarzelen weer Van den Bergh noemen. Dat wil zeggen: tot en met pagina 342 van de nieuwe uitgave. Wat. daar na nog komt is een drietal pagina's, waarboven de Amstei-damse hoogleraar als titel heeft gezet: „Na schrift: de ruimtevaaart". Hij zegt daarin ondermeer het volgende: „Naar mijn mening heeft de ruimte vaart, wanneer men daar onder verstaat: de moge lijkheid voor mensen, om zich per „ruimteschip" naai een andere planeet te ver plaatsen. daar (enige tijd) te verblijven (en eventueel weer aan de Aarde terug te kei-en) geen enkele toe komst". De stelligheid waarmee professor Van den Bex-gh hier de ruimtevaart als „quantité négligeable" be handelt, lijkt mij betreu renswaardig. omdat die stelligheid in strijd is met de wetenschappelijke prin cipes die hij in de rest van zijn boek zo hoog houdt. Men kan niet weten eens is ook de luchtvaart voor onmogelijk gehouden Maar voor wat het ster- renkundige gedeelte be treft men kan zich geen beter leidsman wensen! G.v.W. (Van onze correspondent in Bonn) Een golf van misdaden is de laatste we ken over geheel West-Duitsland gegaan. Alleen al in de deelstaat Noordrijn-West- falen zijn in twee weken niet minder dan zeven moorden gepleegd. Weliswaar kon den ze direct worden opgelost, maar ze kostten dan toch maar zeven mensen het leven. Het dichtbevolkte Noordrijn-Westfalen leed de laatste tijd het meest onder de mis daden. Er zijn kinderen vermoord, er werden roofovexwallen gepleegd, er is ge schoten alsof het een wild-west film was kortom, de politie staat voor een reeks cri minele daden zonder weerga. Te Bonn vermoordde een voormalig lid van het vreemdelingenlegioen een klein meisje. Te Duisburg sloegen een 19-jari- ge jongen en zijn 23-jax-ige vriendin een 50-jarige automobilist met een steen dood. Te Dortmund wurgde een 50-jarige mijn werker, vader van vijf kinderen, een 22- jarig meisje. Te Klafeld vermoordde een 23-jarige mijnwerker een 20-jarige ver koopster. Te Bottx-op stak een Italiaanse mijnwerker een aids met een zakmes dood, omdat deze de Italiaan geen bewijs van ziekte wilde geven, waardoor de mijnwer ker dreigde te worden ontslagen. Bij Harnm werd een 32-jarige kelnerin dood gestoken de dader kon nog niet worden gepakt. En zo gaat het maar doox\ Niet alleen in Noordrijn-Westfalen, ook in andere delen van het land komen de laatste tijd veel misdaden voor. Te Ham burg bijvoorbeeld, maar ook te Neuren berg. Hier verdwenen binnen een maand drie mensen, die allen in contact waren ge weest met een „man met een hoed met slappe rand". De moordenaar was het ken nelijk om geld te doen. Hij is namelijk met het spaarbankboekje van een van zijn slachtoffers op een spaarbank ver schenen, waar hij evenwel geen geld kreeg omdat hij zich niet kon legitimeren. Men kan ook al tiert de misdaad welig. West-Duitsland nog niet verklaren tot een onveilig land, maar te ontkennen valt evenmin dat wanneer niet op korte ter mijn maatregelen worden genomen om deze ellende uit de wex-eld te helpen, er toch een algemeen gevoel van onbehagen zal gaan leven. Reeds heeft de politie ge- waax-schuwd kinderen toch vooral niet te lang zonder toezicht te laten. Op 6 en 7 september geeft de Toneel groep „Puck" uit Amsterdam in de stads schouwburg van Utrecht de première van „De Hamlet van Stepney Gx-een" van Ber nard Kops, onder regie van Egbert van Paridon, in de vertaling van Rosey E. Pool. De voornaamste rollen worden vertolkt door Herman Bouber, Wim van den Heu vel, Bob Verstraete, Jeanette van der Hey- den en Piet Romer,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1958 | | pagina 13