r Bevordert schokpropaganda de verkeersveiligheid ^PraatótoeL Prinses Wilhelmini van haar leven heeft het verhaal te boek gesteld C Hoe is het ontstaan? Wetenschap Meningen op verkeerscongres in Kopenhagen zijn verdeeld 3 Van dag tot dag AIILEK Dit woord: MUIS IT IE Kamerlingh Onnesmedaille in Leiden uitgereikt Vrije migratie in het Beneluxgebied Nieuwe pieren van IJmuiden worden niet even lang Proefneming met modellen in laboratorium te V ollenhove Schipper van Amelandse reddingboot ziek Ook verkeersopvoeding voor kleuter bepleit Aantal verkeersdoden in 1957één per 6181 inwoners 0p d£ EENZAAM MAAR NIET ALLEEN" Minder verkeersongelukken in de hoofdstad WOENSDAG 24 SEPTEMBER 1958 Als vokman weet ik m'n weetje. Die Half zware IBIS van jullie Is een knop stukje vakwerk. En je draait er heel wat uit! Als kenner ken ik de smaak van m'n rokers. Geen lekkerder shag dan IBIS shag. Dobbelmann j lekker man! Advertentie KANTOORMACHINES M. STRIJLAND Schoterweg 5-7 - Haarlem - Tel. 15444 typografische verzorging van het werk werd opgedragen aan de heer Theo Kur- pershoek, eveneens te Amsterdam. Een van de meest opvallende typografische ken merken van het werk is, dat de regels aan de achterzijde niet „vollopen". Zij doen aldus aan schrijfmachineregels denken. Daardoor heeft „Eenzaam maar niet al leen" uiterlijk enigszins het karakter van een dagboek gekregen. Voor de tekst is een grote, goed leesbare Bemboietter ge bruikt. De regels zijn met royale tussen ruimten gezet. Een andere bijzonderheid fs, dat het boek in zijn geheel volgens offset procédé wordt gedrukt. Hare Koninklijke Hoogheid heeft haar boek geheel met de hand geschreven. En kele medewerkers hebben vervolgens het manuscript overgetypt en ter beschikking van de uitgever gesteld. Voor het verricn ten van bepaalde historische naspeuringen en het controleren van feiten en data heeft de Prinses zich terzijde doen staan door enkele mensen uit haar onmiddellijke om geving. Munitie, een afleiding van het La tijnse werkwoord munire, betekent: krijgsvoorraad, in het bijzonder: kruit en lood. In het Latijn had munitio een wijdere betekenis. Men verstond er on der: het versterken van de 'egerplaats en vandaar: de verschansing, de ves tingwerken. Ons woord munitie is aan het Frans ontleend, maar daar kende men in de 16e en 17e eeuw twee woor den, nl. munition en amunition. Het laatste is ontstaan doordat men abu sievelijk de woorden la munition op vatte als l'amunition. Zo kreeg men in het Nederlands ook naast elkaar: mu nitie en: ammunitie. Ook het Engels kent ammunition. In de laatste tijd is munitie het officiële woord geworden en terecht Het internationale congres voor ver keersveiligheid te Kopenhagen heeft inte ressante gegevens opgeleverd ten aanzien van de moeilijkheden, correctiemethoden en opvattingen in diverse landen ten aan zien van het verkeer. Wat de moeilijkhe den betreft: het is duidelijk gebleken dat overal ter wereld, waar gesproken kan worden van een normale bevolkingsinten siteit en een „bij-de-tijdse" ontwikkeling der maatschappelijke omstandigheden, het verkeer een eersterangs probleem geworden-is en zich aandient als een snel groeiend obstakel voor een veilige samen leving. Wat ook duidelijk gebleken is: elders dan in Nederland wordt het verkeerspro bleem niet alleen beschouwd maar ook be handeld als een studie-object van serieus gehalte. In Nederland echter blijft een uit puttende bestudering nog steeds een soort „hobby" van mensen, die direct of indi rect ermee te maken krijgen in hun beroep of ervoor ijveren in hun op particuliere leest geschoeide actie-organisatie. Een echte wetenschap is het verkeer hier nog steeds niet en onze verkeersdcskundigen moeten hun kennis opdoen in de praktijk en te hooi en te gras, zoals nu in Kopenha gen. Daaruit volgt ook, dat ons land niet een corps van erkende verkeersdeskundigen telt, dat nationaal kan optreden in organi serende en adviserende functies. Wij wil len hiermede niets afdingen op de be kwaamheid en deskundigheid van plaatse lijke functionarissen, bijvoorbeeld die van de verkeerspolitie, doch ook zij zullen steeds ervaren dat van enige landelijke co ördinatie via departementale deskundig heid niets of weinig terechtkomt. De gehele verkeerswetgeving is een samenstel van lacunes, de verkeersregeling een versnip perd geval en de uniformiteit op dit gebied beperkt zich tot het allernoodzakelijkste op het gebied der verkeersvoorschriften. Er komt echter heel wat meer kijken bij het moderne verkeer dan politiële voor schriften en verboden. Het is een onder werp van wetenschap geworden, 'waarbij alle aspecten van groot belang zijn en dus moeten worden kunnen bestudeerd in een volledig patroon. Het komt ons voor, dat de opleiding van verkeersdeskundigen op breder basis zal moeten worden aangevat opdat uit die op leiding allround-verkeerskenners voortko men, die uit hoofde van die specialistische kennis een specialistische overheidsfunc tie verkrijgen, waarin zij in dirigistische zin de afzonderlijke facetten van het ver- keersvraagstuk kunnen coördineren. Op die wijze zouden politiedeskundigen, we genbouwers, stadsarchitecten, technici en justitiële overheden nader tot elkander ko men op een terrein, waar zij nu veelal af zonderlijk en lokaal werken. Tenslotte is het denkbeeld van een aca demische opleiding van verkeersdeskun digen niet helemaal nieuw, doch niet dich ter bij zijn verwezenlijking gekomen. On danks de duidelijke aanwijzingen dat de maatschappij dagelijks dringender een drastische sanering op dit gebied eist. Tot ambassadeur van Canada in Neder land is benoemd de heer P. Hebert. Hij volgt de heer Thomas A. Stone op, die tot ambassadeur in Mexico is benoemd. In Leiden is het 50-jarig bestaan gevierd van de Nederlandse Vereniging voor Koel techniek die indertijd mede door prof. dr. H. Kamerlingh Onnes is opgericht. Hoog tepunt van deze jubileumviering was de bijeenkomst in het Kamerlingh Onnes-la- boratorium, waar de gouden Kamerlingh Onnesmedaille voor bijzondere verdien sten op 't gebied van de koeltechniek werd uitgereikt aan het Philips' Natuurkundig Laboratorium te Eindhoven voor de con structie van een koud-gaskoelmachine. Het is voor het eerst, dat deze onder scheiding wordt toegekend aan een groep wetenschappelijke werkers in plaats van xan een individuele onderzoeker. De voor zitter van de jubilerende vereniging, prof. ir. L. Vahl, wees in een toespraak op het lelang en het karakter van het groeps werk, dat zich in de laatste decennia sterk heeft ontwikkeld in de natuurwetenschap pen en de techniek. Hij zette vervolgens uiteen op welke gronden het werk van het laboratorium met deze hoge ondei-schei- ding is bekroond. De regeringen van de drie Benelux- landen zullen aan de migratie binnen het Beneluxgebied geen formele belemme ringen .neer in de weg leggen. Ten hoogste zou de meldingsplicht, die op de werk gever rust, als deze eenonderdaan van een partnerland in dienst neemt, als zo danig kunnen worden aangemerkt, maar in de praktijk blijkt ook dit geen be lemmerende invloed uit te oefenen. Voorkeursregelingen ten behoeve van ge- repatrieerden uit Indonesië, met name in Belgisch Kongo, zijn er niet. Er wordt evenwel op gewezen, dat de voorwaarden voor toelating in de Kongo dezelfde zijn voor Belgen en voor vreemdelingen. Deze voorwaarden zijn: het beschikken over een betrekking, het storten van een waarborgsom met het oog op eventuele repatriëring, de kennis van een Europese taal en in het bezit zijn van een bewijs van goed gedrag en goede zeden. Tevens wordt erop gewezen, dat aan het ministe rie van Belgisch Kongo en van Ruanda- Urundi een kolonisatiedienst is vérbon den, die het aanbod van. en de vraag naar werk zowel voor buitenlanders als voor Belgen volledig centraliseert. Het verdient geen aanbeveling de twee nieuwe havenhoofden van IJmuiden van gelijke lengte te maken, aangezien daar door de zandaanslibbing te sterk zou wor den. Op het ogenblik worden proeven ge nomen met een model waarbij de zuider- pier verder in zee is uitgebouwd dan de noorderpier. Dit vernam een gezelschap, bestaande uit de burgemeester van Amsterdam, de wethouder van Publieke Werken en voor aanstaande figuren uit kringen van haven en scheepvaart, dat op instigatie van de vereniging „De Amsterdamsche Haven" een bezoek bracht aan het Waterloopkun dig Laboratorium te Vollenhove in de Noordoostpolder. Met het model neemt men stroom- en verzandingsproeven, die gevolgd zullen worden door proeven met radiografisch bestuurde scheepsmodellen, om eventueel nautische pi-oblemen in de bouw van de nieuwe pieren te kunnen betrekken. Indien dit wenselijk blijkt zullen beide havenhoofden kunnen worden vergroot, zo dat ook 100.000 tons schepen IJmuiden kunnen binnenvaren. Men vei-wacht dat men in het voorjaar van 1959 zekerheid verkregen zal hebben omtrent de voor beide hoofden te kiezen vorm en richting. Medegedeeld werd ook dat men voor de bouw van nieuwe haven hoofden zeker niet behoeft te denken aan een periode van vele jaren. Dat zal in en kele jaren kunnen geschieden. Bij het ongeval op de Amelandse red dingboot „dr. H. W. van Rietschoten", waarbij de redder Klaas Bruin om het le ven kwam, heeft de schipper van deze red dingboot, Botte Neij, een shock gekregen. Hij trachtte de verongelukte Bruin alleen uit de machinekamer te dragen. De schi'ik en de inspanning zijn hem daarbij te veel geworden zodat hij het bewustzijn verloor. De toestand van de schipper liet zich gis teren ernstig aanzien, maar is nu redelijk. KOPENHAGEN Het internationale congres voor verkeersveiligheid te Kopen hagen heeft zich tijdens een slotforum be zig gehouden met de waarde van „schok propaganda" voor de verkeei-sveiligheid. Leden van het forum wax-en de Deense di recteur van de raad voor veilig verkeer Ulrik Duurloo, voorzitter, generaal-ma- joor B. K. Young, directeur van de Britse zustei-organisatie, regeringsraad dr. Ger hard Munsch, psychologisch-medisch on derzoeker te München, de Nederlandse criminoloog dr. L. J. van der Meulen, dis trictscommandant van de rijkspolitie te Leiden en de vooi-zitter van de Australi sche vereniging voor veilig verkeer Tho mas G. Paterson. Op gi'ond van een Amerikaans en een Zuidafrikaans rapport over de ei-varingen met schokpropaganda, alsook met betrek king tot eigen ervaring bleek dr. Munsch een verklaard tegenstander te zijn van een afschuwwekkend beeld of begrip. Een schok betekent vrijwel altijd een soort let sel, een verstoring. Het is, ook medisch bezien, een blinde methode, een noodmid- del, waarvan men de resultaten maar moet afwachten. Verkeerspropaganda is een vorm van opvoeding, waarbij volgens brede ervaring zeker volwassenen betrok- Op de jaarvergadering van het Verbond voor Veilig Verkeer in Amsterdam heeft de voorzitter, jhr. Th. Roëll in zijn openingswoord betoogd dat de ongevallen statistieken in verhouding tot de toeneming van het verkeer in vele landen een rela tieve afname van het aantal verkeers slachtoffers te zien geven. Voor ons land gaat dat eveneens op wanneer men het aantal doden in i'elatie brengt tot de om vang van het motorvoertuigenpark. In verhouding tot de bevolkingsaanwas blijkt er echter geenszins sprake te zijn van een relatieve afname, doch integendeel van een relatieve stijging van het aantal doden bij verkeersongevallen: in 1947 één dode per 10.078 inwoners, in 1957 een per 6.181 inwoners! Het aantal ongevallen blijft ont stellend en roept, zo zei de heer Roëll, tot dubbele waakzaamheid en tot nog grotere inspanning. Bij alle voldoening over het feit dat de verkeersopvoeding een integrerend be standdeel van het leerplan voor de lagei-e scholen en ook voor het kweekschool- onderwijs geworden is, heeft het verbond toch nog vele wensen. Met name denkt het aan een van overheidswege te leggen basis voor elementaire verkeersopvoeding van de kleutei-s - een gebied waarop bet ver bond zijn activiteit reeds ontplooit en aan verkeersopvoeding bij het -voortgezet onderwijs. Een andere wens is een duide lijke en unifoi'me aanduiding van de snel heidsbeperking op alle daarvoor in aan merking komende wegen. Van 22 tot en met 28 oktober zal ons land een veidichtingsactie houden, waarbij de aandacht zal worden gevraagd "oor de verblinding bij het nachtelijk autoverkeer. Tussen het verbond en het Nederlands pedagogisch instituut voor het bedrijfs leven in Zeist zijn besprekingen gaande om te komen tot een nauwe samenwerking op wetenschappelijk niveau ten aanzien van de ontwikkeling van een integi-ale verkeersopvoeding van het Nederlandse volk en tot een onderzoek naar de diepei-e oorzaak van de verkeei-songevallen. ken kunnen worden. Wanneer met opvoe ding niets meer te bereiken is, dan kan men schokpropaganda met al zijn gruwe len gebruiken, maar het is de vraag-, of die dan wel nut zal hebben. Alleen een club, die alle gemotoriseei'de vei'keer van de weg wil hebben, zal schokpropaganda moeten bedrijven, aldus dr. Munsch. Di-. Van der Meulen is niet tegen het principe van de schok, mits deze met ma te wordt toegepast. In het leven ontvangt de mens vaak schokken en het is zeer noodzakelijk, dat hij met de gevolgen van verkeersongelukken, zij het in beeld, ge- confronteei'd wordt. Dit drijft hem tot voorzichtigheid, mits de schok zo wordt toegebracht, dat niet teveel angst wordt ingeprent. Het is feiten verdraaien om een foto van een verongelukte auto te publi ceren, waarop niet de doden en gewonden voorkomen, die slachtoffers van het on geluk wei-den. Zo'n leegte is een verval sing van het beeld. De weggebi-uiker, die een volledig beeld van een ongeluk krijgt zal geschokt zijn en bewogen worden in het vervolg te pi-obei-en een betere wegge bruiker te zijn. Opzettelijk gi-uwelen voor schotelen is fout, maar confrontatie met de werkelijkheid is goed, aldus dr. Van der Meulen. Geen „standaardschok" Ook genei-aal Young bleek geen tegen stander van schokpropaganda, mits deze „alleen maar het verhaal vertelt". Inter nationale standaax-disatie van „schok" is niet mogelijk, omdat de toepassing moet worden afgestemd op het temperament en geestelijk klimaat in een land. Hij was voorts van mening, dat kindei-en zeer wel met „schok" geconfronteerd kunnen wor den en zelfs meer incasseringsvermogen hebben, dan volwassenen. Dit blijkt wel, zo zeide hij uit de jaarlijkse jeugdaffiche- prijsvraag in Engeland. De kinderen schil deren bij vooi-keur spoken, lijken, graven, ruïnes en bloedplassen om daai-mee vei liger verkeer te propageren. Mits met ma te en op het juiste ogenblik gebruikt kan schokpropaganda het uitgangspunt wor den voor dagbladpublikaties en het ge sprek van de dag onder het publiek. Het lijkt de heer Young wenselijk bij tijd en wijle zo de noodzaak van veilig verkeer onder algemene aandacht te brengen. Ter zitting werden enige Finse, Deense en Amerikaanse films vertoond om het be grip „schokpropaganda" te illustreren. De hoofdcommissaris van de Rotter damse politie, de heer H. M. C. A. Staal, hield een pleidooi voor zones met geringe snelheden bij scholen. Voorts vroeg hij aandacht voor de moeilijkheden die be- jaai-den in het moderne snelverkeer on dervinden. Wellicht is het mogelijk aan de ze categorie bij de pi-opaganda voor vei lig verkeer meer aandacht te besteden. Uit de discussies over ongevallenstatistie ken bleek dat vrijwel niemand bereid was deze anders dan met de grootste terughou dendheid te henaderen. Het blijkt zeer moeilijk de statistiek zodanig uit te leg gen, dat hanteerbare gegevens voor het voorkomen van ongelukken worden ver kregen. Het statistisch aangeven van de oorzaak van ongelukken is voor het beveiligen van het verkeer en het voorkomen van onge lukken van onwaarde. Wel echter zijn ge gevens over de omstandigheden, waarin een ongeluk gebeui-de, van waarde. Ir. J. F. L. van Gils, directeur van de afdeling vei-keersonderzoek van de rijkswaterstaat en dr. C. A. Kuysten van de verkeersaf- deling der A.N.W.B. zeiden beiden, dat de statistische cijfei-s vingerwijzing kunnen zijn, maar dat uit de processen-verbaal van ongelukken de beste gegevens voor bescherming en voorkoming, alsook voor verbetering van wegen en kruispunten zel ve, kunnen worden gehaald. Specialist Een leek is volgens mijn zakwoorden boek een „niet-vakman"En „wie een on derdeel bijzonder beoefent" mag zich een specialist noemen. Men hoort nogal eens beweren tegenwoordig, dat wij aan specia lisme dreigen onder te gaanSpecialisten zouden mensen zijn, die één onderdeeltje „bijzonder beoefenen", maar die van de rest geen kaas hebben gegeten. Ja, erger nog, specialisten zijn er eigenlijk nauwe lijks van op de hoogte, dat er ook nog andere dingen bestaan dan hun onder deeltje. Ik heb mij nooit aan dit afgeven op specialisten bezondigd, want ik vind. men sen die een heleboel afweten van één on derdeeltje van onze grote aardse ma chinerie al hele pieten. Zelf zou ik niet één onderdeeltje kunnen opnoemen, waar ik een heleboel van afweet. Ik geloof dat ik de meest lekerige leek ben, die ooit op dit ondermaanse adem heeft mogen halen. Het zit me danig dwars, dat wil ik u wel vertellen, want ik ben niet een van die mensen die prat gaan op hun onwetend heid. Al mijn vrienden bijvoorbeeld weten hoe automotoren in elkaar zitten en kun nen dat nog uitleggen ook. Ik zou niet eens in zinnige bewoordingen kunnen me dedelen hoe een autoped werkt. Als men er mij naar zou vragen (maar niemand haalt, hei gelukkig in zijn hoofd), dan zou ik niet verder komen dan: „Het is zo'n ding dat vooruit gaat als je op de grond trapt. Kinderen zie je er vaak meeHet heeft wielen en zo". Maar hel verheugt me u te kunnen mel- den, dat aan deze onhoudbare toestand binnen afzienbare tijd een einde zal ko men. Gisterenavond namelijk, terwijl ik een vriend, die mij de werking van atoom duikboten trachtte uit te leggen, vanuit mijn luie stoel dof zat aan te staren, baarde ik, ook voor mijzelf geheel onver- vmchts, het idee dat van mij een ex-leek zal maken. Of liever gezegd: een super- leek. Ik ga mij vestigen als specialist op het gebied van leek zijn. Gaat het leken- schap u niet goed af? Nederlandse Eerste Gespecialiseerde Niet-Vakman staat u met raad en daad bij. Ik moet een en ander natuurlijk nog uit werken, maar in ieder geval staat, de uit gave van het niet-vakblad „Lekepraat." op het programma, vol waardevolle tips hoe men zijn verworven kennis het snelst, kwijt kan raken. En wie weet komt het ook nog wel eens tot een niet-vakbond en een buiten-bedrijfsgroep. Maar dat zijn voorlopig nog toekomstdromen. Remco Cam-pert Een boek van grote historische en natio nale betekenis zal weldra verschijnen, zoals wij gisteren reeds in een kort bericht mee deelden: gedurende de laatste acht jai-en heeft Prinses Wilhelmina in de stilte van het paleis Het Loo gewerkt aan een boek, dat de sprekende titel „Eenzaam maar niet alleen" draagt. In dit boek heeft zij, die een halve eeuw als vorstin ons land heeft bestuurd, een groot aantal persoonlijke herinneringen aan deze periode neei-gelegd. Hare Koninklijke Hoogheid heeft het werk aan de Vader des Vaderlands en haar doch ter, Koningin Juliana, opgedragen. Het omvat in totaal ongeveer viei-honderdvijf- tig bladzijden en vijftig foto's, waarvan een groot deel nog nooit is gepubliceerd, als mede tien reprodukties van schilderijen en tekeningen, die door Prinses Wiihelmina zijn vervaardigd. Zij heeft de stof in negen hoofdstukken verdeeld: Inleiding, Vader en moeder, Mijn jeugdjaren, Het begin van de nieuwe eeuw, De eerste wereldoorlog, Tus sen de oorlogen, De tweede wereldoorlog, De bevrijding en daarna. Wachtte mij nog een taak? „Eenzaam maar niet alleen" verschijnt bij de Amsterdamse uitgeverij n.v. W. ten Have, die vooral bekendheid geniet om de vele werken van oecumenisch karakter, welke zij deed vei-schijnen. Deze firma heeft reeds eerder publikaties van de hand van Prinses Wilhelmina het licht doen zien. Het betrof hier kleine beschouwende ge- schi'iften en boodschappen ter gelegenheid van religieuze hoogtijdagen. Het grote werk van de Prinses, dat thans gaat verschijnen, wil meer zijn dan een reeks van persoonlijke herinneringen. Aan de hand van haar levensverhaal dat zo nauw met dat van land en volk gedurende de laatste halve eeuw is verbonden, beoogt zij een bepaalde visie op het leven en op de gemeenschap te geven. Het verhaal van historische bijzonderheden en persoonlijke herinneringen krijgt zijn eenheid door dit getuigenis: „De verbondenheid met God en de daaruit voortvloeiende visie op mens en wereld werden de kracht, die mij staande hield." Het komt zelden voor, dat een lid van een regerend vorstenhuis een boek van deze aard en opzet publiceert. Het is een openhartig werk, aldus verklaart de uit gever, de heer J. ten Have, een heel ge woon, menselijk verhaal, boeiend en ver tellend geschreven. Na de inleiding geeft „Eenzaam maar niet alleen" een beschrij ving van het milieu en de persoonlijkheid van de ouders van de Prinses, van haar jeugdherinneringen en haar liefhebberijen, zoals haar voorliefde voor de vaderlandse geschiedenis, van haar critische kijk op haar opleiding en haar zelfstandige, gees telijke ontwikkeling. Op sobere wijze geeft H.K.H. de lezer een inzicht in het leven temidden van de hofhouding, haar verlan gen naar vrijheid en haar gewoon contact met mensen. Talrijke hoogtepunten uit het leven van haar, die vijftig jaar koningin was, zijn het Nederlandse volk uiteraard zeer goed bekend, maar al uit de eerste hoofdstukken verneemt men veel over de vrijwel onbekende, nooit beschreven men selijke zijde van de talrijke officiële bezoe ken en de familiereizen, die onze vroegere vorstin heeft afgelegd. In haar eigen woorden kan men thans lezen over de inhuldiging, haar kennisma king met Prins Hendrik in Thüringen. de jeugd van haar dochter, de moeiten van de neutraliteit in de eerste wereldoorlog, haar medeleven bij enkele grote rampen. Een sterk persoonlijk karakter draagt het boek. wanneer het verhaalt over de laatste jai*en van Koningin Emma en Prins Hen drik, de verloving van Prinses Juliana en Prins Bernhard, de geboorte der vier prin- senssen. Ti-effend zijn de fragmenten, waarin de overwegingen worden beschre ven, die tot de abdicatie van Koningin Wilhelmina hebben geleid. Men komt bij dit alles, aldus de uitgever, onder de indruk van de brede belangstelling, de kracht en toewijding, waarmee zij haar taak als vorstin in al die moeilijke jai-en heeft ver richt." Het zeer uitvoerige hoofdstuk over de tweede wereldoorlog (ongeveer honderd bladzijden) vormt daarvan een sprekend getuigenis. Het contact met het. verzet en met. de Engelandvaarders, de gesprekken met staatslieden als president Roosevelt, dit alles heeft bijgedragen tot hjfar ver trouwen. dat Nederland herrijzen zou. Die herrijzenis heeft, naast -reugden om nieu we vrijheid ook teleurstellingen gebracht. Maar, zo schrijft Prinses Wilhelmina, in haar boek: „Wij verdiepen ons niet in wensdromen, als wij volharden in ons ver trouwen op dat schone, betere Nederland, dat na de bevrijding zo nabij leek. Ook gaan wij niet af op iets dat wij zo gaarne voor waar willen houden, doch op de diepe ondervinding van Gods leiding met mensen en volken. Allen, die deze mochten zien en ervaren, zullen dit beamen." Ook bij de technische totstandkoming van haar boek is Prinses Wilhelmina ten nauwste betrokken geweest. Overeenkom stig haar verlangens en aanwijzingen heeft prof. Charles Roelofsz van de Rijksaca demie van beeldende kunsten in Amster dam een omslagtekening vervaardigd. De Ook in augustus heeft zich in Amster dam de daling van het aantal verkeerson gevallen sedert de wederinvoering van de maximumsnelheid voortgezet. Volgens een telling van het Bureau van Statistiek te Amsterdam werden in augustus 1611 ver keersongevallen gerapporteerd. Dit bete kent een vermindering met 9,2 pet. ten op zichte van de overeenkomstige maand van 1957, toen dit aantal 1770 bedi-oeg. Van de 1611 gevallen moesten 205 als ern- stig worden aangemerkt. In augustus 1957 bedroeg dit aantal 239 van het totaal. Aan het eind van augustus waren er 12543 verkeersongelukken geregistreerd tegen 13778 in 1957. Het aantal slachtoffers was in augustus 1958 met 471 praktisch ge lijk aan dat over Augustus 1957 met 472. Ook het aantal gedoden en ex-nstig gewon den in deze maand verschilde slechts wei nig, namelijk 161 en 165 of 43,2 en 35 pet. van het totaal aantal slachtoffers. Sedert 1 januari wei-den 2873 slachtoffers geteld tegen 3562 in de eerste acht maanden van 1957. Dit betekent een vermindering met 19,3 percent. Behalve de „cape'' tegen de wisselval ligheden van het iveer heeft de Parijse politieman nu ook een bunkertje om hem te beschermen tegen kogels van de Algerijnse terroristen als zij op wacht staat. Na de politiebureaus wor den nu ook de regeringsgebouwen voorzien van betonnen borstweringen. Deze foto werd gemaakt bij de politie post aan de Place Saint Sidpice, waar de (vredes?) duiven zo graag verblijven. Advpripntie

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1958 | | pagina 3