r
Bevordert schokpropaganda
de verkeersveiligheid
^PraatótoeL
Prinses Wilhelmini
van haar leven
heeft het verhaal
te boek gesteld
C Hoe is het ontstaan?
Wetenschap
Meningen op verkeerscongres in
Kopenhagen zijn verdeeld
3
Van dag tot dag
AIILEK
Dit woord: MUIS IT IE
Kamerlingh Onnesmedaille
in Leiden uitgereikt
Vrije migratie in het
Beneluxgebied
Nieuwe pieren van IJmuiden
worden niet even lang
Proefneming met modellen
in laboratorium te
V ollenhove
Schipper van Amelandse
reddingboot ziek
Ook verkeersopvoeding
voor kleuter bepleit
Aantal verkeersdoden in
1957één per 6181 inwoners
0p d£
EENZAAM MAAR NIET ALLEEN"
Minder verkeersongelukken
in de hoofdstad
WOENSDAG 24 SEPTEMBER 1958
Als vokman weet ik m'n weetje. Die Half zware
IBIS van jullie Is een knop stukje vakwerk.
En je draait er heel wat uit!
Als kenner ken
ik de smaak van m'n
rokers. Geen
lekkerder shag dan
IBIS shag.
Dobbelmann j
lekker man!
Advertentie
KANTOORMACHINES
M. STRIJLAND
Schoterweg 5-7 - Haarlem - Tel. 15444
typografische verzorging van het werk
werd opgedragen aan de heer Theo Kur-
pershoek, eveneens te Amsterdam. Een van
de meest opvallende typografische ken
merken van het werk is, dat de regels aan
de achterzijde niet „vollopen". Zij doen
aldus aan schrijfmachineregels denken.
Daardoor heeft „Eenzaam maar niet al
leen" uiterlijk enigszins het karakter van
een dagboek gekregen. Voor de tekst is
een grote, goed leesbare Bemboietter ge
bruikt. De regels zijn met royale tussen
ruimten gezet. Een andere bijzonderheid fs,
dat het boek in zijn geheel volgens offset
procédé wordt gedrukt.
Hare Koninklijke Hoogheid heeft haar
boek geheel met de hand geschreven. En
kele medewerkers hebben vervolgens het
manuscript overgetypt en ter beschikking
van de uitgever gesteld. Voor het verricn
ten van bepaalde historische naspeuringen
en het controleren van feiten en data heeft
de Prinses zich terzijde doen staan door
enkele mensen uit haar onmiddellijke om
geving.
Munitie, een afleiding van het La
tijnse werkwoord munire, betekent:
krijgsvoorraad, in het bijzonder: kruit
en lood. In het Latijn had munitio een
wijdere betekenis. Men verstond er on
der: het versterken van de 'egerplaats
en vandaar: de verschansing, de ves
tingwerken. Ons woord munitie is aan
het Frans ontleend, maar daar kende
men in de 16e en 17e eeuw twee woor
den, nl. munition en amunition. Het
laatste is ontstaan doordat men abu
sievelijk de woorden la munition op
vatte als l'amunition. Zo kreeg men in
het Nederlands ook naast elkaar: mu
nitie en: ammunitie. Ook het Engels
kent ammunition. In de laatste tijd is
munitie het officiële woord geworden
en terecht
Het internationale congres voor ver
keersveiligheid te Kopenhagen heeft inte
ressante gegevens opgeleverd ten aanzien
van de moeilijkheden, correctiemethoden
en opvattingen in diverse landen ten aan
zien van het verkeer. Wat de moeilijkhe
den betreft: het is duidelijk gebleken dat
overal ter wereld, waar gesproken kan
worden van een normale bevolkingsinten
siteit en een „bij-de-tijdse" ontwikkeling
der maatschappelijke omstandigheden,
het verkeer een eersterangs probleem
geworden-is en zich aandient als een snel
groeiend obstakel voor een veilige samen
leving.
Wat ook duidelijk gebleken is: elders
dan in Nederland wordt het verkeerspro
bleem niet alleen beschouwd maar ook be
handeld als een studie-object van serieus
gehalte. In Nederland echter blijft een uit
puttende bestudering nog steeds een soort
„hobby" van mensen, die direct of indi
rect ermee te maken krijgen in hun beroep
of ervoor ijveren in hun op particuliere
leest geschoeide actie-organisatie. Een
echte wetenschap is het verkeer hier nog
steeds niet en onze verkeersdcskundigen
moeten hun kennis opdoen in de praktijk
en te hooi en te gras, zoals nu in Kopenha
gen.
Daaruit volgt ook, dat ons land niet een
corps van erkende verkeersdeskundigen
telt, dat nationaal kan optreden in organi
serende en adviserende functies. Wij wil
len hiermede niets afdingen op de be
kwaamheid en deskundigheid van plaatse
lijke functionarissen, bijvoorbeeld die van
de verkeerspolitie, doch ook zij zullen
steeds ervaren dat van enige landelijke co
ördinatie via departementale deskundig
heid niets of weinig terechtkomt. De gehele
verkeerswetgeving is een samenstel van
lacunes, de verkeersregeling een versnip
perd geval en de uniformiteit op dit gebied
beperkt zich tot het allernoodzakelijkste
op het gebied der verkeersvoorschriften.
Er komt echter heel wat meer kijken bij
het moderne verkeer dan politiële voor
schriften en verboden. Het is een onder
werp van wetenschap geworden, 'waarbij
alle aspecten van groot belang zijn en dus
moeten worden kunnen bestudeerd in een
volledig patroon.
Het komt ons voor, dat de opleiding van
verkeersdeskundigen op breder basis zal
moeten worden aangevat opdat uit die op
leiding allround-verkeerskenners voortko
men, die uit hoofde van die specialistische
kennis een specialistische overheidsfunc
tie verkrijgen, waarin zij in dirigistische
zin de afzonderlijke facetten van het ver-
keersvraagstuk kunnen coördineren. Op
die wijze zouden politiedeskundigen, we
genbouwers, stadsarchitecten, technici en
justitiële overheden nader tot elkander ko
men op een terrein, waar zij nu veelal af
zonderlijk en lokaal werken.
Tenslotte is het denkbeeld van een aca
demische opleiding van verkeersdeskun
digen niet helemaal nieuw, doch niet dich
ter bij zijn verwezenlijking gekomen. On
danks de duidelijke aanwijzingen dat de
maatschappij dagelijks dringender een
drastische sanering op dit gebied eist.
Tot ambassadeur van Canada in Neder
land is benoemd de heer P. Hebert.
Hij volgt de heer Thomas A. Stone op,
die tot ambassadeur in Mexico is
benoemd.
In Leiden is het 50-jarig bestaan gevierd
van de Nederlandse Vereniging voor Koel
techniek die indertijd mede door prof. dr.
H. Kamerlingh Onnes is opgericht. Hoog
tepunt van deze jubileumviering was de
bijeenkomst in het Kamerlingh Onnes-la-
boratorium, waar de gouden Kamerlingh
Onnesmedaille voor bijzondere verdien
sten op 't gebied van de koeltechniek werd
uitgereikt aan het Philips' Natuurkundig
Laboratorium te Eindhoven voor de con
structie van een koud-gaskoelmachine.
Het is voor het eerst, dat deze onder
scheiding wordt toegekend aan een groep
wetenschappelijke werkers in plaats van
xan een individuele onderzoeker. De voor
zitter van de jubilerende vereniging, prof.
ir. L. Vahl, wees in een toespraak op het
lelang en het karakter van het groeps
werk, dat zich in de laatste decennia sterk
heeft ontwikkeld in de natuurwetenschap
pen en de techniek. Hij zette vervolgens
uiteen op welke gronden het werk van het
laboratorium met deze hoge ondei-schei-
ding is bekroond.
De regeringen van de drie Benelux-
landen zullen aan de migratie binnen het
Beneluxgebied geen formele belemme
ringen .neer in de weg leggen. Ten hoogste
zou de meldingsplicht, die op de werk
gever rust, als deze eenonderdaan van
een partnerland in dienst neemt, als zo
danig kunnen worden aangemerkt, maar
in de praktijk blijkt ook dit geen be
lemmerende invloed uit te oefenen.
Voorkeursregelingen ten behoeve van ge-
repatrieerden uit Indonesië, met name in
Belgisch Kongo, zijn er niet. Er wordt
evenwel op gewezen, dat de voorwaarden
voor toelating in de Kongo dezelfde zijn
voor Belgen en voor vreemdelingen.
Deze voorwaarden zijn: het beschikken
over een betrekking, het storten van een
waarborgsom met het oog op eventuele
repatriëring, de kennis van een Europese
taal en in het bezit zijn van een bewijs
van goed gedrag en goede zeden. Tevens
wordt erop gewezen, dat aan het ministe
rie van Belgisch Kongo en van Ruanda-
Urundi een kolonisatiedienst is vérbon
den, die het aanbod van. en de vraag
naar werk zowel voor buitenlanders als
voor Belgen volledig centraliseert.
Het verdient geen aanbeveling de twee
nieuwe havenhoofden van IJmuiden van
gelijke lengte te maken, aangezien daar
door de zandaanslibbing te sterk zou wor
den. Op het ogenblik worden proeven ge
nomen met een model waarbij de zuider-
pier verder in zee is uitgebouwd dan de
noorderpier.
Dit vernam een gezelschap, bestaande
uit de burgemeester van Amsterdam, de
wethouder van Publieke Werken en voor
aanstaande figuren uit kringen van haven
en scheepvaart, dat op instigatie van de
vereniging „De Amsterdamsche Haven"
een bezoek bracht aan het Waterloopkun
dig Laboratorium te Vollenhove in de
Noordoostpolder.
Met het model neemt men stroom- en
verzandingsproeven, die gevolgd zullen
worden door proeven met radiografisch
bestuurde scheepsmodellen, om eventueel
nautische pi-oblemen in de bouw van de
nieuwe pieren te kunnen betrekken.
Indien dit wenselijk blijkt zullen beide
havenhoofden kunnen worden vergroot, zo
dat ook 100.000 tons schepen IJmuiden
kunnen binnenvaren.
Men vei-wacht dat men in het voorjaar
van 1959 zekerheid verkregen zal hebben
omtrent de voor beide hoofden te kiezen
vorm en richting. Medegedeeld werd ook
dat men voor de bouw van nieuwe haven
hoofden zeker niet behoeft te denken aan
een periode van vele jaren. Dat zal in en
kele jaren kunnen geschieden.
Bij het ongeval op de Amelandse red
dingboot „dr. H. W. van Rietschoten",
waarbij de redder Klaas Bruin om het le
ven kwam, heeft de schipper van deze red
dingboot, Botte Neij, een shock gekregen.
Hij trachtte de verongelukte Bruin alleen
uit de machinekamer te dragen. De schi'ik
en de inspanning zijn hem daarbij te veel
geworden zodat hij het bewustzijn verloor.
De toestand van de schipper liet zich gis
teren ernstig aanzien, maar is nu redelijk.
KOPENHAGEN Het internationale
congres voor verkeersveiligheid te Kopen
hagen heeft zich tijdens een slotforum be
zig gehouden met de waarde van „schok
propaganda" voor de verkeei-sveiligheid.
Leden van het forum wax-en de Deense di
recteur van de raad voor veilig verkeer
Ulrik Duurloo, voorzitter, generaal-ma-
joor B. K. Young, directeur van de Britse
zustei-organisatie, regeringsraad dr. Ger
hard Munsch, psychologisch-medisch on
derzoeker te München, de Nederlandse
criminoloog dr. L. J. van der Meulen, dis
trictscommandant van de rijkspolitie te
Leiden en de vooi-zitter van de Australi
sche vereniging voor veilig verkeer Tho
mas G. Paterson.
Op gi'ond van een Amerikaans en een
Zuidafrikaans rapport over de ei-varingen
met schokpropaganda, alsook met betrek
king tot eigen ervaring bleek dr. Munsch
een verklaard tegenstander te zijn van
een afschuwwekkend beeld of begrip. Een
schok betekent vrijwel altijd een soort let
sel, een verstoring. Het is, ook medisch
bezien, een blinde methode, een noodmid-
del, waarvan men de resultaten maar
moet afwachten. Verkeerspropaganda is
een vorm van opvoeding, waarbij volgens
brede ervaring zeker volwassenen betrok-
Op de jaarvergadering van het Verbond
voor Veilig Verkeer in Amsterdam heeft
de voorzitter, jhr. Th. Roëll in zijn
openingswoord betoogd dat de ongevallen
statistieken in verhouding tot de toeneming
van het verkeer in vele landen een rela
tieve afname van het aantal verkeers
slachtoffers te zien geven. Voor ons land
gaat dat eveneens op wanneer men het
aantal doden in i'elatie brengt tot de om
vang van het motorvoertuigenpark. In
verhouding tot de bevolkingsaanwas blijkt
er echter geenszins sprake te zijn van een
relatieve afname, doch integendeel van
een relatieve stijging van het aantal doden
bij verkeersongevallen: in 1947 één dode
per 10.078 inwoners, in 1957 een per 6.181
inwoners! Het aantal ongevallen blijft ont
stellend en roept, zo zei de heer Roëll, tot
dubbele waakzaamheid en tot nog grotere
inspanning.
Bij alle voldoening over het feit dat de
verkeersopvoeding een integrerend be
standdeel van het leerplan voor de lagei-e
scholen en ook voor het kweekschool-
onderwijs geworden is, heeft het verbond
toch nog vele wensen. Met name denkt het
aan een van overheidswege te leggen basis
voor elementaire verkeersopvoeding van
de kleutei-s - een gebied waarop bet ver
bond zijn activiteit reeds ontplooit en
aan verkeersopvoeding bij het -voortgezet
onderwijs. Een andere wens is een duide
lijke en unifoi'me aanduiding van de snel
heidsbeperking op alle daarvoor in aan
merking komende wegen.
Van 22 tot en met 28 oktober zal ons land
een veidichtingsactie houden, waarbij de
aandacht zal worden gevraagd "oor de
verblinding bij het nachtelijk autoverkeer.
Tussen het verbond en het Nederlands
pedagogisch instituut voor het bedrijfs
leven in Zeist zijn besprekingen gaande
om te komen tot een nauwe samenwerking
op wetenschappelijk niveau ten aanzien
van de ontwikkeling van een integi-ale
verkeersopvoeding van het Nederlandse
volk en tot een onderzoek naar de diepei-e
oorzaak van de verkeei-songevallen.
ken kunnen worden. Wanneer met opvoe
ding niets meer te bereiken is, dan kan
men schokpropaganda met al zijn gruwe
len gebruiken, maar het is de vraag-, of
die dan wel nut zal hebben. Alleen een
club, die alle gemotoriseei'de vei'keer van
de weg wil hebben, zal schokpropaganda
moeten bedrijven, aldus dr. Munsch.
Di-. Van der Meulen is niet tegen het
principe van de schok, mits deze met ma
te wordt toegepast. In het leven ontvangt
de mens vaak schokken en het is zeer
noodzakelijk, dat hij met de gevolgen van
verkeersongelukken, zij het in beeld, ge-
confronteei'd wordt. Dit drijft hem tot
voorzichtigheid, mits de schok zo wordt
toegebracht, dat niet teveel angst wordt
ingeprent. Het is feiten verdraaien om een
foto van een verongelukte auto te publi
ceren, waarop niet de doden en gewonden
voorkomen, die slachtoffers van het on
geluk wei-den. Zo'n leegte is een verval
sing van het beeld. De weggebi-uiker, die
een volledig beeld van een ongeluk krijgt
zal geschokt zijn en bewogen worden in
het vervolg te pi-obei-en een betere wegge
bruiker te zijn. Opzettelijk gi-uwelen voor
schotelen is fout, maar confrontatie met
de werkelijkheid is goed, aldus dr. Van
der Meulen.
Geen „standaardschok"
Ook genei-aal Young bleek geen tegen
stander van schokpropaganda, mits deze
„alleen maar het verhaal vertelt". Inter
nationale standaax-disatie van „schok" is
niet mogelijk, omdat de toepassing moet
worden afgestemd op het temperament en
geestelijk klimaat in een land. Hij was
voorts van mening, dat kindei-en zeer wel
met „schok" geconfronteerd kunnen wor
den en zelfs meer incasseringsvermogen
hebben, dan volwassenen. Dit blijkt wel,
zo zeide hij uit de jaarlijkse jeugdaffiche-
prijsvraag in Engeland. De kinderen schil
deren bij vooi-keur spoken, lijken, graven,
ruïnes en bloedplassen om daai-mee vei
liger verkeer te propageren. Mits met ma
te en op het juiste ogenblik gebruikt kan
schokpropaganda het uitgangspunt wor
den voor dagbladpublikaties en het ge
sprek van de dag onder het publiek. Het
lijkt de heer Young wenselijk bij tijd en
wijle zo de noodzaak van veilig verkeer
onder algemene aandacht te brengen.
Ter zitting werden enige Finse, Deense
en Amerikaanse films vertoond om het be
grip „schokpropaganda" te illustreren.
De hoofdcommissaris van de Rotter
damse politie, de heer H. M. C. A. Staal,
hield een pleidooi voor zones met geringe
snelheden bij scholen. Voorts vroeg hij
aandacht voor de moeilijkheden die be-
jaai-den in het moderne snelverkeer on
dervinden. Wellicht is het mogelijk aan de
ze categorie bij de pi-opaganda voor vei
lig verkeer meer aandacht te besteden.
Uit de discussies over ongevallenstatistie
ken bleek dat vrijwel niemand bereid was
deze anders dan met de grootste terughou
dendheid te henaderen. Het blijkt zeer
moeilijk de statistiek zodanig uit te leg
gen, dat hanteerbare gegevens voor het
voorkomen van ongelukken worden ver
kregen.
Het statistisch aangeven van de oorzaak
van ongelukken is voor het beveiligen van
het verkeer en het voorkomen van onge
lukken van onwaarde. Wel echter zijn ge
gevens over de omstandigheden, waarin
een ongeluk gebeui-de, van waarde. Ir. J.
F. L. van Gils, directeur van de afdeling
vei-keersonderzoek van de rijkswaterstaat
en dr. C. A. Kuysten van de verkeersaf-
deling der A.N.W.B. zeiden beiden, dat de
statistische cijfei-s vingerwijzing kunnen
zijn, maar dat uit de processen-verbaal
van ongelukken de beste gegevens voor
bescherming en voorkoming, alsook voor
verbetering van wegen en kruispunten zel
ve, kunnen worden gehaald.
Specialist
Een leek is volgens mijn zakwoorden
boek een „niet-vakman"En „wie een on
derdeel bijzonder beoefent" mag zich een
specialist noemen. Men hoort nogal eens
beweren tegenwoordig, dat wij aan specia
lisme dreigen onder te gaanSpecialisten
zouden mensen zijn, die één onderdeeltje
„bijzonder beoefenen", maar die van de
rest geen kaas hebben gegeten. Ja, erger
nog, specialisten zijn er eigenlijk nauwe
lijks van op de hoogte, dat er ook nog
andere dingen bestaan dan hun onder
deeltje.
Ik heb mij nooit aan dit afgeven op
specialisten bezondigd, want ik vind. men
sen die een heleboel afweten van één on
derdeeltje van onze grote aardse ma
chinerie al hele pieten. Zelf zou ik niet
één onderdeeltje kunnen opnoemen, waar
ik een heleboel van afweet. Ik geloof dat
ik de meest lekerige leek ben, die ooit op
dit ondermaanse adem heeft mogen halen.
Het zit me danig dwars, dat wil ik u wel
vertellen, want ik ben niet een van die
mensen die prat gaan op hun onwetend
heid. Al mijn vrienden bijvoorbeeld weten
hoe automotoren in elkaar zitten en kun
nen dat nog uitleggen ook. Ik zou niet
eens in zinnige bewoordingen kunnen me
dedelen hoe een autoped werkt. Als men
er mij naar zou vragen (maar niemand
haalt, hei gelukkig in zijn hoofd), dan zou
ik niet verder komen dan: „Het is zo'n
ding dat vooruit gaat als je op de grond
trapt. Kinderen zie je er vaak meeHet
heeft wielen en zo".
Maar hel verheugt me u te kunnen mel-
den, dat aan deze onhoudbare toestand
binnen afzienbare tijd een einde zal ko
men. Gisterenavond namelijk, terwijl ik
een vriend, die mij de werking van atoom
duikboten trachtte uit te leggen, vanuit
mijn luie stoel dof zat aan te staren,
baarde ik, ook voor mijzelf geheel onver-
vmchts, het idee dat van mij een ex-leek
zal maken. Of liever gezegd: een super-
leek. Ik ga mij vestigen als specialist op
het gebied van leek zijn. Gaat het leken-
schap u niet goed af? Nederlandse Eerste
Gespecialiseerde Niet-Vakman staat u met
raad en daad bij.
Ik moet een en ander natuurlijk nog uit
werken, maar in ieder geval staat, de uit
gave van het niet-vakblad „Lekepraat."
op het programma, vol waardevolle tips
hoe men zijn verworven kennis het snelst,
kwijt kan raken. En wie weet komt het
ook nog wel eens tot een niet-vakbond en
een buiten-bedrijfsgroep. Maar dat zijn
voorlopig nog toekomstdromen.
Remco Cam-pert
Een boek van grote historische en natio
nale betekenis zal weldra verschijnen, zoals
wij gisteren reeds in een kort bericht mee
deelden: gedurende de laatste acht jai-en
heeft Prinses Wilhelmina in de stilte van
het paleis Het Loo gewerkt aan een boek,
dat de sprekende titel „Eenzaam maar niet
alleen" draagt. In dit boek heeft zij, die
een halve eeuw als vorstin ons land heeft
bestuurd, een groot aantal persoonlijke
herinneringen aan deze periode neei-gelegd.
Hare Koninklijke Hoogheid heeft het werk
aan de Vader des Vaderlands en haar doch
ter, Koningin Juliana, opgedragen. Het
omvat in totaal ongeveer viei-honderdvijf-
tig bladzijden en vijftig foto's, waarvan een
groot deel nog nooit is gepubliceerd, als
mede tien reprodukties van schilderijen en
tekeningen, die door Prinses Wiihelmina
zijn vervaardigd. Zij heeft de stof in negen
hoofdstukken verdeeld: Inleiding, Vader en
moeder, Mijn jeugdjaren, Het begin van de
nieuwe eeuw, De eerste wereldoorlog, Tus
sen de oorlogen, De tweede wereldoorlog,
De bevrijding en daarna. Wachtte mij nog
een taak?
„Eenzaam maar niet alleen" verschijnt
bij de Amsterdamse uitgeverij n.v. W. ten
Have, die vooral bekendheid geniet om de
vele werken van oecumenisch karakter,
welke zij deed vei-schijnen. Deze firma
heeft reeds eerder publikaties van de hand
van Prinses Wilhelmina het licht doen zien.
Het betrof hier kleine beschouwende ge-
schi'iften en boodschappen ter gelegenheid
van religieuze hoogtijdagen.
Het grote werk van de Prinses, dat thans
gaat verschijnen, wil meer zijn dan een
reeks van persoonlijke herinneringen. Aan
de hand van haar levensverhaal dat zo
nauw met dat van land en volk gedurende
de laatste halve eeuw is verbonden, beoogt
zij een bepaalde visie op het leven en op de
gemeenschap te geven. Het verhaal van
historische bijzonderheden en persoonlijke
herinneringen krijgt zijn eenheid door dit
getuigenis: „De verbondenheid met God en
de daaruit voortvloeiende visie op mens en
wereld werden de kracht, die mij staande
hield."
Het komt zelden voor, dat een lid van
een regerend vorstenhuis een boek van
deze aard en opzet publiceert. Het is een
openhartig werk, aldus verklaart de uit
gever, de heer J. ten Have, een heel ge
woon, menselijk verhaal, boeiend en ver
tellend geschreven. Na de inleiding geeft
„Eenzaam maar niet alleen" een beschrij
ving van het milieu en de persoonlijkheid
van de ouders van de Prinses, van haar
jeugdherinneringen en haar liefhebberijen,
zoals haar voorliefde voor de vaderlandse
geschiedenis, van haar critische kijk op
haar opleiding en haar zelfstandige, gees
telijke ontwikkeling. Op sobere wijze geeft
H.K.H. de lezer een inzicht in het leven
temidden van de hofhouding, haar verlan
gen naar vrijheid en haar gewoon contact
met mensen. Talrijke hoogtepunten uit het
leven van haar, die vijftig jaar koningin
was, zijn het Nederlandse volk uiteraard
zeer goed bekend, maar al uit de eerste
hoofdstukken verneemt men veel over de
vrijwel onbekende, nooit beschreven men
selijke zijde van de talrijke officiële bezoe
ken en de familiereizen, die onze vroegere
vorstin heeft afgelegd.
In haar eigen woorden kan men thans
lezen over de inhuldiging, haar kennisma
king met Prins Hendrik in Thüringen. de
jeugd van haar dochter, de moeiten van
de neutraliteit in de eerste wereldoorlog,
haar medeleven bij enkele grote rampen.
Een sterk persoonlijk karakter draagt het
boek. wanneer het verhaalt over de laatste
jai*en van Koningin Emma en Prins Hen
drik, de verloving van Prinses Juliana en
Prins Bernhard, de geboorte der vier prin-
senssen. Ti-effend zijn de fragmenten,
waarin de overwegingen worden beschre
ven, die tot de abdicatie van Koningin
Wilhelmina hebben geleid. Men komt bij
dit alles, aldus de uitgever, onder de indruk
van de brede belangstelling, de kracht en
toewijding, waarmee zij haar taak als
vorstin in al die moeilijke jai-en heeft ver
richt."
Het zeer uitvoerige hoofdstuk over de
tweede wereldoorlog (ongeveer honderd
bladzijden) vormt daarvan een sprekend
getuigenis. Het contact met het. verzet en
met. de Engelandvaarders, de gesprekken
met staatslieden als president Roosevelt,
dit alles heeft bijgedragen tot hjfar ver
trouwen. dat Nederland herrijzen zou. Die
herrijzenis heeft, naast -reugden om nieu
we vrijheid ook teleurstellingen gebracht.
Maar, zo schrijft Prinses Wilhelmina, in
haar boek: „Wij verdiepen ons niet in
wensdromen, als wij volharden in ons ver
trouwen op dat schone, betere Nederland,
dat na de bevrijding zo nabij leek. Ook
gaan wij niet af op iets dat wij zo gaarne
voor waar willen houden, doch op de diepe
ondervinding van Gods leiding met mensen
en volken. Allen, die deze mochten zien en
ervaren, zullen dit beamen."
Ook bij de technische totstandkoming
van haar boek is Prinses Wilhelmina ten
nauwste betrokken geweest. Overeenkom
stig haar verlangens en aanwijzingen heeft
prof. Charles Roelofsz van de Rijksaca
demie van beeldende kunsten in Amster
dam een omslagtekening vervaardigd. De
Ook in augustus heeft zich in Amster
dam de daling van het aantal verkeerson
gevallen sedert de wederinvoering van de
maximumsnelheid voortgezet. Volgens een
telling van het Bureau van Statistiek te
Amsterdam werden in augustus 1611 ver
keersongevallen gerapporteerd. Dit bete
kent een vermindering met 9,2 pet. ten op
zichte van de overeenkomstige maand
van 1957, toen dit aantal 1770 bedi-oeg.
Van de 1611 gevallen moesten 205 als ern-
stig worden aangemerkt. In augustus 1957
bedroeg dit aantal 239 van het totaal.
Aan het eind van augustus waren er
12543 verkeersongelukken geregistreerd
tegen 13778 in 1957. Het aantal slachtoffers
was in augustus 1958 met 471 praktisch ge
lijk aan dat over Augustus 1957 met 472.
Ook het aantal gedoden en ex-nstig gewon
den in deze maand verschilde slechts wei
nig, namelijk 161 en 165 of 43,2 en 35 pet.
van het totaal aantal slachtoffers. Sedert
1 januari wei-den 2873 slachtoffers geteld
tegen 3562 in de eerste acht maanden van
1957. Dit betekent een vermindering met
19,3 percent.
Behalve de „cape'' tegen de wisselval
ligheden van het iveer heeft de Parijse
politieman nu ook een bunkertje om
hem te beschermen tegen kogels van
de Algerijnse terroristen als zij op
wacht staat. Na de politiebureaus wor
den nu ook de regeringsgebouwen
voorzien van betonnen borstweringen.
Deze foto werd gemaakt bij de politie
post aan de Place Saint Sidpice, waar
de (vredes?) duiven zo graag verblijven.
Advpripntie