Nederland zal alles doen om het
Vrijhandelsgesprek te herstellen
Zweedse instituten lichten
bevolking in over straling
OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
HET WEER
Meisje gedood, soldaat zwaar gewond
Verbetering in binnenlandse
economische situatie
Mogelijk zijn er per jaar op de wereld
al enige duizenden slachtoffers
Tijsseling:
Bijna volwassen
MINISTER ZIJLSTRA IN TWEEDE KAMER:
Herstel consolideren
TECHNISCH SPEELGOED
SIGNAAL
S.E.R.-advies over subsidies
niet vóór 1 december?
De Gaulle naar Adenauer
Droog
FATAAL SCHOT VAN WACHTPOST
Het woord is aan
73e JAARGANG No 113
WOENSDAG 19 NOVEMBER 1958
303e JAARGANG in
O - vy O
Grote Houtstraat 93, Haarlem. Tel. 15293
(0 lijnen) Directie, Redactie, Administratie.
Drukkerij Gr. Heiligland 10. Tel. 15295. Bij
kantoor Haarlem-N. Soendaplein, Tel. 57755
Hoofdredacteur: Simon Koster
Adj. Hoofdredacteur: Jos L. Lodewijks
Haarlems Dagblad
Uitgave Grafische Bedrijven Damiate N.V.
Verschijnt dagelijks beh. op zon- en feestdagen.
Abonnement p. week 59 ct., p. kwartaal 7.65,
fr. p.p. 8.15. Losse nrs. 12 ct Postgiro 273107.
Advertentietarieven op aanvraag verkrijgbaar.
Directie: P. W. Peereboom en A. D. Huijsman
(Van onze Kamerver slag gever)
OVER DE VRIJHANDELSZONE heeft minister Zijlstra in de Tweede Kamer
meegedeeld dat Nederland alles zal doen om de vastgelopen onderhandelingen weer
op gang te krijgen. Frankrijk is vanouds een protectionistisch land, aldus minister
Zijlstra, en het is te hopen dat binnen de E.E.G. deze mentaliteit niet ook naar ons
land overwaait. Het is niet de vraag of Frankrijk de klap van de Vrijhandelszone
kan dragen. Om te beginnen is er geen sprake van een klap maar van een overgangs
periode, die ten hoogste achttien jaar zou kunnen duren. De Franse economie heeft
vervolgens voor zijn herstel geen gesloten, maar open grenzen nodig. De gesloten
grenzen zijn voor het overgrote deel verantwoordelijk voor zekere verstarringsver
schijnselen in de Franse economie. Ons doel is een Vrijhandelszone, waarvan het kern
punt is dat het buitentarief van de E.E.G., dat voor ons land bepaalde bezwaren heeft,
tegenover de elf andere Europese landen verdwijnt. Ons eerste doel blijft een zo
vrij mogelijke handel over een zo ruim mogelijk gebied. Een gevolg van het vast
lopen van de onderhandelingen zal wel zijn dat wij opnieuw aandacht zullen moeten
geven aan enigerlei voorlopige overeenkomst. Wij willen natuurlijk geen Vrijhandels
zone tegen elke prijs, besloot minister Zijlstra, maar men beseffe wel dat het bij de
Vrijhandelszone er niet in de eerste plaats om gaat wat wij ervoor moeten „betalen"
maar om een diep besef van hetgeen wij in de E.E.G., die als een eigen kern van
economische solidariteit een wezenlijk deel moet uitmaken van de Vrijhandelszone,
zullen krijgen.
Over de binnenlandse economische situ
atie zei de minister dat de produktie en de
export in het derde kwartaal hoger waren
dan in 1957. Deze opgaande lijn vraagt
zelfbeheersing om te voorkomen dat op
nieuw kiemen van overbesteding worden
gelegd. Het is waarschijnlijk dat in 1959
de opgang tot verdere ontplooiing zal
komen. Daarbij is het van net grootste
belang van die situatie gebruik te maken
om het herstel zo volledig mogelijk tot
stand te brengen en aldus tot uitgangs
punt te maken voor de vervulling van
vele wensen. Het herstel zal op zichzelf nog
niet veel mogelijkheden bieden, bijvoor
beeld voor de uitzetting van de con
sumptiebestedingen per hoofd van de be
volking, aldus minister Zijlstra.
In de huidige situatie, aldus de minister,
waarin zich op basis van het herwonnen
evenwicht een nieuwe opgaande lijn in
onze economische ontwikkeling begint af
te tekenen, moeten wy nu vóór alles voor
komen dat onze economie wederom op de
weg naar overbesteding wordt gevoerd.
Consolidatie van het herstel is voor het
komende jaar een gebiedende cis.
Uitvoerig zette de minister uiteen dat de
stijging van de prijzen, met twaalf per
cent sedert 1951, huren, verzekering en be
lasting niet meegerekend, slechts voor één
percent betrekking heeft op artikelen met
ingevoerde grondstoffen, waarop het prijs-
stabilisatiebeleid betrekking heeft. De
prijsontwikkeling van brood en vlees zal
nader worden onderzocht.
Ter bevordering van de concurrentie is
minister Zijlstra van plan advies te vragen
over maatregelen om in het kader van net
kartelbeleid te verbieden dat vestigings
eisen worden gesteld die uitgaan boven die
in de vestigingswet.
Kolenvoorraden overschat
Omtrent de grote kolenvoorraden in
Europa zei de minister dat hy het niet uit
gesloten acht dat de omvang daarvan
thans evenzeer wordt overschat als aan
vankelijk het Europese kolentekort is on
derschat.
Als met de toeneming van de econo
mische bedrijvigheid de scheepsvracht-
prijzen stijgen, zullen de Europese kolen
weer kunnen concurreren tegen de goed
kope Amerikaanse kolen. Als de prijzen
van de Europese kolen worden verlaagd,
zal die concurrentiemogelijkheid eerder in
treden. Als de conjunctuur verbetert en de
Amerikaanse invoer vermindert, zal men
zien, zei minister Zijlstra, dat het kolen-
overvloedprobleem niet zo erg is als men
thans denkt. De Limburgse mijnen hebben
slechts een voorraad van 31 dagen pro
duktie, terwijl de Europese Kolen- en
Staalgemeenschap pas steun verleent bij
een voorraad van 35 dagen produktie.
Middenstand
Het wetsontwerp tot uitbreiding van het
aantal verkoopplaatsen voor bevroren kip
heeft de ministerraad reeds gepasseerd,
zodat binnen afzienbare tijd de indiening
bij de Tweede Kamer kan worden ver
wacht.
Dit deelde staatssecretaris Veldkamp
mede. Voorts zei hij dat per 1 januari 1959
twaalf nieuwe vestigingsbesluiten tot stand
zullen komen buiten het terrein van de
levensmiddelenhandel, die betrekking heb
ben op 110.000 ondernemingen.
In het algemeen is het de bedoeling van
staatssecretaris Veldkamp in het vesti
gingsbeleid ruimte te scheppen voor een
gezonde ontwikkeling van de parallelisatie
(uitbreiding van het aantal artikelen in
één winkel), aansluitende bij de maat
schappelijke ontwikkeling, doch niet op
een wijze, die vernietigend is voor een
grote groep ondernemingen, die onmiddel
lijk door de verwezenlijking van de paral
lelisatie wordt getroffen. Hij is geen
voorstander van kunstmatige hokjes en
hekjes, maar evenmin van een concurren-
tiejungle.
Een nieuwe regeling van de rechtspositie
bij onteigening van huurpanden is in stu
die- In voorkomende gevallen heeft de
staatssecretaris zich tot de gemeentebe
sturen gewend met het verzoek een scha
deloosstelling te verlenen boven de twee
jaar huur, die de oude regeling voor
schrijft Aan dat verzoek wordt algemeen
voldaan.
Advertentie
Importt Fo. E. van Vliet Ezn. - Amsterdam
Advertentie
met vakkundige voorlichting
barteljorisstraat 6 - tel. 12145
De duurtetoeslag op de kinderbijslag, die
begin van dit jaar werd ingevoerd, moet
ook in het komende jaar worden gehand
haafd, aldus luidt het advies van de be
trokken commissie van de S.E.R. aan de
regering.
Over de kwestie van de consumenten
subsidie op melk heeft de S.E.R. nog geen
advies uitgebracht. Het ziet er naar uit,
dat dit niet vóór 1 december zal geschie
den. zoals de regering had verzocht. De
S.E.R. wenst dit probleem, evenals dat
van de huursubsidies, zeer diepgaand tc
bestuderen, alvorens hierover advies uit
te brengen.
Met een donderende slag tvaarbij de
ruiten van tweeduizend huizen in de
ruime omtrek het begaven, verschei
dene mensen werden gewond en bos
branden opflakkerden door gloeiende
rotsdelen uit de krater, trad vorige
week de Asamavulkaan in de Japanse
prefectuur Nagano in werking. De vul
kaan braakt wolken rook en golven
lava uit.
PARIJS (UPI) Generaal De Gaulle
zal op 25 november een bezoek aan bonds
kanselier Adenauer brengen, aldus ver
luidt in Parijs. Beide staatslieden zullen
ook spreken over de impasse waarin de
onderhandelingen over een Europese Vrij-
handszone zijn geraakt.
Verwachting tot morgenavond:
Droog weer met enkele ver
spreide opklaringen en hier en
daar mist. Overwegend zwakke
wind tussen oost en zuid-oost.
Dezelfde of iets lagere tempe
raturen.
Volledige weerrapporten op pagina twee.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
ZESTIEN PAGINA'S
De oefening „Carillon" heeft het leven
gekost aan een 8-jarig meisje. Dinsdag
middag zijn in Emmen door een schot uit
een legerpistool de militair J. van
Veggel uit Vught en het 8-jarig meisje Ida
Haverdings uit Emmen getroffen. Het
meisje werd gedood, de soldaat is in ern
stige toestand in het ziekenhuis te Emmen
opgenomen.
Omstreeks kwart voor zes had een aan
tal militairen, die deelnamen aan de alarm
oefening „Carillon", bivak opgeslagen bij de
Emmerdennen. Enkele kinderen uit de om
geving stonden naar de soldaten te kijken.
Twee militairen stonden bij het bivak op
wacht. Eén van hen was de 21-jarige J.
van Veggel, de andere de 20-jarige L. C. G.
V. uit 's-Hertogenbosch. De militairen in
het verder in het bos gelegen bivak hoor
den een schot. Toen zij gingen kijken wat
er gebeurd was kwamen zij een van de
twee militairen van de wachtpost, L. V.,
tegen. Hij was totaal overstuur. Uit zijn
pistool bleek een kogel te zijn afgevuurd.
Bij de wachtpost werd de soldaat Van Veg
gel ernstig gewond op de grond aangetrof
fen. Een eind verder lag het dodelijk ge
troffen meisje.
Het ongeluk is, naar men moet aanne
men, gebeurd met de kogel die uit het
pistool van de ene wachtpost afgeschoten
is, maar hoe het zich heeft toegedragen is
nog een raadsel. Er wordt rekening ge
houden met de mogelijkheid van een rico-
chetschot, dat eerst de militair en daarna
het meisje heeft getroffen. De soldaat uit
wiens pistool het schot is gelost heeft een
zenuwschok en kon tot dusverre niet wor
den gehoord. Hij is opgenomen in het mili
taire hospitaal in Assen. De toestand van
de gewonde militair, die in de Diacones-
seninrichting in Emmen wordt verpleegd,
is zeer ernstig.
Het bivak is inmiddels opgebroken en de
aan de oefening „Carillon" deelnemende
troep is verder getrokken. Alleen de man
schappen, die na het ongeluk de toestand
hebben opgenomen zijn in Emmen geble
ven om bij het door de Koninklijke Mare
chaussee ingestelde onderzoek gehoord te
worden.
Driehonderd journalisten togen giste
ren naar Oost-Berlijn, in de verwach
ting dat er een verklaring over de sta
tus van Berlijn zou worden afgelegd
op een persconferentie, de eerste in
4 jaar. Een woordvoerder van de Rus
sische ambassade kwam verklaren dat
er een eind moet komen aan de anti-
Russische propaganda en de koude
oorlog, die het Westen voert. Om deze
woorden kracht bij te zetten traden er
twee Russische emigranten op, die van
hun ervaringen met de „Amerikaanse
geheime dienst" vertelden. Links de
vroegere circusartiest W. K. Iljinski en
rechts de voormalige luitenant I. W.
Ovtschininnikov, die volgens de Rus
sische woordvoerder in West-Duits-
land waren opgeleid voor ondermij
nende activiteit. Berlijn wordt gebruikt
als een basis voor agitatie tegen de
communistische landen, verklaarde hij.
(Van onze correspondent in Stockholm)
Het is denkbaar, dat reeds nu gemiddeld per jaar een duizendtal mensen slachtoffer
wordt van de proeven met de A- en de H-bom. Dit werd in een zeer uitvoerig verslag
medegedeeld door het Zweedse militair-wetenschappelijke instituut en het eveneens
in Stockholm gevestigde Radiofysisch Instituut. Beide instituten zijn al enkele jaren
met hun observaties bezig en achten nu het ogenblik gekomen om het publiek in te
lichten over hun werk in de afgelopen acht jaar. Vastgesteld wordt, dat door de
ontploffing van één A- of H-bom een grote hoeveelheid radio-actieve stof de atmosfeer
wordt ingeslingerd. Hoe sterker de bom en hoe hoger de temperatuur, des te groter
ook de stijging van de radio-activiteit. Grotere bommen en de waterstofbom slingeren
de radio-actieve stof zelfs tot in de stratosfeer. Tenminste, de grootste hoeveelheid
daarvan. De gevaarlijke stof komt dan in de loop'van enkele weken rond de aarde te
liggen over een strook, die boven de breedtegraad ligt, waar de explosie heeft plaats
gehad. Later vindt van daaruit dan de verdere verspreiding plaats. Pas in de loop
van de volgende jaren komt deze radio-actieve stof terug naar de aarde.
Direct na de explosie is er een zeer on
gelijke verdeling van de lager liggende
radioactieve stof. Wind en regen spelen
daarbij een grote rol. Wat de schadelijke
invloed van de uit de stratosfeer komende
radioactiviteit betreft, wordt het volgende
vastgesteld: de gammastralen zijn scha
delijk voor de geslachtsklieren en kunnen
zelfs schadelijke invloed hebben op de vol
gende generatie. Bovendien zijn er radio
actieve isotopen (vooral strontium), die
schadelijk zijn voor het gestel, voor de
beenderen en het merg.
Al is de verhoging van de radio-actieve
straling, die door de proeven met de bom
men is veroorzaakt, nog gering in verge
lijking met de dosis, die wordt verkregen
door andere kunstmatige en natuurlijke
straalbronnen, toch mag niet worden ver
geten, dat deze toename de hele wereld
overgaat en dat dus al een heel klein per
centage van slachtoffers bij elkaar geteld
enkele duizenden mensen kunnen worden.
En het is, zoals reeds gezegd, mogelijk
dat nu jaarlijks al enkele duizenden men
sen aan de gevolgen van de atoombom-
proeven hebben te lijden.
Voor de gezondheidszorg acht men het
in Zweden nu noodzakelijk, metingen te
doen aangaande het radioactieve stof. Men
beschikt hiervoor onder meer over dertien
luchtzuiginstallaties, die regelmatig in be
drijf zijn en waarbij de door een filter op
gezogen lucht op radioactiviteit wordt ge
controleerd. Op tien verschillende plaat
sen wordt ook de regen opgevangen en na
der onderzocht. Ook de hoeveelheid ce
sium 137 en sr. 90 kan thans worden ge
meten.
(Zie verder pag. 13)
Advertentie
Wy s{jn biy
dat wij M onze
meubelen hebben van
Tijsseling in Nijkerk!
Levering rechtstreeks van de fabriek
Catalogus D gratis op aanvraag
MEUBELFABRIEKEN - NIJKERK
Advertentie
BARTEUORISSTR. HAARLEM TEL. 13439
FERD. BOLSTR. 48 A' DAM TEL. 7171.62
FALCON WOLLEN TWEEDJASSEN
(Vervolg van zesde kolom)
commissie er op aan. dat bij het gebruik
van Amerikaanse overschotten aan land-
bouwprodukten ten gunste van onderont
wikkelde gebieden de belangen van andere
export-landen op landbouwgebied zouden
worden ontzien, opdat de afzetmarkten
van deze laatsten er niet door zouden
worden ontwricht.
Onder de andere niet-militaire aanbe
velingen, waarover de parlementariërs het
op de eerste twee zittingsdagen eens zijn
geworden (nadat ze natuurliik uitvoerig in
commissie waren behandeld) trekt vooral
de aandacht een recommandatie voor ge
meenschappelijk oceanografisch onderzoek
door de NAVO-landen. Een nadering van
een tijdperk van zeevaart met atoom
schepen maakt het zeer gewenst dat onze
kennis van de diepzeebodem, waarvan tol
dusver nog slechts een vijftigste deel in
kaart is gebracht, aanzienlijk wordt uit
gebreid. ei, dit is een project dat de landen
van de Atlantische Gemeenschap, waar
van de meeste een eeuwenoude maritieme
traditie hebben, bijzonder goed moet
liggen.
De volgende dagen van deze week zal
het NAVO-parlement zich voornamelijk
met politieke en militaire zaken bezig
houden. Op die gebieden zal het stellig
niet met zulke concrete aanbevelingen
voor de dag kunnen komen als op econo
misch. technisch en wetenschappelijk ge
bied. En helaas is het zo, dat een lichaam
van internationale aard pas dan als geheel
volwassen wordt beschouwd als het juist
in politiek en militair opzicht spijkers met
koppen kan slaan. Het ware dan ook te
wensen dat het NAVO-parlement ook in
dat opzicht zou kunnen bewijzen vol
wassen, of al was het maar „bijna vol
wassen" te zijn,
Sim-on Koster
Try on Edwards
Overdenking is voor de kennis wat ver
tering is voor de spijs de enige
manier om de waarde eruit te halen.
PARIJS, woensdag
„Het parlement van de NAVO is vol
wassen geworden, al is het pas drie jaar
oud". Deze opmerking, die gisteren in de
wandelgangen van het Parijse Palais de
Chaillot werd gemaakt, was meer dan een
vriendelijk grapje; het was een juiste
weergave van de indruk die velen hier de
laatste paar dagen hebben gekregen.
Natuurlijk is het formeel onjuist, van
„Het parlement van de NAVO" te spreken.
Want in het Noordatlantische verdrag is
negens sprake van een parlement en de
bijeenkomst van deze week wordt in alle
officiële documenten voorzichtig aangeduid
als de „Vierde jaarlijkse conferentie van
parlementariërs uit de N. .VO-landen".
Daarmee wordt de rechtskundige consta
tering, dat er geen enkele formele band hel
staat tussen de NAVO en deze bijeenkomst,
dus erkend en geëerbiedigd. Maar dat ver
hindert niet dat deze „conferentie" in vele,
hoewel niet in alle, opzichten het karakter
van een parlementszitting heeft en dat de,
sedert 1955 bestaande, continuïteit ervan
eveneens kracht bijzet aan de argumenten
van hen, die er het begin van een echt
NAVO-parlement in zien. Al zal men, op
grond van het verdrag, dan ook niet kun
nen ontkennen dat dit parlement voorals
nog een ondergeschoven kind van de
Noordatlantische Gemeenschap blijft.
Dat dit kind, ondanks zijn jeugdige leef
tijd van slechts drie jaar, nu opeens door
velen als „volwassen" wordt beschouwd,
(„bijna volwassen" zou juister zijn) is
voornamelijk het gevolg daarvan, dat de
officiële instanties van de NAVO sinds
enige tijd in toenemende mate aandacht be
steden aan, en rekening houden met, de
aanbevelingen van de parlementaire confe
rentie. Want deze conferentie en dat
onderscheidt haar het meest van een
werkelijk parlement kan geen wet
gevende besluiten nemen, evenmin als zij
ministers (in casu leden van de Noord
atlantische Raad) ter verantwoording kan
roepen. Zij kan zich alleen een raadgevende
functie veroorloven. Maar daarom is het
des te verheugender dat de aanbevelingen,
die zij aldus ongevraagd doet, te bestem
der plaatse niet terzijde worden geschoven
maar tegenwoordig door de betrokken
NAVO-instellingen ernstig bestudeerd en
in verscheidene gevallen ook uitgevoerd
worden.
Zo heeft het NAVO-parlement (als wij
het dan toch maar zo mogen blijven noe
men) deze week kunnen constateren, dat
zijn aanbevelingen van vorig jaar in zake
de beste méthoden om wetenschappelijke
studie van voor de gemeenschap belang
rijke onderwerpen te stimuleren en te
financieren door de Noordatlantische Raad
zijn overgenomen en reeds gedeeltelijk zijn
verwezenlijkt. En de aanbevelingen van
verleden jaar betreffende d? organisatie
van natuurwetenschappelijk onderzoek op
terreinen, die zich bijzonder lenen voor
internationale samenwerking, worden
thans door de wetenschappelijke commissie
van de NAVO gebruikt als uitgangspunten
voor het maken van belangrijke nieuwe
projecten op dat gebied.
Deze voorbeelden, die nog met vele
andere zouden kunnen worden aangevuld,
hebben betrekking op onderwerpen van
weliswaar aanzienlijke, maar toch slechts
indirecte betekenis voor de militaire allian
tie, die de NAVO in de eerste plaats is.
Het ligt nu eenmaal voor de hand dat
parlementariërs, die in het algemeen geen
militaire deskundigen zijn, juist veel be
langstelling hebben voor andere dan de
strikt militaire aspecten van het Noord
atlantische verdrag. Daardoor komt het,
dat het NAVO-parlement zich bijzonder
aangetrokken voelt tot die niet-militaire
aspecten, hetgeen er weer toe geleid heeft
dat het beroemde en veel te lang ge
negeerde artikel twee van dat verdrag
nu eindelijk een kans krijgt, verwezenlijkt
te worden. Dat artikel twee verwijst
namelijk in het bijzonder naar de wense
lijkheid van „versterking va de vrije in
stellingen" der bondgenoten, samenwer
king op economisch gebied en het uit de
weg ruimen van tegenstellingen in hun
buitenlandse economische politiek als mid
delen om hun welvaart te vergroten.
Hot economische debat heeft de belang
rijkheid hiervan wel zeer duidelijk aan
getoond. De opening ervan, door de secre
taris-generaal van de Organisatie voor
Europese Economische Samenwerking,
Sergent, bracht het probleem van de Euro
pese vrijhandelszone al dadelijk in het
middelpunt van de discussie. Later greep
de Britse Labour-gedelegeerde Chetwynd
de door het debat geboden gele enheid aan
om in wel zeer sombere kleuren de toe
stand te schilderen, waarin Europa door
een definitieve mislukking van de onder
handelingen over de Vrijhandelszone zou
worden gebracht. Ook van Duitse en Noor
se kant werd het belang van hervatting
van die onderhandelingen betoogd. Maar
de meeste afgevaardigden voelden blijk
baar, dat zij zich od al te glad iis zouden
begeven als zij die imm -rs niet als re
geringsvertegenwoordigers maar als in
dividuele parlementsleden hier zijn on
der elkaar hun discussie gingen voort
zetten die op regeringsniveau juist is vast
gelopen. Een meer uitzicht biedend aspect
van het debat was het rapport van de
Economische Commissie, waarin onder
meer gepleit werd voor aanvaarding door
de Atlantische bondgenoten va? het prin
cipe, dat „steun aan internationale econo
mische ontwikkeling en uitbreiding van
de wereldhandel van even grote betekenis
zijn als binnenlandse welvaart en natio
nale verdediging". Bij monde van de
Amerikaanse senator Javits betoogde de
commissie, dat de leden van de NAVO een
overeenkomst dienen te sluiten door een
systeem van collectieve garanties (tegen
onteigening, tegen niet-omwisselbaarheid
van deviezen, tegen oorlogsrisico en der
gelijke) voor particuliere investeringen in
onderontwikkelde gebieden. Ook drong de
(Zie verder vijfde kolom)'