TRAITAL 3 LEZEN, HERLEZEN EN VOORLEZEN Geleerden voor gewetenszaak in het atoomtijdperk ELNA naaimachine SLOT DEFECT? Telefoon voor Sinterklaas ZATERDAG 2 2 NOVEMBER 1958 HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT 11 Boeiende lezing van André George voor Alliance WASSERIJ DUYN Wereldreizigers voor de televisie u/Wla!na „Zeeman, pas op!" Première van „Ensemble" Boet© ent goiadee nieuwe boeken voor (de kinderen Lekker, maar niet heel Voor kinderhanden Haarlemse rechtbank Wegens vernieling in Paleis van Justitie f 50 boete Laat roospuntjes verdwijnen met anti-roos Vraag TRAITAL 3 Examens Kerkelijk Nieuws t.2.3.4.5 Spoken op padvindersfeest in Heemstede Achter de geweldige fysische ontdek kingen van de afgelopen decennia, die ge heel nieuw tijdperk inluiden in de mense lijke geschiedenis, gaat nóg een grote verandering schuil, die niet onmiddellijk opvalt, maar die vrijdagavond op een bij eenkomst van de Alliance Franqaise in de aula van het Kennemer Lyceum zeer boei end werd weergegeven door de Franse schrijver en natuurkundige André George. Deze werd namens de Alliance begroet door de voorzitter, dr. J. E. baron de Vos van Steenwijk. De verandering, waar hij de aandacht voor vroeg betrof de positie der geleerden en met name die van de na tuurkundigen. Het is voor het eerst in de geschiedenis, dat zij gezamelijk of als en kelingen voor gewetensvragen worden ge steld. Het was vroeger denkbaar, dat bij voorbeeld de geneeskunde, die onmiddel lijk op het welzijn van de mens betrekking had, hier en daar gewetensvragen opriep. Maar geenszins het werk van een natuur kundige, en nóg minder dat natuurkundig onderzoek, dat wel het vreedzaamste van alles scheen, het onderzoek naar de atoomkern. Die historische verandering wordt wel het best gemarkeerd door de brief die Einstein in augustus 1939 naar president Roosevelt schreef op aandrang van de be kende Italiaanse geleerde Fermi, om de ze te waarschuwen voor de desastreuze verschijnselen, die zich zouden kunnen voordoen, wanneer Hitier zich de jongste vindingen betreffende het atoom, in ver scheidene laboratoria in Europa gedaan, zou toeëigenen. Einstein was typisch een geleerde, wie het handelen der politici niet in het minst interesseerde, maar hier deed zich een gewetenszaak bij hem voor. Von Weiszacker, zoon van een van Hitiers ministers, een briljant natuurkundige, had toen hij de krachten in het atoom ging bevroeden inmiddels uit eigener be weging dit terrein van onderzoek de rug toegekeerd en zich op de filosofie toege legd- fn Amerika leidde de ontwikkeling tot het Marathonproject, dat de proefexplosie in New Mexico en de twee atoomaanval- len op Japan tengevolge had. Einsteins houding tegenover deze gang van zaken is bekend, André George citeerde zijn uit spraak: „als ik geweten had waar deze vindingen toe hebben geleid, was ik lood gieter geworden". Onafgebroken heeft hij geappelleerd aan de gewetens van de poli tici en zijn medegeleerden, maar daarin had hij nu eenmaal minder gezag, dan in het wetenschappelijk domein. Vervolgens vestigde de heer George de aandacht op een andere geleerde van for maat, maar van de huidige generatie en diens houding ten opzichte van het pro bleem: Robert Oppenheimer. Deze werd op dertigjarige leeftijd aan het hoofd ge zet van dat geweldige wetenschappelijke en industriële apparaat, waarmee de V.S. haar aanvankelijke nucleaire voorsprong hebben bevochten. Het lijkt er volgens de heer George op, dat de geleerden in dit stadium van het werk niet hebben beseft, dat het tienduizenden doden zou gaan kos ten: zij hebben kennelijk aan explosies ter intimidatie van de tegenstanders ge dacht. Oppenheimer heeft zijn gewetens crisis al duidelijk doen blijken bij de proefexplosie, hij werkte echter door als persoonlijk adviseur van de regering en hoofd van de Commissie voor Kernener gie. In 1950 hebben hij en alle andere le den daarvan unaniem de ontwikkeling van een waterstofbom afgeraden, in de moti vering van welk advies duidelijk de ge dachte tot uiting kwam, dat de weten schapsmensen wel wat beters te doen had den. De spreker herinnerde voorts aan de beruchte „affaire-Oppenheimer" op het hoogtepunt van de heksenjachtin de V.S., toen hij wegens vriendschap met „com munisten" werd gedesavoueerd. De spre- Advertentie AMSTERDAMSEVAART 20 TEL. 11053 „Terug otti weg te gaan Het huis van de familie Tadema aan de Rembrandtlaan 5 in Heemstede is de a.f- gelopen drie dagen in een kleine televisie studio herschapen geweest. Sterke studio lampen zetten de kamers in een fel bran dend licht. Midden in de kamer stond een machtige camera. Over de vloer lagen allerlei draden, die naar de tijdelijk als geluidskamer ingerichte badkamers liepen.- In het licht van de brandende lampen stonden de heer en mevrouw Tadema te vertellen over hun verre reizen. Heet had den zij het niet, want op hun vele Afri kaanse reizen zijn zij wel warmte gewend. „Terug om weg te gaan" zal het televisie programma van de NCRV heten, dat op 8 december om negen uur wordt uitge zonden en gewijd is aan de zwerftochten van de illustrator A. A. Tadema en de schrijfster P. Tadema-Sporry, door hun medewerking aan ons blad ook voor onze lezers goede bekenden. He thuis van het echtpaar Tadema vormt een ideale achtergrond voor de tele visie-opnamen. Want dit honk is vol van de exotische voorwerpen die de heer en mevrouw Tadema op hun tochten hebben verzameld: maskers, tam-tams, beeldjes, kleedjes enz. Zelfs heeft men een „huis oerwoud", een verzameling tropische plan ten, waarop cameraman Wim Bosboom gistermiddag lange tijd de camera richtte, terwijl mevrouw Tadema stond te ver tellen. Toen zij de titel van haar vijfde boek had aangekondigd, kreeg zij latei- van haar sterk meelevende zoon een cor rectie: „Mam, die titel is: wij aten met menseneters". Het was maar repetitie, want enkele malen werd geoefend, voordat het „Caméra looptgeluid loopt" klonk. Het echtpaar Tadema-Sporry heeft net nog gelegenheid de door de heer L. Valke nier geregisseerde televisie-uitzending op 8 december te zien. Want over enkele we ken vertrekt het weer. Nu eens niet naar West-Afrika waar de heer en mevrouw Tadema al vele malen zijn geweest maar nog het Verre Oosten. Hier zal het echt paar gegevens verzamelen voor een boek, dat in opdracht van de K.L.M. wordt samengesteld. ker had Oppenheimer vóór en na deze af faire ontmoet. Hij zeide bij de tweede ont moeting van deze eminente geleerde een geheel andere indruk te hebben gekregen als de eerste keer. „Hij had een floers voor zijn altijd heldere ogen gekregen, hij was veel gereserveerder en liet zich bijvoor beeld de uitspraak ontvallen „de apoca lypse is iedere dag mogelijk.." Uitvindingen staatszaak De spreker rondde zijn boeiende be schouwing van de positie der geleerden in het atoomtijdperk af door de opmerking, dat alle uitvindingen op dit terrein thans in alle landen staatszaken zijn geworden of zelfs zaken van groepen staten geza melijk. Een geleerde als Rutherford die in 1937 zijn ontdekkingen inzake de atoom energie deed, maar deze liet liggen omdat hij de praktische toepassing ervan ondenk baar achtte, maakte nog zijn eigen instru mentarium, maar het stadium van de on derzoekingen, dat hij ondenkbaar achtte, vergde^ de aanleg van hele atoomsteden, die alléén door de overheid konden 'worden gefinancierd. „De middelen die de geleerden ter be schikking staan, zijn toegenomen", aldus de spreker, „maar zijn vrijheid van han delen is in evenredige mate gedaald". En dat in een stadium van de ontwikkeling, dat door de voorzitter van het astrono misch congres in Moskou, dat deze zomer werd gehouden, als volgt werd getypeerd: „wij spelen quitte of dubbel met de men selijke soort". De heer George toonde zich echter opti mistisch over het verantwoordelijkheids besef der geleerden. Zoals een kind, dat volwassen wordt nog moeite heeft met het dragen van verantwoordelijkheid, zo is het ook met de natuurkundigen, die voordien nooit iets met gewetensvragen te maken hebben gehad. In zijn dankwoord aan spreker zei baron De Vos van Steenwijk met alle waardering voor diens verhelderend be toog toch diens stelling, dat-zich vóór deze atoomeeuw nooit gewetenskwesties voor natuurtheoretici hadden voorgedaan niet te kunnen volgen. Hij herinnerde daarbij aan geleerden als Copernicus en Galileï die door hun ontdekkingen toch ook voor gewetenskwesties werden gesteld ten op zichte van de kerk van die dagen. Advertentie ALLEENVERKOOP Tempeliersstr. 68 A mateurtoneel Het kluchtig blijspel „Zeeman, pas op!" van Philip King en Falkland Cary is al eens eerder in Haarlem opgevoerd. Onder regie van Hein Kraneveld verscheen de vereniging „Herman Heijermans" er vrij dagavond mee in de stadsschouwburg. Het was mij niet rriogelij'k de voorstelling in haar geheel te volgen, andere ambtsbezig heden riepen mij naar elders. Dat zulks toch geen belemmering is om uit de opge dane indrukken een oordeel te construeren, dat steunt op waarheid, lijkt mij niettemin mogelijk. Want zelfs al kan men vaststellen dat het stuk een publiek succes was, dan nog kan men dat verklaren uit de komische werking van vele situaties zonder dat zulks nu direct een verdienste van de acteurs inhoudt. Over het algemeen toonden zij begrip en zin voor het komische. Waar het evenwel ernstig aan schortte was gevoel voor tempo. Ik moet dat, ondanks het feit, dat men de oorzaak daarvan ook in on zekerheid ten gevolge van plankenkoorts kan zoeken, toch zwart op wit vaststellen, omdat dit manco aan tempo in aanzien lijke mate de verrichtingen heeft gedrukt. Ook een tweede factor beïnvloedde de spelprestaties niet in een onverdeeld gun stige zin. Ik bedoel de rolverdeling. Hoe geroutineerd Cor Peper-Heynis de figuur van Shirley ook speelde, zij mist er de uiterlijke verschijningsvorm voor en ik be grijp dan ook niet, dat Rie Heeres-Schif- fer, die nu Daphne speelde, deze rol niet is toegewezen. Het leek mij veel logischer. Er viel in de opzet van de rollen veel te waarderen: de matrozen bleken Jan Leu ven en Ton Heinsbergen goed toever trouwd: ze waren vrijmoedig en, waar het zo uitkwam, vrijmoedig, ze buitten hun tekst gezellig uit. Qua type was Rie Prinse- Zaagsma uitermate geslaagd als de bedil lerige en tyrannieke Emma Hornett, maar waren het de zenuwen van het debuut die haar parten speelden. Er vie! nogal eens wit. De tekstvastheid schiep benau wende situaties. Daarin bewoog ook Nel Schiffer-Hogendoorn zich ongemakkelijk, hoe natuurlijk ook haar zegging. Henk van Donkelaar wist wel weg met zijn pantoffel held en Rie Heerens-Schiffer kon haar Daphne ook aan. Ik heb de dominee niet aan het werk kunnen zien tot mijn spijt. De indruk, die ik van de voorstelling over houd is dus niet afgerond, maar uit de ge signaleerde feiten moge blijken, dat- er onvolkomenheden waren, die in de toe komst zijn te vermijden. Wanneer de regis seur van zijn kant helemaal op het team is ingespeeld, zit dat er ook wel in P. W. Franse Advertentie „DE SLEUTELSPECIALIST" LANGE VEERSTRAAT 10 - TEL. 11493 In het Nieuwe de la Martheater te Am sterdam heeft het zuidelijk toneelgezel schap „Ensemble" vrijdag een eerste op voering gegeven van het blijspel, dat Benn Levy heeft geschreven over een der twaalf werken van de grote klassieke held He racles „De roof van de gordel". Deze per siflage op een bekend mythologisch gege ven werd opgevoerd in een vertaling van Alfred Pleiter en onder regie van Jan Retel, in door Johan Greter ontworpen de cors en kostuums. In de hoofdrollen speel den Rie Gilhuys, Andrea Domburg, Lo van Hensbergen (als Heracles) en Henk van Ulsen, als gast. De voorstelling wordt da gelijks herhaald tot 28 november. I-Iet ivordt weer kouder. De meeste kin deren zullen nu, wanneer ze uit school ko men, niet meer tollen, touwtje springen of hoepelen op straat. Nee, ze gaan nu veel liever vlug naar huis om een spelletje te doen of om te lezen, als ze tenminste een goed boek hebben, want nog altijd zijn de werkelijk goede kinderboeken niet dik ge zaaid. Maar voor wie de juiste keus weet te maken is er voldoende. Uitgeverij Holland in Amsterdam kwam met voor treffelijke uitgaven voor de dag. Wat de spelletjes betreft int „Tombola" een Kris-Kras-boek kunnen de lezertjes le ren, hoe ze toneel moeten spelen, planten moeten verzorgen en hoe ze voor moeder dag een taart moeten bakken. Voorts kun nen ze erin lezen, hoe ze zich voor het echte toneel moeten schminken, maskers maken en kostuums naaien. Er is dus heel wat te leren. Als alle mama's het dan ook nog goedvinden, dat de kinderen met meel, oude lippenstiften en lijm knoeien, kun nen er heel wat heerlijke uren met „Tom bola" worden doorgebracht. Dan wat de boeken met verhalen of vers jes betreft. Allereerst „Pim en Pom" van Mies Bouhuys. Misschien zijn er kinderen, die deze twee kattenbroertjes al kennen. Een Amsterdams dagblad publiceert de spannende avonturen van de dikke, dom me Pom en de magere, intelligente Pim namelijk iedere week. De kinderen zullen het heerlijk vinden om een „eigen" Pim en Pom te hebben, niet alleen om te lezen hoe deze katjes de eerste sneeuw, de gro te ballenboom en het Nieuwe Jaar ontdek ken, maar ook om naar de tekeningen van Fiep Westendorp te kijken, die de op zich zelf al beeldende tekst bijzonder levendig illustreert. De twee katjes kan men boven dien werkelijk hóren op een pas uitgeko men grammofoonplaat. „Pim en Pom" is een van de „bonte boekjes." Een ander pas verschenen bont boekje van de uitgeverij Holland is „Sinterklaas en de struikrovers" van Harriët Laurey. Voorin staat: voor kinderen van vier tot acht jaar. Deze leeftijdsgrens zou veel ho ger kunnen liggen, want Harriët Laurey schrijft zo'n boeiend verhaal, dat het ze ker ook grotere kinderen zal interesseren hoe het met de struikrovers Chico, Bra- no, Esteban Cordobar en Diego afloopt. Bovendien moeten ook zij, die niet meer aan Sinterklaas geloven, dit door Babs van Wely geïllustreerde boek bepaald eens le zen. Je kunt nooit weten. Harriët Laurey stelde ook „Een heel bont boek" samen, dat eveneens door Babs van Wely grappig geïllustreerd werd en waaraan tien belangrijke auteurs mee werkten. „Een heel bont boek" zal haast bij ieder kind in de smaak vallen, omdat er zowel grappige, spannende als sprook jesachtige verhalen in staan. Het is be stemd voor kinderen van zes tot twaalf jaar. De dichter Hans Andreus, die tevens een voortreffelijk kinderschrijver is, stond aan het laatstgenoemde boek twee verhalen af en kwam zelf met „De Kika- ko" voor den dag. Zijn verhaal gaat over een vreemd zeebeest, dat Jan Willem, een h.b.s.-er, op een winderige dag aan het strand vindt. Van dat moment af worden Kikako en Jan Willem de grootste vrien den. Weliswaar is Kikako een „gekke" vriend, want zelfs journalisten en fotogra fen komen naar hem kijken. Hans Andreus is erin geslaagd de avonturen die Jan Wil lem en Kikako beleven zó boeiend te ver tellen, dat het is alsof we ze zelf beleven. Op het omslag staat dan ook voor kinde ren van tien tot veertien jaar en., ouder. „De Kikako" is een boek uit de „Kwik- staart"-reeks, evenals „De heimelijke De kleine Manuela van vijf jaar was in het centrum van Neurenberg ver dwaald en belandde bij een vriendelijke politieagent en zo op het bureau. Ma- miela wist niet meer hoe zij heette. Ze wist niet meer waar ze woonde. Goede raad leek duur. Opeens zag Manuela een telefoon staan. Ze gaf te kennen dat ze Sinter klaas wilde opbellen. Een slimme po litieman reageerde snel: hij begaf zich naar een aangrenzende kam.er en werd daar, als Sinterklaas, met de jongedame verbonden. Geduldig liet hij zich een lange lijst van wensen dicteren. Toen Manuela niets meer te bedenken wist, vroeg Sinterklaas, door welke schoorsteen hij dat alles moest laten zakken. Manuela noemde onmiddellijk het adres. tocht" van Harry Kuilman, dat in Zweden bekroond werd met de Nills Holgersson- prijs en door Suzan Selleger-Abels werd vertaald. „De heimelijke tocht" gaat over David, een stille jongen, die voortdurend leeft in het rijk der fantasie. Hij droomt altijd van rovers, helden en indianen. Om ze te ontmoeten zwerft hij door de armste wijken van Stockholm, maar het zijn geen echte verzonnen indianen en ro vers die hij ontmoet, wel veel echtere. Het keurige jongetje David raakt verstrikt in een strijdende kinderbende en hij, die hoopt en dénkt altijd de held te zijn, moet in werkelijkheid hard vechten om zich te kunnen handhaven. Als hij eindelijk hele maal het vertrouwen van deze „schooier tjes" wint, beleeft hij de spannendste avonturen en worden Sladden, Stickan en Rosemarie de beste vriendjes van hem. „De Heimelijke tocht" is een prachtig boek, vooral ook omdat men zo'n duide lijk beeld krijgt van het oude Stockholm. Tenslotte nog een boekje van de uitge verij Holland dat „De twee dasjes" heet en door Eva Huysmans is gemaakt. De knipsels zijn erg leuk, het verhaaltje is dat veel minder. Het is geschikt voor jon ge kinderen. Eveneens voor jonge kinderen, maar dan vooral voor Nederlandse kinderen in het buitenland of voor emigrantjes is het boekje „De koe die in het water viel" van Phyllis Krasilovsky, waarin op een grap pige manier iets over Nederland verteld wordt. Grappig, omdat het de koe Hendri- ka is, die de kinderen langs bekende plek jes in Nederland voert. Op haar vlucht van het weiland rent ze namelijk over de Kaas markt en over de smalle grachtjes. Soms staat ze stil bij een oud winkeltje of snuf felt ze aan een fiets. Hendrika is dus eigen lijk een gids, die specifieke dingen van Holland laat zien. Hoewel het voor Neder landse kinderen natuurlijk niet zo'n nut tig boekje is, want die meeste dingen zijn overbekend, is het toch erg leuk om te le zen. Ook door de prachtig gekleurde il lustraties van Peter Spyer is het een fijne aanvulling op de boekenplank. Bij uitgeverij Ploegsma in Amsterdam verscheen „De vuurtoren op de krabbe- klip" van James Krüss in de vertaling van Toos Blom, welk boek wij mogen aan bevelen. Het verhaal is origineel. Het speelt zich af in een vuurtoren op een klip in zee. De torenwachter, die daar eigen lijk maar eenzaam woont, voelt zich ech ter geen moment alleen, want hij ontmoet de vreemdste mensen en dieren, zo bijvoor beeld de klopgeest Hans in 't Net, die een groen gezicht en een rode neus heeft en Markus de waterman. Niet alleen beleven ze allemaal avonturen, de torenwachter Johan weet bovendien de spannendste ver halen te vertellen „De vuurtoren van de krabbeklip" dat voor kinderen van om streeks tien jaar bestemd is, werd door J. Benecke-Eerle geïllustreerd. Tot slot dan en misschien voor de jon gere kinderen lest best: „De gouden boek- Op de bovenste regel staat een lekker nij, maar de letters zijn niet klaar. De stukjes, die eraan ontbreken, staan er onder, niet in dezelfde volgorde, maar door elkaar. Kun jii nu uitzoeken welke lek kernij het is? Om deze Sinterklaas te maken heb je nodig: een closetpapierrol, kralen, watten, een kurk, een pijpeschoonmaker, spelden, papier en verf. Eerst moet op het karton een gezichtskleur worden geschilderd, daaronder de mantel en een wit onder kleed. Maak dan een muts van papier-, die op het hoofd bevestigd moet worden. Ogen en neus zijn van kralen, met een speld bevestigd. De baard, van watten, wordt vastgelijmd. Van halve kurken worden de eveneens met een speld vastgestoken voe ten gemaakt. Steek een pijpereiniger door een grote kraal en buig er een staf van. BevesLg de armen van kralen ook met spelden aan het karton en de Sint is klaar. jes". Daarvan zijn er onlangs weer vier bij „De Bezige Bij" in Amsterdam ver schenen: „Boudewijn de Beer" van Geor ge Duplaix, „Hans Worst" van Leonard Weisgard, „Bij de Indianen" van Charles Spain Verral en „Wij zijn nog klein" van Gart Williams, door Annie M. G. Schmidt en Han G. Hoekstra bewerkt. Dat naar deze boekjes steeds meer gevraagd wordt is geen wonder, want haast een ieder kind dat de prachtige gekleurde tekeningen ziet en de eenvoudige, originele tekst leest, zal zo'n boekje willen hebben. En waarom niet? Het is toch immers gauw 5 decem ber. Eva Hoomik Drie voortreffelijke verhalen voor oudere jongens werden in één band door uitgeverij Gottmer te Haarlem verzameld: Robin Hood, De avonturen van Tom Sawyer en Stuurman Flink. De verhalen werden naar de klassieke bronnen bewerkt. De uitgave is niet al te degelijk verzorgd, men mag verwachten dat de band niet bestand zal zijn tegen de leeswoede, die de drie prach tige verhalen ongetwijfeld zullen veroor zaken. Maar dat bezwaar wordt lichter als men zich realiseert dat hier drie-boeken- in-één voor een bescheiden bedrag te krij gen zijn. Goede verhalen, die de aandacht van oudere kinderen niet alleen zo maar opvragen maar vooral ook waard zijn. Het boek telt vierhonderdtachtig pagina's. De wonderbaarlijke avonturen van Bartje Kokliko van Johan Fabricius ver scheen bij Leopold in Den Haag in een nieuwe keurige uitgave. Voor wie Kokliko nog niet kent: het is een kaboutertje dat in de wereld van wrede en goede mensen door schade en schande wijs wordt. Vrij heidsberoving en kwellingen van Bartje zullen vele lezertjes met deernis vervullen. Maar daar staat weer veel blijheid tegen over. Soms formuleert Fabricius te intelli gent en onkinderlijk. Een mooi boek voor kinderen van ongeveer tien jaar. Het telt ruim tweehonderdvijftig pagina's. Benjamin het berenjong door Charles Lagus, uit het Engels vertaald door Clare Lennart, is een zonder enige opsmuk kort verteld relaas over de ervaringen van de auteur mét een Maleis beertje als huis vriendje. Zestien aardige foto's illustreren het door Albert Witte wat te precieus ver zorgde boekje De schrijver en de fotograaf zijn er in geslaagd hun warme hartelijk heid voor het diertje op de lezer over te brengen. Wellicht zullen ook oudere kin deren van dit kleine boekje genieten. Het is verschenen bij Het Wereldvenster in Baarn. Rijmpjes en versjes verteld door Anet van Battum (uitgeverij Meulenhoff, Am sterdam) is een bundel alleraardigste ver telseltjes, verzonnen naar aanleiding van allerlei liedjes. Een boek voor kleuters ze zullen het heerlijk vinden. Het telt ze ventig bladzijden. Een dans in de zon door Dan Jacobson, verschenen bij „De Bezige Bij" in Amster dam is een bewogen verhaal, dat zich af speelt in Zuid-Afrika en boeiende roman tische elementen bevat, geschreven in een strakke, navrante stijl die aan Heming way herinnert. De menselijke consequen ties van de rassentegenstelling zijn onver holen aangeduid, zonder dat het probleem als zodanig wordt geanalyseerd of beoor deeld. Op 7 maart van dit jaar veranderde in het Paleis van Justitie in Haarlem de ka mer van de officier, mr. G. W. F. van dei- Valk Bouman, in luttele minuten tijds in een ravage. Behalve een ruit, ingegooid met een asbak, werden een gordijn, een schilderij en een bureaulamp vernield, terwijl de grond bezaaid was met aan flarden gescheurde lectuur. „Ik heb geen verontschuldiging, edel achtbare", zei een deemoedige Haarlem se 57-jarige koopman vanmorgen tot de Haarlemse politierechter, mr. J. P. Peter sen. „Ik herinner mij er niets meer van. Beneden in het gebouw ben ik tot mijn positieven gekomen". Verdachte was de avond tevoren dron ken thuisgekomen en had dc volgende mor gen een veel te groot aantal hoofdpijnpoe ders ingenomen. Daarna was hij het ge bouw van Justitie binnengestormd met bo vengenoemd resultaat. Ter zitting klaagde de koopman, dat hij zoveel moeilijkheden had. Hij had zijn zaak moeten verkopen en leeft thans van een pensioen. Mede door enkele grote schulden was hij de kluts kwijt geraakt. De officier van Justitie, mr. J. Wiarda, wees enerzijds op het indrukwekkende strafblad van de koopman. „Om van te schrikken, zo lang en ernstig", zei hij. An derzijds vond de officier het voor verdach te pleiten, dat hij zijn excuses had aange boden en de schade van 170 vergoed. Hij eiste 50 boete subs, tien dagen en een maand voorwaardelijke gevangenisstraf met een proeftijd van drie jaar. De politierechter vonniste conform. Conducteur mishandeld „En hier ben ik nou. Dit heb je nog van me tegoed", luidde de verwelkoming, die op zondagavond 28 september een 33-jari- ge conducteur van een autobus tussen Haarlem en Leiden ten deel viel, toen hij even uitstapte. Het „tegoed" bestond uit Advertentie Traital 3 bevat het pas-ontdekte apelium met de sterke van roos bevrijdende eigenschappen. Na 6 wekelijkse haarwassingen is de roos verdwenen. Voor de handel: N.V. Handeimij R F M Wernekinck, Amsterdam een flinke stomp in het gezicht van de con ducteur, die een bloedneus kreeg. Wegens mishandeling eiste de officier van Justitie, mr. J Wiarda, tegen een 21- jarige transportarbeider uit Lisse f 75 subs dertig dagen. Op de bewuste avond zaten er verschei dene jongelui in de bus. waarin de conduc teur dienst deed. Het ging nogal rumoerig toe en de verdachte zat een sigaar te roken met volkomen negatie van het desbetref fende verbodsbordje. De conducteur had de jongeman gevraagd het roken te staken doch deze antwoordde: „Doe niet zo kin derachtig". Daarna was hij uit de bus ge zet. Verdachte stapte echter in de volgende bus, die de andere inhaalde en aan de halte in Lisse stond hij de conducteur op te wachten. De politierechter, mr. J. P. Petersen, veroordeelde de. transportarbeider con form. Amsterdam. (Gem. Un.). Geslaagd voor het doctoraalexamen economie J. G. ten Hoonte. Am sterdam en G. G. M. Bak, Den Haag. Kandidaats examen wis- en natuurkunde: R. van Wezel, Am sterdam en E. R. de Waard. Haarlem. Amsterdam. Vrije Universiteit. Kandidaatsexa men economie: W. Barents. Rotterdam; F. W. L. v. d. Schaar, Amsterdam; F. Weehuizen, Hengelo. Ned. Herv. Kerk Beroepen te Lathum (toez.) K. van Otteren, vicaris te Den Haag; te Wilp Th. van Sprang te Zundert: te Waddinxvecn (vac. J. van der Haar) G. H. van Kooten te Gcnemuiden; te Nieuw-Lek- kerland wijkgemeente Dorp) J. C. Schuurman te Bleskensgraaf. Geref. Kerken Beroepen te Wilnis G de Vries. kand. te Alm- kerke. Bedankt voor Bodegraven L. Loosman te Ber- likum. Chr. Geref. Kerken Bedankt voor Driebergen F. Bakker te Huizen (N.H.). Advertentie Naar schouwburg of concert? Bel een „ATAX". dag en nacht met mooie luxe auto. DE RCH-RESERVES De RCH-reserves spelen zondag om half drie voor de competitie tegen Ajax 2. De opstelling is: Langeveld; Lasschuit en Ho- nout; Wooning, Van Lunenburg en v. d. Klugt; Zevenhoven. Blom, Peters, Nanai en v. d. Sar. De feesten ter gelegenheid van het vijf entwintigjarig bestaan van de Heemsteed- se katholieke verkenniersgroep „Pascalis Baylon" zijn woensdag begonnen met een bijeenkomst in gebouw „Nieuw Berken rode" aan de Herenweg. Deze avond was geheel aan het padvinderswerk gewijd. Het programma voor de pauze werd ver zorgd door de welpen en verkenners. Eerstgenoemden verrasten met een bij zonder aardig uitgevoerd beeldverhaal be trekking hebbend op het bekende verhaal van het jongetje, dat in de jungele door roofdieren werd opgevoed. De verkenners demonstreerden hierna de „tumbling" en de „dacat" welke handelingen besloten werden met een imponerende levende to ren. Na de pauze werd het toneelspel „Het ge heim van de komoor" van Lambert Me lissen opgevoerd. In deze kwasi lugubere geschiedenis maken enige griezelige spo ken de omgeving van een oude ruïne on veilig. Vandaar dat geen dorpsbewoner de moed kan opbrengen zich ter plaatse op te houden. Tot op zekere dag een groep verkenners ondanks de waarschuwingen der dorpelingen besluit de ruïne te betre den. Onversaagd beginnen zij onmiddel lijk de „geestverschijningen" het leven zo zuur mogelijk te maken. Deze amusante „thriller" eindigt met de triomf der dappere verkenners over de rustverstoorders, die als aardse smokke laars worden ontmaskerd. De viering van het zilveren jubileum wordt zondag 23 november vervolgd met een plechtig gezongen mis in de parochie kerk van Onze Lieve Vrouwe Hemelvaart aan het Valkenburgerplein. Na een geza menlijk ontbijt in de St. Aloysiusschool vertrekt men naar het hoofdkwartier van de Pascalis Baylongroep in het wandelbos „Groenendaal", waar het feest wordt voortgezet met een vlaggenparade, spe len, wedstrijden en een kampvuur.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1958 | | pagina 11