Haarlems stadhuis als
plaats
van re
chtspraak
VOOR DE PRET
FEEST BIJ PIERLOT
Zeventig jaar kegelen
OPERETTE
FILMS
VAN RECHTHUIS TOT RAADHUIS
DONDERDAG 29 JANUARI 1959
HAARLEMS DAGBLAD
OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
.5
Examens
KNAC-wegeninformatie:
635070 Den Haag bellen
Charles A. Cocheret sprak
over „Humor in de krant"
Verrassende wending in
thuisdammerstoernooi
Wintercompetitie VHS
(7)
Zeven dagen in en om
Haarlem
Handen en Lippen
ruw?
WEGENS HET BEREIKEN van de 70-jarige leeftijd zal de president van de
Arrondissements-Rechthank te Haarlem, mr. A. M. baron van Tuyll van Seroos-
kerken morgenochtend in een speciaal daartoe belegde zitting van de rechtbank
zijn functie neerleggen. Daar de zaal van de rechtbank in de Jansstraat niet
voldoende ruimte biedt, om alle belangstellenden te bevatten, zal deze afscheids-
zitting worden gehouden in de gravenzaal van het stadhuis, die daartoe, gaarne
door liet gemeentebestuur ter beschikking werd gesteld.
Hoewel dit op zichzelf gezien een gebeurtenis zonder precedent is, had men
voor deze bijzondere zitting toch bezwaarlijk een plaats kunnen vinden, die
daartoe juist uit een oogpunt van traditie meer was geëigend. Wie luer niet
dadelijk van overtuigd mocht zijn, dient te bedenken, dat de graven van Holland
hun aan 't Sant gelegen zaal niet slechts zulten hebben gebruikt voor feesten na
toernooi en jacht, maar daarin zeker ook vierschaar zullen hebben gehouden. De
oudste openbare bestemming van dit grafelijk slot was dus die van rechthuis.
Toen het jachtslot in de tweede helft van
de veertiende eeuw in eigendom aan de
stad was overgegaan, is die bestemming
van het gebouw in toenemende mate tot
uitdrukking gekomen.
In die tijd immers werd aan de tot dus
ver rechthoekige zaal de kleine uitbouw
met open benedengalerij (thans fietsenstal
ling!) toegevoegd. Naast deze zogenaamde
„cleyne vierschaer" werd een eeuw later
(1455) de veel verder vooruitspringende
uitbouw van de grote vierschaar opgetrok
ken, wat een aanwijzing mag zijn dat de
rechterlijke taak ook toen reeds bezig
was zich uit te breiden.
Op de bekende afbeelding van het stad
huis door Saenredam ziet men vóór deze
grote vierschaar een houten schavot opge
steld en daarboven, tegen de nog gotische
gevel, drie lang gerekte beelden, waarvan
het middelste een Justitia voorstelt. Blij
kens de rekeningen werden deze beelden in
1466 gemaakt en geplaatst door „Meester
Willem van Zandfoort den beeldsnijer". In
1633 werd deze gevel echter geheel gemo
derniseerd. Het eenvoudige houten schavot
maakte plaats voor een pompeus, door
Toscaanse zuilen gedragen balkon en de
middeleeuwse Justitia werd vervangen
door het niet bijster geslaagde beeld van
de godin der Gerechtigheid dat wij nog
heden zien.
Tezelfder tijd werd boven de toegangs
deur bij de dubbele bordestrap het op
schrift aangebracht, dat kwaadwillende
burgers (in het latijn) ervan moet weer
houden zich ooit te vergrijpen aan „deze
heilige zetel van de rechtspraak, tevens
huis van de raad". Anders dan wij het
thans gewoon zijn, doch historisch juist,
wordt hier de rechtspraak geacht aan wet
geving en bestuur vooraf te gaan.
Gevangenis
In deze gouden eeuw, waarin alie over
heidsgezag nog binnen één gebouw plaats
kon vinden, diende ons stadhuis daaren
boven als gevangenis en huis Van bewa
ring. Om deze concentratie van diensten-
mogelijk te maken, had de vroedschap in
januari 1620 aan mr. Lieven de Key opge
dragen een vleugel langs de Zijlstraat te
ontwerpen, waarvan de kelderverdieping
dienst kon doen als gevangenis, de be-
ganegrond-verdieping de gijzelkamers voor
Thans nog is in de genei van het
Haarlemse stadhuis dit beeld te zien
van de godin der Gerechtigheid, dat er
op wijst, dat in het stadhuis in vroeger
eeuwen ook terechtzittingen werden
gehouden. De foto is van de Rijksdienst
voor de Monumentenzorg.
Amsterdam. Aan de Gemecnle Universiteit is
gepromoveerd tot doctor in de wis- en natuur
kunde de heer P. J. Jungerius uit Oegstgeest. as
sistent op het Laboratorium voor Fysische Geo
grafie. op een dissertatie over de ontwikkeling
van de liascuesta. steile wanden van lias uit de
mesozoische periode, in hel groothertogdom
Luxemburg.
Amsterdam. Gemeente Universiteit. Geslaagd
voor het artsexamen eerste gedeelte: mei. M. P.
J. Hagenaars, B. J. Willems en D. G. Jochems,
Amsterdam en J. H. Bongers. Haarlem.
Amsterdam. Gemeente Universiteit. Geslaagd
voor het doctoraalexamen economie: G. C. C.
Pels Rijcken, Amsterdam.
Utrecht, De heer J. G. Roosenhurg te Utrecht
is gepromoveerd tot doctor in de geneeskunde op
het proefschrift ..De behandeling van longafwi.i-
kingen veroorzaakt door de ziekte van Besnier-
Boeck". Dr. Roosenburg is eerste geneesheer aan
de gemeenteziekenhuizen te 's-Gravenhage.
Utrecht. Geslaagd voor het kandidaatsexamen
geneeskunde: G. G. J. America. Meerssen: A. H.
Bastiaans. Den Bosch. A. G. F. M. Brok, Arnhem:
J. Bijleveld, Hengelo: S. C. Freni, Zaltbommel;
R Goetmakers, Rotterdam; G. H. Hage, Rotter
dam: J. Luursema, Utrecht; R. dc Man, Rotterdam;
H. W. van den Meerendonk. Rotterdam; me], K.
Meijer. Schoonhoven: A. F. Mooij, Utrecht; J. H.
Oudhof, Utrecht: R. A. M. Panhuysen, Maastricht;
mej. M. Reintjes, Utrecht; mej. J. Rierink, Aal
ten: F. C. G. L. Senden, Amersfoort; A. C. M.
ingerhoeds, Amby; mej. A. M. Voorhoeve, Voorst
IGld.); L. Westerhof, De Bilt; mej. J. van Zut-
phen, Utrecht; G. Zwaan, Zaltbommel. Kandi
daatsexamen rechtsgeleerdheid: mej. J. C. C.
Prins, Utrecht; mej. M. L. C. M. Hueber, Oister-
wiik; C. B. L. Oomen, Vught. Kerkelijk examen:
H. B. Van der Steen, Utrecht: P. Alblas, Utrecht;
S K. Meszaros, Utrecht; B. C. de Gelder, Alblas-
serdam. Kandidaatsexamen pedagogie: Ti. Meijer,
Drachten. Kandidaatsexamen psychologie: J. J.
van der Horst (cum laude), Utrecht; C. M. Boon,
Utrecht; H. J. Kneppers, Utrecht; H. D. Scholten,
1 Bilt.
In 1633 werd de gevel van het Haar
lemse stadhuis gemoderniseerd, waar
bij dit pompeuze, door Trojaanse
zuilen gedragen balkon is gebouwd.
De foto is naar een schilderij van
G. A. Berckheyde te Londen.
onwillige debiteuren zou bevatten en de
bovenverdieping gereserveerd zou blijven
voor enige „heerlijke cameren", die als zo
danig tot de huidige dag dienst doen. Waar
eens de gevangenen zuchtten, sluimeren
thans de kolenvoorraden van het stadhuis;
in de gijzelkamers heeft de stadsdrukkerij
een plaats gevonden, maar voor wie deze
tekens weet te verstaan, vormen de zware
diefijzers langs de vensters aan de Zijl
straat nog steeds een duidelijke herinne
ring 'aan'de oorspronkelijke bestemming
Va'n dit deel van het gebouw.
Intussen is deze bestemming van recht
huis op tal van plaatsen ook in het inwen
dige duidelijk naspeurbaar. Wie vanuit de
gravenzaal het vertrek betreedt, aat links
bovenaan de brede trap is gelegen, komt
in de rijke kamer, waar eens de schepenen
(dat zijn de rechtscheppers vergaderden.
Nog prijkt boven de zware schouw als een
immens vermaan tot de rechters Jan de
Bray's schilderij van koning Seleukos, die
zich uit eerbied voor de wet een oog laat
uitsteken. De ruimte wordt thans ook wel
als trouwkamer gebruikt, maar gelukkig
heeft in onze weinig klassieke tijd het
merendeel der trouwlustigen niet het
flauwste vermoeden wat de eigenlijke be
tekenis van dit tafereel is. Ook beeft in
deze kamer gehangen de uit hout gesneden
schepenklok thans in het Frans Hals
museum die het uur aangaf waarop
recht zou worden gedaan.
Morgen zal het voor onze ogen ongewone
gezicht zich voordoen dat een groot aantal
leden van de zittende en staande magistra
tuur en van de balie, allen gehuld in het
stemmige zwart van hun toga's, zich be
wegen door de gravenzaal en die andere
vertrekken. Maar voor het oude gebouw
betekent deze gebeurtenis niets dan één
schakel meer in de zeven eeuwen oude
keten van gebeurtenissen, en wanneer de
wanden zich iets van dit verleden konden
herinneren, zouden zij terugdenken aan de
jaren 1800 tot 1803, toen tijdens de ge
boorteweeën van onze eenheidsstaat deze
zelfde zalen dienden tot verblijf voor het
Gerechtshof van het departement Texel.
Het Gerechtshof vergaderde toen in de
huidige kamer van Burgemeester en Wet
houders, terwijl de gravenzaal was in
gericht tot het houden der Grote Rol.
Weliswaar was dit nieuwe hof gedoemd
na enkele jaren te verdwijnen, maar na de
bevrijding van de Franse overheersing ble
ven de rechtbank en het. kantongerecht
hun zetel behouden in het stadhuis. Tot
1839 toe, toen zij vertrokken naar een eigen
daartoe speciaal door de gemeente aange
kocht en ingericht pand in de Zijlstraat, ter
plaatse waar nu het postkantoor staat.
Het staatsrechtelijk patroon had zich in
middels diepgaand gewijzigd: de recht
spraak behoorde niet langer tot de be
voegdheid van het stadsbestuur, maar werd
een afzonderlijk deel van de staatstaak. In
1855 kwam dit ook naar buiten volledig
tot uiting toen het grote, aan het uitsprin
gende gedeelte van het stadhuis verbonden
schavot werd afgebroken. Van de stenen
ananassen, die eens de zware balustrade
hadden bekroond, vond één een bescheiden
plaatsje op een pomp op de binnenplaats
van het Frans Halsmuseum. Sic transit
gloria mundi.
Mr. H. E. Phoff
Er is nu een apart telefoonnummer voor
de „KNAC-Wegeninformatie": 63.50.70 in
Den Haag, waarover men van buiten
Den Haag bellend eerst kengetal 01700
moet draaien. Alle weggebruikers kunnen
dagelijks van 6 tot 21 uur via dit nummer
informaties krijgen over de toestand van
de wegen en over de weersgesteldheid en
de weersverwachtingen in Nederland en
de andere Westeuropese landen. Voorlopig
is de dienst nog niet 's nachts in bedrijf.
Bij slecht weer kan men tot elf nut
's avonds een beroep doen op de „KNAC-
Wegeninformatie" in plaats van tot
negen uur 's avonds
Volhsuniversite.it
Voor leden van de Volksuniversiteit
heeft in het Frans Halsmuseum in Haar
lem de heer Charles A. Cocheret, mede
werker van de Nieuwe Rotterdamse Cou
rant, een voordracht gehouden over „Hu
mor in de krant."
Omstreeks 1900 waren de kranten zo
wel in binnen- als buitenland onverteer
baar vervelend. De tekst lag als een grij
ze mist van lettertjes over de pagina's,
nauwelijks onderbroken door een kopje
van hoofdletters. Als men het wil geloven
ging in die tijd de hoofdredacteur van „Le
Temps" in Parijs zover, dat hij 's mor
gens op de redactie de journalisten op het
hart bond: „Laat ons vervelend zijn.."
Een van de eersten, die ter afwisseling
van de stijfdeftige politieke artikelen en
de eentonige berichtgeving, gezelliger lec
tuur publiceerde, was Brusse. Toen zijn
feuilleton „Onder de mensen" in de NRC
verscheen, werden de krantenjongens de
nummers uit de handen gerukt. Steeds
meer kranten ruimden plaats in voor de
humor, die vaak tot het peil van geestige
kolder steeg. Daar was Herman Heyer-
mans met zijn typisch Joodse humor.
Abraham Kuyper schreef zijn „driester
ren", De Telegraaf had de getekende hu-
moristiek van Jo Snier en de geschreve
ne van Johan Luger, de eerste, die recht
bankverslagen ging verslaan en daar
amusante kopij uit haalde.
Een groot humorist was ook de satirieke
en originele J. C. Schroder met zijn rode
baard (vandaar zijn pseudoniem Barba-
rossa). Hij bestond het een gemeente
raadsvergadering aldus te verslaan: Hij
begon met tien regels puntjes en daaron
der schreef hij „De rest was minder be
langrijk".
De heer Cocheret noemde verder namen
als Henriette van Eyck, 'Elias, Carmiggelt,
Leonard Huizinga, Trijntje Fop (pseudo
niem voor Kees Stip), die ook nu nog de
berichtgeving in de kranten met hun bij
dragen verluchten.
Van het werk van vele schrijvers en
schrijfsters droeg spreker karakteristieke
specimina voor. De aanwezigen hadden
vooral veel plezier om de kolder van de
Kleine Krant in de Groene Amsterdam
mer en de rake typeringen van Annie M.
G. Schmidt.
Een ontroerend facet van zijn inleiding
was de blik achter de coulissen, die spre
ker zijn gehoor gunde om aan te tonen,
dat sommige van deze begenadigde
auteurs veel leed kenden. Leo Hageman
bijvoorbeeld, die in De Telegraaf de vas
te rubriek „Langs de straat" schreef, was
bijna doof en blind. Maar dat verhinder
de hem niet zijn leuke stukjes te produce
ren. En zo was het ook met Berend de
Goede en nog anderen. Ondanks hun licha
melijke gebreken gingen zij voort met
hun werk. Dat was een zaak van aangebo
ren talent en geestelijke gaven: zij konden
niet anders.
Verschillende deelnemers aan het toer
nooi voor thuisdammers hebben er voor
gezorgd, dat de spelers, die verleden week
de leiding namen, werden teruggewezen
naar een gedeelde eerste plaats op de
ranglijst.
In groep A behaalde A. A. Croon een
fraaie overwinning op de nog ongeslagen
G. M. Neuman, terwijl P. Hagebout zege
vierde over J. J. v. d. Fange. J. de Jager
wist zich door een overwinning op A.
Bosman met een punt voorsprong op de
eerste plaats te nestelen.
Door het uitvallen van E. Cassee in
groep B is de situatie aan de top van de
ranglijst in het voordeel van J. H. de
Boer verschoven. Hoewel De Boer vrij
was behield hij met 4 uit 2 de leiding. Zijn
naaste concurrent, H. v. Poeteren sr., ver
giste zich niet en won van D. P. Deen. De
partij A. G. A. Heinink—J. Unger eindigde
in remise.
In groep A verloor koploper W. v. Gel
deren van L. v. d. Heuvels. P. Cornet ir.
versloeg de eveneens ongeslagen H. v. Poe
teren jr. P. J. Pijpers voegde zich bij de
leiders door zijn inhaalpartij tegen L. v.
d. Heuvels in winst om te zetten. H. P. Post
verloor achtereenvolgens van W. v. Gel
deren en A. Zwaan.
P. Cornet jr., W. v. Gelderen en P. J.
Pijpers leiden in deze groep met elk 6 pun
ten uit 4.
De wintercompetitie van het Verenigd
Haarlems Schaakgenootschap heeft de
laatste maand een wat stroever verloop
gehad dan voordien.
In de eerste groep heeft G. B. v. d.
Velde tot nu toe slechts een halve punt
moeten afstaan aan J. H. Marwitz.
De laatste heeft een flinke achterstand
in partijen, maar maakt ook nog een rede
lijke kans op een hoge klassering. R. Mol
neemt thans de tweede plaats in maar
zal zeker enkele plaatsen moeten prijs
geven als zijn clubgenoten evenveel par
tijen hebben gespeeld. Bovenaan ziet de
situatie er nu als volgt uit:
1. G. B. v. d. Velde 7 6
2. R. Mol 10 3
3. A. M. Schneiders 6 4
4. A. C. v. d. Tak 7 3
5. F. A. Spinhoven 6 3
In de tweede groep is men nog niet
zo ver gevorderd als in groep 1. Het is
wel duidelijk dat het krachtsverschil in
deze afdeling uiterst gering is.
1 0 6'A
4 3 5
1 1 4 «A
3 1 4'/?
2 7 4
2 0 4
4 0 4
1 1 3'A
3 0 3'A
2 1 3
2 1 3
1. I. Marinus 5 3
2. G. Kruup 6 2
3 -4. J. Haan 5 3
W. Krijnen 5 2
5—6. H. P. Bruggink 5 2
P. J. Fris 5 2
De strijd in de derde groep ziet er heel
anders uit. De heren J. Schaap en F- W.
Barthel hebben namelijk een grote voor
sprong genomen. Overigens zijn er nog
wel enkele spelers, zoals G. de Vries en
F. J. van Tongeren, die hen op den duur
kunnen bedreigen.
0 8
2 Vit
6
5'/;
5«/i
2
2
1 5'/Ï
1. J. Schaap 9 7 2
2. F. W. Barthel 10 7 1
3. G. de Vries 7 6 0 1
4—6. H- I. van Es 8 5 1
K. Nederkoorn 8 5 1
A. D. van Steenis 8 4 3
In de vierde groep doet de jonge Fr.
Hoek van zich spreken. Dat ook Slenters sr.
zich in het verdere verloop nog wel zal
laten zien, wordt duidelijk wanneer wij de
kop van de ranglijst onder ogen krijgen.
1. Fr. Hoek 8 7 0 1 7
2. H. Slenters sr. 10 4 3 3 5'A
3. J. Leenheer 5 4 1 0 4'A
De competitie wordt deze week voort
gezet.
„Wij kegelbroeders, vrien
denkring, verenigd saam in
vrede. Wij zingen thans ons
kegellied, alvorens aan te
treden. Kegelen is onze glo
rie, 't is onze middag jan
dorie. Dan voelen we ons
vrijgezel, vereend door het
kegelspel".
Zo luidt het clublied van
de Haarlemse kegelclub „De
Phoenix", die op 1 februari
zeventig jaar bestaat. Haar
naam ontleent deze vereni
ging aan het feit, dat zij met
het kegelen begon in een ge
legenheid aan het feestter-
Frans van Egkhof aan hel
werk: als clown „Tuffie"
aan het sneltekenen.
„Kijk, als clown kan je
maar twee dingen doen. De
mensen aan het huilen bren
gen of ze laten schateren
van het lachen. Een mid
denweg is er niet. Meestal
lachen ze. Als je maar goed
gek doet en je valt vaak, dan
kan je als clown bij de men
sen geen kwaad meer doen.
Dat alleen willen ze zien. In
Alblasserdam bijvoorbeeld.
Daar zetten ze me tijdens 'n
voorstelling in de manege
bovenop een paard. Nu moet
je weten dat ik als de dood
voor een knol ben. Ik viel er
meteen af, maar een van die
grote schoenen bleef in de
stijgbeugel hangen. En ik
werd de hele manege door-
gesleurd. Ze dachten dat het
erbij hoorde en ik kreeg een
donderend applaus. Na af
loop van de voorstelling
kwam het bestuur naar me
toe. Ze hadden zich tranen
gelachen en ze vroegen of ik
het de volgende avond weer
wilde doen. Voor geen goud,
zei ik. En toen moesten ze
nog harder lachen".
Frans van Eykhof uit de
Linschotenstraat 1 rood in
Haarlem buldert nog bij de
gedachte alleen al. Zoals hij
lacht bi.i de herinnering aan
zijn eerste optreden. Dat ge
beurde bij een tante op zol
der in de Palmstraat, waar
de toen lange en dunne
Frans met 'n zwart gemaakt
gezicht voor de buurt-
bewonertjes een imitatie van
de negerzanger Al Jolson
gaf. De meisjes en jongens
móesten vijf cent per plaats'
betalen. Er kwamen twintig
kinderen.
Toen echter dacht Frans
van Eykhof nog niet aan 'n
toneelloopbaan. Na de lagere
school ..in de Linschoten
straat, want ik ben een
echte Rozenprieeler"
kwam hij als schildersleer
ling bij een baas. Hij had
bijzonder veel plezier in het
werk totdat hij op een dag
bezig was aan de Heem-
steedse Dreef een huis van
een nieuwe laag verf te
voorzien. Plotseling hoorde
Frans iets kraken en het
volgende ogenblik lag hij op
straal. Het liep allemaal nog
best af, maar Frans nam
zich voor om nooit meer op
een ladder te gaan staan.
Toch moest er wat ver
diend worden. In 1936 trad
Frans van Eykhof daarom
toe tot een revuetje uit Half
weg. Na een voorstelling
ging de revue op de fles.
Frans ging echter door en 'n
jaar later debuteerde hij als
Napolitaans zanger en tap
dansen Hij had succes, was
in het vak en bleef in het
vak. In die tussentijd was
hij nog actief lid van de HSV
„De Kampioen". Erg veel
successen heeft hij daarbij
niet geboekt. Een keer kwam
hij als eerste over de eind
streep, maar toen werd hij
gediskwalificeerd omdat hij
achter een auto zou hebben
gereden.
Nu nog ontkent Frans van
Eykhof dat. „Ik kwam naast
die auto rijden en ik kon er
net niet voorbijkomen. Toen
ben ik er maar naast ge
bleven". En weer lacht hij
zijn bulderende lach. Frans
hield op met fietsen. Maar in
het amusementsvak ging hij
door. Hij sloot zich aan bij
de „Lachsprinters" en met
dat gezelschap trad hij ook
in de oorlog in allerlei dorp
jes op. Soms voor tien kilo
aardappelen, soms voor een
half pond boter.
„Pas na de oorlog kwam
voor ons de gouden tijd",
zegt Frans nu, „bij die be
vrijdingsfeesten. Iedereen
ging een eigen kant op. Ik
specialiseerde me op snel
tekenen, op conference en op
het clowntje maken. In mijn
rokcostuum reed ik op een
feest zonder banden van het
ene straatfeest naar het
andere. Daarna kwam ik bij
allerlei theaterbureaus. Ik
kan hier nu wel gaan zitten
opscheppen over optreden in
het buitenland voor de radio
sn voor de televisie, maar
dat is nooit gebeurd. Ik
maak in mijn eigen land de
mensen aan het lachen en
daar heb ik werk genoeg.
Vooral in de drukke tijden
natuurlijk. Tijdens carnaval,
in het voorjaar en in decem
ber. Maar de prettigste her
inneringen heb ik eigenlijk
toch aan mijn medewerking
in juli en augustus in het
Rembrandttheater aan het
programma van Gerry Mon-
tagne. In die kindervoorstel
lingen hebben we zelf name
lijk zo'n schik dat we soms
niet van ophouden weten.
Trouwens de kinderen zelf
vinden het ook altijd leuk,
want het hele jaar door
word ik op straat nageroepen
met mijn clownsnaam „Tuf
fie". Ja verder treed ik op bij
bruiloften en partijen. Dan
maak ik het schlemieltje,
je weet wel zoiets tussen
Doodle en Stoet Haspel in.
«ïrl U
-Ia i
ren gezegd: zorg dat je veel
zijdig bent, dan hoef je er
nooit wat bij te doen. Het is
mezelf altijd best bevallen.
En zo ga ik maar door. Als
ik maar pret in m'n leven
heb dan ben ik tevreden. En
in mijn vrije tijd doe ik het
ook rustiger aan. Je moet
niet vergeten, ik ben al 44.
Thuis heb ik alles opnieuw
geschilderd, ik maak af en
toe een of ander schilder
stukje en 's zondags ga ik
met m'n vrouw biljarten. Ik
heb een gemiddelde van 3Vt.
Ik wil wel eens een partijtje
met je spelen
En Frans van Eykhof lacht
bulderend.
Een plezierige, aansteke
lijke lach.
Frans van Eykhof in zijn
vrije tijd: biljarten om zijn
nerniddelde on te voeren.
Achter een tweehonderd-
vijftigjarige oudhollandsche
gevel in de Zijlstraat in
Haarlem heeft zich de kap
salon van Louis Pièrlót ont
wikkeld tot een uiterst
modern bedrijf, dat in en
buiten de Spaarnestad grote
vermaarheid heeft gekregen.
Dinsdag heeft deze zaak,
waarvoor de heer G. J
Pièrlót Sr. in 1898 in het
toenmalige notarishuis de
basis legde, het zestigjarig
bestaan gevierd.
De jonge Louis Pièrlót
ontving zijn opleiding van
zijn vader. Veel ervaring
deed hij daarna op in het
buitenland met als sluitstuk
de functie van chef-kapper
op het vlaggeschip van de
Holland-Amerika-Lijn, het
s.s. „Statendam", dat in de
meidagen van 1940 werd ge
bombardeerd.
Hierna nam Louis de zaak
van vader over. Op nationale
en internationale kapcon-
coursen behaalden hij en zijn
echtgenote diploma's, bekers
en medailles. Hij gaf demon
straties in Frankrijk, Spanje,
Denemarken, Engeland en
Amerika- Van zijn hand ver
schenen talrijke geïllustreer
de artikelen in Nederlandse
en buitenlandse dames- en
vakbladen. Door zijn benoe
ming tot bestuurslid van de
grootste internationale vak
vereniging in de kappers
branche kreeg hij medezeg
genschap in de haarmode
ontwikkeling.
Huize Pièrlót heeft dinsdag
nagenoeg de hele dag gereci
pieerd.
Het was een druk en ge
zellig gaan en komen van
collega's, relaties, vrienden,
clientele en andere belang
stellenden. Onder hen waren
een hofdame van de Koning
in en twee vrouwelijke wet
houders respectievelijk uit
Haarlem en Bloemendaal.
Een der hoogtepunten van
de receptie was de aanbie
ding van een buitengewoon
fraai bronzen beeld door een
deputatie van het Syndicat
de la Haute Coiffure, sec
tion hollandaise.
Een ander hoogtepunt, en
voor Louis Pièrlót een be
wijs van gesublimeerde
appreciatie, was de overhan
diging van de „meesters-
kam", die de grote coiffeur
Antoine vier jaar geleden
naar Nederland bracht. Het
geldt als een zeer hoge eer
de „meesterskam" te mogen
hanteren. De kappers Martin
Leyger uit Den Haag en John
Postmus uit Rotterdam wie
deze eer reeds eerder te
beurt is gevallen, kwamen
de kam ter receptie aan
Louis Pièrlót overhandigen.
Vele bezoekers namen de
nieuwste verbouwing in
ogenschouw: De nieuwe kan
tine voor het personeel in
het souterrain, de gemoder
niseerde was- en droogacco-
modatie op de eerste verdie
ping, de nieuwe massage
cabines op de tweede etage,
waar eveneens een ruimte
voor privébehandeling en
haanverk is ingericht.
Aan het diner des avonds
zaten behalve het echtpaar
Pièrlót, collega's en de ruim
dertig personeelsleden, de
ouders van Louis aan.
Vreugdevol deelden zij mee
in de glorie van deze jubi
leumviering, dit hoogtepunt
in het bestaan van het be
drijf. tot de bloei waarvan
zij de grondslag legden.
De leden van de r.-k. mid
denstandsvereniging gaan
hun carnavalsfeest vieren.
Dat meldden wij reeds enke
le weken geleden. Maar thans
lezen wij in een van de cir
culaires van deze vereniging,
dat men ook aan de kinderen
van de feestgangers heeft ge
dacht. Die krijgen namelijk
op woensdag 4 februari des
middags om half drie in ge
bouw St. Bavo in Haarlem
een kinderoperette aangebo
den, waarbij diverse attrac
ties niet zullen ontbreken.
Feest voor de groten dus. En
feest voor de kleintjes.
rein De Phoenix aan de
Parklaan. Vier jaar later
werd het gebouw door brand
verwoest, maar de club deed
haar naam eer aan: evenals
de vogel uit de Griekse my
thologie herrees zij uit de as,
zij het dan, dat zij het kege
len voortzette bij Brinkmann
aan de Grote Markt. In dit
restaurant waren een jaar
tevoren kegelbanen gebouwd
en „De Phoenix" hield er op
28 februari 1892 reeds een
internationale wedstrijd. De
club bestond toen drie jaar
en dit vierde zij, behalve met
deze wedstrijd, met drie
feestavonden op drie achter
eenvolgende zondagen. Het
overvloedige feestdiner kost
te met inbegrip van een hal
ve fles wijn 2,50
„De Phoenix" werd opge
richt door de heren H. van
Breemen Hzn., J. de Lange
en J. O. Brinkmann. Het ka
rakter van de club heeft zich
in de loop der jaren gewij
zigd. De leden kegelen reeds
sinds jaren louter en alleen
voor hun plezier, afgezien
van enkele onderlinge wed
strijden. Maar zeker in de
eerste dertig jaar van haar
historie, was „De Phoenix"
een geducht tegenstander.
Reeds in 1890 veroverde zij,
op het eerste internationale
concours van de Algemene
Nederlandse Kegelbond, een
gouden medaille. En er kwa
men nog meer erebekers en
lauwertakken.
Op het concours ter ge
legenheid van het twintig
jarig bestaan in 1909, waar
aan 156 clubs deelnamen, be
haalden de Haarlemse kege
laars het Nederlandse kam
pioenschap. De overwinning
vierden zij met een souper
bij Funckler. Op het menu
stond onder meer „Vette
Brusselse kip, als Van Spijk
gemest.
Van 1923 tot 1931 kegelde
„De Phoenix" in de door het
lid B. Groenewegen gebouw
de Haarlemse Kegelbond aan
de Tempeliersstraat. Nog in
de herfst van het moeilijke
oorlogsjaar 1944 kwam de
dochter van deze in 1928
overleden aannemer de kege
laars op hun wekelijkse
avond bij Brinkmann ver
wennen met kaas en andere
hartige hapjes, die zij in een
karrebiesje meebracht. Sinds
enkele jaren, namelijk van
het moment af, dat Brink
mann haar kegelbanen op
doekte, kegelt „De Phoenix"
elke donderdagavond in het
Stationskoffiehuis in Sant
poort.
Een aardige traditie vor
men de jaarlijkse eier- en
wildavonden tegen Pasen en
Kerstmis. Dan mogen de
echtgenoten en andere vrou
welijke verwanten ook kegel
ballen laten rollen. Maar
deze zijn wel wat kleiner
dan die, waarmee de mannen
hun Hamburgse partijen,
„voetbalwedstrijden" en „zes
daagsen" spelen.
„De Phoenix" is geen club
van oude heertjes. Het oud
ste lid, de heer D. J. M. Dek
ker mag dan drieënzestig
zijn hij kegelt al vieren
twintig jaar bij de thans ju
bilerende club maar hij
neemt het nog gerust op
tegen de benjamin, de 37-
jarige heer C. Nederlof.
Zaterdag 31 januari scha
ren de elf leden met hun da
mes en verdere „aanhang"
en als het niet te druk
voor hem is ook de 77-jarige
ere-voorzitter, de heer On
derwater zich aan het in
tieme feestdiner in een Haar
lems restaurant om het ze
ventigjarig bestaan van „De
Phoenix" te vieren.
Op maandag 2 en woens
dag 4 februari des avonds om
acht uur wordt de film „De
kinderrechter grijpt in" ver
toond: op maandag in het
gebouw „Bethel", Voorhelm
straat 3 in Haarlem, op
woensdag in het gebouw
„Rehoboth" in Bennebroek.
„De kinderrechter grijpt in"
is een film over jonge men
sen, die door allerlei omstan
digheden aangezet zijn tot
diefstal, chantage en mis
daad. Voorts wordt in deze
film een duidelijk overzicht
gegeven van het werk van
de reclassering en de kinder
bescherming.
Des middags wordt in de
zelfde gebouwen in Haarlem
(om 4.15 uur) en in Benne
broek (om 3 uur) voor de
kinderen ^e film „Mike wint
de race" gedraaid.
Al deze voorstellingen gaan
uit van de „Vereniging Rek-
kense Inrichtingen", die hier
mee propaganda wil maken
voor haar nuttige werk.
Overleden. Een van de drie babies
van de familie L. van Akker te Nijkerk,
die zondagmorgen geboren werden, is ge
heel onverwacht in het ziekenhuis „De
Lichtenberg" te Amersfoort overleden. Het
is het meisje Teunie.
Advertentie
MIDDENHANDSBEENTJE GEBROKEN
Dinsdag is een zeventienjarige scholier
in Heemstede met zijn fiets tegen het ge
opende portier van een op de Binnenweg
geparkeerd staande auto gereden. De jon
geman brak een middenhandsbeentje en
is in het St. Elisabethsgasthuis in Haarlem
behandeld.