Vóór de kermis kan draaien,
komt er heel wat kijken
Wederom Niet van gisteren
„Antigone" van Sofokles als dorre woordkunst
Teylingerbosch in Vogelenzang
is geheel gerestaureerd
Tijdens een spel met kartonnetjes
bepaalt men de standplaatsen
Ingewikkeld, tijdrovend
werk van kermisexperts
Handpoppentheater met
Javaanse sage
MAANDAG 16 MAART 19 5 9
HAARLEMS DAGBLAD
OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
5
NRV hield jaarvergadering
Huisvlijtexpositie
in Heemstede
Examens
Receptie Jan Visser
Het waterpoloprogramma
Bromfietser over de kop
geslagen
Film- en Kamermuziekavond van
Haarlemse Volksuniversiteit
Henk Buis winnaar van
eerste voorjaarsrit
C. B. M. Segaar overleden
Huishoudbeurs in de
hoofdstad geopend
Burgerlijke Stand
van Haarlem
Op de voorlaatste dag van april barst in Haarlem weer de kermisvreugde los.
Als bonte, kleurige linten strekken zich in de verschillende delen van de stad de
rijen attracties uit: in het centrum over Nassaulaan en -plein, een deel van de
Gedempte Oude Gracht en Zijhuizen, in noord op de Zaanenlaan en in oost op
de Zomervaart. Er is weer de zivaaiende en zwierende wir-war van de vermaaks
industrie, doortrokken van de geuren uit de gebakskramen en paling- en zuur-
stalletjes. Wie heeft er echter wel eens aan gedacht wat er allemaal komt kijken
vóór op de kermisterreinen alles staat zoals het moet. Wie heeft eigenlijk een
idee van de moeilijkheden, die men moet overwinnen, van de vele factoren,
waarmee men rekening moet houden en van de maatregelen, die men in het
belang van de veiligheid, moet nemen. Onvoorstelbaar pas- en meetwerk moet
worden verricht vóór alle attracties en kramen op him plaats staan. Maar de
situatieschetsen voor het komende jaarlijkse voorjaarsevenement zijn klaar en
door de diverse instanties goedgekeurd. Eind april kunnen de „kermisgasten"
komen.
Deze „Spoetnik", draaiend tegen de achtergrond van zeventiende-eeuwse
geveltjes van de Gedempte Oude Gracht, zal er dit jaar niet zijn op de Haarlemse
kermis. Maar er blijven genoeg reeds bekende en daarnaast ook nieuwe attracties
over om de „kermisbloemetjes eens buiten te zetten".
Het meeste van het gecompliceerde en
tijdrovende voorbereidende werk voor de
kermis komt neer op de schouders van de
heer W. Oostwald jr., lid van het Centrum-
comité Koninginnedag in Haarlem, en de
heer H. van Leeuwen, technisch adviseur
van het comité. Maar er werkt ook een
vrouw-achter-de-schermen: de echtgenote
van de heer Van Leeuwen, die het kermis-
leven kent als de inhoud van haar hand
tasje. Zü komt echter pas op de proppen,
nadat de verpachting van de standplaatsen
geregeld is. Want daar begint het werk
mee.
Deze verpachting geschiedt bij onders-
handse inschrijving. Het comité plaatst een
advertentie in enkele kermisvakbladen. De
kermisexploitanten vragen dan om een in-
schrijfbiljet met de voorwaarden. Ze sturen
dit terug met een opgave van de prijs, die
zij voor een plaats willen betalen. Deze
aanbiedingen verzamelt het comité in een
grote verzegelde melkbus. Dan komt de
kermiscommissie bestaande uit de heren
Oostwald en Van Leeuwen, alsmede de
heer Pijnacker van het comité Noord en
de heer Van Dijk van het comité Oost
bij elkaar en sorteert de ongeveer honderd
vijftig brieven. Het eerst worden de aan
biedingen er uit gehaald van exploitanten,
die alleen voor de kermis in Haarlem-
Noord of Haarlem-Oost inschrijven. Ook
zijn er die een bod doen voor al de drie
terreinen in Haarlem. Na een dag en
meestal nog een halve nacht werk kan de
commissie bekijken welke exploitanten in
ieder geval voor een standplaats in aan
merking komen.
Op schaal geknipt
Als het eenmaal zover is, zorgt de dienst
van openbare werken voor plattegronden
van de kermisterreinen. En dan begint het
„spel met de kartonnetjes". De plaats, cue
elke attractie of kraam zal gaan innemen,
wordt namelijk op de schaal van de platte
grond op karton getekend en uitgeknipt.
Om nu even bij de kermis in Haarlem
centrum te blijven, want daar zijn de pro
blemen het grootst: de heren Oostwald en
Van Leeuwen gaan nu de kartonnetjes
over de schetstekening schuiven om een zo
gunstig mogelijke opstelling te krijgen. Men
kan zich haast niet voorstellen, met welke
factoren deze, in de loop der jaren doorge
winterde, kermisexperts bij het bepalen
van de standplaatsen rekening moeten
houden.
Er mogen geen twee theaters naast el
kaar staan. Naast iedere „tent" moet er
een ruimte blijven van een halve meter
voor het dichtslaan van de zijzeilen. De
opstelling van de attracties en de kramen
moet zo afwisselend mogelijk zijn. Sinds
vorig jaar zijn geen geluidsversterkers
meer toegestaan op de Haarlemse kermis.
Daarom verdeelt de commissie „tenten"
met een orgel zo goed mogelijk over het
terrein, zodat er een keten van muziek ont
staat, waarvan overal het geluidsvolume
draaglijk blijft.
Dan zijn er de zijstraten, uitritten, ben
zinepompen, vluchtheuvels, brandkranen
en andere objecten, waarmee de commissie
rekening moet houden. Zo moet bijvoor
beeld de brandweer in geval van nood
overal langs kunnen rijden, ook met de
ladderwagen van tweeëneenhalve meter
breed.
Na veel schuiven, passen en meten, wik
ken en wegen worden de omtrekken van
de kartonnetjes op de plattegrond getekend
en dan volgen de besprekingen met ge
meente, politie en brandweer. Soms blijkt
het noodzakelijk deze voorlopige plannen
op kleine onderdelen te wijzigen, maar
tenslotte geven de betrokken instanties
haar fiat. Op papier is alles geregeld en
verdeeld.
Tijdens de vrijdag gegeven voorstelling
van het handpoppentheater „Merlijn" in
de muziekzaal van Brinkmann aan de Gro
te Markt te Haarlem, hadden wij al spoe
dig de verklaring gevonden voor het feit,
dat zoveel volwassen toeschouwers ge
boeid en geamuseerd hebben gekeken
naar een schouwspel, dat men toch in het
algemeen voor kinderen bestemd zou ach
ten. De sage „De regenvorst en zijn bruid"
wordt gekenmerkt door een naïeve intri
ge, die op zichzelf geen enkele verrassing
kan bieden aan een publiek, dat door het
moderne toneel en de film is verwend. De
oorzaak van deze onmiskenbaar grote aan
dacht moet worden toegeschreven aan de
manier, waarop de beide jeugdige poppen
spelers, Maaike Hobbel en Rien Baart-
mans, dit Oudindische sprookje voor hun
maakt. In de eerste plaats gebruikten zij
een door het publiek bijzonder geappre
cieerde tekst, waarin ook actuele toespe
lingen waren verwerkt. Maar de grootste
bekoring ging toch uit van de met onmis
kenbaar goede smaak vervaardigde pop
pen. Het lijkt ons toch van niet geringe
betekenis, dat deze twee jeugdige arties
ten reeds een geheel eigen stijl hebben ge
vonden. Zij wisten in dit geval een tussen
vorm te bereiken tussen het wajangspel
en het Europese marionettentheater. Bo
vendien was de technische verzorging op
vallend goed en kenmerkte de gehele voor
stelling zich door een charmante fantasie.
Als de kermisexploitanten arriveren,
komt de heer Van Leeuwen opnieuw in
actie. Met behulp van meetlat en krijt geeft
hij precies de plaatsen aan, waar de „ten
ten" en kramen kunnen worden opgesteld.
Dit jaar begint op 28 april de opbouw en
een dag later, op woensdagmiddag, gaat de
kermis proefdraaien. Op 30 april, 1, 2 en
5 mei zijn de uren van openstelling officieel
van 9 tot 24 uur, doch wat de begintijd
betreft, komt dit in de praktijk meestal
's middags een uur of vier. Vóór dit uur
is de belangstelling voor de kermis in het
algemeen niet zo groot. Op zondag 3 en
maandag 4 mei is de kermis geheel gesloten.
Dit jaar komen er ook enkele attracties
op de Zijhuizen, zoals een cakewalk en een
tête a queue of misschien duidelijker ge
zegd swing-mill. Een nieuwe gaste op deze
voorjaarskei-mis is „de dikste dame van
Europa". En wat de overige vermakelijk
heden betreft: er is weer keus genoeg om
met volle teugen de kermisgeneugten te
genieten.
De afdeling Haarlem van de Nederland
se Reisvereniging heeft vorige week twee
bijeenkomsten gehouden. De eerste was
gewijd aan Zwitserland. In het Concertge
bouw waren vele leden bijeen om een aan
tal prachtige films te zien over verschei
dene delen van Zwitserland. Per spoor en
boot werden reizen gemaakt en tochten
naar hoge toppen ondernomen.
Vrijdagavond is onder leiding van de
heer G. Verkerk de jaarvergadering van
de afdeling gehouden, waarop de heer C.
Ligtvoet gehuldigd is ter gelegenheid van
het feit, dat hij tien jaar deel uitmaakt van
het bestuur. Hem werd dank gebracht
voor zijn arbeid in de afgelopen jaren en
een zoekenbon aangeboden. Mevrouw Ligt
voet werd ook in de hulde betrokken.
De secretaris, de heer W. E. van Zuu-
rendonk, merkte in zijn verslag over 1958
op dat het jaar zeer gunstig genoemd kan
worden. Een groot aantal bijeenkomsten
en ontspanningsavonden stond op het pro
gramma, waarvoor grote belangstelling
bestond. De heer Zuurendonk betreurde het
dat het aantal leden is teruggelopen van
7523 tot 7262 (een verschil van 261); er
waren 5165 (5361) hoofdleden, 1916 (2038)
gezinsleden en 181 (124) junioren. Verder
memoreerde de secretaris de activiteiten
van enkele onderafdelingen en de viering
van het eerste jubileum van de bridgeclub.
Het financieel verslag van de heer A.
van Dijk werd vastgesteld en de periodiek
aftredende bestuursleden, de heren G.
Verkerk en W. E. Zuurendink, werden op
nieuw in hun functie benoemd.
Vrijdag 20 maart wordt in gebouw
„Nieuw Berkenrode" aan de Herenweg te
Heemstede een huisvlijttentoonstelling ge
opend, welke is opgezet onder -uspiciën
van de Heemsteedse afdelingen der Ka
tholieke Arbeidersbeweging, de r.k. Mid
denstandsvereniging en de onderlinge tuin
liedenvereniging „Aerdenhout en omstre
ken". Deze expositie omvat onder meer
werkstukken op het gebied van draadplas
tieken, modelbouw, dameshandwerken,
produkten van hout en metaal, bloemen,
planten enzovoorts. De bedoeling van een
dergelijke tentoonstelling is een overzich
telijk beeld te geven van hetgeen in vrije
tijd kan worden vervaardigd, waarbij de
organisatoren vooral hebben gedacht aan
de te verwachten werktijdsverkorting. De
tentoonstelling zal zijn geopend: vrijdag
20 maart van 20 tot 23 uur, zaterdag 21
maart van 14 tot 23 uur en zondag 22 maart
van 10 tot 23 uur.
Wapeningen. Bevorderd tot doctor in de land
bouwkunde ir. W. M. Otto, te Utrecht op een
proefschrift „Grondverbetering op lage zand
gronden".
De Haarlemse schilder-graficus Jan Vis
ser viert woensdag zijn 80ste verjaardag.
Ter gelegenheid daarvan is een receptie
georganiseerd in de societeitszaal van het
genootschap Kunst Zij Ons Doel, Waagge
bouw, Spaarna 29 rood, hoek Damstraat,
waar men de jarige tussen 15 en 17 uur
zijn gelukwensen kan aanbieden.
Voor de waterpolocompetitie district
Noordholland luidt het programma: dins
dag 17 maart in het Sportfondsenbad
Zaandam, dames eerste klasse: Waterlelie
Haarlem. Heren tweede klasse: Neptu-
nusHVGB 2.
In het Sportfondsenbad in Haarlem,
heren vijfde klasse: DWT 4Haarlem 3.
Afdeling veteranen: DWRHVGB.
Zaterdag 21 maart worden in het Sport
fondsenbad in Haarlem de volgende wed
strijden gespeeld:
Heren vijfde klasse: NVA 2DWT 4.
Heren vierde klasse: DWR 2VZV 2. Da
mes tweede klasse: DWT 3HVGB 1.
Heren vierde klasse: DWT 3Haarlem 2;
NVA—HZV.
Zondag 22 maart in de overdekte in Alk
maar: Heren derde klasse: DAW 3
DWT 2.
Een 37-jarige schilder uit Haarlem, wil
de zaterdagmiddag omstreeks half vijf
langs hotel Keur in Zandvoort op zijn
bromfiets de Zeestraat inrijden. Hij deed
dit echter met te grote snelheid, waar
door hij over de kop sloeg. Met schaaf
wonden en een hersenschudding rroest hij
naar het Diaconessenhuis in Haarlem
worden overgebracht.
Woensdagavond om acht uur geeft de
Volksuniversiteit, waarin opgenomen de
Haarlemse Kunstgemeenschap, in het
Frans Halsmuseum te Haarlem een film
avond, waar experimentele- en teken
films vertoond worden.
De kamermuziekavond van de Volksuni
versiteit zal niet op vrijdag 20 maart (zo
als in onze rubriek „Uitgaan in Haarlem"
abusievelijk werd vermeld) maar op dins
dagavond 24 maar om acht uur in de tuin-
zaal van het Haarlemse Concertgebouw
worden gegeven. Het programma van die
avond zal worden verzorgd door de har
piste Lilv Laskine met medewerking van
het Haags Vocaal Vrouwenensemble on
der leiding van Arthur Orobio de Castro.
Het prachtig gelegen conferentie-oord
en vakantiecentrum „Teylingerbosch" in
Vogelenzang heeft sinds het voorjaar van
1957 een restauratie ondergaan, die thans
bijna is afgesloten. Het resultaat van de
ingrijpende vernieuwingen zal zijn, dat het
tehuis nog beter aan zijn doel kan beant
woorden: mensen van alle gezindten gele
genheid bieden in een sfeervolle omgeving
samen te zijn, te spreken en zich te ont
spannen. Het voortbestaan van dit geheel
onafhankelijke conferentieoord is mogelijk
dank zij de belangeloze toewijding van
een stichtingsbestuur en de loyale mede
werking van de familie Barnaart.
Na de oorlog heeft „Teylingerbosch",
dat in 1937 hoofdkwartier van de wereld
jamboree was, een bestemming als confe
rentieoord en vakantiecentrum gekregen.
Verbeteringen aan de behuizing bleken de
laatste jaren steeds noodzakelijker. Toen
bijna twee jaar geleden de heer W. Koper
en zijn echtgenote met de leiding werden
belast, is men met spoed aan de vernieu
wing begonnen. Gezien de financiële posi
tie van de stichting, die het tehuis beheert,
heeft men zo veel mogelijk werk zelf ge
daan. Dag na dag was men in touw om
van het gebouw weer een waardig huis te
maken.
Er moest een geheel nieuw dak worden
aangebracht. De grote zolder op de twee
de verdieping werd verdeeld in slaapka
mers. In plaats van de centrale wasplaat
sen kreeg iedere kamer een eigen wasta
fel. Het gehele huis werd van binnen en
buiten opnieuw geschilderd en bepleisterd.
De slaapkamers op de tweede verdieping
werden betimmerd en kregen eveneens
wastafels. Voorts is op deze verdieping
een badkamer ingericht. Men hoopt zo
spoedig mogelijk enkele douches te kun
nen aanbrengen.
Gelijkvloers werden twee zalen omge
bouwd tot een grote recreatiezaal. Hier
hangt een sfeer, zie zowel de ouderen als
jongeren zich thuis doet voelen. In de keu
ken kwam een nieuwe kookinstallatie en
afwasinrichting. Overal werden nieuwe
leidingen voor de elektriciteit aangelegd.
Als dit jaar de laatste slaapkamers zijn
geschilderd, is de totale restauratie een
Ruim honderdtwintig stukken heeft de
Griekse dichter Sofokles, levend in de
vijfde eeuw voor Christus, naar alle waar
schijnlijkheid geschreven. Daarvan zijn
er zeven in hun geheel bewaard. Voor
velen geldt hiervan „Antigone" als 't mis
schien niet aangrijpendste maar wel in
drukwekkendste meesterwerk. Deze on
verminderd geldig gebleven tragedie,
waarvoor de auteur destijds met de gene-
raalstitel is beloond, werd zaterdagavond
in de Haarlemse Schouwburg vertoond,
of liever gezegd: vertolkt, door leden van
de Haagse Comedie in de door regisseur
Max Croiset enigszins gemoderniseerde
vertaling van de onvolprezen dr. L. A. J.
Burgersdijk.
In een woord ter inleiding heeft Max
Croiset de door hem gevolgde interpre
tatie verdedigd met een beroep op „eer
bied voor de tekst, die tot de schoonste
poëtische scheppingen behoort". Dat res
pect staat buiten discussie. Bovendien
heeft Max Croiset als toneelschrijver be
wezen, dat zijn belangstelling voor de
Griekse mythologie mede berust op de
mogelijkheid om met de daarin gegeven
grootheden hedendaagse inzichten geani
meerd te illustreren. Hij erkent, dat zijn
werkwijze onvolledig is. Maar hij berust
daarin bij gebrek aan voldoende weten
schap omtrent de andere componenten dei-
antieke voorstelling, namelijk zang en
dans. Mijn critiek richt zich hierop, dat
hij niet bij machte is gebleken de onvol
ledigheid op te heffen of te compenseren.
Door de moedwillige beperking tot het ge
sproken woord, overigens met allerlei in
consequenties gepaard gaande, ging het
cerebrale zodanig overheersen, dat het
stuk zijn wezenlijke spanning verloor door
afwezigheid van emotionele lading. Men
begrijpe mij goed: alles werd op een bij
zonder intelligente wijze duidelijk ge
maakt, men kon de in het geding gebrach
te gevoelens nauwkeurig beoordelen.
Maar men bleef er onbewogen bij. Croi
set ontnam aan „Antigone" onmisbare di
mensie. Hij bracht het verhevene daar
mee terug in de bloedeloze sfeer van bur
gerlijkheid.
Voor wie de geschiedenis niet mocht
kennen, diene het volgende. In de strijd
om de macht over Thebe zijn Eteokles
en Polyneikes, de beide zonen van de
bloedschendige Oedipus, om het leven ge
komen. De troonopvolger Kreoon, een
broer van hun moeder Iokaste, beschouwt
het als zijn eerste taak de orde te her
stellen en zijn gezag te bevestigen. Hij be
veelt dat de verdediger Eteokles met eer
moet worden begraven en dat het lijk van
aanvaller Polyneikes ten prooi van hon
den en roofvogels op het slagveld achter-
blijve. Ondanks het verbod bestelt Anti
gone eigenhandig haar laatstgenoemde
broer ter aarde, aldus handelend volgens
religieuze richtlijnen. Hiermee is het con
flict geschapen.
Misschien is het noodzakelijk erop te
wijzen, dat volgens de toenmalige inzich
ten begrafenis noodzakelijk was om toe
gang tot het dodenrijk te krijgen. Antigo
ne vervult dus als naaste bloedverwant
haar familieplicht. Kreoon ontzegt haar
echter het recht daartoe: zijn tot wet ver
heven wil gedoogt geen uitzondering. Als
hij haar niet tot andere gedachten kan
overhalen, laat hij haar ter dood brengen.
Het vervolg van het stuk lijkt dan de tra
gedie, van Kreoon, die op zijn beurt even
„voorbeeldig" wordt gestraft, doordat eerst
zijn zoon (Antigone's verloofde Haimoon)
en dan zijn echtgenote zelfmoord ple
gen, juist als hij te laat tot ander inzicht
is gekomen. In feit is dit sublieme dra
matische ironie, waardoor de houding van
Antigone een formidabel relief verkrijgt.
Er zijn en pas goed sinds de wijsge
rige benadering door Hegel ontelbare
„verklaringen" van dit nog altnd fasci
nerende treurspel gegeven. Door Kreoon,
zoals dikwijls gebeurt, als een tiran te
zien, het prototype van de dictator, kan
men gemakkelijk miskennen dat de titel
heldin even eigenzinnig het absolute na
streeft. Zij gaan dan ook beiden ten onder.
Maar er is een kardinaal verschil. De
hoogmoed van Kreoon, die zijn val be
werkstelligt, draagt het karakter van aan
matigende wrevel, wanneer hij niet blin
delings gehoorzaamd wordt. Wij zouden
kunnen zeggen, dat hij ten prooi geraakt
aan machtswellust, voor de bewijzen
waarvan hij achteraf alleszins redelijk
klinkende argumenten bedenkt. Hij geldt
als de mannelijke handhaver van onver-
feit. Het herstel vergt uiteraard hoge be
dragen. Het stichtingsbestuur wil zonder
winst werken, maar wil het tehuis ander
zijds geheel zelfstandig laten.
„Teylingerbosch" biedt plaats aan 116
personen. Het heeft mensen van allerlei
rang en stand en van de meest uiteenlo
pende nationaliteiten onder zijn dak. Dit
openstaan-voor-allen verleent het tehuis
voor velen een grote aantrekkelijkheid.
Tussen mensen van verschillende nationa
liteiten ontstaat er soms een band van
vriendschap, die blijft bestaan als de men
sen al weer naar hun land terug zijn.
Schotten verbleven in het tehuis, maar
ook Zwitsers en Zweden. Meer dan hon
derd Perzen hebben er een week gelo
geerd. Vorig jaar was er een internatio
nale conferentie van Joodse jongerenlei-
ders. Scholen houden hier hun werkweken,
jeugd en studentenorganisaties hun vor
mingscursussen en conferenties. Deze
maand is er weer een internationale con
ferentie.
Mogelijkheden voor recreatie zijn er te
over. Het tehuis grenst aan de duinen,
waar men volop kan wandelen, 's Avonds
komen er inleiders, schaart men zich rond
een kampvuur of wordt bijvoorbeeld een
volksdansavond gehouden.
Kampeerten-ein
Vlak bij het conferentieoord zal de stich
ting dit jaar nog op een bebost gebied van
negen ha. een kampeerterrein openen,
waarmee men de vele kampeerders de
mogelijkheid wil bieden in een prachtige
omgeving de tent op te slaan. Het wemelt
in dit prachtige natuurgebied nog van ha
zen en fazanten. Bij de aanleg van het
kampeercentrum wordt de natuur geen ge
weld aangedaan. Er zal ook strikt op wor
den toegezien dat de kampeerders zich
stijlvol gedragen en de rust niet verstoren.
Er is beslist geen plaats voor schetteren
de radio's en grammofoons.
Om de kampeerders zo veel mogelijk
vrijheid te geven zullen voorlopig slechts
vijfhonderd tenten kunnen worden toege
laten. Op het terrein zal een gebouw wor
den neergezet, dat een kampwinkel, een
overdekte wasgelegenheid met douche en
acht toiletten zal omvatten.
zettelijke instellingen. Daarmee komt het
vrouwelijke element in botsing: Antigone
immers handelt volgens de wetten der
natuur, binnen en buiten haar, dat wil zeg
gen: geleid door haar gevoel en door haar
geloof in de goddelijke beginselen. Maar
het komt erop neer, dat ook zij zich eigen
machtig gedraagt.
Het is een lang erkende wijsheid, dat in
de Griekse tragedies niet goed en slecht,
maar goed met goed en slecht met slecht
in botsing komen. Wat goed is en wat
slecht, hangt van het standpunt af: of men
zich op het menselijk-toevallige of het
eeuwig-noodzakelijke richt. Van dit the
matisch materiaal heeft Sofokles gecom
pliceerde variaties van geniale vereenvou
diging gecomponeerd. De strijd op leven
en dood van toegespitste eenzijdigheden
is in de voorstelling van Max Croiset op
een te smalle basis geplaatst. Het ratio
nele werd niet door het emotionele ge
voed. Daarbij inspireerde de zo uitdruk
kelijk vooropgestelde „eerbied" tot een
soort klassicisme a la Racine, dat alle
(naar ik hoop te hebben aangetoond es
sentiële) natuurlijkheid in dorre plechtsta
tigheid smoorde. Bepaald symptomatisch
hiervoor leek mij de telkens symmetri
sche toneelschikking. Als er niets tegen
over staat zijn dergelijke geometrische
figuren, hoe redelijk ook verantwoord, do
de symbolen saai, saai, saai.
Met alle toegevendheid ten opzichte van
Max Croisets voorkeur voor de toneelspe
ler als woordkunstenaar moet vastgesteld
worden, dat muziek en bewegingsplastiek
onmisbaar zijn als dynamische openba
ringen van het gevoelsleven. De regisseur
echter heeft zich gedragen als een bewer
ker van een klassiek werk voor schoolge
bruik door er verklarende, verhelderende
cursiveringen aan toe te voegen. Het
meest te waarderen is daarbij de getui
genisdrift, alsof hij ons telkens vermanend
voorhoudt: begrijpt u nu hoe mooi dit al
lemaal is? Maar wij van onze kant vra
gen meer dan enkel esthetisch resultaat,
wij willen ook geschokt worden en vooral
ontroerd, wij willen de lotgevallen mee
maken en meebeleven. Van enigerlei be
wogenheid was echter niets te merken. Hoe
zou er ook beweging kunnen zijn in een
spel zonder contrasten? Max Croiset heeft
bewezen, dat men bij monumentenzorg te
rechtkomt, als men niet opnieuw uitgaat
van de in het stuk als activerende facto
ren aanwezige tegenstellingen.
En waarlijk, aan tegenstellingen is geen
gebrek. Op de uiteenlopende motieven van
Kreoon en Antigone is reeds gewezen. An
tigone wordt verder bepaald door haar
verschil met haar zuster Ismene, die wél
het vermogen bezit om zich naar de om
standigheden te schikken. Zo staat tegen
over de heerser Kreoon de naief opportu
nistische soldaat. Merkwaardig is voor
al, dat Max Croiset totaal vergeten lijkt
te hebben, dat de behoefte aan „ordening"
alleen wordt beseft in een chaotische
maatschappij, dat de beschaving een
keerzijde heeft in het barbaarse. Het is
mij een raadsel, waarom hij de koorzeg-
gers steeds als mooipratende standbeelden
voor het voetlicht plaatste: de stemmen
des volks en der goden, verlangend naar
evenwichtige leiders met hemelse wijsheid
ter beschikking over aardse macht, ver
tegenwoordigden bij deze gang van zaken
niemand en niets. Wie heeft vreugde ge
hoord in het openingskoor, wie dionysi-
sche gedrevenheid tot hoop vlak voor de
katastrofe?
Als Max Croiset zijn opvatting had wil
len volhouden, waarom heeft hij zich dan
niet tot opzeggen of voorlezen beperkt?
Enkele realistische details (het wegvoe
ren van Antigone bij voorbeeld) deden nu
even potsierlijk aan als het uitblijven van
uitdrukkelijk genoemde handelingen en
geluiden. Is het hem dan ontgaan, dat in
de tekst het natuurgeweld een grote rol
speelt? Het starre en kuise decor van W.
I-Iussem deed veel goeds verwachten, dat
helaas uitbleef. De meeste bewondering
heb ik nog gekregen voor Elisabeth An
dersen, die als enige de woorden ergens
vandaan leek te halen. Medelijden echter
heb ik alleen gehad met Gijsbert Ter-
steeg, die verkleed als een opgeschoten
zeeverkenner naar tegenspelers in een ge
heel ander stuk liep te zoeken. Tot de me
dewerkers behoorden verder: Sigrid Koet-
se, Frans van der Lingen, Joris Diels,
Max en Jules Croiset, benevens enige an
deren, die zelfs qua voordracht te weinig
voldoening schonken.
David Koning
99
Het blijspel „Niet van gisteren" door
Garson Kanin, waarvan de Haagse Come
die zondag een door Paul Steenbergen ge
organiseerde voorstelling in de uitverkoch
te Haarlemse Schouwburg heeft gegeven,
is wél van gisteren. Het is zeker al tien
jaar geleden, dat „Het Vrije Toneel" met
Myra Ward, Cor Ruys, Louis de Bree en
Leo de Hartogh in de hoofdrollen, in de
vertaling van mr. E. Elias en onder regie
van Dick van Veen, in Utrecht de Euro
pese première van dit Amerikaanse succes
stuk gaf. Sindsdien heeft iedereen er de
onder de oorspronkelijke titel „Born yes
terday" van vervaardigde filmversie kun
nen zien. Vanwaar deze reprise? Het lijkt
mij niet onwaarschijnlijk, dat betrekkelijk
recente publikaties in de dagbladen ovcr
de zogenaamde „schrootaffaire" herinne
ringen aan deze lichte satire hebben wak-
kergeroepen. En trouwens, het publiek is
over het algemeen dol rp spectaculaire ont
maskeringen van corruptie....
De schatrijke handelaar in oude metalen
Harry Brock, die volgens goede Ameri
kaanse traditie zijn loopbaan tot multi
miljonair als krantejongen begon, probeert
door middel van omkoperij van politici alle
ijzerresten van „de in Europa gevoerde oor
log" in handen te krijgen. Bang dat zijn
minnares, de gewezen revuedanseres Billy
Dawn, zich niet in de „Society" van Wash-
De eerste rit van de voorjaarscompeti
tie die zondag door de Haarlemse wieler
club „De Kampioen" in de Velserbroek-
polder werd gehouden, is bij de A- en B-
klassers op fraaie wijze gewonnen door
de Vijfhuizer amateur-stayer Henk Buis.
Met honderd meter voorsprong op zijn
naaste concurrenten ging Buis als winnaar
over de eindstreep.
In deze veertig kilometer lange rit wis
ten Buis, Straver, P. de Jong en Van Eg-
mond al spoedig na de start uit het pelo
ton te ontsnappen en een voorsprong te
veroveren. En zij werden, ondanks het feit
dat ook Fennis, Gieske en Blommaert zich
nog van het peleton wisten af te zonderen,
niet meer bedreigd. De vier vroege vluch
telingen konden het pleit onderling be
slechten en dat won Henk Buis. Hij sprong
in de voorlaatste ronde weg uit het kop-
groepje en stond zijn eenmaal verworven
voorsprong niet meer af.
De uitslag luidde: 1. Buis, de 40 kilome
ter in 1 uur 4 min. en 12 sec.; 2. Straver,
3. P. de Jong, 4. Van Egmond, 5. Fennis,
6. Gieske, 7. Blommaert, 8. H. van Steyn,
9. Van Dijk, 10. H. Peters. Bij de C-klas-
sers, die een wedstrijd over 20 kilometer
reden, zegevierde Van der Horst in een
tijd van 34 min. en 38 sec.
Op tweeéntachtigjarige leeftijd is zater
dag te Haarlem overleden de heer C. B.
M. Segaar, oud-chef van de afdeling on
derwijs en verkiezingen ter gemeentese
cretarie van Haarlem. Hij werd in april
1877 te Leiden geboren en genoot zijn
schoolopleiding in Haarlem. In 1894 trad
hij in militaire dienst en acht jaar later
verliet hij de dienst wegens zijn benoe
ming tot klerk aan de afdeling belastingen
der gemeente Haarlem. In 1908 volgde
zijn overplaatsing naar de afdeling onder
wijs en tot 1 januari 1938, de dag waarop h
gepensioneerd werd, is hij op deze afdeling
werkzaam geweest. Hij doorliep diverse
rangen en werd op 1 januari 1920 hoofd
commies en op 1 juli 1937 referendaris.
Op 1 mei 1932 werd hem de leiding toever
trouwd der administratieve werkzaam
heden voor het openbaar lager en middel
baar onderwijs en later van de gehele af
deling. Destijds werden de verkiezingen
ook door de afdeling onderwijs geregeld en
met de heer Kalbfleisch en later had de
heer Segaar alleen de leiding ervan. Door
zijn arbeid genoot de thans overledene een
grote bekendheid in de kringen van allen,
die in enige betrekking tot het onderwijs
en de verkiezingen stonden. Ook is de heer
Segaar van 1919 tot 1926 lid geweest van de
commissie van Toezicht op het lager on
derwijs.
Woensdag 18 maart, na aankomst van
trein 15.05 uur, zal zijn stoffelijk over
schot op de begraafplaats Westerveld ter
aarde worden besteld.
ington zal kunnen bewegen, huurt hij de
jonge journalist Paul Verrall om haar enige
beschaving bij te brengen. Na twee maan
den echter heeft zij met haar aangeboren
intelligentie de lessen dusdanig ter harte
genomen, dat zij haar vriend volkomen
dóór heeft en hem nagenoeg, uit eerlijke
verontwaardiging, ten val brengt. Het blad
„Life" schreef destijds: „Het doel van de
schrijver, wiens stuk een mengeling is van
gevoelige, heftige en allerkostelijkste scè
nes, is zowel zijn auditorium als zijn hel
din op te voeden. En zoals elke populaire
onderwijzer weet hij, dat zij die het hardst
lachen zijn beste leerlingen zijn". Wat hier
ook van wa?.r moge zijn, men kon ook nu
constateren dat een zaal vol toeschouwers
soms reageert als een klas vol kinderen.
Men kan gemakkelijk de waarde van het
stuk kleineren, want de critiek op mis
standen is nogal naïef en van karakter
tekening is nauwelijks sprake. Niettemin is
het een heel amusant niemendalletje-met-
achtergronden, dat rijke speelkansen biedt.
Van deze mogelijkheden heeft het Haag
se gezelschap dankbaar geprofiteerd. Uiter
aard heeft men in deze wedervertoning het
lachwekkende aangedikt, waarbij de
nieuwe vertaler, Alfred Pleiter, is voorge
gaan. Een vergelijking met de vroegere
voorstelling, gesteld dat die in betrouw
bare mate mogelijk zou zijn, heeft geen en
kele zin. Met uitzondering van Myra Ward
is er een geheel andere bezetting niet
alleen andere namen, vooral andere typen.
Men kreeg de indruk, dat de talentrijke
Coen Flink zich een beetje moest over
schreeuwen om zijn autoriteit van prole
tarische afkomst te bevestigen. Niettemin
was het wel een aardige rol. Paul Steen
bergen liet als de terwille van het geld
gedegradeerde intellectueel rijkgenuan-
ceerde variaties op het thema wazige dron
kenschap zien. Luc Lutz was bijzonder in
nemend als de joviale belichaming der
integriteit, waarbij vooral de gedi-agslijn
ten opzichte van de liefde fijnzinnig werd
uitgespeeld. Van de andere medewerken
den moeten vooral Jan van der Linden en
Frans Vorsman met waardering worden
genoemd. Myra Ward was wederom hart-
veroverend in de vrouwelijke hoofdrol.
Zij wist de verwantschap van Billy Dawn
met de Elsa Doolittle van Shaw geheel te
doen opgaan in een rijpingsproces van
vulgaire onverschilligheid tot een aan
doenlijk parmante waardigheid. Er waren
vele „open doekjes". Die klaterende bewij
zen van instemming zullen wel tot gevolg
hebben, dat het riante decor van Lou
Steenbergen nog menigmaal in Haarlem
gebouwd moet worden.
David Koning
De echtgenote van Amsterdams burge
meester, mevrouw E. van Hall-Nijhoff
heeft heden de internationale huishoud
beurs in het RAI-gebouw in de hoofdstad
geopend. Mevrouw Van Hall wees in het
bijzonder op de voorlichtende taak op
huishoudelijk gebied, die op de tentoon
stelling tot uitdrukking komt. De direc
teur van de Huishoudbeurs, de heer P. F.
Blokker, had tevoren een overzicht gege
ven van de groei van de beurs, die jaar
lijks meer dan 150.000 bezoekers trekt.
HAARLEM, 14 maart
BEVALLEN van een zoon: 13 maart:
A. M. Snoeks-van Straaten.
BEVALLEN van een dochter: 13 mrt:
N. Kramp-Weijde W. J. W. Massaro-de
Beer; M. M. Oudhoff-Rijbroek.
OVERLEDEN: 12 maart: P. Fortgens,
81 j., Zijlweg 13 maart: G. W. van der
Klugt, 1 j., Voorhelmstraat; J. W. ter
Horst, 71 j., Sterrebosstraat; P. Kelder
man, 63 j., Leidsevaart.
GETROUWD: 14 maart: M. A. Vroom
en E. Snoeijerbosch.
Litteraire prysvraag. Het bestuur van
de stichting Matthias Kemp-prijsvraag,
heeft een prijsvraag voor een roman uit
geschreven. Deelnemers aan deze prijs
vraag kunnen tot april van het volgend
jaar werk indienen. Het ligt in de bedoe
ling, dat de te bekronen werken zoveel
mogelijk hun stof ontlenen aan het Neder
lands-Limburgse dan wel Vlaams-Lim
burgse leven.