S.E.R. adviseert huurverhoging van 25 percent per 1 april 1960 OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT HET WEER Londen ontdaan over uitlatingen van veldmaarschalk Montgomery tW MORRIS (niforctfotr fin Over het loon- en subsidiebeleid lopen de meningen sterk uiteen r BRINKMAN Houtplein Morgen geen krant Schuldvraag LANG VERBEIDE LEIDRAAD VOOR REGERING .ikwl Bolletje/' Kouder overdag Geen zekerheid Koningin ontvangt dr. W. Drees SOLEX DE LUXE KONINGINNEDAG „DE JUPITER" g TRIO THEO v. d. ZEE Britse pers bezorgd over Macmillans verklaring Radio-actieve neerslag in Engeland is verdubbeld In de krant van heden: Het woord is aan Wrak van vermist Brits vliegtuig gevonden 73e JAARGANG No 245 WOENSDAG 29 APRIL 1959 304e JAARGANG No 93 Grote Houtstraat 93, Haarlem. Tel. 15295 (0 lijnen) Directie, Redactie, Administratie. Drukkerij Gr. Heiligland 10. Tel. 15295. Bij kantoor Haarlem-N. Soendaplein, Tel. 57755 Hoofdredacteur: Simon Koster Adj. Hoofdredacteur: Jos L. Lodewijks Haarlems Dagblad Uitgave Grafische Bedrijven Damiate N.V. Verschijnt dagelijks beh. op zon- en feestdagen. Abonnement p. week 59 ct., p. kwartaal 7.65, fr. p.p. 8.15. Losse nrs. 12 ct. Postgiro 273107, t. n. v. Haarlems Dagblad/Opr. Haarl. Crt. Directie: P. W. Peereboom en A. D. Huijsman Het advies van de Sociaal-Economische Raad, dat de regering als leidraad zal dienen voor het te voeren sociaal-economisch beleid in de naaste toekomst, is thans verschenen. Het werd reeds lang verwacht. Voor de regering-B'eel en bij de kabinetsformatie was het een handicap dat het nog niet was uitgebracht. Eenstemmigheid werd op nagenoeg geen enkel punt bereikt, zodat er nog veel pas- en meetwerk nodig zal zijn om een vaste lijn in het beleid te kunnen trekken. De kern van het advies, dat uiteenvalt in drie complexen van onderling onver brekelijke maatregelen, ziet er zeer globaal en schematisch als volgt uit: 1. Huurverhoging met ingang van 1 april 1960 van 25 pet. voor de woningen, gebouwd in de periode 1918—1945, en voor de woningwetwonin gen, gebouwd in de periode 1945—1956. De vóór 1918 gebouwde woningen dienen in eerste aanleg van een verdere huurverhoging te worden uitgeschakeld, indien zij niet voldoen aan bepaalde, aan kwalitatief volwaardige woningen te stellen objectieve criteria, of indien zij beneden een bepaald huurniveau liggen. 2. Verlaging van de subsidies ten behoeve van nieuw te bouwen woningen. 3. Verhoging van de consumptiemelkprijs met 3 cent per liter. (Een deel van de raad wenst echter handhaving van de consumentensubsidie en der halve van het huidige prijsniveau.) 4. Loonsverhoging. Al naar de opvatting der diverse groeperingen in de raad: bedrijfstaks- of ondernemingsgewijs algemeen en uniform 4 pet. 5. Compensatie van hogere huren en duurdere melk. 6. Verhoging van de toeslagen op de invaliditeitsrenten van de beneden 65-jarigen. 7. Overheidsinvesteringen tot een bedrag van circa vijftig miljoen gulden per jaar in de ontwikkelingsgebieden. (Een deel van de raad wenst als norm 50 tot 75 miljoen gulden.) 8. Tijdelijke belastingverhogingen: afschaffen of handhaven, al naar de opvatting der diverse groeperingen in de raad. De S.E.R. is er bij het opstellen van zijn advies van uitgegaan, dat voor 1959 de duurtetoeslag op de kinderbijslag wordt gehandhaafd, dat per 1 januari 1960 de al gemene weduwen- en wezenverzekering wordt ingevoerd (voorshands te financie ren uit het A.O.W.-fonds) en dat de tijde lijke verhoging van een aantal belastingen per 1 januari 1960 een einde neemt (ven nootschapsbelasting, motorrijtuigenbelas ting, bijzonder invoerrecht en benzine- en omzetbelasting op enkele produkten). Het reëel natonaal inkomen zal naar verwacht wordt in 1959 en 1960 sneller stijgen dan in 1956 tot en met 1958 het geval is geweest. Er is derhalve sprake van een gematigde expansie, aanvangende in 1959 en zich versneld voortzettend in 1960, waardoor met name in 1960 het niveau van het reëel nationaal inkomen niet on bevredigend moet worden geacht. Het consumptiepeil en het prijs indexcijfer van het levensonderhoud (exclusief A.O.W.-premie) zullen volgens de raming na een kleine daling in 1959 weer enigermate stijgen in 1960 als gevolg van de optredende expansie en daardoor in het laatstgenoemde jaar gemiddeld iets hoger zijn dan in 1958. Ook de wijzigingen in het invoerprijspeil en het uitvoerprijs- peil (en derhalve in de ruilvoet) zullen slechts gering zijn. Advertentie Interessant nieuws over BOLLEDE EIERBESCHUIT in de damesbladen van 2 en 16 mei V Verwachting tot morgenavond: Aanvankelijk zwaar bewolkt met tijdelijk regen. Later enkele opklaringen, maar ook hier en daar een bui. Matige, tijdelijk krachtige wind, eerst uit ooste lijke, daarna uit westelijke rich tingen. Minder koude nacht. Morgen overdag iets lagere tem peraturen dan vandaag. Volledige weerrapporten op pagina twee. DIT NUMMER BESTAAT UIT VIERENTWINTIG PAGINA'S Verder wordt verwacht, dat de geregi streerde arbeidsreserve in de jaren 1959 en 1960 gemiddeld op hetzelfde niveau zal liggen als in 1958 (90.000 a 100.000 man) en dus niet onaanzienlijk uitgaan boven het peil van de jaren 1954-1957. De reserve zal dus hoger zijn dan het peil, waarbij globaal genomen spanningen op de ar beidsmarkt kunnen worden verwacht. Ten gevolge van een structureel tekort aan werkgelegenheid, zal, in het bijzonder in de drie noordelijke provincies en delen van Noord-Brabant en Zeeland het gemiddelde peil echter aanmerkelijk worden overschre den. Aan structurele maatregelen ter be vordering van de werkgelegenheid in deze probleem-gebieden dient volgens de S.E.R. dan ook een belangrijke plaats te worden toegekend. Met betrekking tot de investerin gen wordt opgemerkt, dat de raad van oordeel is dat de ontwikkeling ten deze in 1959 niet bevredigend moet worden geacht. Gelet op de in 1960 te verwachten toene ming van de investeringen, meent de S.E.R. echter, dat naast het herstel van de in vesteringsaftrek aan verdergaande maat regelen slechts behoefte bestaat, indien als gevolg van de te nemen beleidsmaatregelen eeen geringere stijging van de investerin gen zou moeten worden verwacht dan thans is voorzien. Hierbij wordt evenwel aangetekend, dat het geschatte investeringsniveau (in 1960 ongeveer liggend op het niveau van 1956- '57, doch, uitgedrukt in percenten van het bruto nationaal produkt, lager liggend: 14,7 pet. (in 1960 tegen 16,3 pet. in 1956-'57) slechts gerealiseerd zal worden in de ver onderstelling dat de tijdelijke belasting maatregelen per 31 december 1959 aflopen. Mocht dit niet het geval zijn, dan zal het investeringspeil ongunstig worden beïn vloed, zij het dat voor 1960 dit effect slechts beperkt zal zijn. Eerst in 1961 zal deze ongunstige invloed zich ten volle doen gevoelen. Een gunstig beeld geeft de verwachte ontwikkeling van het verloop van het over schot op de lopende rekening van de b e- talingsbalans. Het streefcijfer, dat hiervoor wordt gesteld 500 miljoen per jaar) wordt ruimschoots overschreden in 1959 en 1960. Deze ontwikkeling wordt des te verheugender genoemd, aangezien zij gepaard gaat met een toeneming van de voorraden. Dat uit deze ontwikkeling slechts een geringe absolute toeneming van de deviezenvoorraad resulteert, hangt samen met de veronderstelling, dat in 1959 en 1960 een aanzienlijke kapitaalexport zal optreden. (Van onze weerkundige medewerker) Morgen (Koninginnedag) zullen er dui zenden zijn, die op droog en zonnig weer hopen. Het voordeel, uit weerkundige oogpunt gezien, van 31 augustus was dat de tempe ratuur gemiddeld veel aangenamer was. Men mag op 31 augustus op een gemiddeld maximum temperatuur van 20.5 C. reke nen tegen 16 graden op 30 april. De keren dat het op 30 april warmer is dan 20 C zijn zeldzaam. Nu is dit voor het welslagen van een Koninginnefeest ook niet noodzakelijk. Verleden jaar was het met 17 a 19 C en zonnig weer op 30 april ook een prachtige dag. Tegenover deze gemiddeld wat lagere temperatuur staat dat de regenkansen op 31 augustus veel groter zijn dan op 30 april. Wij kunnen zeggen dat een geheel verregende 30 april een veel groter bijzon derheid is dan een regenrijke 31 augustus. Wat wij aan de temperatuur op 30 april verliezen, ten opzichte van 31 augustus, dat winnen wij aan de kleinere regenkansen. De situatie is ditkeer te wisselvallig om reeds 24 uur tevoren een grote zekerheid te geven over het weer van morgen. Het is jammer dat de hogedrukgebieden, die ons deze aprilmaand zoveel mooie en warme dagen hebben gebracht, nu juist op het einde van de maand naar andere delen van Europa zijn getrokken. Het te verwachten overschot op de lopende rekening van de betalingsbalans is een indicatie, zo wordt gezegd, dat de totale bestedingen in de jaren 1959 en 1960 minder zullen stijgen dan de beschikbare middelen toelaten. Een stijging van de bestedin gen is derhalve mogelijk. De vraag rijst overigens welke omvang deze kan aan nemen en welke vrijheid er bestaat met betrekking tot de aanwending van aeze bestedingen Een deel van de S.E.R. is van oordeel, dat op beide punten voorzichtigheid is ge boden. Een te grote verruiming van de bestedingen, waardoor deze blijvend op een aanmerkelijk hoger niveau zouden komen, zou er namelijk toe kunnen leiden, dat in 1961 weer tot een afremming zou moeten worden overgegaan. Volgens dit aeei van de raad is de aanwezige ruimte in hoge mate een investeringsruimte, waarvoor de liquide middelen te zijnertijd zullen wor den aangewend. De verwachtingen geven echter naar het oordeel van dit deel van de raad geen aanleiding om een beperkte vergroting van andere bestedingen vol strekt ontoelaatbaar te achten. Een ander deel van de raad daarentegen Een van de leden van de groep rebellen uit Cuba, die een landing uitvoerden in Panama, wordt hier ondervraagd door politiechef Ramon (links). De ondervraagde is Guillermo A. Gon zales, die met nog twee mannen door een korporaal van de Panamese nationale garde gearresteerd werd. Hij verklaarde, dat dr. Arias de „invasie" had gefinancierd. Het kabinet der Koningin deelt mede: De Koningin heeft hedenochtend ten paleize Soestdyk de minister van staat dr. W. Drees ontvangen. meent, dat de conclusie is gewettigd dat er plaats is voor een grotere verruiming van de bestedingen en dat geenszins vaststaat zoals door het andere deel van de raad gesteld dat de faktoren, waardoor de overschotten op de lopende rekening zijn ontstaan, zouden indiceren dat die over schotten waarschijnlijk zouden moeten worden aangewend voor grotere invoeren tengevolge van een toeneming van de in vesteringen, in het bijzonder de voorraad- investeringen. Het is dus op dit principiële vlak, dat in de S.E.R. de meningen over de vraag in hoeverre er ruimte is voor bestedingsver ruiming in de particuliere sektor, uit elkaar gaan lopen. Zij resulteerde in van elkaar afwijkende adviezen met betrekking tot de verschillende beleidspunten, die in de aan hef zijn genoemd. Resumerende kan dan ook worden gezegd, dat het resultaat van de toetsing van de ontwikkeling van het overschot van de lopende rekening van de betalingsbalans in 1959 en 1960 aan de doelstellingen ten aan zien van de betalingsbalans zo kan worden samengevat, dat de raad eenstemmig van oordeel is, dat deze ontwikkeling een dui delijke indicatie geeft van de mogelijkheid van een verruiming van de bestedingen in de periode 1950-'60, maar dat zowel over de omvang van de bestedingsverruiming als over de vrijheid van keuze bij de ver deling over de bestedingscategorieën ver schil van inzicht bestaat. Het is tegen deze achtergrond van de te verwachten ontwik keling van de sociaal-economische situatie in ons land, dat de S.E.R. tot zijn gedeeld advies is gekomen. Elders in dit blad wordt nader ingegaan op de verschillende onderdelen van dit zo belangrijke advies. Zie verder pagina 11) (Van onze correspondent in Londen) In Londen is men ontdaan over de cri- tiek die veldmaarschalk Montgomery voor de Amerikaanse televisie heeft geuit op Amerika op een ogenblik, dat hij zyn de licate bezoek aan Moskou brengt. De al gemene opvatting was, dat Montgomery's bezoek aan de Sovjet-Unie van onschuldige aard was. Zyn tactloze optreden tegenover Amerika koren op de molen van de Rus sen heeft echter deze mening doen ver anderen. Hoewel hy er tegen is dat mili tairen zich met politiek bemoeien, doet hy dat zelf wel. Een dag nadat Selwyn Lloyd, de Britse minister van Buitenlandse Zaken zich tegen de terugtrekking van troepen in Centraal Europa uitsprak, propageert Montgomery dit in een gefilmd vraagge sprek voor de Amerikaanse televisie. De eerste reactie is dat Montgomery's uitbar sting voor de Amerikaanse televisie onver- geeflyk is. Men acht het onbegrijpelijk dat een man met zoveel zelfdiscipline als de veldmaarschalk zich op deze manier heeft laten gaan en dat hy bezig is de Brits- Amerikaanse betrekkingen op een ogenblik als dit te bederven. (Reuter). Montgomery verklaarde dat Amerika's leiders niet gezond zijn en hij noemde in dit verband Eisenhower, Dulles en Herter. Hij zei het niet eens te zijn met Eisenhower's verklaring dat het onlogisch zou zijn een landoorlog over Berlijn te strijden. Zijns inziens is dat juist de soort oorlog die de Sovjet-Unie van zins zou kunnen zijn. Toch is hij van mening dat Rusland niet het geringste voornemen heeft het Westen aan te vallen, evenmin als andersom. Elk land dat zijn kernbewa pening ontwikkelt ten koste van zijn con ventionele uitrusting, speelt in de kaai't van Rusland omdat de kleine oorlogen de belangrijke zullen zijn in de komende tien jaren. Montgomery meent ook dat dat een ministersconferentie vóór een topconferen tie overbodig is. „Ik geloof niet dat Rusland een oorlog met kernwapens op grote schaal tegen het Westen zal ontketenen om dan verslagen en verwoest aan zijn lot te worden over gelaten met een miljard Chinezen aan zijn oostgrens", aldus Montgomery. Hij meent voorts dat de Bondsrepubliek tactische kernwapens moet krijgen. „Ik geloof niet Advertentie dat je tactische kernwapens kunt blijven opbergen in een gesloten kast, waarvan de Amerikanen de sleutel hebben". Montgo mery meent ook dat de kwestie van de Duitse hereniging „onmiddellijk onder op de agenda geplaatst zal moeten worden" „en verder", aldus Montgomery, „is het on logisch van het Westen om te zeggen dat de Oostduitse regering niet bestaat. Zij be staat wel degelijk en zij zal waarschijnlijk nog wel een tijdje blijven bestaan". Advertentie DE VEILIGSTE BROMFIETS nu 375.— Off. Dealer: I. 3.VANKOOTEN Houtplein 18-20 - Tel. 16615 - 12000 Grote Houtstraat 140 - Tel 12349 (Ook op gemakkelijke betalingscondities) Advertentie STADSDRAAIORGEL afgewisseld door öeoeooo«o©öeee©Q9©e©0o©ö©0©© LONDEN (Reuter) Premier Macmil- lan van Groot-Brittannië heeft het Lager huis de laatste gegevens verstrekt over de radioactieve neerslag in Groot-Brittannië en speciaal over de hoeveelheid strontium 90 dat beenderkanker veroorzaakt. Mac- millan verklaarde dat de radio-actieve neerslag sinds mei 1958 verdubbeld is. Mocht hierin geen verandering komen dan verwacht men een toeneming van radio actief strontium 90 in de voedingsmidde len. Macmillan legde er echter de nadruk op dat de hoeveelheid strontium 90, die hierdoor het menselijk lichaam zal wor den opgenomen, waarschijnlijk beneden de graad zal blijven die een directe be studering van het probleem noodzakelijk maakt. In de Britse pers heeft Macmillans ver klaring aanleiding tot bezorgdheid gege ven. De socialistische Daily Herald dringt er bij de wereldleiders op aan, de gehele waarheid omtrent de radio-actieve neerslag te vertellen. Het blad spreekt zich uit voor een onmiddellijke stopzetting van de proeven met kernwapens. De onafhan kelijke Scotsman vraagt zich af welke waarde men mag toekennen aan de ge noemde cijfers. Het blad herinnert er aan, dat men in de Verenigde Staten al bezig is de maatstaven naar boven te herzien. De Times eveneens een onafhankelijk blad, vindt de cijfers geruststellend, maar het blad voegt hieraan toe, dat de geleer den het er over eens zijn, dat men de hoe veelheid radio-activiteit zo laag mogelijk moet houden. Het is geen goed begin dat wij beginnen met een extra-last van radio actieve neerslag als gevolg van kernwa penproeven, aldus de Times. De liberale News Chronicle is van oordeel dat de toe neming van de hoeveelheid strontium het gevolg is van de uitzonderlijke vuile kern proeven, die de Russen vorige herfst heb ben uitgevoerd. Morgen, donderdag 30 april, ko ninginnedag, zal ons blad niet ver schijnen en zullen onze kantoren de gehele dag gesloten zijn. Koninklijke onderscheidingen pag. 13 Adviezen van de S.E.R... pag. 1, 11 Programma's Koninginnedag pag. Vlaggetjesdag als vanouds. pag. 7 Uit stad en omgeving. pag. 7, 9 Economisch nieuwspag. 2 Feuilletonpag. 4 Op de Praatstoelpag. 3 De Kleine Wereldpag. 3 Uit binnen- en buitenlandpag. 1, 15, 17 Kunstpag. 15 Sportpag. 19 Bij de petroleumhaven in Amsterdam is een tankwagen in de grond gezakt, toen de chauffeur een tegenligger passeerde. Het achterstuk zakte geheel weg, waarna het grote gat, dat daar door ontstond, onmiddellijk met water volliep. Ook een gedeelte van de be strating verdween in het gat. De tankwagen was met drieduizend liter petroleum geladen. Een kraanwagen heeft het gevaarte uit het gut getrokken. BARTELJORISSTR HAARLEM TEL 13.439 SUèDE DAMESJASJES IN KLEUREN John Masefield Wij putten onze grootste levenswijsheid uit onze gelukkige dagen. Het spreekt vanzelf dat er over de mis lukking van prof. De Quay's poging tot kabinetsformatie nogal wordt „nagekaart", zowel in politieke milieus als in de pers. Natuurlijk wordt daarbij ook druk gespro ken en geschreven over de vraag, bij wie of bij welke partij nu eigenlijk de schuld voor deze mislukking rust. En even na tuurlijk is het dat in dit verband door verschillende partijen en verschillende commentators in verschillende richtingen wordt gewezen; alleen zijn zij het er in 't algemeen over eens, dat de anti-revolutio nairen door de opzegging van hun mede werking maandagmiddag de genadestoot hebben toegebracht. Maar welke betekenis heeft deze „schuld vraag", en welke consequenties moet men er aan verbinden? Ze heeft zeker niet dezelfde betekenis, en behoeft ook niet tot dezelfde consequenties te leiden, als de schuldvraag die rijst nadat er een regering ten val is gebracht. En dus lijkt het ons geheel overbodig en tot verwarring leidend, aan analyses van de mislukte formatie poging de conclusie te verbinden dat, nu het kaartenhuis van prof. De Quay in elkaar is gestort ten gevolge van de anti revolutionaire weigering, er dus een anti-revolutionair belast zou moeten wor den met de volgende formatie-opdracht. De zaak ligt heel anders als een regering tot aftreden wordt gedwongen door een bepaalde handeling van een der politieke partijen. Dan is er een situatie geschapen waarvoor de bewuste partij duidelijk de verantwoording draagt en dan is ook het ogenblik gekomen waarop door iedereen de gemeenplaats „wie breekt, moet betalen" mag worden gelanceerd. Maar als bij een kabinetsformatie een der partijen zich zelfs op het laatste moment terugtrekt, is er niets gebroken, want er viel nog niets te breken. Er is in feite niets anders ge beurd dan dat bepaalde onderhandelingen, tegen de verwachtingen van velen in, niet tot een positief resultaat hebben geleid. Hiermee wil geenszins gezegd zijn, dat wij het zouden betreuren als prof. Zijlstra van de Koningin een formatie-opdracht zou ontvangen. Prof. Zijlstra is, niet alleen als econoom en als hoofd van een departe mentale organisatie maar ook als politicus, een zeer kundig man. Dat zou op zichzelf voor de Koningin een volkomen aanvaard bare reden kunnen zijn om hem met de kabinetsformatie te belasten ,als de ge dachte aan een formateur uit de grootste partij, de K.V.P., wordt losgelaten. Maar dat is een heel andere kwestie. O n aanvaardbaar zou naar onze mening alleen zijn dat prof. Zijlstra zou worden aangezocht omdat diens partij beslis send heeft bijgedragen tot de mislukking van de vorige formatie-poging. Want daar door zou een op zichzelf goed gebruik, dat zijn waarde heeft bij het ontstaan van een kabinetscrisis, ook worden toegepast bij de pogingen tot oplossing van zo'n crisis, en dat zou bepaald niet logisch zijn. Er kun nen zich natuurlijk gevallen voordoen waarin het staatshoofd het wenselijk zou achten, consequenties van deze aard te trekken uit de houding van de een of andere partij tijdens een kabinetsformatie. Maar dat is heel iets anders dan het zich verdiepen in de „schuldvraag" bij het mis lukken van een formatie-poging en het daarbij tot traditie willen verheffen van een methode die er niet althans niet onder alle omstandigheden bij past. Het zou trouwens nóg onlogischer zijn, te beweren dat er thans een a.r. formateur dient te worden benoemd, nu prof. De Quay zelf heeft verklaard dat de „schuld vraag" niet zo eenvoudig ligt en dat men „niet alleen naar het laatste moment moet kijken". Dit op zichzelf toont al hoe moei lijk het zou worden als men bij elke mis lukte formatie-poging naar een schuldige zou moeten gaan zoeken. En zelfs al viel in een bepaald geval die schuldige aan te wijzen, dan nog zou men er heel verkeerd aan doen, de volgende formateur bij voor baat in de betrokken partij te gaan zoeken „omdat de traditie het zo wil". Want zulk een traditie bestaat niet. Simon Koster NICOSIA (Reuter) Een RAF-lestoestel heeft het wrak van het sedert donderdag vermiste Britse vrachtvliegtuig van het type Tudor, dat geheime uitrusting voor een Australische raketbasis aan boord had, op een 4200 meter hoge bergpiek noordelijk van het Wanmeer in Turkije ontdekt. Dit grote Turkse meer lag op de route van het toestel naar Teheran. Het toestel had twaalf man aan boord. Enkele dagen geleden had Engeland nog inlichtingen gevraagd aan Rusland, maar de Russen antwoordde van niets te weten. De route liep op 160 kilometer van de Rus sische grens.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1959 | | pagina 1