K i nder boekenweek 1959
Austraüe's vreemste vogel,
de „gevederde thermometer"
HONGERIGE MOVERS INDE HAARLEMMERHOUT
Britten onthutst over
import van poederthee
ZATERDAG 26 SEPTEMBER 1959
Erbij
f A O
Een Zwitserse firma heeft in Groot-
Brittannië, het land waar men de thee
op een bijzondere wijze vereert, poe
derthee geïntroduceerd, die even bruin
is als de poederkoffie van dezelfde fir
ma. Het is waarlijk niet deze kleur-
ov er eenkomst die de Britten tot het
fronsen hunner wenkbrauwen heeft
gebracht. Slechts weinig Engelse huis-
vrouwen maken gebruik van het „zet-
zakje" thee. In grote meerderheid zwe
ren zij en hun echtgenoten bij de op
rechte thee, bereid volgens het aloud
recept van een theelepeltje thee voor
elke te schenken kop thee, en te depo
neren in een tevoren met heet water uit
gespoelde theepot.
Volgens de fabrikanten van de poe
derthee hebben twee zeer ervaren thee
proevers geen verschil kunnen consta
teren tussen een normaal zetsel, en een
zetsel van poederthee.
De gemiddelde Brit drinkt twintig
maal meer thee dan koffie. Dit ver
klaart tevens waarom poederkoffie
maar een klein voetje op Britse bodem
heeft. De poederthee Britten menen
dat de buitenlanders wel erg brutaal
waren toen zij met hun busjes aan land
stapten en zeiden dat er „instant tea"
in zat heeft het moeilijk in Enge
land. Men heeft er bepaald geen triomf
bogen voor opgericht. Men vraagt zich
af of men nu ook poederwhiskey en
poederbier denkt te gaan produceren.
Een onderzoeker geniet van een demon
stratie in temperatuurgevoeligheid door
een mallee.
men hoe de vogel de temperatuur vast
stelt. Immers, na enige van die „snavel
manoeuvres" begonnen de dieren onmid
dellijk maatregelen te treffen om de broed-
heuvels warmer of kouder te maken.
DE VIJFDE NEDERLANDSE Kin
derboekenweek wordt binnenkort overal
in den lande gevierd. Ouders, opvoeders,
onderwijzers en allen die zich op de
een of andere wijze met de vorming van
het kind bezighouden, hebben, toen vijf
jaar geleden de eerste Kinderboeken
week werd gehouden, ingezien dat hier
werk werd gedaan, dat te lang achter
wege was gebleven. De Kinderboeken
week wordt georganiseerd door de Com
missie voor de Collectieve Propaganda
van het Nederlandse Boek, die ook de
„grote" Boekenweek voor haar rekening
neemt en die zich vleit met de hoop op
deze wijze de aandacht op de vraag
stukken, het kinderboek betreffend, te
hebben gevestigd, teneinde allen die
het aangaat van hun verantwoordelijk
heid in deze bewust te maken. De
Kinderboekenweek zal op woensdag
middag 28 oktober worden geopend met
een kindervoorstelling. Op deze middag
zal „Het Kinderboek 1958" worden be
kendgemaakt. Elk jaar wordt namelijk
door een jury die de Commissie
C.P.N.B. instelt, een kinderboek uit de
produktie van het vorig jaar aange
wezen, dat haars inziens als het beste
geldt dat in dat jaar werd uitgegeven.
De auteur ontvangt een prijs van
1.000. de uitgever krijgt het recht op
het omslag een zegeltje te voeren, dat
van het feit gewag maakt.
Alle lagere scholen in het gehele land die
zulks v/ensen. kunnen ten behoeve van
hun leerlingen gratis en in elk gewenst
aantal de beschikking krijgen over „De
Wiekslag", een door Fiep Westendorp vro
lijk geïllustreerde brochure, waarin, be
halve gegevens over de Kinderboeken
week, ook een lijstje van aanbevolen boe
ken is opgenomen. Dit lijstje is samenge
steld door het bureau Boek en Jeugd van
de Centrale Vereniging van Openbare
Leeszalen en Bibliotheken te Den Haag.
In vele gemeenten wordt de Wiekslag op
de scholen verspreid vanwege de Wet
houder voor het Onderwijs.
UITGEBREIDER informatie aangaande
het goede kinderboek vindt men in de
jeugdboekengids De Kleine Vuurtoren. Dit
jaar verschijnt een supplement op de (nog
verkrijgbare) Kleine Vuurtoren van
vorig jaar. De boekjes zijn in de boek
handel verkrijgbaar. De boekhandel ver
spreidt ook „De Grabbelton", een blad
met Kinderboekenweeknieuws, een ver
haal van Annie M. G. Schmidt, en adver
tenties. Inzake de uitgave van de Grabbel
ton wordt de Commissie C.P.N.B. geadvi
seerd door het al eerder ter sprake ge
komen bureau Boek en Jeugd, zodat uit
sluitend verantwoorde kinderboeken wor
den opgenomen. Voorts zal de Commissie
C.P.N.B. aan ruim honderd Jeugdleeszalen
eenvoudig tentoonstellingsmateriaal le
veren, dat op bevattelijke wijze de pro
duktie van een boek in beeld brengt.
NIET ALLEEN LANDELIJK, maar ook
in verscheidene steden zullen evenementen
plaats vinden: in Amsterdam en Rotter
dam zal een wedstrijd onder de school
jeugd worden gehouden in het inrichten
van boekenetalages; Utrecht houdt in de
Handelsbeurs op 2, 3 en 4 november zijn
in enkele jaren tot opgewekte traditie ge
worden Kinderboekenweekmarkt. In Rot
terdam zal bovendien door de jeugd zelf
een persconferentie worden belegd, onge
twijfeld een bijzondere gebeurtenis die
deze stad, die bekend staat om zijn initia
tieven, waardig is.
EEN DER EIGENAARDIGSTE en be
langwekkendste Australische vogels is de
mallee (Leipea ocellata Gould). Tientallen
jaren lang hebben de leefwijze en de ge
woonten, de broedgewoonten vooral, van
die vogel de mannen der wetenschap ge
boeid. De wijze, waarop hij zijn eieren
uitbroedt en op de vereiste temperatuur
weet te houden, stelde de biologen voor
tal van problemen. De meeste vogels broe
den hun eieren uit door er enige tijd op te
zitten en zo de vereiste temperatuur te ge
ven. Niet aldus de mallee. Deze vogel be
graaft zijn eieren in een hoop aarde,
waarvan de tenperatuur varieert met
het weer, dus met de „buitentempera
tuur". Het was bekend, dat de vogels hun
aarden broedhopen warmer of kouder
maakten, maar tot voor kort was het be
slist onverklaarbaar, hoe zij de tempera
tuur konden meten. Thans weten de biolo
gen, welk „instrument" de mallee als
thermometer gebruikt. Het is zijn tong.
Met de tong meet de mallee nauwkeurig
de temperatuur van zijn broedhoop.
De proefnemingen hadden plaats
te Griffith in Nieuw-Zuid-Wales. Men be
gon met het vast te stellen, dat de broed
hoop, die de mallee bouwt om zijn eieren
tot wasdom te bremgen, ongeveer 80 cm.
hoog is. De heuvel krijgt zijn warmte
door de verrotting van organische stof, die
de vogel in de broedhoop begraaft. De
vogel regelt de temperatuur van de broed
hoop door deze hoger dan wel lager te
maken of door er „regelingsgaten" in te
maken, die hij beurtelings (al naar gelang
van de temperatuur) open of dicht maakt.
DE BIOLOGEN, die het mallee-experi-
ment uitvoerden, kozen twee broedhopen
als proefheuvels. Onder een der hopen
brachten zij een elektrische verwarmings
kabel aan. Uit de andere verwijderden
zij alle rottende stoffen, die de vogel er
in begraven had. Zij vervingen die stof
door gewoon zand, zodat het uiterlijk en
het formaat van de broedhoop niet veran
derd waren. Op deze manier verkregen zij
een verwarmde en een koude broedhoop.
Nu kon men vaststellen of de vogels in
derdaad temperaturen konden meten dan
wel of zij alleen maar reageerden op de
temperatuurwijzigingen ingevolge sei
zoenswisselingen. De onderzoekers be
merkten tot hun verbazing, dat de vogels
iedere, zelfs een zeer kleine (2 graden),
temperatuursverandering van de broed-
heuvel ontdekten en er op reageerden.
De vogels wekten de indruk, beslist in de
war te ziin gebracht, als zij bespeurden,
dat hun broedhoop in plaats van koud,
Duitse, Nederlandse en
Vlaamse auteurs bijeen
DE VERENIGING van Duitse, Neder
landse en Vlaamse schrijvers en dichters
„De Kogge" zal op 3, 4 en 5 oktober in
Enschede bijeenkomen. Aan deze drie
daagse bijeenkomst zullen onder anderen
deelnemen, van Duitse zijde Peter Bamm,
Marianne Langewiesche, Gerd Gaiser en
Heinrich Böll. Van Vlaamse zijde zullen
komen Karei Jonckheere, Gerard Wal
schap, A. van de Hoogenbemt en Raymond
Brulez, de directeur van de Vlaamse om
roep in Brussel. Uit Nederland komen on
der anderen Anton Coolen, Johan van der
Woude, Ben van Eysselsteijn, Aar van der
Werfhorst, Adriaan van der Veen, Adriaan
Morriën, Anton van Duinkerken en Johan
Fabricius. In totaal worden ongeveer ze
ventig bekende schrijvers en dichters in
Enschede verwacht.
Het gezelschap zal zaterdagmiddag 3
oktober om 18 uur door het gemeentebe
stuur van Enschede officieel worden ont
vangen. 's Avonds zal in de burgerzaal van
het stadhuis een openbare schrijversbij
eenkomst worden belegd. Hier zal worden
gesproken door de Belgische gast minister
Julien Cuypers over „Overheidsbemoei
ing en Kunst" en prof. mr, dr. J. Ba-
rends, Nederland, over „Kunst, Cultuur
en politiek". Op zondag 4 oktober wordt
een rondrit door Twente gehouden en op
maandagmorgen 5 oktober zullen op de
Enschedese middelbare scholen lezingen
worden gehouden, 's Middags zal het ge
zelschap „De Kogge" de gast zijn van het
gemeentebestuur van Hengelo, waarna
voor de oudste leerlingen van de Henge
lose middelbai-e scholen zal worden gele
zen door Peter Bamm, Marianne Lange
wiesche en Gerd Gaiser. Het driedaagse
bezoek van „De Kogge" aan Nederland
wordt maandagavond besloten met de bij
woning van de premières van de opera's
„Cavalleria Rusticana" en „Paljas" door
het opera-gezelschap „Forum" in de
Twentse Schouwburg te Enschede.
warm was en andersom. Zo nu en dan ke
ken zowel de hanen als de hennen naar de
broedhopen alsof zij wilden zeggen:
„Maar dat is onmogelijk, dat kan toch niet
waar zijn!" Zodra zij echter over de eer
ste ontsteltenis heen waren, werden de vo
gels bedrijvig. Zij stelden dan alles in het
werk om de temperatuur van de broed-
heuvels weer op het juiste niveau te bren
gen.
TERWIJL DE VOGELS bezig waren
met de temperatuursherstelwerkzaamhe-
den constateerden de biologen, dat zij
daarbij vaak hun snavel in het zand sta
ken. Diep, tot aan de ogen toe. „Ze pikken
zeker in het zand om hun eieren te con
troleren", was de eerste reactie van de
onderzoekers. Al spoedig' kwam evenwel
vast te staan, dat de vogels doorgingen
met in het zand te pikken nadat de eieren
waren uitgebroed en er mede begonnen
vóór zij gelegd waren. Tijdens dat pikken
in of „proberen" van de grond pikte een
mallee enige malen snel achtereen met
open snavel in het zand en vervolgens be
groef hij als het ware zijn snavel in de
broedhoop. Nadien kwam de snavel weer
te voorschijn en werd hij onmiddellijk ge
opend. De vogel had dan een mond vol zand
dat hij geleidelijk liet vallen. Toen wist
DE TONG VAN DE MALLEE dient het
dier als thermometer. Dit was het geheim
van die zonderlinge vogel. Het kostte de
mens tientallen jaren om het te ontsluie
ren. Die mallee-tong moet uiterst tempe-
ratuurgevoelig zijn, want immers ver
schillen van nog geen twee graden kan de
vogel ermede registreren. De mallee-vo-
gels zijn „gevederde thermometers"
schreef een der biologen in zijn rapport.
Vrijwel geen mens is in staat om zon
der thermometer of weerbericht de
temperatuur in een kamer of buiten „op
het gevoel af" zo nauwkeurig te bepalen
als de mallee.
Operagezelschap Forum"
HET OPERAGEZELSCHAP Forum te
Enschede, dat vorig seizoen „Victoria en
haar huzaar" op het programma had, zal
ook dit seizoen in het repertoire een ope
rette opnemen. De keuze is gevallen op
„Eine Nacht in Venedig" van Johann
Strauss, onder regie van Paul Pella en
met decors en kostuums van Wim Ves-
seur. De première wordt verwacht op
Tweede Kerstdag in de Twentse Schouw
burg te Enschede.
VERDER VERMELDT het programma
een optreden van Adrie van Oorschot met
medewerking van onder anderen Gerard
Heystee; na de pauze zal het Scapino Bal
let de Amsterdamse première brengen van
De Wonderfluit, een ballet dat werd ge
schreven door de 11-jarige Henk Dragstra
uit Leeuwarden. Het vorig jaar heeft
Scapino namelijk een prijsvraag onder de
jeugd uitgeschreven voor het schrijven
van een ballet, en deze letterkundige in de
dop werd winnaar. Ook de Kinderboeken
week heeft weer haar wedstrijd. Vorig
jaar won Aletje van Leeuwen (6 jaar) uit
Veenendaal de eerste prijs in de affiche
wedstrijd, en haar ontwerp is dit jaar als
Kinderboekenweek-affiche te zien in de
boekhandel, op de lagere scholen en in
clubhuizen. Ook dit jaar worden alle kin
deren tot 14 jaar in de gelegenheid gesteld
ontwerpen in te zenden voor een affiche
dat het volgend jaar kan worden gebruikt.
In totaal zijn 76 prijzen met een gezamen
lijke waarde van 550 ter beschikking.
EVENALS de grote Boekenweek heeft
de Kinderboekenweek een Geschenk. Dat
is een knip- en plakplaat, ontworpen door
J. C. Tybout, waarvan een vrolijke malle
molen is te maken. Bij aankoop van 2,50
of meer aan in Nederland uitgegeven
kinderboeken ontvangt men dit Geschenk.
van de muis af en reikt het met grote zorg
aan het jong, dat het hardste schreeuwt:
de snavels druipen van het bloed. Maar
het achtergebleven jong komt nauwelijks
aan bod. Het kan onmogelijk tegen de an
deren op. Als we na twee dagen het nest
weer bezoeken is dit jong verdwenen. Zeer
waarschijnlijk is net op een gegeven mo
ment, meer dood dan levend, voor prooi
aangezien en door zijn familie verslon
den....
IN DE HAARLEMMERHOUT woont nog
een andere roversfamilie, 's Avonds laat,
als het. stil wordt op de wegen, kan men
soms een merkwaardig geluid horen. Een
klagend, spookachtig geroep, waar min
der nuchtere lieden als wij, Haarlemmers,
wellicht de klagende ziel van een dolende
voorouder in zouden kunnen horen. Eerst
klinkt een diep en melodieus „hoe-hoe—
hoe", dan is er een paar seconden stilte,
dan een kort „oe" en meteen erna een
lang, beverig „hoooooooooo". Na een kor
te tijd weer opnieuw, soms uren achtereen.
Dit is een bosuil, die meestal aan de rand
van het bos, hoog uit een boom, steeds her
haald, zijn geheimzinnig gezang laat ho
ren. Maar ook kan men dan, in het holst
van de nacht, ineens wakker schrikken van
een hels gekrijs, waar de haren van te ber
ge rijzen. De mensen, die dicht bij Den
Hout wonen, weten er van mee te praten.
Deze harde scherpe kreten maken de bos
uilen vooral in de voorzomer, als de jonge
net kunnen vliegen. Ook heeft deze uil nog
andere vreemde geluiden op zijn reper
toire.
ZELDEN KRIJGEN we de bosuilen te
zien. Overdag slapen ze, hoog in de bomen.
Ook het vinden van het nest is uiterst
moeilijk. Dit bevindt zich meestal in een
boomholte en buiten de broedtijd zijn ze er
nooit in de buurt, hoewel ze nooit wegtrek
ken. Er zijn aanwijzingen dat onze bosuil
zijn nest dit jaar heeft gehad in een van de
speelse engeltjes die op het dak van het
paviljoen staan: dit beeld is namelijk hol
aan de achterzijde en aangezien door de
sanering van Den Hout daar vrijwel geen
holle bomen meer zijn, is het waarschijn
lijk dat onze uil in het beeld een bewoon
baar surrogaat heeft gevonden.
ZIJN PROOI grijpt hij meestal van de
grond. Zijn menu kan een grote variatie
hebben: muizen, ratten, mollen, wezels,
kikkers en ook wel eens vissen. Op een
slinkse wijze verrast hij ook wel slapende
vogeltjes, die hij uit dichte, beschermende
bosjes verjaagt door er met de vleugels
tegen te slaan. Eens waren we er getuige
van, dat een bosuil een kat trachtte te grij
pen, die in een laan bij Den Hout in het
licht van een lantaarnpaal wilde overste
ken. Plotseling schoot de uil uit de duister
nis te voorschijn en viel op de kat aan,
overigens tot beider ongenoegen, want de
kat was niet „voor de poes". Na een korte
schermutseling gingen beide rovers huns
weegs. Zelfs een uil kan wel eens kippig
zijn.
T. M.
GELEIDELIJK AAN geraakt de
Haarlemmerhout, in herfsttooi en aller-
wege vinden er in de natuur grote ver
anderingen plaats. In de vogelwereld
is de jaarlijkse volksverhuizing naar de
winterkwartieren in volle gang. Veel
van onze broedvogels zijn al zuidwaarts
getrokken. De gierzwaluwen verdwenen
begin augustus reeds en de vogelbe-
volking in Den Hout is nu sterk aan het
veranderen. Fitissen, tuinfluiters en nog
andere insecteneters hebben er hun
jongen grootgebracht en zijn thans op
reis. Elk moment kunnen nu de reizi
gers uit het noorden aankomen: grote
troepen vinken en kepen, waar het. soms
van krioelt, vooral op plaatsen waar
beukenootjes liggen. Maar ondertussen
kan men nog steeds boven de boom
kruinen de familie boomvalken zien.
Elk moment kan voor hen ook het uur
van vertrek slaan. Onze boomvalken
brengen de winter door in Afrika en
komen pas laat in het voorjaar hier
terug. Sinds jaren, zeker al sinds 194S,
heeft een boomvalkenpaar zijn horst in
Den Hout; de laatste jaren in de zo
genaamde „Donkere Hout". Daar heb
ben ze, zeer hoog in een eik, een oud
kraaienest tot hun zomerresidentie ge
kozen en elk jaar worden hier twee of
drie jongen grootgebracht.
Torenvalk-jongen in hun nest in een nis van de noordertoren van de St. Bavo
DE BOOMVALK is de snelste van al on
ze valkensoorten. Hij vangt bijna uitslui
tend zijn prooi in de liicht. Vliegende in-
sekten vangt hij, maar zelfs de snelle zwa
luw is niet veilig voor hem. De boomvalk
is zelf zo rank als een gierzwaluw, alleen
groter, en zijn jacht op een snelvliegende
vogel is een adembenemend schouwspel.
Op honderden meters afstand krijgt hij
zijn prooi in het oog en dan suist hij ernaar
toe, met opgevouwen vleugels. Met enor
me snelheid stoot hij van boven af op het
prooidier. Bij het vangen van vlinders, li
bellen en andere vliegende insekten maakt
hij zich niet zo druk. Hij klauwt ze met een
poot uit de lucht, plukt de onverteerbare
stukken eraf en verorbert ze. Tot de jon
gen, elk afzonderlijk, uit het broedgebied
wegtrekken, ongeveer eind september,
worden deze nog steeds door hun ouders
van prooi voorzien. Elke morgen, al voor
zonsopgang, kan men bij Den Hout nu nog
hun heldere, snelle geroep horen. De jon
gen hebben hongerig in een boomtop ge
wacht, tot. ze van heel ver een van hun
ouders zien aankomen, die al in de vroege
ochtendschemer op jacht zijn gegaan. On
middellijk vliegen ze de oude vogel tege
moet en wie het eerst komt, die het eerst
maalt. Meestal is de meest hongerige er
het eerst bij. Als men geluk heeft, kan men
het overdragen van de prooi zien. Dit ge
beurt in de lucht ;de jonge vogel keert
zich op zijn rug om en pakt met zijn klau
wen het voedsel aan. Deze handeling gaat
uiterst snel en behendig en meteen daarna
is de jonge valk al terug naar zijn roest-
boom om de prooi op te eten. De oude vogel
is dan ook al weer weg, want steeds zijn
er hongerige magen.
OOK DE TORENVALK broedt de laat
ste jaren in Den Hout, in een boom in de
hertekamp. Deze roofvogel is lang niet zo
behendig en snel als onze boomvalk. Hij
vangt in hoofdzaak muizen; daarvoor gaat
hij naar de polders, waar we hem kunnen
zien „bidden": snel met de vleugels slaand,
in de lucht stilstaand, om zijn prooi op te
sporen. Vaak doet de torenvalk zijn naam
eer aan, door in torens te broeden. De Gro
te Kerk in Haarlem herbergt jaarlijks
zijn torenvalkennest en ook op de transen
van de nieuwe St. Bavo huist al vele jaren
een paar. Het afgelopen voorjaar vonden
we daar, in een nis, het nest. Of eigenlijk
was er helemaal geen nest: temidden van
wat braakballen en dergelijke zaten vijf
donzige jongen; venijnig blazend pikten ze
naar de uitgestoken hand. Ook lag er nog
een niet-uitgekomen ei en één van de jon
gen bleek erg achtergebleven te zijn bij
zijn broers en zussen. We hebben ons ver
dekt opgesteld en hoefden niet lang te
wachten. Na enige tijd hoorden we moeder
torenvalk in de nabijheid roepen. Meteen
antwoordden de jongen met een schel ge
piep en ineens zit de moedervogel bij het
nest, in haar klauwen een vette veldmuis.
DE JONGEN dringen bedelend om de
prooi heen en moeder begint nu zonder om
haal de muis te verscheuren. Een bloede
rig schouwspel; stukje voor stukje rukt ze