OP EN
oce
OM HET BINN
Uitvoer van bloembollen naar
Amerika is moeilijk op te voeren
Minister Marijnen acht stagnatie
in het agrarisch beleid remmend
voor unificatie van Benelux
Andere bestuursinrichting van
grote gemeenten bepleit
Exporteur moet zelf prijzen bepalen
Verras uw man met een
VAN DER GRINTEN
11
Geen bezwaar tegen uitstel van de behandeling
van het Unie-verdrag in de Kamer
Rapport Wiardi Beckmanstichting
Nederland had 11.384.538
inwoners op 1 oktober
Minder vandalisme in
plaatsen met een
jeugd-natuurwacht
Couve de Murville
naar Nederland
Veroordeeld wegens
dodelijke aanrijding
Kort nieuws
Een
kopie
hoeft
maar
te kosten
105 - combine
Monnikendam gaat
uitbreiden
VRIJDAG 13 NOVEMBER 1959
HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
In een lunchvergadering, door de Haagse afdeling van het Comité Benelux
tezamen met de Belgisch-Luxemburgse Kamer van Koophandel voor Nederland en
het Haagse departement van de Maatschappij voor Nijverheid en Handel georgani
seerd, heeft de minister van Landbouw en Visserij gesproken over „landbouw
problemen in Benelux". De minister zei in zijn rede, dat het al verscheidene malen,
wanneer de economische Benelux-unie op een dood spoor dreigde te geraken, toch
gelukt is het dode punt te overwinnen. Alleen voor de landbouw is dat, ondanks de
daartoe ondernomen pogingen, tot nu toe niet het geval geweest. Een onbelemmerde
uitwisseling van landbouwprodukten in de Benelux is nog veeleer een doelstelling
dan een realiteit.
Advertentie
Een geschenk, waar hij jarenlang plezier van heeft.
Met de Rocket, een precisie-apparaat,
scheert hij zich perfekt en voelt hij zich
de" gehele dag fris en schoon.
De minister, achtte deze ontwikkeling
niet alleen voor de landbouw nadelig: ook
de gang van zaken in de andere sectoren
wordt door de stagnatie in de landbouw
negatief beïnvloed. De integratiepogingen
zowel in de Benelux als in de E.E.G. zul
len grote schade ondervinden als de land
bouw niet mee kan.
De minister ging vervolgens in op de ar
gumenten, die van Belgische zijde bij vrij
wel alle besprekingen naar voren komen:
Het verschil in het landbouwbeleid tussen
de partnerlanden en het uiteenlopen van
een aantal kostenfactoren. Wat het land
bouwbeleid betreft meende de minister
dat men ons van Belgische zijde ten on
rechte dirigisme verwijt. Het is echter het
historische verschil in in- en uitvoerstruc-
tuur, dat de tussen Nederland en België
bestaande verschillen in gehanteerde land
bouwpolitieke middelen bepaalt.
Ten aanzien van de uiteenlopende kos
tenfactoren, zo zei de minister, wijzen Bel
gen en Luxemburgers met name op de ver
schillen in lonen en pachten, die een vrij
making van het handelsverkeer in land
bouwprodukten in de weg zouden staan.
Zij verliezen daarbij uit het oog, dat de
zin van een gemeenschappelijke markt
hierin gelegen is, dat als gevolg van de
afbraak van de handelsbelemmeringen
tussen de deelnemende landen de be
staande kostenverschillen onbelemmerd
hun invloed kunnen uitoefenen op de rich
ting van de produktie.
Economisch gezien, zo meende de mi
nister, moet doorbreking van het isolement
waarin de landbouw in Benelux verkeert
alleszins mogelijk worden geacht. Dit
geldt in de eerste plaats voor die produk-
ten waar een harmonisatie van het beleid
niet of nauwelijks nodig is en geen moei
lijkheden van betekenis te vrezen zijn, zo
dat de vrijmaking van het verkeer eigen
lijk onmiddellijk kan gebeuren (consump
tie aardappelen, groenten en fruit. In
middels is door het ministerscomité be
sloten tot een vrijmaking van het ver
keer in aardappelen). Alles hangt af van
de politieke wil om wat economisch tot
de mogelijkheden behoort in feiten om te
zetten.
Wanneer de impasse doorbroken wordt
moet men niet terugvallen in de fout dat
men de landbouwproblematiek weer in
agrarisch milieu laat behandelen. De be
tekenis van de ontwikkeling van een ge
meenschappelijke landbouwpolitiek reikt
immers verre uit boven het zuiver agra
risch belang dat daaraan is verbonden.
De minister zei vervolgens het hante
ren van een op de kostprijs plus onderne
mersbeloning gebaseerde minimumprijs
bij wijze van dogmatisch gegeven on
houdbaar en in strijd met de integratie
gedachte te achten. Als België en Luxem
burg dit stelsel, dat nu in de Benelux mo
gelijk is, ook naar de E.E.G. zouden wil
len overbrengen, zou dit voor onze op het
buitenland gerichte produktie zeer funes
te gevolgen kunnen hebben. Het gevaar
zou bij voorbeeld bestaan dat ook Duits
land dit systeem zou willen overnemen.
Het aantal inwoners van Nederland be
droeg op 1 oktober 11.384.538, volgens een
opgaaf van het Centraal Bureau voor de
Statistiek.
In de eerste negen maanden van dit jaar
werden 63.965 huwelijken gesloten tegen
67.436 in de eerste negen maanden van
1958. Het aantal levendgeborenen is geste
gen van 178.029 in de eerste negen maan
den van 1958 tot 185.139 in de eerste negen
maanden van 1959. Het aantal overledenen
steeg van 62.883 tot 63.746.
Het aantal immigranten liep sterk terug,
namelijk van 57.316 in de eerste negen
maanden van 1958 tot 26.211 in de eerste
negen maanden van 1959. Ook het aantal
emigranten is gedaald, hoewel veel minder
sterk, namelijk van 42.939 tot 40.642.
Rapporten van politie-autoriteiten be
vestigen dat er in plaatsen, waar een
Jeugd-natuurwacht bestaat, veel minder
sprake is van vandalisme in de natuur.
Dit is het grootste compliment dat de
stichting „Natuur en Jeugd" bij de viering
van haar twaalf-en-een-half-jarig bestaan
kan krijgen. Al doet de naam dat wel
licht vermoeden, toch is het geen wachtlo
pen wat de jongens en meisjes van de
Jeugd-natuurwacht doen. Zij willen al
leen een goed voorbeeld geven en hun
leeftijdgenootjes zover zien te brengen
dat ook zij zich van vernielingen in de na
tuur onthouden. Hierop legde het bestuur
van de stichting „Natuur en Jeugd" de na
druk tijdens de feestelijke bijeenkomst die
zij ter gelegenheid van het koperen jubi
leum in Rotterdam heeft gehouden.
Om de belangstelling van de jeugd voor
de natuur aan te wakkeren, werd in 1947,
op initiatief van de heer C. H. Voorhoeve
in Voorburg, de stichting opgericht. De
heer Voorhoeve begon met films en voor
drachten op scholen. In 1950 werd de
Jeugd-natuurwacht geboren. Totaal zijn
er nu 70 afdelingen in ons land, waarvan
er 44 zeer actief zijn. In 14 plaatsen is men
bezig een afdeling op te richten. Per jaar
werkt de Jeugd-natuurwacht gemiddeld
met achtduizend jongens en meisjes.
Het bestuur heeft vele medewerkers en
bestuursleden van dc afdelingen, die vijf
jaar lang en langer hun beste krachten
aan de Jeugd-natuurwacht hebben gege
ven, gehuldigd met een zilveren insigne
en een boek.
Over de door het E.E.G.-verdrag moge
lijk gemaakte contracten op lange termijn
zei de minister, dat deze het gevaar in
houden dat men komt tot een bepaalde
vorm van staatshandel. Het vrijgeven van
contingenten is zijns inziens zinloos, als
het importerende land daarbij meteen de
handel in handen van de staat legt. Dat
België contingenten voor bepaalde zuivel-
produkten vrijgeeft, maar het alleenrecht
van inkoop aan een staatsinstelling als de
O.C.R.A. geeft, is in de Benelux al te be
treuren, in het grotere verband van de
E.E.G. zijn er de fataalste gevolgen van
te verwachten.
In antwoord op een tot hem gerichte
vraag deelde de minister mee, dat de re
gering geen bezwaar zou hebben tegen
uitstel van behandeling van het wetsont
werp tot goedkeuring van het Bcnelux-
unieverdrag. Nu het ontwerp al op de
agenda van de Tweede Kamer is geplaatst
wil zij echter aan dit hoge college de be
antwoording van de vraag overlaten, of
behandeling nu al of niet opportuun moet
worden geacht.
Op uitnodiging van de Nederlandse re
gering zal de Franse minister van Buiten
landse Zaken, Couve de Murville, op 5 de
cember een officieel bezoek aan Neder
land brengen. Mevrouw Couve de Murville
zal de minister vergezellen.
Minister Luns had zijn Franse collega,
die Nederland niet eerder heeft bezocht,
reeds deze zomer uitgenodigd. Reeds be
staande verplichtingen hebben het Minis
ter Couve de Murville onmogelijk ge
maakt eerder gevolg te geven aan minis
ter Luns' uitnodiging.
De ministers van Buitenlandse Zaken
zullen spreken over alle internationale
politieke problemen, waarbij beide landen
betrokken zijn. Er is geen agenda opge
steld en er is geen vooroverleg geweest
over de onderwerpen van gesprek. Het
bezoek zal de Franse minister ge
legenheid geven kennis te maken met
de Nederlandse ministers en andere voor
aanstaande personen.
De rechtbank te Amsterdam heeft een
19-jarige jongeman uit Badhoevedorp we
gens een dodelijke aanrijding op 2 augustus
te Amsterdam tot vier weken gevangenis
straf veroordeeld, waarvan 3 weken voor
waardelijk, en twee jaar ontzegging van
de rijbevoegdheid, waarvan 1 jaar voor
waardelijk.
Tegen deze verdachte die midden op de
Hoofdweg in Amsterdam een stilstaande
wielrijder niet opmerkte en deze in volle
vaart omver reed, had de officier van Jus
titie drie maanden gevangenisstraf en twee
jaar ontzegging geëist. Het slachtoffer, dat
ter plaatse overleed, was een 18-jarige
scholier.
Kort geleden had ik een jonge Duitser
op bezoek, die bezig is met een proef
schrift dat betrekking zal hebben op het
Nederlandse staatsbestel. In het gesprek
bleek mij al spoedig, dat deze aanstaan
de jonge doctor aardig op de hoogte was
van veel dat met zijn onderwerp samen
hangt. Hij zat echter nogal erg in de
knoop met., de politieke partijen in ons
land. Met name was het hem duister,
waarom en waardoor men in Nederland
nog steeds zo krampachtig blijft vasthou
den aan een vrij belangrijk stuk partijvor
ming langs godsdienstige scheidslijnen.
Zo goed en zo kwaad als het ging, heb
ik getracht hem de in dat opzicht bij de
K.V.P., de A.R. en de C.H. bestaande
standpunten te verklaren. Door mijn uit
eenzetting hieromtrent bleek ik hem al
lerminst van de juistheid der bestaande
partijen-indeling overtuigd te hebben. Na
tuurlijk biechtte ik hem, zelf allesbehalve
een bewonderaar te kunnen zijn van het
in zijn ogen zo vreemde verschijnsel. In
tussen bleek hij zelf terdege te beseffen,
dat de wordingsgeschiedenis van de Ne
derlandse staatsgemeenschap sinds het
eind van de zestiende eeuw nog steeds
haar invloed uitoefent op heel wat hande
len en denken op het gebied van de open
bare zaak. „Een echt Nederlands-parle
mentair debat eindigt zelden zonder dat
men ook nog aan het theologiseren is ge
slagen," merkte ik op, er aan toevoegen
de, dat men hierin een der vruchten kan
zien van hetgeen er zich in ons land in die
zestiende eeuw en ook nog daarna heeft
afgespeeld.
Slechts luttele dagen na deze opmer
king werd zij bevestigd tijdens het alge
meen politiek debat in de Eerste Kamer.
Daar trokken de anti-revolutionaire sena
tor Algera en zijn socialistische collega De
Niet duchtig van leer in een echt-nationa-
le theologische strijd. Men zal mij wel niet
ten euvel duiden, dat ik mij ertoe beperk
aan te stippen, dat de heren het niet eens
werden over de vraag of men zich kon
veroorloven, op eigen gezag vast te stel
len, wie een werkelijk Christen is en wie
niet.
Samensmelting in zicht
Gelijk wel te verwachten viel, is reeds
duidelijk geworden, dat de Christelijk-his-
torischen bitter weinig voelen voor een sa-
De Dr. Wiardi Beekman-Stichting heeft
een commissie een rapport doen samen
stellen over het bestuur van de grote ge
meenten. In het bijzonder wordt in dit
rapport aandacht besteed aan door de
commissie-De Quay voorgestelde wette
lijke maatregelen op het terrein van de
functionele decentralisatie (bijzondere ra
den voor jeugdzorg, toneel, e.d.) en de
territoriale decentralisatie (wijkgedach-
te), alsmede aan de voorstellen tot verde
re delegatie van bestuursbevoegdheden
binnen het gemeentelijk bestuur. De voor
gestelde wettelijke bepalingen zijn, naar
de mening van de commissie, veel te be
perkt. De hervorming van de bestuursor
ganisatie in de grote gemeenten zal ge
vonden dienen te worden in een doorbre
king van de huidige uniformiteit van de
Gemeentewet Voorgesteld wordt de ge
meenteraden van grote gemeenten het
recht te geven een structuurverordening
op te stellen, die binnen de grenzen van
een algemene gemeentewet de bestuurs
inrichting kan bepalen van die gemeenten.
De grootste vier gemeenten moeten deze
verordening vast stellen, de andere ge
meenten met meer dan 100.000 inwoners
kunnen deze vaststellen, de kleinere ge
meenten zullen deze mogen vaststellen.
De commissie meent dat de gemeente
raad in feite is geworden een plaatselijk
parlement, bestaande uit vertegenwoor
digers van politieke partijen, die het be
stuursbeleid toetsen aan hun beginselen.
De gemeenteraad is van besturend orgaan
een controlerend orgaan geworden. In het
bijzonder in de grote gemeenten gaat het
meer om het toetsen aan door B. en W. in
gediende voorstellen dan dat er bestuurd
wordt. Dit brengt met zich mede. dat juist
het vraagstuk van de overdracht van be
stuursbevoegdheden aan de daarvoor in
mensmelting met de K.V.P. en de anti
revolutionairen tot één Christen-democra
tisch blok.
Daarvan komt, naar men uit dienom-
trent door de heer Tilanus kenbaar ge
maakte denkbeelden heeft kunnen opma
ken, voorlopig niets. Aangezien de anti
revolutionairen zeker niet het verlangen
koesteren om een verwijdering tussen hen
en de Christelijk-historischen te bevorde
ren, is de voorshands afwijzende C.H. hou
ding al voldoende voor de antirevolutio
nairen om af te zien van deelneming aan
enige ernstige poging tot een samensmel
ting van de drie grootste christelijke par
tijen.
Taak van de minister-president
Sinds 1945 is men meer en meer gaan
bespeuren, dat de ingewikkelde staatstaak
en de niet minder ingewikkelde vraagstuk
ken, waarvoor zich een kabinet geplaatst
ziet, binnen het Kabinet en ook naar bui
ten, goede leiding en coördinatie vereisen.
In dat opzicht ontbreekt er aan het be
leid van de tegenwoordige minister-presi
dent, professor De Quay, heel wat en meer
dan wenselijk is.
Kennelijk was men in de eerste Kamer
nogal sterk van dit gebrek doordrongen,
zodat meer dan een spreker op een of an
dere wijze aan die kritiek uiting heeft ge
geven. Het scherpst van allen was wel mr.
Van Riel, de onder-voorzitter van de
V.V.D. Anders dan de partijvoorzitter,
prof. Oud, die de laatste tijd voortdurend
toont dat hij, eens oppositie-voorman bij
uitnemendheid, gaarne de rol wil spelen
van zoetsappig regeringsaanhanger, heeft
mr. Van Riel, althans in eerste aanleg,
heel wat kritiek aan het adres van het
kabinet-De Quay laten horen. Genoemde
spreker deed dat zowel geestig als met
bekwaamheid. Later haalde hij de hand
over het hart. nadat minister De Quay
het woord had gevoerd. Maar wat de mi
nister-president zeide was zo weinig over
tuigend. dat de enige verklaring van de
ten slotte door mr. Van Riel aangenomen
houding kan zijn, dat hij het achteraf mis
schien toch wel een beetje te gek vond,
als aanvoerder van een regeringsgetrou
we fractie in onze Senaat, zo duchtig van
leer te zijn getrokken.
Aan ontevredenheid over het feit dat de
minister van Sociale Zaken, mr. Van Rooy
aanmerking komende organen en com
missies van grote betekenis wordt.
De mogelijkheden, welke volgens het
rapport in de structuurverordening gere
geld kunnen worden zijn: instelling van
functionele organen met bestuurlijke be
voegdheden, verruiming van de over
dracht van bevoegdheden van de gemeen
teraad aan B. en W., instelling van specia
le beheers- of bestuurscommissies, die bin
nen bepaalde grenzen ook zelfstandige be
stuursbevoegdheden bezitten, overdracht
van bevoegdheden van het college van B.
en W. aan individuele wethouders, het mo
gelijk maken van benoeming van niet-
raadsleden tot wethouder, het vaststellen
van het aantal leden van de gemeenteraad
met inachtneming van een wettelijk maxi-
comptabiliteiten voor raadsleden, verho-
mum. en het benoemen van ook niet-inge-
zetenen in de functionele organen.
In het rapport worden voorstellen ge
daan omtrent dp afschaffing van de in-
comptabiliteiten voor raadsleden, verho
ging van presentiegelden der raadsleden
in de grote gemeenten, het deelnemen van
deskundigen-niet-raadsleden (o.a. hoofd
ambtenaren) aan raadsvergaderingen en
het afschaffen van de goedkeuring der ge
meentebegroting door Gedeputeerde Sta
ten.
Etherpiraat. De politirechter te Zwol
le heeft een 21-jarige betonemailleur te
Zwolle wegens het werken met een clan
destiene zender veroordeeld tot een ge
vangenisstraf van drie maanden .met ver
beurdverklaring van de zendinstallatie. Hij
had voor eenzelfde vergrijp al eens een
voorwaardelijke straf gekregen.
enige tijd geleden in de Tweede Kamer
bij de interpellatie-Suurhoff over het loon-
beleid in alle talen had gezwegen, ont
brak het in de Kamer van vijfenzeventig
allerminst. De minister-president trachtte
het gelaakte verzuim goed te praten met
een beroep op een staatsrechtelijke be
schouwing van mr. J. M. Kan, thans lid van
de Raad van Staten en voordien Secreta
ris-Generaal van Binnenlandse Zaken een
beschouwing met name over de positie van
Staatssecretarissen. Het komt me echter
voor dat de minister-president, in plaats
van op niet-steekhoudende gronden
te willen rechtvaardigen aat de Staatsse
cretaris, die immers o.m. tot taak heeft
allerlei arbeid ten behoeve van de minis
ter te verrichten, de gehele beantwoor
ding van de interpellatie op zijn rekening
nam, er beter aan zou hebben gedaan mi
nister Van Rooy tegen de op diens hoofd
neergekomen kritiek in bescherming te
nemen. Dat had de minister-president kun
nen doen door mede te delen dat het in
feite aan het kabinet te wijten viel, dat
minister Van Rooy zich tot de weinig in
drukwekkende rol van stille getuige had
moeten bepalen. Maar ja, voor die kabi
netsbeslissing is in belangrijke mate de
minister-president aansprakelijk. Hij had
dienen in te zien dat het op de weg van de
minister van Sociale Zaken lag om, laat
het dan zijn in kort bestek, in het alge
meen het loonbeleid van het Kabinet te
verdedigen, qm dan verder de bespreking
van de nadere technische uitwerking van
dat beleid aan de Staatssecretaris toe te
vertrouwen. Men begrijpe mij wel: het ka
binet in zijn geheel was voor het zwijgen
van de minister van Sociale Zaken aan
sprakelijk, doch de minister-president had
alles moeten doen om dit weinig gelukki
ge, negatieve besluit te voorkomen. „Er
gaat van dit Kabinet niet voldoende elan
uit", was de klacht van mr. Pollema
(C.H.) geweest. In belangrijke mate is
dit m.i. het gevolg van de omstandigheid
dat de minister-president te weinig lei
ding geeft. Dit viel ook nog al te zeer te
bemerken toen hij in zijn rede over tal van
aangelegenheden, welke te achten vallen
tot het Kabinets-beleid te behoren, een
aantal weinigzeggende opmerkingen
maakte, ja soms niet eens voldoende
scheen te beseffen dat hij als minister-
De exporteurs van bloembollen naar
Amerika hebben van de voorzitter van
Groep I van de Bond van Bloembollen
handelaren, de heer Jac. van Zijverden,
donderdagmiddag in „Treslong" in Hille-
gom de waarschuwing meegekregen om
de minimumexportprijzen toch vooral als
minimumprijzen te beschouwen. Deze
prijzen konden dit jaar iets worden ver
hoogd. Het is hetzelfde als verleden jaar,
hij die zich toen ook had vastgehouden aan
die hoge minimumprijzen moest ervaren,
dat deze geen winst konden brengen, door
dat inkoopprijzen zo hoog waren. Hij wek
te de leden op zelf de verkoopprijzen te be
talen te meer daar Engeland nu ook geli
beraliseerd is. Een feit, waarmede hij de
Engelse groep van harte gelukwenste.
Ook dit keer wees hij erop, dat de export
naar Amerika bijzonder moeilijk op te
voeren is.
Dit jaar zijn er iets meer bollen naar toe
gegaan, maar door de staalstaking, een
hete zomer en najaar komen er berichten
over een slechte verkoop in de winkels.
Hij noemde de export uit Japan naar de
V.S. en wel 8.214.000 tulpen in 1958 en
8.288.800 tulpen in 1959. Een zeer geringe
vooruitgang. (De Nederlandse export van
tulpen ligt tussen de anderhalf en twee
miljard stuks). Denemarken exporteerde
ongeveer 2.500.000 tulpen naar de V.S.
Er is deze middag veel over de reclame
gesproken. De heer A. Warnaar, voorzit
ter van de onpersoonlijke reclame-com
missie, en de heer Gus. Springer van het
kantoor New York steunden het voorstel
van het bestuur om het reklamemateriaal
aan winkels en warenhuizen niet meer
door het kantoor New-York te sturen maar
door de exporteurs zelf. Men is van me
ning, dat de reizigers en exporteurs de
verstrekking van het reklamemateriaal
moeten regelen. Er zullen richtlijnen wor
den uitgegeven over de te gebruiken hoe
veelheid. De vergadering kon zich er mee
verenigen. Het leek echter wel wat begro
telijk om het in Amerika vervaardigde
drukwerk eerst naar Nederland te zenden
en dan weer naar de V.S. Dit gebeurt ech
ter maar voor een jaar, volgens de heer
Springer.
Er zal volgend jaar geen Tulpenkoningin
naar de Verenigde Staten worden gezon
den. Men mag geen drie jaar met dezelfde
„stunt" komen. Het is de bedoeling om
de junior-Kamers van Koophandel in te
schakelen. Deze zullen een plaatselijke
Tulpenkoningin kiezen. De mooiste en in
telligentste van hen zal een reis naar Ne
derland mogen maken.
De heer Gus. Springer deelde nog het
een en ander mede over het werk van het
public-relation bureau Edw. Gottlieb. Ve
le krantenknipsels uit vooraanstaande
bladen wezen er op, dat dit bureau de bla
den van voldoende interessante kopij en
foto's voorziet en de juiste kanalen weet
om veel artikelen geplaatst te krijgen. In
Life stonden vijf pagina's, gewijd aan de
bloembollen. Aan advertenties zou dat
$240.000 hebben gekost. De Tulip Queen
heeft vele uren voor de televisie-camara's
gezeten. Zou men dergelijke program
ma's of tijd moeten betalen dan had men
3.400.000 dollar moeten neertellen!
De heer Springer vertelde ook nog, dat
een deskundige reclamemateriaal had uit
gedeeld en de winkeliers had geadviseerd
bij de opstelling het gebruik ervan in de
winkels. De eerste week van november
heeft de man in dezelfde winkels gevraagd
of dë winkelier steun had ondervonden
van het materiaal. Zevenentwintig van de
eenendertig „proefwinkels" hadden meer
bollen verkocht. Het systeem kan in ver
band met de zeer verschillende tijden van
ontvangst van de bollen niet verder wor
den uitgewerkt. De reizigers zullen dus de
ze taak moeten overnemen. Vandaar ook,
dat hij het volledig eens was met het voor
stel van het bestuur om de exporteurs de
verzending van het reclame-materiaal te
laten verzorgen.
Waren dit positieve geluiden, men kon
het niet eens worden over een verzoek van
de Amerikaanse vereniging van groothan-
president, juist omdat het een zaak van
kabinetsbeleid betrof, een bepaald stand
punt moest kenbaar maken.
Nog geen economische Benelux-unie
Typerend acht ik in dit verband, wat de
minister van Landbouw en Visserij, mr.
Marijnen zeide als gast van het Benelux-
samenwerking-comité naar aanleiding van
de vraag of de regering de wet tot goed
keuring van het Benelux-Unieverdrag snel
tot stand gebracht wil zien, dan wel of zij
aan uitstel van de openbare behandeling
van het desbetreffende wetsontwerp de
voorkeur geeft.
Minister Marijnen verklaarde, dat de re
gering er onder de gegeven omstandighe
den geen bezwaar tegen zou hebben als de
Tweede Kamer, waar de komende week
het goedkeuringsontwerp aan de orde zou
komen, tot uitstel zou besluiten. Die „ge
geven omstandigheden" bestaan uit de ver
wikkelingen op landbouwgebied, en dan
in het bijzonder de moeilijkheden met de
Belgische minimumprijs voor condens-
melk. Het ministeriële antwoord getuigde
bepaald van een te passieve houding van
het kabinet. Juist zoals de zaken thans
staan ware het op zijn plaats geweest, in
dien het kabinet de beslissing, wel of niet
behandelen van het goedkeurings-ontwerp
niet al te gelaten aan de volksvertegen
woordiging zou hebben overgelaten. Het
is vóór alles het kabinet, dat voor zich
zelf heeft uit te maken of het, ondanks be
doelde landbouw-strubbelingen, het Unie
verdrag nog voor het eind van dit jaar
bekrachtigd wenst te zien, dan wel of het
aanbeveling zou verdienen Brussel te kun
nen laten weten dat Nederland er geen
prijs op stelt het Unieverdrag rechtsgel
dig te doen worden voordat de moeilijkhe
den inzake het landbouwbeleid uit de weg
geruimd zijn. Waarom het kabinet het,
naar uit de hier in het kort weergegeven
verklaring van minister Marijnen bleek,
van zijn kant heeft nagelaten in dezen dui
delijk kleur te bekennen, is voorshands een
raadsel. En zeker getuigt het op dit punt
aan de dag gelegde beleid ook niet van
„elan", dat tot dusverre naar de smaak
van mr. Pollema, en waarlijk niet van
hem alleen, al te zeer is blijven ontbre
ken.
Dr. E. van Raalte
delaren In bloembollen om de bollen te la
ten betalen bij ontvangst van de documen
ten. Wel meende men dat het lange krediet
volkomen verkeerd was, maar om de bol
len alleen te verzenden aan die kapitaal
krachtigen die onmiddellijk kunnen beta
len achtte men niet aanlokkelijk. Men
vreesde hun een monopoliepositie te be
zorgen, doordat dan de kleinere klanten
bij hen zouden moeten gaan kopen. Het be
stuur zal enkele tussenvoorstellen in stu
die nemen.
Oneindig veel zorg vraagt de nieuwe
tentoonstelling in Sterling Forest Gar
dens. Het is deze zomer en najaar zeer
heet geweest. Ook kwamen er regenbuien
voor, die veel schade veroorzaakten. Men
tapte in achttien uur eens 6 inches
(150 mm.) regenwater af. Er zijn onvoor
stelbare hoeveelheden draineerbuis ge
legd. Men verwacht het eerste jaar geen
ontzagwekkende tentoonstelling en schat
een aanlooptijd van drie tot vier jaar no
dig te hebben. Sterling Forest Gardens
kan dan echter belangrijker blijken te zijn
dan de „Keukenhof", zei de heer Springer.
Advertentie
^■■^cent
op aanvraag wordt da folder
„Maak het u lichter -
Tover met licht"
u graag toegezonden doori
N.V. Wed. Ah rend Zoon
N.V. Blikman St Sartorlus
en door de fabrikant i
Chemische Fabriek
L. van der Grinten N.V.
te Venlo
of haar servleekantoor
Statenlaan 126, Den Haag
VENLO DEN HAAG
Sinds Marken met het vasteland is ver
bonden zijn in Monnikendam ernstige ver
keersproblemen ontstaan. Het verkeer
naar het voormalige eiland moet namelijk
dwars door het stadje en verscheidene
straten zijn hierop niet berekend. Het ge
meentebestuur van Monnikendam heeft
nu bij Gedeputeerde Staten aangedrongen
op de spoedige aanleg van de nieuwe ver
bindingsweg tussen de provinciale weg
Amsterdam-Monnikendam en de Water-
landse Zeedijk. Deze weg is geprojecteerd
tussen de oude en nieuwe stadswijk van
Monnikendam. Men houdt er rekening
mee dat het stadje dat nu 3600 inwoners
heeft, in de toekomst zal uit groeien tot
een gemeente van 12 tot 15000 zielen. Vol
gend jaar zal een begin worden gemaakt
met de bouw van tweehonderd woningen
in de particuliere sector. Bovendien wil
men in de bestaande haven een jachtha
ven aanleggen en verder een recreatiege
bied slichten met een natuurbad en een
kampeerterrein.
Bezoldiging burgemeesters. De aan
passing van de burgemeestersbezoldiging
aan de per 1 april 1958 voor het rijks
personeel getroffen salarismaatregelen
werd, hangende het overleg over de aan
passing van de salariëring van het onder
wijzend personeel, voorshands uitgesteld.
Hoewel dit overleg nog niet is geëindigd,
meent de minister van Binnenlandse Za
ken dat het wenselijk is de herziening
van de bezoldiging van de burgemeesters
der kleine gemeenten niet langer uit te
stellen. Een wijziging van het Bezoldi
gingsbesluit Burgemeesters 1954, waarbij
dit punt wordt geregeld, wordt voorbe
reid.