OPERA „WOZZECK" VAN ALBAN BERG, AMERIKAANSE BIJDRAGE AAN HET HOLLAND FESTIVAL document van levensangst en menselijke ellende Anatol" Schnitzler door hei Wiener Burgtheater Erbij 9 American Ballet Theatre 9 Juilliard Quartet 9 Nan Merriman Eva besliste ZATERDAG 2 8 MEI 1960 PAGINA TWtb NA JAREN van misken ning heeft „Wozzeck" vrijwel alle opera's veroverd. Hij maakt na de laatste oorlog zelfs deel uit van het vaste Weense repertoire, dus in een stad die op muzikaal gebied beslist niet vooruitstrevend kan worden genoemd, en thans komt Wozzeck naar Nederland in het kader van het Holland Festival. De ato nale twaalftonen-muziek ont stond weliswaar in Wenen, maar niet Oostenrijk, maar het buitenland en vooral Amerika heeft het werk van Schönberg, Wellesz, Alban Berg, Hauer, Krenek en an deren gepropageerd. Ook nu nog kan de moderne muziek slechts met moeite ingang bij het Oostenrijkse publiek vinden. Voor „Wozzeck" moet men echter een uitzon dering maken, want over de waarde van dit werk wordt zelfs in Wenen niet meer ge discussieerd. Bovendien be wijst deze opera voor de zo veelste maal, hoe wisselvallig de muzikale beoordeling was en hoe lichtvaardig zelfs be kende critici met hun kwalifi caties omsprongen. Nog in 1927, dus twee jaar na de première, stond in de „Deut sche Zeitung" te lezen: „De muziek van „Wozzeck" is de moeite van het vermelden niet waard. Elke knoeier mag zich op Alban Berg beroe pen". Toch werd dit werk, nog voordat het nationaal- socialisme tegen dit staal van „ontaarde kunst" zijn veto uitsprak, tussen 1925 en 1936, dus in de loop van elf jaar minstens 166 maal opgevoerd in 29 verschillende steden. En nu, een goede veertig jaar na haar ontstaan, is de opera een vast repertoire-stuk ge worden zelfs in Oostenrijk, waar zij met groot succes tij dens het Salzburgse Festival van 1951 werd opgevoerd. In 1953 volgden de Weense voorstellingen, in 1955 een langdurige reprise na de plechtige opening van de herstelde opera en nu vormt zij een onderdeel van het Weense en het Holland Fes tival. DE BEZETTING is gro tendeels onveranderd ge bleven. Achter de lessenaar dirigeert in Wenen ook nu weer Karl jBöhm, terwijl de hoofdrollen zoals vroeger vertolkt worden door de zeer intelligente zangeres Christl Goltz als Marie, verder door de heren Dickie, Klein en vooral Dönch als dokter. Nieuw is Albrecht Peter als gast in de titelrol. Tijdens het Christl Goltz als Marie in „Wozzeck" van Alban Berg. Weense festival zal tevens de andere opera van Alban Berg „Lulu" ten gehore worden gebracht. Dit is voornamelijk te danken aan de Konzert- hausgesellschaft, die zich jarenlang de grootste offers heeft getroost om moderne muziek uit te voeren en die nu met genoegdoening kan constateren dat het publiek langzaam daarvoor begrip gaat tonen. HET SUCCES van „Wozzeck" is natuur lijk op de eerste plaats te danken aan de indrukwekkende en navrante muziek, die een onheilspellende atmosfeer oproept. Doch ook de tekst speelt een grote rol, omdat hij een sterke dramatische en angst wekkende spanning vertolkt, die zich ook van de toeschouwer meester maakt. Wie de opera reeds kent en dus over de eerste bevreemdende indrukken heen is, kan deze werking ten volle ondergaan en bij latere reflectie constateert hij tot zijn grootste verbazing dat deze zo modern aandoende tekst meer dan honderdtwintig jaar gele den werd geschreven. De auteur is Georg Büchner, het vroegrijpe genie, dat op 24- jarige leeftijd stierf, na nog „Danton's dood", een ander meesterwerk, te hebben geschreven. Ook dit werk werd pas in onze tijd voor de opera ontdekt en wel door de Oostenrijkse componist G. von Einem. Büchner werd in hetzelfde jaar geboren als Kierkegaard (1813) en evenals de va der van het existentialisme heeft hij de levensangst en de existentiële nood voor de litteratuur pasklaar gemaakt, lang voor dat Kafka, Camus, Sartre en ook de com ponist Alban Berg hun tijdgenoten tracht ten bij te brengen hoe doelloos het mense lijke bestaan is. Bovendien is de dokter, die Wozzeck in deze opera als psychisch „geval" behandelt, een op de psycho-ana lyse vooruitlopende figuur. Dg HOOFDPERSOON van deze opera is de gewone, arme en weerloze soldaat Wezzeck (door Büchner als Woyzeck ge speld, door Berg als Wozzeck) een ver schoppeling die door de hogere militairen wordt vernederd, terwijl zijn kameraden hem treiteren en uitlachen. Bovendien kwelt hem een niet nader te bepalen le vensangst, het gevoel dat hij weerloos aan zijn noodlot is prijsgegeven. De enige troost die het leven hem gunt is Marie, bij wie OVER een halve maand, op woensdag 15 juni, wordt het Hol land Festival geopend met de Wereldpremière in Amsterdam van de opera „Martin Korda D.P." van Henk Badings. Op diezelfde dag wordt in Den Haag door de Nederlandse Comedie de pre mière gegeven van „Donna Diana" van Augustin Moreto y Cabana (16181669) in de verta ling van Dolf Verspoor. Onze cor respondenten in Wenen en Wash ington schrijven hierbij over en kele manifestaties in het Holland Festival- Onze correspondent in Wenen schrijft over „Anatol", dat op 4 juli in Den Haag in Holland Festi val-première gaat en dat in We nen niet zo bijster goed ont vangen is. Enthousiaster is hij over de opera „Wozzeck", die in het Festival door de Beierse Staatsopera op 4 juli in Amster dam voor het eerst wordt opge voerd onder leiding van Ferenc Fricsay. Onze correspondent in Wash ington schrijft over het American Ballet Theatre, dat onlangs Martin Scheepers in zijn troep heeft op genomen die best te spreken is over zijn nieuwe omgeving. Het ballet treedt vijf maal in het Hol land Festival op met twee pro gramma's, die op 5 en 6 juli in Amsterdam in première gaan. Voorts schrijft onze correspon dent enkele regels over het Juil- liard Quartet, dat op 2 juli zijn eerste Holland Festival-uitvoering geeft in Amsterdam, en over Nan Marriman, een oude bekende in ons land, die soliste is in de twee de symfonie van Mahler, samen met Maria Stader (14 juli, Am sterdam). hij een onwettig kind heeft, maar hij kan niet met haar trouwen, omdat hij arm is. Ook deze verhouding deprimeert hem, hij voelt zich schuldig en tracht zich daarte gen te verzetten: „Het is gemakkelijk om deugdzaam te zijn, wanneer men rijk is", maar het helpt niet. Marie is een bijna moderne labiele persoon. Zij hangt aan haar kind en schijnt ook wel voor Wozzeck te voelen, maar tegelijkertijd laat zij zich door de forse en knappe tamboer-majoor imponeren, die haar het hof maakt. In zijn achterdocht vraagt Wozzeck of de verdachtmakingen van zijn kameraden waar zijn. Marie ontkent dit, maar Woz zeck blijft twijfelen: „De mens is een af grond en men begint te duizelen, wanneer men er in kijkt". Dan bezwijkt Mace voor men er in kijkt". Dan bezwijkt Marie voor de tamboer-majoor, ze danst een hele avond met hem in een kroeg en geeft dit trots en volmondig toe, wanneer Wozzeck haar THUIS GEKOMEN wordt zij aangegre pen door een onverklaarbare angst en door een gevoel van schuld en wanhoop. Terwijl ze bij het bedje van haar kind zit, neemt ze de Bijbel om er opbeuring en troost te vinden, want Christus heeft ook de overspelige vrouw vergeven. Het volgende toneel speelt zich bij een bosvij- ver af, waar Wozzeck haar in een vlaag van afgunst en verbijstering neersteekt. Dan gaat hij naar de kroeg en danst er met Magret, die echter bloed aan zijn "handen ontdekt. Hij neemt de vlucht en gaat terug naar de vijver, omdat hij bang is dat hij het mes niet ver genoeg in het water heeft gegooid. Hij gaat het water in, zoekt naar het mes, waagt zich te ver en verdrinkt. Op grond van het bericht dat Marie dood bij de vijver ligt, gaan allen er op uit om haar te zoeken, als laatste volgt de kleine jongen van Ma rie, dat op een stokpaardje rijdend de an dere kinderen naloopt. Met dit beeld ein digt de opera. ER LIGT OVER DIT HELE DRAMA een stemming van grenzeloze wanhoop. De toe schouwer heeft herhaaldelijk het gevoel, alsof hier een roman van Kafka wordt uit gebeeld. In zekere zin kan men het werk zelfs een theologische opera noemen, want zonde, schuld en boete zijn de hoofd thema's die de gedachten en woorden van Wozzeck en Marie beheersen. Deze ge drukte stemming wordt op congeniale wij ze tot uitdrukking gebracht door de mu ziek, die met opzet atonaal is en die ge heel op de inhoud is afgestemd. In wei nig opera's zijn woord en muziek zozeer tot een eenheid verstrengeld. Het werk is streng symmetrisch opgebouwd, niet al leen door de constructie van drie bedrij ven met telkens vijf tonelen, maar ook door de toepassing van verschillende mu zikale vormtypes zoals fuga, passacaglia, fantasie, scherzo, rondo enz. Wanneer men het werk de eerste keer hoort, ont dekt men deze structuur nauwelijks, maar dat is ook niet nodig. Wèl heeft men de indruk van een gesloten eenheid, die het gesuggereerde nog sterker tot uitdruk king brengt. Het is een troosteloos drama dat zich hier als een soort noodlot afspeelt en dat de toeschouwer niet loslaat, ook later niet. Telkens weer vervolgen hem beelden van de angstaanjagende atmos feer, bij voorbeeld in de kamer van Marie die in de Bijbel leest of bij de donkere vijver waar zij door Wozzeck wordt ver moord. Als contrast volgt dan de voor laatste scène in de kroeg en de rij wordt gesloten door het onschuldige, spelende en toch reeds door het noodlot getekende kind. Pas het hedendaagse existentialisme heeft ons de ogen geheel geopend voor de taal van deze opera. Prof. N. Greitemann (Van onze correspondent in Washington) DE CULTURELE AMBASSADEURS, die dit jaar op het Holland Festival Amerika zullen vertegen woordigen, zijn voor de kunstliefhebbers in ons land reeds goede bekenden: de opera- en concertzangeres Nan Merriman, het Juilliard String Quartet en The American Ballet Theatre. Men zal de Amerikaanse kunstenaars met vreugde terugzien in Nederland en men moet er zich over verheugen, dat Amerika met zulk een selecte groep aan het Holland Festival deel neemt. In het American Ballet Theater bevindt zich sinds enkele maanden de Nederlandse danser Martin Scheepers. Hij heeft in die weken enorm hard ge werkt, de overgang was niet zo heel gemakkelijk, maar het gaat goed en hij voelt zich thans geheel thuis in deze groep. Hij behoort tot de beste solisten van het ballet en het zal niemand verbazen, wanneer hij binnen niet al te lange tijd wordt opgenomen onder de sterren. Waarom hij de grote sprong naar Amerika gedaan heeft? Omdat hij vooruit wilde. „Dc tijd is zo kort", zegt li\j filosofisch. Zulk een op merking zou men eer verwachten van een oudere man, dan van deze jonge danser, die er fris en jeugdig uitziet en die nog geen dertig jaar zegt te zijn. Maar die woorden bewijzen tevens, dat Scheepers ook dc kunst heeft geleerd om met twee benen op de grond te staan. De periode waarin een danser op zijn hoogtepunt is duurt maar betrekkelijk kort. Tecli- nisch-kunnen kan men lang op peil houden, maar desondanks gaat er toch met het vorderen van de jaren iets verloren van de jeugdige soepelheid. Vandaar dat Scheepers zijn kansen wil benutten zo lang hjj in de beste periode verkeert. En kansen heeft hjj in dit uitstekende Amerikaanse milieu on getwijfeld. Dc Nederlander Martin Schee persdie bij The American- Ballet Theatre danst. Nan Merriman. AAAAAAAAi iAAA'. SCHEEPERS HEEFT reeds vrij veel Europese ervaring: Hoofdstad Operette, Nederlandse Opera, London Festival Ballet, Ballet der Lage Landen, Roland Petit. Dansgroepen zijn tegenwoordig vaak heel internationaal van samenstelling. Men zou zich dus kunnen voorstellen, dat de over gang van de ene groep naar de andere niet bijzonder groot is voor een danser. Maar Scheepers vond de sfeer waar hij nu in beland was toch wel heel verschillend van wat hij tot dusverre gewoon was geweest. Hij heeft de indruk, dat er hier minder ja- louzie bestaat tussen de dansers, minder intrigue. Voor alle belangrijke rollen traint men meer dan een danser of danseres. Dat een programmapunt moet vervallen, omdat een van de dansers ziek is of een spier heeft verrekt komt daarom nauwelijks voor. Herhaaldelijk krijgen de invallers de „understudies'" hier een kans om te tonen wat zij in een grote rol kunnen pres teren en de sterren tonen zich niet ge ïrriteerd of gepasseerd in zo'n geval. Heel vlot laten zij een ander in hun plaats dan sen. Vergelijkend met Europa vindt Schee pers dat men hier wel erg snel uitviel, wanneer men zich niet helemaal fit voelde of een beetje last had van een spier. De jonge Scheepers, die graag vooruit wil ko men, verheugt zich over de kansen die hij hier krijgen kan en vooral op een tournee zoals het ballet nu gaat maken, krijgt hij zeker gelegenheid om te tonen waartoe hij in staat is. DEZE BALLETGROEP cultiveert zowel het klassieke als het moderne ballet. Dit Amerikaans-moderne repertoire is iets, waar Scheepers nog aan moet wennen. Dit dansen heeft volkomen de basis verlaten van de klassieke danskunst. Wat een man als Roland Petit aan moderns naar voren brengt, is toch altijd nog gebaseerd op de klassieke figuren en de klassieke houding. Maar in een Amerikaans nummer van de groep waar Scheepers thans toe behoort gaat het heel anders toe. „U kunt het zö zien", zegt hij. terwijl hij opspringt uit zijn stoel. En dan doet hij met een paar sug gestieve passen voor, hoe de cowboys dan sen in het ballet dat Rodeo heet: kromme benen, de voeten naar binnen. Zo'n houding is eenvoudig ondenkbaar in ballet dat nog enig contact heeft met het klassieke. The American Ballet Theatre, dat reeds twintig; jaar bestaat, heeft kortgeleden een grote verjonging ondergaan. Vandaar dat vele nummers van het grote repertoire op nieuw moeten worden ingestudeerd voor men vertrekt op de grote zomertocht van zes maanden, die binnenkort begint. In den weken tijd heeft men niet minder dan twintig balletten ingestudeerd! Sommige dansers werkten negen uur per dag. Het is maar goed, dat de meeslen jong zijn. Men gaat nu ongeveer met z'n vijfen vijftigen een tournee maken door Portu gal, Frankrijk, België, Nederland, Dene marken, Zweden, Zwitserland. Spanje, Ita lië, Griekenland, Polen en tenslotte ge durende acht weken door de Sovjet- Unie. Dit zal het eerste Amerikaanse ballet zijn, dat de Sovjet-Unie zal bezoeken. Een verantwoordelijke taak. voor deze dansers, voor hun dirigenten Schermerhorn en To- masow en voor hun regisseur Dimitri Ro- manow. OOK HET JUILLIARD strijkkwartet maakt deze zomer een grote tournee. Van half april tot oktober is het beroemde Amerikaanse viertal in Europa; niet min der dan dertien festivals staan op het pro gramma en het lijkt wel verstandig dat de kunstenaars besloten hebben in het mid den van deze tocht een maand vakantie te nemen. Het kwartet bestaat thans uit de violisten Robert Mann en Isidore Co hen, Raphael Iiillyer speelt alt-viool en Claus Adam cello. Het is nu reeds voor de derde keer dat dit kwartet een tocht, door Europa maakt. De tournees in 1955 en 1958 waren een groot succes en de ontvangst die men deze spelers in 1958 te Boedapest heeft gegeven, waar zij optraden op het Bartok-festival, zullen zij wel nooit, ver geten. Vooral de Hongaarse studenten waren enthousiast over hun interpretaties. NAN MERRIMAN, die wij voor haar vertrek naar Europa graag even gesproken hadden, bleek in Miami te zijn voor een reeks concerten. Deze zangeres, die op treedt tijdens vele Europese festivals, die gezongen heeft in La Scala te Milaan en in de Glyndebourne Opera in Engeland, is ook in haar eigen land bijzonder ge liefd. In Nederland zal men zich haar op treden met het Concertgebouworkest her inneren en ook op het festival van Aix-en- Provence in Zuid-Frankrijk is zij een goede bekende. Zij behoort waarlijk tot de meest begaafde en meest veelzijdige zangeressen van deze tijd. Toscanini heeft haar ont dekt en wel via de radio. In een periode dat Toscanini rondliep met de gedachte aan een programma, geheel aan Vcrdi ge wijd, hoorde hij een radio-uitzending, waar Nan Merriman een klein stukje in zong. Onmiddellijk belde de grote dirigent het radio-station op en zeide: „Dat is de stem, die ik nodig heb!" Haar carrière was ge maakt. (Van onze correspondent in Wenen) WANNEER MEN BEDENKT dat Schnitzler, wiens „Anatol" in het komende Holland Festival-programma is opgenomen, evenals zijn vader jarenlang in Wenen als dokter heeft ge- praktizeerd, dan is het goed beschouwd een hele prestatie dat hij daarnaast nog zeven romans, dertig eenakters en zeventien grotere toneelstukken heeft kunnen schrijven. Bovendien leefde hij als schrijver niet in een ivoren torentje, maar hij heeft, zoals zijn tijdgenoten nu nog weten te vertellen, met" volle teugen van het leven genoten. Men ontmoette hem in de elegante salons, in de Weense koffiehuizen van de litteraire kringen, in de chambres separées van het hotel Sacher., maar even goed in de kleine eethuisjes van de volkswijken en ge regeld bij de voorstellingen van het Burgtheater. Hij had zijn werk nooit kunnen schrijven zonder geleefd te hebben in de Weense „High society" van vóór de Eerste Wereldoorlog, toen Oostenrijk-Hongarije nog één macht was en de zogenaamde hogere kringen van Wenen, zoals hij die beschrijft, voorname lijk bestonden uit rijke genieters, dagdieven, nietsnutten met veel geld, officieren, cavaliers, grisettes en eenvoudige meisjes die vrij wild en het slachtoffer werden van de „betere" heren. VAN ZIJN TONEELWERK is in het buitenland „Liebelei" het meest bekend ge worden, ook in ons land. Dan volgt „Der Reigen", een Weense transpositie van het Franse „La Ronde" en nu zal dan „Ana tol" worden opgevoerd. Dit is eigenlijk ver wonderlijk, want dit jeugdwerk is vrij zwak en het staat ook al jaren niet meer op het repertoire van het Burgtheater, in tegenstelling met „Liebelei", „Das weite Land" en „Der grime Kakadu", die in de loop van dit jaar in een nieuwe enscene ring werden opgevoerd. Wanneer men het enigszins grof wil uitdrukken, zou men kunnen zeggen dat het oeuvre van Schnitz ler niet immoreel, maar a-moreel is. Er is daarin vrijwel geen spoor van hogere waarden te vinden. Hij is geen moralist en wil geen lessen geven, maar alleen de toestanden, situaties, ontmoetingen en ge sprekken beschrijven, waarvan hij getuige was in een ondergaande en kleine wereld, die zich echter de „grote wereld" noemde. „ANATOL" bestaat uit een serie van zeven sketches, die het voze, oppervlakkige en onverantwoordelijke van dit milieu blootleggen en die meestal met een cyni sche of fatalistische pointe eindigen. Daar deze zeven schetsen in de oorspronkelijke boekuitgave veel te lang zijn voor een enkele toneelavond, wordt er gewoonlijk een keuze gemaakt. In de vroegere op voeringen van het Burgtheater beperkte men zich tot drie van de zeven, waarin de losbol Anatol met zijn vriend Max de hoofdpersoon vormt, terwijl in elke schets telkens een andere getrouwde of onge trouwde vriendin optreedt, waarmee Ana tol intieme relaties onderhoudt of heeft onderhouden. GEWOONLIJK WORDEN de drie vol gende schetsen gekozen: Weihnachtsein- kaufe, Abschiedssouper en Hochzeitsmor- gen. Door de eerste schets ligt nog een zweem van echtheid. Op kerstavond ont moet Anatol de goed gesitueerde en ele gante Gabriele, die als getrouwde vrouw nog vlug een paar kerstcadeautjes moet kopen. Zij wil hem behulpzaam zijn, daar hij zelf iets passends zoekt voor zijn vrien dinnetje uit de volkswijk, dus uit een Hans Holt als „Anatol" in het gelijknamige stuk van A. Schnitzler. Zijn optreden was de laatste maal, dat. deze schepping door het Burgtheater over het voetlicht werd gebracht. milieu, dat zij „de kleine wereld" noemen en dat hen vreemd is. Daarom vinden ze dan ook niets passends. Uit de beschrij vingen van Anatol heeft Gabriele echter opgemaakt dat dit eenvoudige kind uit het volk een echte schat van oprechte aan hankelijkheid is. Ten einde raad en in een opwelling van stille bewondering geeft ze hem haar eigen boeket bloemen met de opdracht: „Lief kind, deze bloemen worden je gestuurd door een vrouw, die misschien net als jij kan liefhebben, maar die de moed daartoe niet had." Ongeveer op hetzelfde vlak ligt de schets „Afscheidssouper". Al een week lang is Anatol elke avond uit souperen geweest met het danseresje Annie, om haar te zeg gen dat hij hun relatie wil verbreken, maar hij durfde niet. Nu echter neemt hij het 'definiteve besluit, maar voordat hij er toe komt, verklaart Annie hem in alle eerlijkheid, dat zij de relatie afbreekt, om dat zij iemand heeft gevonden waarvan ze werkelijk houdt, ook zonder bordeaux, champagne en oesters. Deze twee schetsen vertonen een zekere overeenkomst met „Liebelei", omdat hier telkens een simpel meisje uit een volkswijk de heldin is, het gezonde volkskind dat in tegenstelling met de rijke en voze society nog een oprecht gevoel van liefde en aanhankelijkheid be zit. DE LAATSTE SCHETS „Hochzeitsmor- gen" is bepaald cynisch. Anatol heeft de nacht voor zijn huwelijk met zijn vriendin Ilona doorgebracht. Zij wil de verdere dag bij hem blijven, zodat Anatol na een lang en cynisch gesprek gedwongen is haar te zeggen dat hij over twee uur op het stad huis moet zijn. Ilona reageert eerst woe dend, maar zij laat zich door Max, de vriend van Anatol, gemakkelijk troosten, wanneer hij haar zegt: „Waar het op aan komt is dit: niet u bent de bedrogene, wan) bij u kan men altijd terugkomen, de andere kan men slechts in de steek laten Scène uit „Graduation Ball" van The Ame rican Ballet Theatre. AAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAA Dat is evenmin verheffend als liet werk van De Maupassant, waardoor Schnitzler zich liet inspireren, maar men bedenke dat hij slechts wilde beschrijven, een beeld geven van een wereld die intussen al lang is ondergegaan. Daarom verwondert het ons eigenlijk dat dit stuk werd gekozen, want Schnitzler heeft veel betere schetsen geschreven en Anatol wordt al jarenlang niet meer in Wenen opgevoei'd. De laatste bonvivant, die in deze rol voor het publiek van het Burgtheater optrad was Hans Holt en het werd een mislukking. Niet omdat Holt slecht speelde, maar omdat de rol in deze vorm totaal verouderd is. Joseph Handl zegt dan ook in zijn boek over de spelers aan het Burgtheater: „Deze Anatol is nu eenmaal alleen mogelijk in de tijd voor 1914". Toch heeft het stuk zijn ver diensten, want het munt uit door uitste kende dialogen en er hangt daarover een typisch Weense sfeer die men ook nu nog in de koffiehuizen ontwaart. Het zijn for mele elementen, die Schnitzler meesterlijk beheerste en die een sfeer oproepen, waar voor men niet alleen in Oostenrijk, maar ook daarbuiten nog gevoelig is. In het Westduitsfc stadje Herchen, in het fraaie dal van de Sing, moest onlangs een directeur van gemeentewerken worden gekozen. De achttien -aadsieden van het stadje stemden en stemden, en stemden nog eens. Maar steeds veer bleek dat ne gen raadsleden de ene kandidaat en de negen andere raadsleden de andere kan didaat wensten. De stemmen bleken on wrikbaar, er zat er geen één „los" Na de derde stemming stelde burge meester voor een volkomen ondeskundige en onpartijdige te laten beslissen. De acht tien raadsleden knikten, waarop de bur gemeester de raadzaal en stadhuis ver liet, over het marktplein keek en vervol gens een zevenjarig meisje, dat in haar eentje aan het touwspringen was, zag. De burgemeester haalde het meisje, Eva Ot- tersbach genaamd, in de deftige raads zaal, wierp vervolgens twee briefjes met de namen der 'oeide kandidaten in een bloemenvaas en vroeg Eva er één papier tje uit te halen. Dat deed de verbouwe reerde Eva en daai'mee was de nieuwe directeur van gemeentewerken gekozen. Een spelend kind van zeven jaar besliste, waar de gemeentepolitiek geen stap ver der was kunnen komen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1960 | | pagina 18