Niemand weet precies hoeveel echte werklozen er zijn WEG EN WIEL Vluchtig bezoek aan Canada (3) *2? JEN BOOM" Oncontroleerbare proeven nog steeds struikelblok in Genève RIJDEN OP LUCHT RUSSISCHE BABY-AUTO WEES ZUINIG MET BENZINE Statistieken omvatten „werkzoekenden" die er niet in thuis horen neven aan de redactie Watersnood in Polen 15 koelkaótèn diepvriezer*» PRISMA PRISMA HORLOGES Tweede communistische blad in Indonesië verboden HET OVERLEG OVER KERNEXPLOSIES Het Westen durft Tsarapkin zelfs geen vakantie-reces voorstellen WOENSDAG 2 7 JULI 196 0 HAARLEMS DAGBLAD OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT Hoeveel werklozen zijn er in Canada? Een hoge functionaris van het ministerie van Burgerschap en Immigratie in Ottawa schudde korzelig het hoofd. Hij had die vraag al verwacht en er tegenop gezien. „Ik wou, dat ik 't wist. Niemand weet het, ook de regering niet. Anders zou ze zich beter de oppositie van het lijf kunnen houden. Die verwijt haar te pas en te onpas, dat de werkloosheidscijfers zo hoog zijn. Als we die cijfers maar konden interpreteren De ambtenaar raakte de kern van het probleem. „Hoeveel percent van de officiële Canadese werklozen is echt werkloos?" Een moeilijke vraag - en voor Nederland ook een belangrijke. Berichten over hoge werkloosheid in Canada (sinds 1954 volgens de statis tieken meer dan 3 pet. van de beroepsbevolking) heeft in Nederland de emigratiebereidheid sterk beïnvloed. Men kan geen Canadese krant opslaan of het vraagstuk komt ter sprake. En vooral is het zonderlinge feit benauwend, dat, terwijl het land welvarend is, de pro- duktie en de lonen stijgen, de werkloos heidscijfers hoog blijven. In alle beschou wingen komt de ondoorzichtigheid der sta tistieken aan de orde en de werkwijze van de werkloosheidsverzekering, die laten we het zacht uitdrukken zekere misbrui ken in de hand werkt. Wan', doordat het land nog zo jong is heeft het nog geen bevolkingsregistratie. Op zonderlinge wij ze worden dan ook de statistieken der werkloosheid opgesteld. Er zijn er twee, één op basis van steekproeven en één, waarop alle personen zijn geregistreerd die zich als werkzoekende bij de Natio nal Unemployment Insurance hebben ge meld. De uitkomsten kloppen niet erg met elkaar, hetgeen de verwarring vergroot. Volgens uitvoerige steekproeven is vast gesteld, dat eind april het aantal werk lozen 517.000 bedroeg. Dat is ongeveer 9 pet. van de beroepsbevolking. Eind juni zou volgens de minister van Arbeid dit aantal met 250.000 zijn verminderd. Maar dat houdt tevens in dat in het midden van de zomer, het beste seizoen, nog steeds 267.000 mensen werkzoekend waren. Is de toestand werkelijk zo slecht? In Canada zet men bepaalde categorieën op de werkloosheidsstatistieken, die daar. naar secure Nederlandse opvatting, niets te maken hebben. Studenten bij voorbeeld die 's zomers gewerkt hebben, verschijnen bij het begin van het studiejaar als „werk zoekenden" op de statistiek. Huisvrouwen, die naar een betrekking heten uit te zien, maar nog niet aan de slag willen, sei zoenarbeiders en arbeiders, die wel van werk willen veranderen, maar intussen nog steeds in hun oude baan werkzaam zijn, zij allen staan als werkloos geboekt. De Canadese werkloosheidsverzekering is niet slecht, wél de wijze waarop zij wordt uitgevoerd. „Veel werkloosheid zou verdwijnen," zo zei ons een deskundige op dit gebied, „als de sympathie van het pu bliek niet was met iedereen die zich werkloos belieft te noemen. Als de rege ring besluit de profiteurs van de verzeke ring eens flink aan te pakken is de pu blieke opinie verontwaardigd. Profiteurs Wie 30 weken heeft gewerkt en „afge legd" wordt („laid off" is de gebruikelij ke Canadese uitdrukking voor „gedaan krijgen") kan zich als werkzoekende laten inschrijven en komt dan in aanmerking voor een uitkering. Als men tussen 15 de cember en 15 mei zonder werk komt. be hoeft men zelfs maar 15 coupons vergaard te hebben. Velen van hen, die zich laten registreren, hebben volstrekt niet het plan een andere betrekking te aanvaarden, ze ker niet als het een erg onplezierig baan tje is, dat in de winterse kou verricht Verkort weergegeven) Fluoriden en tandcariës. Ik verbaas mij over ir. Cochius' grote verbazing over het voorstel om fluoriden („het vergif") toe te voegen aan Haarlem's drinkwater, ter be strijding van tandbederf bij kinderen. Zijn bespreking van het economische aspect is nl. verbazingwekkend summier. Of van verspilling sprake is kan alleen worden beoordeeld als men de kosten precies kent (ir. Cochius weet blijkbaar alleen dat ze „niet te verwaarlozen" zijn) en die afweegt tegen in de toekomst te raliseren bespa ringen op tandheelkundige voorzieningen, die evenmin mogen worden verwaarloosd! Dit alles als men tenminste meent dat bij publieke uitgaven ten gunste van de volksgezondheid de uiterste economie ge boden is. Het verschil met gratis uitge reikte tabletten (wat kost het tabletteren dan wel?) is overigens dat velen door on achtzaamheid toch weer van het medicijn verstoken zullen blijven. Of een onjuiste dosering („het vergif") zullen toepassen. HANS DULLER moet worden. Vooral niet, als zij geduren de de zomermaanden zoveel hebben ver diend, dat zij ook zonder uitkeringen er best van zouden kunnen komen. Juist in het verband met die gedwongen werkloos heid in de winter wordt seizoenarbeid vaak extra goed betaald. Een voorbeeld van de profiteurs lazen we in het weekblad „Sa turday Night": Vissers in Brits Columbia, die in de zomer-1959 bedragen tot rond 20.000 dollar hebben verdiend, lieten zich niettemin ook de werkloosheidsuitkering uitbetalen. Elders bleek een groep arbei ders heel boos, toen zij bij het naderen van de winter niet gedaan kregen, omdat er nog werk voor hen was. Seizoenarbeid, tezamen met overwerk en 's winters de uitkeringen, levert dik wijls meer op aan een baan, die men het hele jaar houdt. De werkloosheidsverzeke ring komt neer op "behoud van inkomsten voor Canadezen met onregelmatige banen, 'n „wintervacantietieslag". Er is veel ruim- wen, die, na de geboorte van 't eerste kind, zich als werkzoekende laten inschrijven, de studenten, die naar Canadese trant in de zomermaanden hun studiegeld voor het komende collegejaar verdienen, de ar beiders, die opzettelijk de kans op een andere baan verknoeien, omdat de werk loosheidsverzekering goed is voor zoveel in de week en bovendien nog 13 dollar in de week eigen verdiensten toestaat. „Het stelsel leidt tot luiheid op nationa le schaal" kan men vaak horen. En nie mand weet hoeveel echte werklozen Cana da telt. Ze zijn er, ongetwijfeld, als gevolg van de voortschrijdende mechanisatie. Vele werkzoekende Canadezen blijken technisch onvoldoende geschoold. Er is een tekort aan secundaire industrie, een verzadiging van de bouwmarkt, en een immobiliteit van een groot deel van de beroepsbevolking, waardoor het onmoge lijk is arbeiders uit gebieden met struc tuurwerkloosheid naar elders over te bren gen. De senaat heeft nu een commissie inge steld, die uitvoerig gaat spreken met al len, die bij de werkeloosheid betrokken zijn. Het wordt een geheel Canada omvat tend onderzoek. Eind 1960 moet het rap port hierover klaar zijn. En hoe staat het met de Nederlandse immigranten, vroegen wij. Weer dat hoofdschudden van functionarissen van immigratie en National Unemployment Commision: „Officiële cijfers zijn niet bekend". Maar onder de Nederlanders, zo bewijst de praktijk, komt naar verhou ding weinig wekloosheid voor. Zij schrik ken niet terug voor baantjes, die menig Canadees beneden zijn waardigheid acht. Ze zijn beweeglijker dan de met hun woongebied vergroeide Canadezen. Bo vendien is de strenge selectie van 't ogen blik. wgarborg, dat de nieuwe, immigranten beschikken oer technische ^aardigheden* die hen geschikt maken voor bèroepen waarin veel vacatupres bestaan. En de ge dachte „van de steun jfrekken" stuit de Ne derlanders tegen de borst zolang zij nog werk kunnen vinden, wat voor werk dat dan ook is. Advertentie p* Imp. KÖNIG N.V. AMSTERDAM - ROTTERDAM lovoring via uw handel ALMELO-VENLO U kunt niet speculeren als het er om gaat een horloge te kopen. Volg uitsluitend het koop- advies van de vakman... uw eigen horloger! Dan zit u „safe als de bank"! het goede Anker-horloge WARSCHAU (Reuter-AFP) Het wa ter staat in het stroomgebied van de Weichsel en de Oder in het zuiden van Polen zo hoog dat in het gebied van Kra kow. Katowice en Opole een ernstige toe stand is ontstaan. Op enkele plaatsen heb ben zich overstromingen voorgedaan. Het water stijgt nog steeds als gevolg van stortregens die al een week lang onophou delijk vallen. Helikopters van het Poolse leger hebben te Sucha, in het zuiden, mensen van de daken en uit de bomen gehaald. De plaats Kety, ten zuidwesten van Krakau, waar 250 gezinnen wonen, is geëvacueerd en de inwoners van zes andere plaatsen langs de Sola zijn gewaarschuwd zich voor ver trek gereed te houden. Padvinderskampen in de Tatra- en Beskidy-bergen zijn ge sloten en de kampeerders zijn naar veili ger oorden overgebracht. Te Cieszyn, aan de Tsjechoslowaakse grens, werd een ge val van verdrinking gemeld. De grote ver- zamelbekkens te Goczalkowice aan de Weichsel en te Roznow aan de Poprad, ten zuidoosten van Krakau, staan tot de rand vol en zullen overstromen als er nog meer aanvoer komt. Het peil van de Oder en de Olza is anderhalve tot tweeënhalve me ter boven het niveau waarbij overstro ming begint te dreigen. Advertentie Horlogerie Tel. 11541 Bartel,jorisstraat 19 DJAKARTA (AFP) Het linkse dag blad „Bintang Timur" is voor een perio de van onbepaalde duur verboden! 'Dit geschiedde op bevel van het militaire com mando te Djakarta wegens de publikatie van berichten in verband met de arresta tie van voormannen der Indonesische communistische partij. Een woordvoerder van 't leger zeide, dat de Bintang Timur tendieuze berichten heeft gepubliceerd, die afbreuk kunnen doen aan „het ver trouwen der bevolking in de politiek, die thans door 't leger wordt gevolgd in het belang van de handhaving van de open bare orde en rust". De militairen autoriteiten hadden reeds eerder het blad van de Partai Kommunis Indonesia, de „Harian Rakjat", een ver schijningsverbod opgelegd wegens critiek op het regeringsbeleid. GENèVE Na 233 officiële ontmoe tingen tussen Oost en West, waarin men tot overeenstemming heeft pogen te geraken over een verbod lot het nemen van kernproeven en de controle op de na leving hiervan, wordt de stemming tussen de partijen door Westerse diplomaten ver geleken met het labiele evenwicht van het befaamde „dubbeltje-op-zijn-kant". De-lei der van dé Britse delegatie beschreef de conferentie, die sinds 31 oktober 1958 te Genève wordt gehouden, als de enige plaats waar bij het contact tussen Oost en West tot nu toe het gezonde verstand heeft gezegevierd. Toch gaat er bijna geen zittingsdag voorbij, waarop de gedelegeer den van Amerika en Engeland zich 's mor gens bezorgd afvragen, of de Russen niet in de loop van de dag zullen aankondigen, geen heil meer te zien in het voortzetten van de onderhandelingen. Bijna elk voorval in de internationale po litiek, zoals het mislukken van de topcon ferentie te Parijs, de officiële uitlatingen van Amerikaanse woordvoerders of politi ci, het Russische vertrek uit de ontwape ningsconferentie, of het incident met het Amerikaanse spionagevliegtuig boven het territorium van de Sovjet-Unie is voldoen de om de Westerse afgevaardigden in een staat van nervositeit te brengen. Zelfs het simpele feit dat eenmaal in de drie dagen, volgens een tevoren opgesteld schema, de voorzittersplaats wordt bezet door de leider van de Sovjet-delegatie, Se- myon K. Tsarapkin, is voldoende om een groot aantal persvertegenwoordigers naai de derde verdieping van het Palais des Nations te lokken, waar in kamer 8 de besprekingen plaatsvinden. De manier waarop deze zelfde journalis ten dagelijks de beledigingen van de Sov jet-afgevaardigde ondergaan, wanneer zij proberen van hem een verklaring te krij gen over de stand van zaken, demon streert duidelijk de wijze waarop de Sov jets de wereld in het onzekere laten leven. Overigens probeert men de afgezanten van het Kremlin zoveel mogelijk te ont zien. Het kon dan ook aan het begin van deze maand voorkomen, dat de leider van de Amerikaanse delegatie, James J. Wadswortb, die maagklachten had, zich persoonlijk bij zijn Russische tegenspeler ging verontschuldigen voor zijn afwezig heid van die dag, inplaats van een van de andere leden van zijn delegatie te stu ren. 1-Iij wilde namelijk niet de kans lo pen, dat de Rus zijn afwezigheid zou be nutten om de conferentie in de steek te laten. Elke partij wacht op de ander voordat men beslissingen neemt of aankondigt, waarvan de toekomst van de conferentie kan afhangen, en intussen valt er weinig te doen. Zó weinig zelfs, dat de Westerse groep gaarne voorbereidingen zou treffen voor een kort zomerrecès, teneinde de af gevaardigden, het secretariaat van de UNO en de tolken van een welverdiende zomervakantie te laten genieten. De Ver enigde Staten en Engeland vrezen even wel, dat zelfs een voorstel om de bespre kingen vier weken op te schorten tot ge volg zal hebben, dat Tsarapkin de confe rentie wil uitstellen totdat de nieuwe pre sident van de V.S. zijn functie zal hebben aanvaard. Alle onderhandelingen ten spijt heeft men tot nu toe in Genève slechts over eenstemming bereikt over de redactie van een aantal artikelen van het ontwerp verdrag op het verbod tot liet nemen van kernproeven. Deze artikelei. handelen on der meer over: de vestiging van 170 controlestations, verspreid over de gehele aarde en 10 scis- mografische stations op de wereldzeeën, de bezetting van deze stations, die door een gelijk aantal vertegenwoordigers van Oost en West zouden worden bemand, de berechting van leden van de bezet ting van die controlepunten, die zich tij dens hun dienst aan vergrijpen zouden hebben schuldig gemaakt. Maar over het aantal malen dat een land een inspectie-commissie zou moeten toelaten nadat een verdachte „uitslag" door de seismografen was geregistreerd, is men niet tot overeenstemming kunnen komen. Volgens de V.S. zou het minimum aantal controlebezoeken twintig per jaar moeten bedragen, maar de Sovjet-Unie heeft verklaard dit getal veel te hoog te vinden. Zij heeft echter de afgelopen maanden geweigerd hier een cijfer tegen over te stellen. Maanden geleden hadden de V.S. reeds1 voorgesteld onmiddellijk een verdrag te ondertekenen, waarbij alle kernexplosies, welke gemakkelijk door middel van seis mografen en andere instrumenten zou kun nen worden geregistreerd, te verbieden. Dit verbod zou alle kernproeven omvatten, be halve de kleinere ondergrondse explosies, die een geringere uitslag dan 4,75 aangeven op de internationale seismografische schaal (de schaal-Richter). Kernexplosies onder deze grens of „drem pel", welke toch altijd nog een kracht kun nen hebben gelijk aan die van 20 kiloton t.n.t., geven namelijk dezelfde „uitslag" aan als de vele duizenden aardbevingen welke ieder jaar worden geregistreerd. De Verenigde Staten wilden echter geen clausule in het ontwerpverdrag waarbij ook deze kleinere explosies werden verboden, zonder dat men een overeenkomst had be reikt over de maatregelen om een naleving van dit verbod ook te garanderen. De Sovjet-Unie stelde daar het voorstel tegenover om een verdrag te onderteke nen, waarbij alle proeven boven de „drem pel" zouden worden verboden, en verbond daar tevens de voorwaarde aan dat de grote drie unilateraal zouden toezeggen de proeven onder de „drempel" stop te zetten. President Eisenhower en premier Mac- millan antwoordden tien dagen later, dat zij akkoord gingen met dit plan, onder de voorwaarde dat de grote drie samen een plan voor wetenschappelijk onderzoek zouden doen uitvoeren, om betere registra tiemethoden te verwerven. Terwijl deze zouden worden verbeterd, zou de „drem pel" langzamerhand verlaagd kunnen wor den totdat het verbod op alle kernproe ven een feit zou zijn geworden. Nieuwe verwikkelingen De zaak is nog ingewikkelder gewor den na een verklaring van Moskou, waar in wordt gezegd, dat de Sovjet-Unie het niet noodzakelijk vindt dat het plan voor wetenschappelijk onderzoek zich ook zou uitstrekken tot de proefnemingen met kernwapens. „Maai-", zo gaat de verkla ring verder, „indien de V.S. erop staat, ook proefnemingen te doen in het kader van dit onderzoek, dan moet aan de Sov jetgeleerden toestemming worden ver leend elk Amerikaans kernwapen tevoren te bestuderen". De V.S. stelden toen voor een internatio nale pool te vormen van verouderde kern wapens, zodat Amerikaanse geleerden el ke Russische kernbom zouden kunnen be kijken telkens wanneer de Russen 'n Ame rikaans projectiel aan een onderzoek zou den onderwerpen. De Russen hebben dit voorstel met hoon gelach ontvangen en het als „bespotte lijk" gekwalificeerd. Hierdoor is men wat dit probleem betreft nog geen stap ver der gekomen. (U.P.I.). De Levacar van Ford is dezer dagen in het middelpunt van de belangstelling komen te staan, omdat zijn ontwerper, dr. Andrew A. Kücher, sedert 1957 vice- president van de Ford Motor Co. te Dearborn, er op het wereldcongres van auto mobielingenieurs in Scheveningen een referaat over liet voorlezen en thans een model van zijn op lucht rijdend voertuig naar Europa heeft gezonden, waar het in Keulen is gedemonstreerd voor en groot aantal autotechnici. In tegenstelling met de luchtkussens auto (Air-Car) van Curtiss-Wright, die meer zweeft dan rijdt op een luchtlaag van circa vijftig cm dikte, beweegt de Levacar zich voort op een luchtfilm van slechts 1 millimeter dikte over brede stalen banen. Men zou het dus een railvoertuig kunnen noemen. De Levacar (de naam is een samensmelting van de woorden levation en car, waarin het eerste woord „het vrije zweven van het menselijk lichaam aanduidt" rust op ,,Levapads", dat zijn geperforeerde staalzolen, waaruit onder hoge druk lucht wordt geperst, die tussen Levapad en rails de 1 millimeter dikke luchtlaag vorm, die als een ideaal smeer- of glijmiddel fungeert. Men denke bijvoorbeeld aan een waterdruppel, die zich zonder wrijving op een gloeiend hete plaat voort beweegt, omdat tussen het water en de plaat een dampfilm ontstaat. De Levacar is daarom met veel minder vermogen voort te bewegen dan een voertuig op wielen. In Keulen werd slechts een meter lang demonstratiemodel gedemonstreerd, maar in het Ford-laboratorium in Dearborn rijdt reeds een eenpersoons Levacar. De Levacar van de toekomst zal echter een transportmiddel voor massavervoer worden dat zich op één of twee stalen banen zal kunnen voortbewegen met snelhe- De éénpersoons Levacar met aan het stuur de ontwerper dr. A. Kücher. Let op de brede rails. Naast het vervoermiddel van de toekomst staat een T-model Ford. den van 800 tot 1600 kilometer per uur. Het voertuig zal dus even snel zijn als een vliegtuig, doch niet het nadeel hebben van diens gebondenheid aan^vliegvelden. De aandrijving zal geschieden door propellers of door straalmotoren. Hiervoor zal heel wat energie nodig zijn. Om de luchtfilm te vormen die een gewicht van één ton 1 millimeter opheft, heeft dr. Kücher 56 pk nodig. Voor een 40-persoons- wagen van 12.5 ton zal dus 710 pk nodig zijn. In vergelijking hiermee is de energiebehoefte voor de voortbeweging zeer ge ring, althans bij lage snelheden. Veertig pk. brengen het gevaarte reeds op een snelheid van 160 km. per uur. Daarna stijgt echter de luchtweerstand snel en daarmee de nodige energie om deze weerstand te overwinnen. De ontwerper heeft ook gerealiseerd, dat het menselijk reactievermogen on toereikend zou zijn om een dergelijk voertuig te besturen. De besturing zal daarom langs elektronische weg dienen te geschieden. Binnenkort zal een nieuwe Sovjetrussische babyauto, de „Zaporozhet", in massa worden geproduceerd. Men hoopt er aan het eind van dit jaar 1500 vervaardigd te hebben, aldus deelt het Sovjetrussische persbureau Tass mede. De wagen kan ruim tachtig kilometer per uur halen en verbruikt 5Vi liter benzine op honderd kilometer. Hij heeft een elektrische verwarming om het starten bij koud weer te vergemakkelijken. De auto is uitgerust met banden zonder binnenband en heeft vijf versnellingen. Het brandstofverbruik van uw auto wordt in hoofdzaak bepaald door twee fac toren. In de eerste plaats is het de technische toestand waarin uw wagen verkeert en in de tweede plaats de rijstijl van de bestuurder. Er zijn diverse motoronder delen die op het benzineverbruik een invloed ten gunste of ten ongunste kunnen uitoefenen, zoals de carburateurafstelling, de ontsteking, het oliebadfilter, de klep- speling en de benzinepomp. Al deze onderdelen moeten op de juiste wijze hun taak vervullen en volgens het voorschrift van de fabriek zijn afgesteld. Naast deze technische factoren zijn er nog een aantal omstandigheden die bij het benzineverbruik een rol kunnen spelen, zoals de vochtigheidsgraad van de lucht ,de toestand van het wegdek, de luchtdruk in de banden, tegenwind en de belasting van de wagen. Bij zo een verscheidenheid van omstandigheden wordt het duidelijk, dat het benzineverbruik van eenzelfde merk auto tal van variaties kan vertonen. In de Duitse autoindustrie heeft men daarom een zogenaamd Normverbruik ingesteld (de DIN-norm), dat het benzineverbruik aangeeft volgens voorschriften die nauw keurig zijn vastgesteld. In het kort komen deze voorschriften hierop neer, dat men deze verbruiks- proeven neemt met een pas ingereden auto. De metingen worden nadat nauw keurig is vastgesteld, dat alle motorondérdelen volgens de fabrieksgegevens func tioneren, verricht bij drievierde van de maximumsnelheid, met hun halve belas ting van het voertuig en op droge wegen. Dat het Normverbruik aanmerkelijk kan verschillen van het dagelijks verbruik ligt dus voor de hadn. Zo werd vastgesteld, dat een wagen die een Normverbruik van 5,3 liter per 100 kilometer had, in druk stadsverkeer 7.8 liter per 100 kilometer verbruikte. Een goed automobilist zal er voor zor gen, dat hy by het wegrijden de motor niet direct op de hoogste toeren laat draaien, dat hij niet nutteloos accelereert als hy toch direct voor een stoplicht weer vaart moet minderen en dat hy niet met vol gas een bocht nadert, afremt en dan weer met het gas op de plank voortschiet. Ook het langdurig ryden in een te lage versnelling is benzinerovend. Men heeft proeven genomen met een personenauto die langdurig achter een vrachtwagen moest blyven „hangen", omdat er geen mogelijkheid was om te passeren. Het bleek dat deze auto by een snelheid van 65 km per uur in de derde versnelling 7.5 liter en by precies dezelfde snelheid in de vierde versnelling 4.5 liter per 100 km verbruikte. A

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1960 | | pagina 15