- 122
„Hier is de plek," zei hij, kneep even. Ik beet 'n kies door. „They must train!
Het was ineens, alsof je door den vloer heen ging.
„Jaaaa," zei ik. Toen wipte hij, mij met één buikvelgreep weer in de horizontale
houding smakkend, mijn lichaam weer ietwat averechts overdwars in een voor hem
gemakkelijke positie en bemangelde met donszachte streelinkjes m'n onderkuit (tot aan
den enkel).
„They must learn to get celerity," zei hij. ..I'll show them how to win a match, to
keep on worrying you know. Never say die
„They want to get dash," zeg ik, vergat heelemaal, dat ie nog mangelaaide over
mijn extremiteiten.
„That's it!" zei hij. „Over drie dagen eet je weer rijst met krenten."
En toen moest ik opstaan. „Get up!" zei hij. En ik deed het gehoorzaam, n
beetje bang nog. Warempel ik stond! „Zeg eens A," zei hij Ik zei A.
„Mooi zoo. Steek uw tong eens uit," zei hij en ik deed het subiet.
„Much better!" zei hij weer, wikkelde het Toovermiddel zorgvuldig in goud
papier en 'n zijden foulard, waschte z'n handen, gaf mij 'n hand (wat erg meeviel
alweer) wrong zich de deur uit en vertrok.
Toen dacht ik aan het suaviter in modo, fortiter in re van de oude Latijnen. Als we
met een mannetje als Bob in zee of liever in de wei gaan, zijn we klaar. Iemand, die
zóóveel souplesse toont bij 'n eenvoudige kuitbehandeling, zal wel den noodigen tact be
zitten om een elftal en desnoods een geheele vereeniging daar te brengen, waar ik ze
gaarne zie, n.l. als het even kan in de Eerste Klas en onder de Clubs, die n beetje dicht
bij No. één komen te staan.
En ziet, zoo is het seizoen dan ook geëindigd. Als „goede vierde" besluiten wij
een aangenaam voetbaljaartje. Dank zij ook Bob
MULIER.
Z. M. de Scheidsrechter