- 133 -
Mijn wensch is, dat dit stukje bij moge dragen tot een uiting van dankbaarheid
van den kant der leden, zich manifeesterende in een overvloed van copie in de komende
jaren. Dat zal je nog liever zijn dan deze openlijke bewierooking.
En dan het penningmeesterschap. Toen Seignette wegging, sprak het zoo van zelf,
dat Feith dit baantje er nog maar bij zou nemenhij was er immers zoo geschikt voor.
Feith liet het zich welgevallen en gaf er van dat oogenblik alle krachten aan. Al wie
achter de schermen kan kijken, weet, wat dit beteekentniet alleen het geldbeheer en
de groote verantwoording van dit subtiele werk tegenover zich zelf en derden, maar
ook belastingbemoeiing, kaartenverkoop, distributie en verrekening der biljetten van de
internationale wedstrijden (de Olympische spelen liggen hem nog zwaar op zijn maag
onderhoud van terrein en accommodatie, feestvieringen, prijzeninkoop bij onderlinge
wedstrijden, zorgen, dat de financiën gezond blijven enz. enz., kortom niets gaat er
eigenlijk in ons vereenigingsleven om, of de penningmeester moet er in gekend worden.
Daarbij nog allerlei geschipper met kwalijknemende lieden, van slechte betalers zien te
halen, wat er van te halen valt, zonder ruzie te makenen dit alles, zonder dat
iemand het eigenlijk bemerkt of buitengewone appreciatie laat blijken.
Voelt ge wel, dat dit nog wat anders is dan de voorzitter uit te hangen of com-
missarisje te spelen Het op zich te nemen is niets, maar het goed te doen en te blijven
doen, dat is mannenwerk!
Ook in dit opzicht betoont Feith zich ten volle de eerlijke trouwhartige H.F.C.'er,
die maar liefst zoo weinig mogelijk over zijn werk gesproken wil hebben.
En dan is er nog een derde. Men heeft het huidige bestuur wel eens het meest
homogene bestuur genoemd, dat er in langen tijd geweest is. Ik weet van nabij, dat dit
waar is. Er heerscht een merkwaardige neiging om elkander te willen begrijpen, een
machtige geest van kameraadschap en elkander helpen. De man, die in dit opzicht het
geheele bestuur een voorbeeld geeft, die door zijn blijmoedige werkkracht, door zijn
gemis aan onnoodige zwaarwichtigheid, door zijn humor en altruïsme de prikkel is om
den huidigen geest in het bestuur te handhaven, die man is FeithHet zal U wel niet
verbazen, als ik U zeg, dat de werkingsspheer van dit gelukkig stel eigenschappen
van onzen penningmeester zich niet alleen beperkt tot het bestuur, maar op de geheele
vereeniging zijn invloed laat gelden.
Feith is een van de meest hechte peilers van den goeden geest in H. F. C.;
hij moge het nog lang blijven!
Moge je huwelijk, beste Feith, dat een dezer dagen plaats vond, je veel zonnig
geluk schenken, voor je zelf en je vrouw in de eerste plaats, maar toch ook, opdat je
vele gelukkige geestesgaven in steeds breedere ontplooiing nog lang aan de H. F. C.
ten goede mogen komen.
Namens je onnoemelijk aantal vrienden,
KEES.