- 163 -
Met de „echte" rust was het nog 10 voor de Rood-Witten.
In het begin van de tweede helft maakten we zelf een goaltje.
2—0. Wie doet je wat?
H. F. C. had destijds een oergevaarlijken vleugelspeler. Fick, die niet alleen scherp
kon voorzetten, maar ook af en toe een goaltje fokte. Wat hij ook nu deed.
2—1.
H. F. C. versaagt niet. Het eene angstige moment volgt op het andere van
Dordtsche zijde dan bezien want Beeuwkes had haast geen armen en beenen genoeg.
We beven als rietjes. Zou de voorsprong verloren gaan
Dat kleine dikke manneke op de midvoorplaats, zoo beweeglijk als een aal, glipt
telkens door onze achterhoede heen en... laat hem een seconde los en t is gebeurd.
't Is natuurlijk ook gebeurd.
Fick zet voor, Mannes slingert zich tusschen de spelers heen,'n kans,'n schot2 2.
'k Was bijna het veld ingeloopen om Mannes, 't kleine ventje van toen, den grooten
international van later, te feliciteeren. Zoo'n prachtgoal
Om even later te beven, als hij 't weer op z'n heupen krijgt en op ons doel
afstormt. Nog 18 volle minuten heb ik gebeefd, m'n buurman's armen blauw geknepen.
Maar het bleef 2 2.
'k Heb Mannes nog heel wat keeren daarna zien zweven over de voetbalvelden,
maar dien wedstrijd in October 1906, zijn „joyeuse entree in de eerste-klasse, zal ik
nooit vergeten.
Rijswijk Z.H., April 1929.
SIM VAN DER KLOET.