Mijn vlegeljaren liggen in Haarlem, in den schoot van H, F. C.
En toen ik later, misschien voor een deel als gevolg van deze Haarlemsche
opvoedings-periode, mijn werkkring in jour
nalistiek en letterkunde zocht, en een van m'n
uitgevers mij het denkbeeld suggereerde, eens
'n jongens-roman te schrijven, ha daar
zag ik meteen mijn toepasselijk jongensboek,
mijn eigen jongens-leven voor me De
zalige vlegeljaren de heerlijke Haarlemsche
tijd!... de H.F.C.-verrukking
Zoo mocht ik mijn cijns aan Haarlem en
H. F. C. terugbetalen voor zoovéél, wat ze mij
hadden geschonken.
Wanneer ik me dus opmaak naar Haarlem, om mee te feesten met de jubileerende
H. F. C., dan vergeet ik mijn veteranen-leeftijd, en ik ontdoe me van mijn reünisten
waardigheid.
Ik wil weer „good-old" zijn in het verlèden. Ik wil mijn eigen jongensverhaal laten
herleven uit dien goeden, ouden tijd.
Mijn Haarlemsche vlegeljaren ga ik terugvinden bij H. F. C.
's-Gravenhage, September 1929.
'n elftal-fragment.
het vroeger H. F. C.-publiek uit den Koekamp.
Illustraties van den schrijver, ontleend aan zijn
jongensboek „Piet's Vlegeljaren".