- 67 -
aanvoerder, den man, die zoovele oranje-ploegen onweerstaanbaar tot de overwinning leidde.
Hier volge, hoe Bok, die in zoo menigen kamp tegenover H. F. C.'ers stond, ons
zijn meening over de vijftigjarige kenbaar maakt.
H. F. C. is voor mij altijd de prettigste en fairste tegenstandster geweest, die
ik mij herinner. Niet omdat de speelwijze der good old nu zoo uitermate zachtzinnig
was volstrekt nietdoch wel immer eerlijk en correct.
Zij heeft, door de jaren heen, naar mijn smaak, het beste speltype vertoond,
namelijk het „short passing". Steeds ben ik een groot bewonderaar van deze speel
wijze geweest. Moge dit systeem van spelen niet zoo doeltreffend zijn als het
Blauw Wit—H. F. C. (12) 18 October 1925.
v i
„long passing", qua spel, zooals H. F. C. het in haar goede jaren speelde, had het
voor mij een groote bekoring.
H. F. C. is, ongeacht hare positie op de ranglijst, immer een gevaarlijke
tegenstandster geweest en niet, voordat het eindsignaal klonk, was men zeker van
den uitslag. In den glorietijd van Mannes Francken, Ferry van der Vinne, Ben
Verwey en zoovele anderen, waren de wedstrijden tegen H.F.C. wel de belangrijkste.
Vooral Mannes was een intelligent speler. Gevaarlijk door zijn dash en hij had de
beschikking over beide beenen hij passeerde en schoot zoowel links als rechts.
Voor zijn tegenstander was hij vrijwel onberekenbaar.
Van Mannes herinner ik mij nog een vermakelijk voorval.
Het was tijdens een voetbalfestijn te Dordrecht, dat hij zich ontpopte als een
A. v. Lennep (grensr.), H. Engel, A. v. Beekum, M. C. Sigmond, P. M. Basoeki, Chr. v. Houten,
A. If, v. d. Meulen, J. Weber, H, Eijsvogel, C. Lamp, J. de Koningh en knielend D. Miezérus,