- 76 -
kampioenskansen. Sparta had er niet van terug en gaf ons te Haarlem een flink lesje,
14. A. S. C. slaagde er al gauw in van datzelfde Sparta met 32 te winnen, terwijl
wij het tegen Haarlem niet verder dan een 2—2 konden brengen, na met 2—0
voorgestaan te hebben.
Met een 6-tal andere vereenigingen voelden we ons ineens weer grieperig, totdat
eindelijk een 21 op 't Gooi in Hilversum ons vrijwel buiten gevaar bracht.
Voordien kregen we de 1 Januari
vertooning. 't Was jammer, dat het
zoo miezerig (niet Mies-erig) weer
was, maar de groote attractie voor
het publiek, Mannes, vergoedde veel.
't Werd 4.2 voor de Oranjes, daar
van Bisselick zoo partijdig was, dat
Martien Houtkooper het niet langer
kon aanzien en „den Molshoop'' (de
uitdrukking is van Cajus) finaal weg
schoot.
Deze dag bracht ons bovendien
nog een verrassing in den vorm van
de uitreiking der bondsvlag, die
thans bij alle wedstrijden vroolijk,
te midden van de vaderlandsche en
H. F. C. kleuren, op onze tribune
wappert.
Na 't Gooi volgden wederom twee
nederlagen, n.l. H. F. C. Quick 1-3, en Blauw-WitH. F. C. 3—2. Was de
eerstgenoemde ontmoeting al heel slecht, de Amsterdamsche lucht deed onzen spelers
zichtbaar goed, zoodat een neutrale Duitscher na afloop bij Trianon vertelde, dat de
H. F. C. weliswaar verloren had, maar dat ze „groszartig gespielt" had. Zulke uitdruk
kingen doen je als H. F. C.'er in een „vreemde" stad goed en het kadetje smaakt er
des te beter om.
Z. F. C. thuis en uit leverden maar 1 puntje op (2—2 en 21), terwijl we in
Gorinchem een 4 2 nederlaag te slikken kregen. Aan de Spanjaardslaan ontging ons
in de laatste minuut een penalty, daar de arbiter op het bewuste moment zijn horloge
raadpleegde. Alhoewel wij m.i., vooral nu we wat wijzer op het gebied van voetbal
rechtspraak geworden zijn, een protest vrij zeker zouden hebben gewonnen, werd ondanks
het feit, dat we nog niet geheel safe waren, van een protest afgezien. We stonden er
thans met 13 punten uit 16 wedstrijden als volgt voor. A. S. C. en Unitas waren met 14
punten uitgespeeld, terwijl Quick 12 punten uit 17 wedstrijden veroverde. Wij moesten
nog op bezoek bij Feijenoord en Quick, waarbij we in Rotterdam zelfs niet op één punt
durfden te rekenen.
Een beroep op Ben en Frits werd niet tevergeefs gedaan, zoodat we onder groote
spanning met het volgende team ons lot in den Haag tegemoet gingen
Gé
Nes Ben
Jaap Frits K. Chris
Wouter Henk Mies Arie Constant
April 1927.
H. F. C. III wint den Stads-Editie beker.