JIMMY MARSHALL
Een rauwe kreet, om de spe
lers aan te sporen.
Een ietwat gedrongen figuur,
naar omstandigheden gehuld in een
verweerd trainingspak, een regenjas
met bijbehoorend wondersponszakje,
of een sportief Engelsch ruitjespak.
Een stel oogen, dat onnoemelijk
veel vertrouwen inboezemt, in een
donkere kop, die niet mooi is, vol
W. MARSHALL. rimpels.
Een voetballer, een voetbal-
leeraar, een voetbalvorscber, een expert in football-pools.
Een pracbt-kerel.
Zoo zie ik onzen trainer, Jimmy Marshall, één van de beste oefenmeesters,
waarschijnlijk de beste spelkenner, werkzaam in ons land.
Deze ontboezeming mag wat overdreven aandoen, wanneer men de resultaten
van ons eerste elftal gedurende de twee jaren, waarin Marshall bij ons werkzaam is,
nagaat. Er is hier echter geen sprake van overdrijving, want Jimmy werkt bij ons
onder de moeilijkste omstandigheden, die men zich voor een trainer kan indenken:
Matig materiaal, spelers die al te lang in bet eerste meeloopen om nog constant
bezieling in hun spel te leggen, spelers die door hun werkzaamheden niet voldoende
kunnen oefenen, veelbelovende spelers die onze club moeten verlaten wanneer zij
het eerste naderen, jeugdige spelers die moeite hebben zich aan het hoogere voetbal
aan te passen en talentvolle spelers die de mentaliteit missen voor het zware wedstrijd
voetbalspel.
Ten slotte een lange serie van jaren, zonder eenig succes voor onze twee
hoogste teams, die onherroepelijk een druk moet uitoefenen op de spelers, die er niet
meer echt in gelooven, terwijl juist een gematigde zelfoverschatting op het sportveld,
als in het dagelijksch leven, noodzakelijk is om successen te behalen.
Marshall mag dan zelf een schitterenden, vijfendertigjarigen, staat van
110