dien kern van oude getrouwen als Feith, John van Eeghen, Wim Heybroek, Gejus
en vooral niet te vergeten het opperhoofd Kees, die voor mij, zoolang ik hem ken,
altijd de ideaal-H. F. C.'er geweest is, de man, die altijd precies zegt, waar het
op aan komt en die een prachtige sportiviteit aan een kostelijken humor paart. Met
zulke menschen aan het roer zal H. F. C. altijd haar unieke positie in de Nederland-
sche voetbalwereld blijven innemen, in welke klasse zij ook speelt, en voor mij
steeds blijven:
HoLland'ó FijndLe Combinatie.
M. C. S.
142