Zoo ben ik aan het einde gekomen van mijn relaas over deze sportfamilie
in den waren zin des woords. Zij allen leefden met de H. F. O. en met elkaar
geweldig mee en speelde bet eerste des Zondags thuis aan de Spanjaardslaan, dan
waren de jongens in het veld, Vader Jongeneel voerde ze aan met felle kreten
en Mevrouw, Olga en Liesje volgden den strijd vol belangstelling.
Veel, heel veel dank is de H. F. C. verschuldigd aan deze familie. In de hoop
dat deze regelen den lezer, zoo mogelijk, hiervan nog meer hebben kunnen overtuigen
leg ik de pen neer.
DICK SLINGENBERG.
56