ROB SEVENHUYSEN
Rob Sevenhuysen was in de periode 19461955 een bekend commis
sielid van H.F.C. en in het bijzonder heeft het jeugdwerk hem daarbij
aangetrokken. Zijn voetbalcapaciteiten waren niet groots te noemen.
Hij was speler van een der lagere elftallen, doch dat laatste maakte
hij goed door jaren deel uit te maken van de jeugdcommissie.
Vele activiteiten op het gebied van het jeugdwerk werden door hem
ontplooid, zoals het organiseren van jeugdavonden, jeugdtoernooien,
enz.
Wij denken b.v. aan het toernooi om de snertbeker, een toernooi,
dat zover ons bekend, nog steeds wordt gehouden tussen de jeugd van
H.B.S. en H.F.C.
Rob was degene, die het initiatief nam voor dit toernooi en in het
bijzonder met betrekking tot de vriendschapsbanden tussen H.B.S. en
H.F.C.
Bovendien was Rob vanaf het seizoen 19491950 nog een drie-
of viertal jaren lid van het bestuur, waarvoor door hem ook het
nodige werk werd verricht.
Hij was een goede en altijd opgewekte vriend van vele H.F.C.-ers en wij zien hem in onze gedachten
nog vaak staan bij het tentje van Schaafsma, lachend en kouwend op een reep chocolade e.d.
Rob was een trouw H.F.C.-er, die, niettegenstaande het feit, dat hij in verband met zijn werkzaam
heden naar Rotterdam vertrok, op ieder reunistendiner aanwezig was en de ledenvergaderingen beter
bezocht dan vele in Haarlem en omgeving wonende H.F.C.-ers. Hij is helaas op 47-jarige leeftijd over
leden. Een pur-sang H.F.C.-er!
A.S.
Aan de medische begeleiding van onze elftallen zal in de toekomst meer
zorg besteed dienen te worden. De prestaties zullen nog aanzienlijk
kunnen worden opgevoerd door het voorschrijven van het juiste voedsel,
door het regelmatig meten van de conditie, door meer individueel ge
richte oefeningen, kortom door een wetenschappelijker aanpak. Juist
voor amateurs die slechts een gedeelte van hun tijd voor de sport
beschikbaar hebben is het zaak deze tijd zo efficiënt mogelijk te be
steden. Dit is in enkele woorden wat clubarts Cees Weidema door het
hoofd speelt.
Het leidt geen twijfel of de ontwikkeling op dit gebied wijst er op dat
het de door Cees aangeduide kant opgaat. Het zal dan ook interessant
zijn vast te stellen in hoeverre de ideeën van deze sportarts zich bij
H.F.C. laten verwezenlijken om te komen tot de plaats waar onze club
behoort: in de eerste klas.
T.
105