over ons, op de andere hoek van de Wagenweg/Schouwtjeslaan bevond
zich de sigarenwinkel van Piet Kluit. 'Sigarenmagazijn' stond er, fraai
uitgehakt in de houten lijst, boven de etalage, met daar weer boven het
schreeuwerige 'Lucky Strike' reclamebord. Ook het aangeprezen merk
'Dr. Dushkind' herinner ik me, evenals de slogan 'Chief Whip, op ieders
hp...'
Piet Kluit was een rijzige man van weinig woorden. Hij had zijn don
kere haar glad achterovergekamd met de scheiding in het midden. Toen
ik ooit argeloos tegen mijn vader zei dat dit kapsel mij aan keeper Frans
de Munck deed denken, luidde zijn onthullende antwoord: 'Nou, Jaapje,
dat is ook toevallig, want mijnheer Kluit is zelf keeper geweest in 'Haar
lem'. Poeh, dat was wat! Toen even later bleek dat hij deel had uitge
maakt van het elftal dat in 1946 landskampioen was geworden, steeg
mijn bewondering voor deze onzichtbare crack tot recordhoogte en
hoopte ik stilletjes van hem net zulke beeldende verhalen over zijn club
te kunnen lospeuteren als van mijn moeder over HFC. Maar hoeveel
pakjes Caballero, doosjes Willem II, of totoformulieren ik ook ten be
hoeve van mijn ouders bij hem mocht kopen, nooit ging Kluit in al die
jaren met ook maar één volzin in op de toespelingen die ik maakte
omtrent mijn grote passie: keepen en keepers. Vergeefs toonde ik hem
mijn verzameling uit de Donald Duck geknipte cartoons-met-verhalen
van Dik Bruynestijn over Just Göbel, Piet Kraak, Frans de Munck en
bovenal Eddy Pieters Graafland, mijn ultieme held. Was het jalouzie-de-
1-1-1968: vlnr.
Rinus Schaap,
Frans de Munck,
Cor van der Hart,
Jan Klaassen,
Han Koenders,
Rob Tuilenaar,
Jan Dalmeyer en
Gerard Molenaar.