- -^0^
.we bleven wachten
tot er iemand
met een vol blad
naar buiten kwam.
Het kleine clubhuis was het hart van HFC. Als kleine jongen was je
vaak geïmponeerd door voorzitter Piet van Houten, die zetelde in de
uitbouw welke als bestuurskamer gebruikt werd. In deze ruimte leerden
wij de eerste beginselen van het toepen. Hoe vaak werden wij niet door
gerenommeerde HFC'ers, tijdens de wedstrijden van het Eerste uit het
clubhuis verwijderd, omdat wij het toepen belangrijker vonden. Het
clubhuis met de kleine raampjes was op hoogtijdagen, zoals onder ande
re 1 januari, een onneembaar fort. Als je erin was gekomen moest je over
een ijzersterk brein beschikken om bij de bar te komen. Via chantage-
praktijken en vleierij kon je dan na enige tijd een bestelling plaatsen, die
je in 6 van de 10 gevallen ook bereikte. Om met de verkregen drank
weer naar buiten te komen was een heel ander verhaal want tegen de tijd
dat je buiten was, waren alle glazen al geleegd door ongeduldige medele
den die het wachten zat waren. Kortom: we bleven gewoon voor de
ingang wachten totdat er iemand met een vol blad buiten kwam.
De onoverdekte houten tribune aan de andere kant van de overdekte
was vooral in het voorjaar en het begin van de zomer een geliefd stekkie
voor de echte natuurliefhebber. En alles van hout; zelfs in de pishokken
(later wc's genoemd) overheerste de lucht van gebeitst hout.
De staat van onderhoud van de 'overdekte' en 'onoverdekte' was
vaak een bron van kritiek. Die kritiek kwam veelal van buitenstaanders,
daar wij HFC'ers niet beter gewend waren. Op de gereserveerde plek
voor de genodigden waren de leuningen nogal eens afwezig, zodat hoog
waardigheidsbekleders zich vaak tussen het gewone volk bevonden.
77
•W'- i fy&ÜHKi
...de achterkant
van de tribune,
het clubhuis en
kleedkamers.