OFFICIEEL RAADSVERSLAG
GRATIS bijvoegsel v|d IJMUIDER COURANT
der gemeente VELSEN.
Vervolg 16e Zitting 1918
4. VERHOOGING VAN HET CREDIET VOOR BESTRA
TING EN RIOLEERING TEN BEHOEVE VAN VOLKS
HUISVESTING.
De heer BOSMANIndertijd heeft men den heer Beenhakker
moeten ontheffen van zijn contract voor het werk aan de Tuin
derstraat. In de commissie voor openbare werken is het door
den directeur van openbare werken en den wethouder voorge
steld alsof men buiten Beenhakker een goed aanbod voor het
werk had. Thans komt men weer met een aanbod van den heer
Beenhakker.
De VOORZITTER: Het werk is toen aan de laagste inschrij
vers gegund.
De heer DALMEIJERWordt er nu voor het werk meer be
taald dan anders
De VOORZITTERBelangrijk meer.
Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel goedgekeurd.
5. AFREKENING BOUW SCHEIDINGSMUUR GEMEEN
TE-TERREIN EN VERBOUW NORMAALSCHOOL TOT
GEBOUW VOOR OPENBARE WERKEN.
De heer VAN TUYLL meent dat Burgemeester en Wethouders
een fout hebben gemaakt. Vroeger is een crediet verleend voor
het maken van een muur en thans liet men ook het terrein gelijk
maken.
De VOORZITTERDat is inderdaad gebeurd. De werken
hielden verband met elkander, doch het is geschied met behulp
van oud materiaal.
Zonder hoofdelijke stemming wordt de afrekening goedgekeurd.
6. VASTSTELLING PLAN TOT ONTEIGENING TEN BE
HOEVE VAN WEGVERBREEDING EN WEGDOOR-
BREKING TE SANTPOORT.
De heer NETSCHERIn het raadsstuk werd gezegd, dat het
voorstel van Februari 1918 werd aangevuld door een besluit
van Maart 1917. Dat kan toch niet.
De VOORZITTERDat is een fout van de drukkerij en moet
Maart 1918 zijn.
De heer DALMEIJERIn het concept-besluit staat op regel 8
van onderen„teekening 1". Spreker kreeg den indruk dat be
doeld zijn „teekeningen 1 a en 1 b'\
De VOORZITTERDat heeft U goed gezien.
De heer DALMEIJER juicht de verandering in Santpoort zeer
toe, vooral bij het intieme kerkpleintje. Volgens het plan komt
de groote lindeboom op den rand van den weg te staan. Is het
de bedoeling om dezen boom te laten staan? Ik stel het op
hoogen prijs als Openbare Werken op het behoud toezag; voor
het verkeer levert dat geen belemmering op. Aan de overzij zou
men ook een boomenrij kunnen plaatsen.
De VOORZITTER merkt op dat dit de afdeeling beplantin
gen aangaat en niets met de onteigening heeft uit te staan.
De heer DALMEIJER vraagt of het werk in den winter kan
worden uitgevoerd. Er staat nu een moestuin met boomen in
bloei.
De VOORZITTERDie onteigening kan nog lang uitblijven.
Men kan dan evenwel rekening houden met die wenschen.
De heer NETSCHER verzoekt rekening te willen houden met
het pleidooi van den heer Dalmeijer.
De VOORZITTER: De directeur en opzichters van Openbare
Werken voelen veel voor natuurschoon en zullen den boom
zeker wel sparen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangenomen.
7. VERBETERING VAN DEN HAGELINGERWEG,
Op voorstel van den VOORZITTER wordt dit punt aange
houden tot de volgende vergadering.
8. OVERNAME VAN EEN GEDEELTE VAN DEN BLOE-
MENDAALSCHEN STRAATWEG.
Den heer SLUITERS is het niet duidelijk hoe het zal gaan
met het tolhuisje en met hen, die recht op gronden aan den
weg hebben.
De VOORZITTER deelt mede dat daarover voorstellen zullen
komen. De bedoeling is nu alleen een principiëele beslissing te
nemen.
De heer DALMEIJER vraagt hoe het met den ondergrond zal
gaan, als de gemeente eigenaresse van den straatweg wordt.
De VOORZITTER: Ieder eigenaar blijft eigenaar. Wij worden
alleen met Bloemendaal samen directie van den weg.
De heer NETSCHER verheugt zich over het voorstel. Dan
zal de laatste tol in onze gemeente tot het verleden behooren.
Vlak bij bevindt zich de overgang van den spoorweg. Moet
de directie van den weg nu ook bijdragen in de kosten der be
diening uan de spoorboomen?
De VOORZITTER antwoordt dat dit, voor zoover hem be
kend is, niet behoeft.
9. VERLEENING AANVULLINGSVOORSCHOT VOOR
DEN BOUW VAN WONINGEN DOOR DE WONING
STICHTING PATRIMONIUM.
Zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
10. VERHURING VAN GEMEENTEGROND.
De VOORZITTER: In het advies der Finantiëele Commissie
wordt gezegd dat men den grond niet moet verhuren voor op
slagplaats van steen of grind. Dit is nu door Burgemeester en
Wethouders overgenomen.
Zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
11. VERLEENING RESTITUTIE VAN BETAALDE PRE
CARIORECHTEN.
De heer SCHUITENMAKER kan zich goed vereenigen met
het voorstel doch verwondert zich dat er zulk een spoed mede
gemaakt is. Andere menschen krijgen hun geld niet zoo gauw
terug, ofschoon daartoe al eerder besloten is.
De VOORZITTER zegt een onderzoek toe.
Zonder hoofdelijke stemming wordt de restitutie verleend.
12. VERLEENING GRATIFICATIE AAN DEN DEURWAAR
DER S. DE JONG VOOR MEERDERE DIENSTEN.
De heer SLUITERS: Bij de aanstelling van den heer de Jong
zou de ééne deurwaarder het eene gedeelte en de andere het
andere gedeelte van de gemeente voor zijne rekening krijgen.
De heer de jong zat echter geregeld op kantoor bij den ontvanger.
Nu hij er op uitgegaan is, vraagt hij eene gratificatie. Aan
andere ambtenaren is eene gratificatie geweigerd, we kunnen
die hem dus niet toestaan.
De heer BRINK: Er zou wat voor te zeggen zijn als die
ambtenaar eene andere functie had moeten vervullen, maar hij
is in zijn eigen functie gebleven, zoodat er geen' enkele reden
tot toekenning is. Anders moet men die ook aan andere amb
tenaren toestaan.
De heer SCHILLING meent dat deurwaarder van Heijst is
achteruitgezet bij de Jong. Hij moest er op alle tijden op uit,
terwijl de Jong op bureau bleef, wellicht is dat ter goeder trouw
geschied. Misschien is de ziekte van van Heijst veroorzaakt door
het vele uitloopen. Ik was daaromtrent gewaarschuwd en had
er in een openbare vergadering over willen spreken. Van Heijst
werd toen evenwel ziek en liet ik dat voornemen varen.
De heer NETSCHER: Ik hoorde ook wat de heer Sluiters
zegde. Van Heijst zou IJmuiden en Velseroord nemen en de
Jong het oostelijk gedeelte. Bij de uitvoering van dat besluit
vond men er evenwel iets anders op. Van Heijst zou de gewone
vervolgingen als voorheen uitvoeren en de jong de andere. In
de financiëele commissie gaf ik mijn stem aan het voorstel omdat
sedert de ziekte van van Heijst zijn werk door de Jong werd
verricht. De deurwaarder moet op kantoor ook veel werk doen,
vooral uit de lijsten der hoofden van scholen. Ik heb vernomen
dat ieder zijne eigen vervolgingen schreef. De Jong heeft tijdens
tien weken het werk van twee menschen gedaan. Daarom ben
ik voor het toekennen der vergoeding.
De heer SCHUITENMAKER: De commissie voor de financiën
adviseert na onderzoek gunstig. De heer Netscher verdedigde
het voorstel tot mijn genoegen.
De VOORZITTER: Indertijd heeft bij de benoeming van een
tweeden deurwaarder bij Burgemeester en Wethouders voorge
zeten, de gemeente in twee deelen te splitsen. Van Heijst kreeg
dan het grootste deel en de Jong het kleinste deel, omdat de
laatste ook werk op het kantoor zou verrichten. Een feit is het
dat de Jong tien weken dubbel werk verrichtte. De vervanging
door een ander had een paar honderd gulden moeten kosten,
daarom wordt thans eene gratificatie voorgesteld.
De heer SLUITERS zegt dat van Heijst alles zelf deed en de
vervolgingen uitreikte. De Jong ging des middags om 5 uur weg.
De heer LANDEWEERD: De zaak heeft een voorgeschiede
nis. De Jong meende recht te hebben op eene gratificatie en de
ontvanger adviseert gunstig. De heer Reitsma heeft indertijd wel
eene gratificatie gehad, dus de heer Sluiters vergiste zich. Het
is een feit dat de Jong dubbel werk verrichtte, van Heijst deed
zijn werk tot hij niet meer kon. Hij is feitelijk door den Ontvan
ger genoopt om rust te nemen, Van een ambtenaar als den heer
van Heijst is het te begrijpen dat hij zijn werk niet uit handen gaf.
De heer BRINK: Het is nooit de bedoeling geweest om de
jong schrijfwerk te laten doen. De briefjes behooren door den
Ontvanger te worden geschreven, dat behoeven de deurwaarders
niet te doen. Deze moeten de straat op. De deurwaarders be
hoeven dat schrijfwerk niet te verrichten evenmin als op zitda
gen van den ontvanger het geld te incasseeren. De vervolgingen
kunnen alleen bij het schoolgeld zijn voorgekomen. Andere amb
tenaren moeten ook meer werk doen als er iemand met verlof
is. Dat is ook zoo bij het Rijk. Ik kan nog wel wat anders
zeggen, maar ik wil dat maar niet doen.
De heer BLOM zegt, dat het hem uit de besprekingen gefrap
peerd heeft dat de deurwaarders werk doen wat ze niet behoeven
te doen. Het schrijven der aanmaningen behoort tot het werk
van den ontvanger en zijne ambtenaren. Spreker dringt daarom bij
Burgemeester en Wethouders aan op het instellen van een onder
zoek over het werk der deurwaarders.
De heer SCHILLING: Thans wordt gezegd dat de heer van
Heijst zoo werkzaam was. Spreker wenscht echter op te merken
dat hij de straat als het ware werd opgejaagd, wat hem tegen
den borst stuitte.
De heer LANDEWEERD: Het was zijn eigen wensch om
niets uit handen te geven. Op het Ontvangerskantoor wordt met
weinig personeel veel gepresteerd. Aan den ijver van de Jong
mag niet getwijfeld worden. Er zijn nu zelfs nog vele posten te
incasseeren, wat met veel moeilijkheden gepaard gaat.
De heer VAN TUYLL meent dat men niet in het openbaar
een blaam op den ontvanger en deurwaarder de Jong moet leggen,
alsof die het werk op van Heijst lieten rusten.
De heer SCHUITENMAKER vestigt er de aandacht van den
raad op dat op het kantoor van den ontvanger in Alkmaar vier
klerken werken. Die gemeente is kleiner dan Velsen.
De VOORZITTER: Maar met een groot marktwezen. Bij
Burgemeester en Wethouders is nooit iets gekomen wat op eene
minder goede verstandhouding tusschen den Ontvanger en
Deurwaarders en de iaatsten onderling wees. Wat het tweede
gedeelte van de klachten betreft: de Ontvanger verdeelt den
dienst der deurwaarders. Wanneer hun dienst nog ander werk
toelaat bespaart dat personeel. Wanneer nu door den ontvanger
een fout gemaakt is, moet dat niet op de Jong worden gewro
ken. Laten we nu maar tot stemming over gaan.
De heer BOSMAN wil de zaak aanhouden tot de Burgemeester
terugkomt. Die is het hoofd der financiën.
De VOORZITTER: De Burgemeester draagt kennis van dit
voorstel. Het had ook zijn stem.
De heer BRINK mag met toestemming van den raad voor
de derde maal hét woord voeren en zegt geen bezwaar tegen
het luttel bedrag van vijftig gulden te hebben, doch is er op
tegen met het oog op de andere ambtenaren.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt vervol
gens aangenomen met 13 tegen 3 stemmen.
Vóór stemden de ledenVermeulen, Landeweerd, Handgraaf,
van TuyII, Uijtendaal, Brink, Huijg, Netscher, Schuitenmaker,
Dalmeijer, Bosman, Hoogeland, Vooren en tegen de leden Blom,
Sluiters en Schilling.
13. REGELING BEZOLDIGING VAN DEN SECRETARIS
DER COMMISSIE INZAKE WERKLOOSHEIDSVERZE
KERING EN BELOONING VOOR HULP BIJ DE IN
TERCOMMUNALE ARBEIDSBEMIDDELING.
De heer VAN TUYLL vraagt eenige inlichtingen, want hij
vindt het raadsstuk hatelijk voor den tegenwoordigen secretaris,
Nauwelijks treedt dezen af of salarisverhooging wordt voorge
steld.
De VOORZITTERDaarin steekt niets hatelijks, het voorstel
geeft terugwerkende kracht zoodat de aftredende secretaris ook
nog profiteert van eene vergoeding voor het vele werk.
De heer DALMEIJER: Waarom bedankte de oude secretaris!
De VOORZITTER antwoordtomdat het onmogelijk was het
werk naast zijn functie als ambtenaar te doen.
De heer NETSCHERHet voorstel is juist een compliment
voor den secretaris, die het groote werk in de avonduren deed,
Vandaar wordt voorgesteld aan het besluit terugwerkende kracht
te verleenen. Door de wijziging der maatregelen van de regeering
zijn de werkzaamheden zoo groot dat geen ambtenaar dat werk
in zijne avond uren kan doen. Vroeger gaf het rijk toeslag op
de uitkeeringen thans een bijslag op de contributie aan de kas
sen, het zoogenaamd Deensch stelsel. De controle op de lijsten
en boeken moet elke maand worden bijgehouden volgens een
kaartsysteem. Dat kan dus niet meer des avonds worden verricht,
De penningmeesters der vereenigingen doen over het algemeen
gratis hun werk en zijn geen geschoolde krachten. De secretaris
der commissie is dus feitelijk de accountant voor alle vereenigins-
kassen. De heer de Bruijn „heeft geen tijd meer om dat in zijne
vrije uren te doen.
De heer SCHILLING verklaart zich vrijwel met het voorstel
te kunnen vereenigen maar vreest dat voor de belooning geen
goede functionaris zal worden gevonden, in geen geval iemand
zooais de heer de Bruijn. Wellicht is de betaling goed in ge
wone doch zeker niet in deze abnormale tijden. De werkzaam
heden zijn zeer groot door controle op het kaartstelsel, de con-
trölestaten, de werkeloosheidsdagen, de contributieschuld, hef
lidmaatschap en de de woonplaatsen. Het is een werk, dat bijna
niet te doen is. De penningmeesters der vereenigingen zijn, zoo
als gezegd niet allen onderlegd. De raad zal er goed aan doen
naar geschikte krachten uit te zien, anders moet men nog iets
bij de salarieering doen.
De heer BRINK vraagt hoeveel vakvereenigingen aangesloten
zijn.
De heer NETSCHER antwoordt, dat niet precies te weten
doch meent tusschen 20 en 30. Spreker is het met den heer
Schilling eens. Men is met het voorstel nog zeer voorzichtig te
werk gegaan. Wellicht kan de secretaris met drie morgens vol
staan voor de arbeidsbeurs. De controle op de werkloosheids
verzekering moet des avonds geschieden omdat de vakarbeiders
uitsluitend des avond vrij zijn. Indien blijkt dat voor het geld
geene goede krachten te krijgen zijn is spreker één der eersten
om verhooging voor te stellen. Spreker herinnert er aan dat de
heer de> Bruijn destijds voor eene gedesorganiseerde ad
ministratie kwam te staan zoodat de reden van een tekort niet
was op te sporen. De gemeente nam het toen maar voor haar
rekening.
Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangenomen.
14. FINANTIEELE BESLUITEN.
De VOORZITTERBeslist moet in de allereerste plaats wor
den of het verlies van de waterleiding zal worden gedekt uit
het gasbedrijf, waartegen de financieele commissie bezwaar maakt.
De heer LANDEWEERD: Het voorstel houdt ten nauwste
verband met hetgeen vroeger door den Raad is besloten bij de
begrooting. Er is een tekort van f. 21.421.88 bij de waterleiding.
Men had dat bedrag kunnen plaatsen op het gewone budget
maar moet dien weg niet opgaan. De heffing voor de belasting
zal al reeds ll°/0 bedragen en in 1919 wellicht nog hooger
worden in verband met dringende werkzaamheden, welke nog
verricht moeten worden. De oplossing is daarom in de voorge
stelde richting te zoeken. Het advies van de bedrijfsdirecteuren
en de gas- en waterleidingscommissie is gunstig. Het eenigst
bezwaar der finantieele commissie is niet zoo zeer dat
wij de winst van het gas nemen doch ook uit de reserve putten.
Dit is toch ook winst? Er is dus niets op af te dingen om dezen
weg op te gaan. Het reservefonds komt uit de gereserveerde
winsten. In 1916 is bovendien met het oog op de prijsstijging
van de materialen ruimschoots afgeschreven. Door eene aanran
ding van het reservefonds wordt de solvabiliteit niet aangetast.
Het grondbeginsel was dat de winsten aan de verbruikers zou
den komen na bereiking van 30.000 gulden in het reservefonds,
Dit nu is een noodmaatregel om door de moeilijke jaren heen
te komen. Men zint er op om het waterleidingbedrijf door zoo
veel mogelijk de aansluiting te hgvorderen.
De heer NETSCHER vreest, dat zijn woord tegen het voor
stel geen ingang zal vinden en wil dus daarover niet spreken.
Spreker zal evenwel tegenstemmen.
De heer LANDEWEERD hoopt, dat de heer Netscher zijn
tegenstemmen zal motiveéren.
De heer NETSCHER zegt de andere heereü toch niet te kun
nen overtuigen en het houdt maar tijd op.
De heer DALMEIJER wijst op een vermoedelijke drukfout in
het raadsstuk. Op blz. 636 wordt onder d verwezen naar a en
b, hetwelk moet zijn b en c.
De VOORZITTER. Dat komt straks bij punt 15, we zijn nu
aan de behandeling van punt 14 der agenda.
De heer BRINK verklaart te weten wat de heer Netscher
zeggen wil, doch om het groote belang van de zaak zal hij
voorstemmen.
De heer BOSMAN zegt het voorstel onbillijk te vinden.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders tot overschrij
ving van de som van het gasbedrijf naar de waterleiding wordt
in stemming gebracht en aangenomen met 13 tegen 3 stemmen.
Vóór stemden de leden: Vermeulen, Landeweerd, Handgraaf,
van Tuyll, Uijtendaal, Blom, Brink, Huijg, Schuitenmaker, Dal-