OFFICIEEL RAADSVERSLAO
der gemeente VELSEN.
RATÏS bijvoegsel v|d IJMÜIDER COURANT
28e Zitting 1918.
OP
7'/4
DINSDAG 19
UUR TEN GE-
VOORTGEZETTE VERGADERING
OVEMBER 1918, DES AVONDS TE
.EENTEHUIZE.
VoorzitterMr. Dr. tl. Ver Loren van ThemaatBurgemeester.
Aanwezig deheeren: F. P. VERMEULEN, wethouder, J. HUYO,
Uytendaal, W. Baron van Tuyll van Serooskerken,
A. Dalmeijer, J. E. Sluiters, J. P. Handgraaf, F. C. J.
ietscher, w. blom, h. vooren. p. bosman, j. hoog-
and en B. G. Schuitenmaker.
Afwezig de heerenW. landeweerd, R. brink, J. van
t:r Steen en D. F. G. Schilling.
De notulen worden gelezen en onveranderd goedgekeurd.
Uvorens tot behandeling der agenda over te gaan doet de
OORZITTER eenige mededeelingen.
VOORSTEL VAN DEN HEER SCHUITENMAKER.
Ingekomen is het volgende voorstel:
In verband met de a.s. demobilisatie der plaatselijke troepen,
ett ondergeteekende de eer U voor te stellen, als punt I op
e agenda te plaatsen het voorstel: „Sluiting van café's of an-
e zaken waar alcoholische dranken worden verkocht, tijdens
e dagen dat gedemobiliseerd wordt."
Hoogachtend het lid van uwen Raad,
(get.) B. G. Schuitenmaker.
De VOORZITTER: U weet dat ik de bevoegdheid had en
die heb toegepast door voor te schrijven dat geen sterke drank
mocht worden verkocht tijdens de demobilisatie, anders zouden
de zaken worden gesloten. In andere gemeenten is door den raad
ene verordening aangenomen om den burgemeester te machti
gen den verkoop van drank te verbieden. Hier was dat al ge
regeld.
De heer SCHUITENMAKER: Ik dank U, dat U inmiddels
aatregelen nam. De bedoeling van mij was dit verzoek in de
ige zitting te behandelen, door een misverstand is het achter-
e gebleven. Toch heeft U het goed geregeld, in IJmuiden
jnt het althans wel geholpen te hebben. De resultaten waren
merkbaar.
VERKOOP LANDGOED VELSERBEEK
De VOORZITTER: Van den heer Bus is, mede namens den
er Draijer te Amsterdam bericht gekomen dat de famiiie van
jyll, ons bod heeft afgewezen omdat op de aangeboden som
et viel af te dingen. Het landgoed is nu in zijn geheel
orkocht.
Deze mededeelingen worden voor kennisgeving aangenomen.
lia. Door den heer NETSCHER is de volgende mütie ter be-
uiiueiing mgezunaen:
De raad besluit zich tot den Minister van Financiën te wenden
net het verzoek, of zijne Excellentie wil bevorderen, dat nog in
919 een wetswijziging tot stand kome, die 't mogelijk maak
et belastinggebied der gemeente te verruimen en dat het rijk
pn grooter deel drage in de kosten, die de gemeente tot ver-
ichting van werkzaamheden ten behoeve van het rijk heeft te
maken.
De heer NETSCHER: Veel toelichting heeft deze motie, geloo
ik, niet noodig. De reden waarom|ik die nu juist indiende, is
dat we aan de begrooting toe zijn en bij de algemeene beschou
wing de financiëele toestand wel zal worden besproken. Minister
de Vries, de oud-wethouder van Amsterdam heeft toezegging
gedaan eene betere regeling te zullen treffen. Daarom heb ik nu
deze motie voorgesteld.
De VOORZITTER: In de Vereeniging van Nederlandsche ge
meenten wilde men verruiming in de bijdragen, die het rijk aan
de gemeenten geeft. Ik geloof dat het beste is een hoofdengeld
wordt toegestaan aan de gemeenten. Velen onttrekken zich aan
de betaling van de belasting, de heffing van opcenten helpt dus
niet veel. Er zijn gemeenten met eene luxe- en met eene arbei
dende bevolking; de eersten trekken meer, hetgeen men duidelijk
kan constateeren. We moeten aansturen op eene niveiieering der
belasting. De grondslag moet niet zijn eene verruiming van het
•elastinggebied, want die naar buiten trekken zijn niet te treffen
ik geloof dat dan die gemeenten de belasting krijgen waar het
geld verdiend wordt en niet waar het geld verteerd wordt.
Vroeger kon men zeggen dat een vooruitgaande stad zoowel
arbeiders als rijken kreeg, tegenwoordig is die toestand gewijzigd.
We moeten het dus zoeken in eene nivelleering, waardoor de
gemeenteuitgaven gelijkelijk over het heele land worden gedragen,
Daarom moeten we ook niet vragen om terug te ontvangen
voor het verrichten van werkzaamheden in het belang van het
Rijk. Binnenkort hoop ik een voorstel aan den raad te doen.
Kan de heer Netscher tot zoolang wachten
De heer NETSCHERNeen zeker niet. In de vereeniging
van Nederlandsche gemeenten heerscht altijd verdeeldheid als
dergelijke belangrijke zaken aan de orde komen. Wat U in het
midden brengt is een onderdeel van mijn plan, we behoeven ons
niet in die ingewikkelde zaken te verdiepen. Ik heb er een
zwaar hoofd in of de nivelleering zal tot stand komen. Waar
schijnlijk is de minister wel te vinden voor een wijziging in de
door mij voorgestelde richting. Ik stel voor dat het belasting
gebied zal worden verruimd, hoe dat zal geschieden moet de
minister met zijne finantieele raadslieden weten. Men moet hen
een duw in de goede richting geven en de motie opzenden. Ik
handhaaf mijne motie, mede namens de andere vrijzinnig-demo
cratische leden.
De VOORZITTERIk geloof, dat we er zoo niet komenUw plan in het geheel niet uit.
het aantal nienschen dat aan onze gemeente hecht is zeer klein,
het is hier anders dan in Twente. Naar ik geloof is eene
rdvelleeringsbelasting de eenigste kans om ons te helpen. Hier
is eene groote arbeidersbevolkingvoornamelijk in Wijkeroog
waar de menschen leven van de papierfabriek, die ons niets
opbrengt. Het beste is eene rijksbelasting, te verdeelen onder
de gemeenten naar het aantal zielen.
In Ijmuiden blijkt al meer en meer, dat de menschen weggaan
het groote ding is dat we moeten geholpen worden bij onze
inkomsten. Wij hebben het grootste belang bij eene nivellee-
iosbelasting, waarvoor we propaganda moeten maken, volgens
nijn idee. Het is nu de tijd voor door en door sociale maat
noten. Ik meen, dat voor een dergelijken maatregel ook de
sociaal-democratische raadsfractie zal zijn, misschien ook welde]feit te stemmen over de moWe-Netscherof over denivelleerings-
vrijzinnig-democratische fractie.
Bij de reclames bemerkt men telkens, dat onze belasting
zwaar is,
De rijke menschen wonen meestal in rijke gemeenten en zijn
niet te treffen.
De heer VERMEULEN: Het is een niet onbelangrijke zaak,
welke geheel onverwachts wordt aangesneden; het voorstel is
na de Burgemeester en Wethoudersvergadering ingekomen.
Daarover is dus niet van gedachten gewisseld; wanneer van
de bestuurstafel verschillend gesproken wordt, behoeft men dat
niet op te nemen als een verschil van opvatting. Er bestaat be
zwaar tegen eerie nivelleeringsbelasting, dat heb ik zelf gevoeld.
U zegt, dat u Uw steun verwacht van sociaal-democraten en
vrijzinnig-democraten; als het straks op stemming aankomt kon
wel eens blijken dat u misrekende.
Bij de nivelleeringsbelasting is te wachten dat de regeering
aan de gemeenten verschillende dingen voorschrijft. Ik erken het
wenschelijke en noodzakelijke, dat van hoogerhand toezicht ge
houden wordt hoe de gemeenten het geld beheeren, We kennen
dien toestand al eenigszins, ik wensch dien niet sterker te maken.
Ik zeg niet, dat over Velsen niet eens schamper gesproken wordt,
maar hier zijn daden gedaan en besluiten genomen, die niet van
hoogerhand te wachten waren, omdat men de plaatselijke toe
standen niet kent. Het is prettig dat we' nog eene zekere auto
nomie hebben.
Ik wil voorzichtigheidshalve tegen Uwe meening opmerken,
dat de bewegingsvrijheid der gemeenten zeer beperkt zal worden.
En nivelleering is een mooi idéé en ten slotte misschien een
sociale maatregel, doch voor mij rijzen daartegen ernstige
bezwaren.
De heer NETSCHER heeft hier nu een voorstel gedaan. Het
is bekend dat minister de Vries wenscht te gaan in de richting
van minister Heemskerk's wet, welke naar den geest van den
tijd moet worden veranderd.
Aan den heer Netscher wil ik daarom vragen de redactie der
motie te wijzigen, waardoor de twee onderdeden los van elkan
der komen te staan. Ik geloof, dat de heeren daartegen geen
bezwaar zullen hebben, dan geef ik mijn stem er aan.
De VOORZITTER: Eene niveiieering behoeft niet in de plaat
selijke autonomie in te grijpen. Men weet objectief het belasting
kohier wanneer men daarnaast nu eens de noodzakelijke uit
gaven per hoofd in de gemeenten, welke in klassen moeten worden
ingedeeld, stelde?
Als eene gemeente er op gesteld is dat alles in die gemeente
er keurig uitziet, dan zullen in die gemeente de uitgaven ook
hooger zijn, maar de grondslag der gemeenten kan genivelleerd
worden.
Men kan berekenen of eene gemeente toeslag moet hebben of niet.
Het bezwaar van den heer Vermeulen, is, geloof ik, denk
beeldig. Ik heb niet gezegd dat mijn oordeel steunde op de
vrijzinnig-democratische en sociaal-democratische leden, doch ik
heb gezegd dat mij dacht dat die zouden gesteld zijn op eene
nivelleeringsbelasting, doordat de plaatsen met eene arbeidende
bevolking daarmede gebaat zijn. Bloemendaal kan alles doen
door gemis aan eene arbeidende bevolking, welke zich daar
door den grondpoütiek ook niet zal vestigen. Het is een zeer
groote sociale maatregel, dat die belasting tot stand kome. We
staan hier voor eene nrincioieele kwestie.
De heer NETSCHERIk moet zeggen, aai nei met u niet
prettig debatteeren is. u nam de vrijheid het voorstel te ver
gelijken met een lapmiddel, ik zal die debatvvijze niet volgen.
U sprak naast de zaak heen, bij de nivelleeringsbelasting
fantaseerde U alles. Zooals U het gaarne zou wenschenU
weet niet eens wat in de regeeringsvoorstellen staat.
Wij vragen alleen om verruiming van belastinggebied, wellicht
zal deze ten bate komen van de gemeenten met eene groote
arbeidersbevolking. U zegtmet die verruiming zullen we er
niet komen. We wetende minister is van plan de belastings-
voorsteilen van Minister Heemskerk te volgen, Weet u wat
daarin staat Als de partijgenoot van de vrijzinnig-democratische
leden, de heer van Beeresteijn, komt spreken moet U eens gaan
luisteren. Die is oud-burgemeester uit eene gemeente, die ook
zorgen baarde.
We vragen verruiming van het belastinggebied, deze kan
evengoed komen als de wijze welke U wenscht. Tegen de
redactiewijziging der motie heb ik geen bezwaar.
De heer VAN TUYLL: U zei op den steun te rekenen van
de vrijzinnig-democraten en sociaal-democraten Nu ben ik
niet gauw geraakt, anders zou ik vragen of de andere leden
niet medetellen. Ik geloof dat het voorstel van den heer
Netscher meer kans op succes heeft dan burgemeester's meening
over de nivelleeringsbelasting.
De VOORZITTERIk herhaal mijne uiteenzetting, waarom
ik meende te kunnen steunen op de vrijzinnig-democraten en
sociaal-democraten. Eene verruiming van belastinggebied is
heel wat anders dan eene nivelleeringsbelasting, deze is eene
rijksbelasting. Er moet gevraagd worden welke gemeenten de
grootste uitgaven hebben. Wil eene gemeente hare belangen
goed behartigen dan moet ze niet op den rand van den af
grond zijn als de onze.
Ik geloof, dat het nu de goede tijd is voor diepgaande her
vormingen en om eene sociale wetgeving te maken, dat willen
alle partijen thans.
Het is van het grootste belang, dat de gemeenten met de
grootste arbeidersbevolking geholpen worden. Als we ons
belastingstelsel niet overhoop gooien en onze gelden niet uit
éene algemeene rijksbelasting krijgen, dan voorzie ik moeilijke
toestanden.
Er is niet over gesproken in het college maar ik ben al lang
?ezig met een dergelijk onderwerp, waardoor van onze gemeente
eene actie zal uitgaan.
De heer SCHUITENMAKERVoor eene nivelleeringsbelas
ting is toch ook wetswijziging noodig. Op het oogenblik is
minister de Vries aan het roer, eene specialiteit op financieel
gebied. Als we nu maatregelen voor 1919 vragen, sluiten we
De heer de Vries is geen par
tijgenoot van mij, maar toch wil ik erkennen dat hij de rechte
man op de rechte plaats is. Als we nu aandringen op eene
nivelleeringsbelasting werken we den minister misschien tegen.
Het is hier geen oppositie tegen U want feitelijk gaan we hand
aan hand we willen allen verruiming van financien.
De heer DALMEIJER: Als U niet speciaal onze partij genoemd
had in dit debat, dan had ik mij wellicht niet gemengd in dit
debat. Toen ik alle leden zoo hoorde, zei ik tegen me zelf dat ik
voor aller meening iets voelde en er toch ook iets tegen had.
Als ik de verschillende bezwaren tegen de voorstellen hoor zou
ik op de nivelleering wel dieper willen ingaan. Het idéé zooals
U dat aangeeft schijnt te gaan in de gedachten van het gemeen
teprogram der sociaal-democraten. U stelt ons nu voor het
belasting, die we nog niet kennen. Ik zou een beroep op U
willen doen om U niet zoo tegen deze motie te verzetten. U is
al een klein jaar bezig met een ontwerp, dat eischt dus veel
studie en beraad. We moeten echter direkt geholpen worden.
Ik ben het met U eens, dat wij, als onze gemeente nog lang
moet leven als in een tijd, welke achter ons ligt, met verruiming
zijn geholpen. De heer Vermeulen heeft daartegen het eenigste
bezwaar dat we als gemeente te sterk onder den druk van
den staat zullen komen te staan. Aan den eenen kant heeft
hij het schrikbeeld opgehangen maar aan den anderen kant
weer neergehaald.
Is het nu te vreezen, dat we bij verhooging van het reeds
toegestane bedrag door het Rijk aan handen en voeten gebon
den zullen zijn?
In Engeland heeft het mij gefrappeerd, dat als de gemeenten
groote werken willen uitvoeren een „Commissioner" uit Londen den
toestand komt opnemen. Nimmer heb ik gehoord, dat dit tot
onaangenaamheden leidde.
Met een vrije beurs kunnen we ons leven minder goed uit
leven dan anders zou geschieden.
Ik zal mijn stem aan de motie van den heer Netscher geven,
omdat we niet weten wanneer de nivelleeringsbelasting zal komen.
De VOORZITTER: Ik ben bereid in de volgende vergade
ring de grondslagen voor eene nivelleeringbelasting te geven.
Aangenaam zou het mij zijn als men die naast de motie van
den heer Netscher zou leggen.
Een verscherping van den afstand tusschen kapitalist en
den werkman moet weggenomen worden.
Het plan van den heer Netscher vraagt twee dingen, de
nivelleering vraagt dat de gelden komen daar waar de uitgaven
zijn.
De heer VERMEULEN: Eenige korte opmerkingen wil ik
nog maken over het gezegde van den heer Dalmeijer.
Ik geloof, dat het heel voorzichtig zal zijn dat we bij de
regeering op maatregelen aandringen, terwijl de finesses niet
door ons worden aangegeven. Bij de wetten, die we zullen hebben
uit te voeren, zullen kosten worden gemaakt, welke terugbetaald
zullen moeten worden.
We hebben al zekerheid, dat van hoogerhand kan worden
ingegrepen als we te ruim met de geldmiddelen leven. Ik zou
de rem niet sterker aangehaald wenschen te zien en verwacht
van een commissioner niets.
Van dergelijke invloeden moeten we verschoond blijven. De
ondervinding in Engeland is geweest dat de democraiie van
zelfregeeren niet zoo slecht is.
Ik wil er op wijzen, dat ik de hoop koester dat minister de
Vries de plannen van minister Heemskerk zal volgen. Met alle
achting voor de nivelleering, deze zal op allen drukken. Het
ontwerp-Heemskerk zal meer de groote bedrijven raken, waar
door de arbeiders meer vrij blijven.
Gemeenten met eene arbeidende bevolking hebben groote
bedrijven, deze moeten in de belasting bijdragen. Het beginsel,
dat ook bij de O.W. belasting naar voren kwam was dat de
belasting aan de bron moest worden geheven. Ik geloof dat we
de regeering dankbaar mogen zijn omdat haar maatregel goed
blijkt te zijn.
We hebben in ons land al pogingen tot nivelleering, zijn die
nu zoo schitterend? Zouden de gemeenten dankbaar zijn voor
dc uitkeeringen uit de O.W. belasting? Wij, één der gemeenten,
die het meeste in de O.W. belasting bijdroegen, kregen niets
door den goeden toestand van 1916. De proeve van nivelleering
stemde dus niet tot dankbaarheid.
Met een proef over de onderwijswetgeving wil ik eindigen.
Het Rijk heeft de wetten gemaakt om allen te helpen, maar de
klasseindeeling der gemeenten bevat vele onbillijkheden. We
hebben veel te danken aan de opvolgende regeeringen voor
hulp bij den scholenbouw. Hier staan echter scholen, voor welke
de ontwerpen en teekeningen na opgemaakt te zijn werden ge
wijzigd door de rijksbouwmeesters met het gevolg, dat de bouw
van onderdeelen soms nog meer kostte. Een muur eerier school
met gymnastieklokaal moest lager gemaakt worden en werd nog
duurder, het plan is toen opnieuw gewijzigd. Als men telkens
bij het Rijk moet komen wordt men met anderen over één kam
geschoren, dat kan niet anders.
Ik ben overtuigd, dat we er met eene nivelleering niet zullen
komen. Vrijheid is blijheid. Met sociale belastingen zullen meer
de groote bedrijven worden getroffen. De regeering is genoopt
in te grijpen, ook ten opzichte van den woningbouw.
De motie van den heer Netscher geeft geene bepaalde rich
ting aan.
De heer BOSMANDeze motie is toch zeker bedoeld om de
regeering er op attent te maken, dat er verandering in de be
lasting moet komen? Ik zou zeggen ons staat niets in den weg
om de motie aan te nemen en straks ook het voorstel tot eene
niveleeringsbelasting.
De heer DALMEIJER: Wanneer ik Uw bezwaar tegen deze
motie goed begrijp, vreest U dat de pas is afgesneden aan Uw
voorstel. Dat kan worden voorkomen als de woorden „het be
lastinggebied" worden veranderd in „de inkomsten".
De heer VERMEULEN vindt dat te slap en zou liever lezen
„de bronnen van inkomsten".
De heer DALMEIJER: Dat is ook geen bezwaar.
De VOORZITTER: Dan heb ik er ook geen bezwaar tegeri.
Nadat nog de heer NETSCHER zich met de redactiewijziging
vereenigt, wordt de motie zonder hoofdelijke stemming aange
nomen.
Van den heer NETSCHER is nog een tweede motie ingekomen,
luidende
De raad besluit, dat met ingang van 1 Januari a.s. de normale
arbeidsduur voor de ambtenaren, beambten en werklieden in
dienst der gemeente of van haar bedrijven voor de dagen
Maandag tot en met Vrijdag 8 uur per dag en voor den Zater
dag 5 uur zal bedragen. Meerdere uren zullen extra worden
beloond.
De VOORZITTER: Het beste is deze in handen van Burge
meester en Wethouders te stellen, omdat de hoofden van dienst
moeten worden gehoord en ook de commissies.
De heer NETSCHER: Daarmede heb ik vrede
toezegging krijg dat het besluit voor 1
genomen.
De VOORZITTER: Dat kan als de heeren de commissiever
gaderingen bijwonen.
De heer NETSCHER: We zijn geene mannen van de dienst
verrichting, die men zoo maar even opbelt. H^t is een oude
zaak, die achturige werkdag. Mij is gevraagd, of de ambtenaren
die nu 7'/2 uur werken dan acht uur zullen moeten werken. Ik
behoef niet te zeggen, dat dit de bedoeling der motie niet is.
Ze is niet bedoeld voor de ambtenaren, die thans een korter
arbeidsduur hebben.
als ik de
Januari kan worden
Notulen.
•Je heer NETSCHER: Als ik het goed begrijp is er dus een
:.rbod geweest om drank te verkoopen. In de Stads-Editie van
denavond staat daaromtrent het leugenachtig bericht, dat die
rkoop wel in Bloemendaal maar niet hier verboden was.
laarom wil ik het bericht even rechtzetten.