ORGAAN VOOR DE GEMEENTE VELSEN vooruitbetaling lei pidei jtliltii. No, 472. Zaterdag 22 Mei 1920 5® Jaargang Abonnementsprijs80 ets., per 3 maanden, (ranse per post 95 ets., voor het Buitenland 1.26. Abonnementen worden aangenomen aan ket Bnrea* en bjj da Agenten Tot plaatsing van advertenties van bulten de gemeente VEL SEN in dit blad is uitsluitend gerechtigd het Advertentiebureau P. F. C. R O 1 L S E, 1JMUIDKK. Verschijnt Woensdags en Zaterdags Uitgave van de Na&ral. Venn. Uitgevers Mij. „IJ'mniden" ADRES VOOR REDACTIE EN ADMINISTRATIE: N. V. Brukkerjj Sinjewel, Willemsplein 11, IJmuiden Telefoon 153 ADVERTENTIÏN van 1—6 regels f 1.— Iedere regel meer 20 «ts. Kleine advertentiön en familieberiektes 10 «ts per regel bij vooruitbetaling. Ingezonden mede- deelingen 25 «ts. per regel. Advertentiecontrasten tegen zeer billijk tarief. Advertentiin n i t e r 1 k in 4« zenden WOENSDAG m ZATERDAG to< f *«r v.bs Dit nummer bestaat uit 2 bladen EERSTE BLAD. Kleine advertenties en familieberichten koBten bij slechts 10 cent per regel. Dringend verdoek om bij verhuizing het oude en het nieuwe adres, NIET aan den looper, doch aan ons bureau WILLEMSPLEIN 11, op te geven. De Administratie, Officiéél. Bekendmaking Drankwet. Burgemeester en Wethouders der gemeente Velsen brengen ter open bare kennis, dat op 18 Mei 1920 bij hen is ingekomen een verzoek icbrift van Jacobus Johannes Otter van beroep Sehouwburg-Direeteur, wonende te Amsterdam om verlof voor den verkoop van alcoholhonden- den drank anderen dan sterken drank in de navolgende localiteit: de Schouwburgzaal „Thalla" van ket perceel, plaatselijk gemerkt C no. 52 en gelegen aan de Breesaap- straat aldaar. Binnen twee weken na de dag- teekening dezer bekendmaking kan een ieder tegen het verleenen van dit verlof schriftelijk bezwaren bjj 1 Burgemeester en Wethouders in I brengen. VelBen, 19 Mei 1920. Burgemeester enWethoudevs voorn, de burgemeester, R. G. RIJKENS. de secretaris, Th. J. WIJNOLDY DANIËLS Verjaring van vorderingen. Burgemeester en Wethouders der gemeente Velsen brengen belang hebbenden in herinnering, dat alle vorderingen ten laste van het Rjjk, de provincis en de gemeente, over het dienstjaar 1919 vóór of op den laatsten Juni aanstaande, bij de besturen en de ambtenaren, die het aangaat, moeten zijn ingediend. Alle op die» termijn niet-ingediende vor deringen worden voor verjaard e» vernietigd gehouden. Voorts worden belanghebbenden verzocht niet den uitersten termjjn af te wachten, maar de indiening der bewijsstukken zooveel mogelijk te bespoedigen. Velsen, 19 Mei 1920. Burgemeester enWethouders voorn., De Burgemeester, R. G. RIJKENS. De Secretaris, Th. J. WIJNOLDY DANlBLS. (Vervolg). In Mei 1871 verliet de „Willem III" Den Helder, door de ondernemers uitgeleide gedaan, het hart vol trots en goede verwachtingen. Maar juist dit schip zou de lange rij der decepties van de eerste jaren openen. De boot verbrandde bjj Southampton en de vervanging was even moeiljjk als kostbaar. Kort daarop verloor men den tweeden stoomer, de „Prins Hendrik" en de overige, welke nog in de vaart waren, hadden voortdurend last van gebroken schroeven. Een proceB over de lading van de „Willem III" scheen aan vankelijk alles behalve gunstig voor de maatschappij te verloopen en onder deze weinig bemoedigende omstandigheden was het verklaar baar, dat op de eerste algemeene vergadering der jonge maatschappij een alles behalve optimistische stemming heersehte. Dit was echter niet het ergsteerger was het, niet het minst om de onbillijkheid ervan, dat soherpe eritiek werd uitgeoefend op het beleid der ondernemers met den opzet de maatschappij bij het ffnancieele publiek in een verkeerd daglicht te stellen. Niettemin werd, in weerwil van het verzet, een tweede leening toegestaan, terwijl men den goeden gang van zaken hoopte te bevorderen door een statuten-wjjziging, waarbij de raad van bestuur werd opgeheven en grootere macht aan het bestuur werd verleend. De omstandigheden bleven echter ongunstig. De tarieven voor het Suez-kanaal waren schrikbarend boog en de prijzen der kolen gingen voortdurend naar boven. Nieuwe schroefongelukken maakten de vaart weinig productief en werkten er direct toe mede, dat de jonge onder neming niet het vertrouwen van de geldmarkt won. Op de tweede leening werd maar matig ingeschreven en zoo zag men zich nog maar weinig jaren na de oprichting geplaatst voor een zeer ernstige crisis, toen bleek, dat men, hetgeen urgent was, de vloot niet kon uitbreiden door gemis aan middelen. In die moeilijke dagen was het weer de Prins die redding bracht; hij schonk een voor schot voor den bouw van een vijfde schip. In dien tijd werd door hem ook hes etablissement te Port Said gesticht, het gebouw aan den ingaag van het Suez-kanaal, dat om zjjn bijzondere architectuur nog de aan dacht trekt van wie voor het eerst met onze mailstoomers de reis naar Indiö maken. Met het optreden van den heer P. E. Tegelberg als directeur scheen voor de maatschappij een ietwat gelukkiger periode aan te breken. De vrachten werden ru mer aange boden toen ook Southampton werd' aangedaan. Het gevolg was a! spoedig, dat de maatschappij meer het vertrouwen van de geldmarkt kreeg. Twee nieuwe schepen konden worden besteld en mat de aldus uitgebreide vloot kon opnieuw den strijd tegen de concurrenten worden aangebonden. Het aantal der tegen standers was in die dagen juist vergroot. De oprichting der maat schappij „Java" was een feit ge worden, welke met tweede klasse materiaal en niet het minst door den Atjeh-oorlog, aanvankelijk goede zaken maakte en ten slotte werd de concurrentie zwaarder gevoeld vaa de firma Ruys en Zn., die met een Engelsche maatschappij samen werkte. De concurrentie van de „Java" duurde niet lang. Na den dood van haar directeur, den heer Scholl, verhuurde zij haar schepen aan de „Nederland". Eerst vijf jaar na haar oprichting kon voor de eerste maal door de directie der jonge scheepvaartonder- seming bevredigend worden ge noemd. Een dividend vaa vjjfproeent kon worden vastgesteld. Men besloot tot den bouw van een nieuw schip, de „Prinses Amalia", tot verlaging van de assurantie en tot de stichting van een assurantiefonds. In 1877 werd een drlewekeljjksche dienst geopend, nadat twee jaar van te voren volgens contract met de regeering Napels werd aangedaan voor het afhalen van de post. Het jaar 1876 werd een belangrijk jaar voer de „Nederland". In dat jaar toch had de opening van het Noordzee-kanaal plaats, waardoor het mogelijk werd de afvaart der schepen vaa Don Helder naar Amsterdam over te plaatsen. Daar voor was schier noodig, dat in Amsterdam een dok werd gebouwd, waardoor bet verklaarbaar werd, dat do mij. „Nederland" ia de Oprichting van de „Amsterdamsche Droogdok Maatschappij" een zeer belangrijk aandeel had. In het voorjaar van 1879 werd de dienst naar Amster dam verplaatst. Zoo waren eindelijk verschillende omstandigheden gunstig geworden voor een snellere ontwikkeling van het bedrijf, toen nieuwe sonenrren ten, ditmsal uitsluitend buitenland- sehe, het bestaan der jonge maat schappij hardnekkig bedreigden. De vrachten waren in de jaren 1877 tot 1879 van f94 tot f68 terugge- loopen om in de beide volgende jaren weer met resp. 81/, en 9 pro cent naar boven te gaan. Het moge lijke werd gedaan om aan dienst zooveel mogelijk winstgevend te maken. Wel moest een plan om Penaeg aan te does, worden opge geven, maar in 1879 kon worden besloten den drlewekel jjkschen dienst om te zetten in een veertiendaag- schen, hetgeen natuurlijk uitbreiding van de vloot noodzakelijk maakte In 1880 werd het achtste schip besteld, waarbij men dan nog be denken moet, dat de schepen van. de „Java" onder de vlag vaa de „Nederland" voeren. Van Frarsehe zjjde bestonden reeds lang plannen voor de oprich ting vaa nieuwe ijjnea op het Verre Oosten. Ztj kwamen echter niet tot uitvoering, iets wat de „Nederland niet anders dan aangenaam kon ziju. Gevaarlijke concurrenten en moeilijk te bestrijden werden echter de Esgelscke „Öuke line" en de Bultsche Sunda-lijn, maar erger da» deze nog was de stoomvaartmaat tsehappij „Insulinde", welke zieh eerst met goederentransport, later ook met passagiersvervoer bez'g hield. De mij. was breed opgezeten stelde zich voor den dienst met zes schepen te openen, welke echter te laat werden afgeleverd, zoodat de beste tjjd verstreek. Ia weerwil vaa de actie harer concurrenten b'evea da energieke en nooit ontmoedigde leiders der „Nederland" het mogelijke doen om den dienst te verbeteren. Zelfs werd in 1882 overgegaan tot de instelling vaa een tiendaagschen dienst,waarbij Marseille als aanlegplaats werd in gelegd. ®e gevolgen van decorcur rentie der „Itsulinde" en van de buitenlandsche lijnen konden echter niet uitblijven en nadat in 1883 maar 2 6 procent dividend kon wor den vastgesteld, kon in de jaren 1884 en 1886 geen dividend wordeB uitgekeerd. De mannen, aan het hoofd dezer nationale scheepvaart onderneming gesteld, waren echter vervuld van den stoeren oud-Hol- laudsehen ondernemingsgeest, die nooit versaagde en zij slaagden er in de positie van de maatschappij dusdanig te verbeteren, dat de „Insulinde" en de „Java" beide moesten l'quldeeren. Intnsschen was in 1888 de Rot- terdamsche Llc.yd in een naamlooze vennootschap omgezet, welke aan den 14-daagsehen dienst was blijven vasthouden. In 1887 ging de „Neder land" met de Rotterdamsehe onder neming een overeenkomst aan, waarbij de eerste ook weer tot den veertiendaagschen dienst terug keerde, welke sedert dien gehand haafd is gebleven, behalve gedurende den grooten oorlog en de kortelings gefiindigde havenstaking. De kwestie der mailcontraeten met de Nederlandsche regeering vormt een afzonderlijk hoofdstak, ook niet een van de opgewekste, in dc geschiedenis van den be- staansstrjjd in de eerste vjjf-en:twin- tig jaren. In de dagen, dat in Indië met de medewerking van groote Neder landsche reeders, de plannen werden ontwikkeld voor de oprichting van de Koninklijke Paketvaart Maat- happij, voerde de „Nederland" onderhandelingen met de regeering over het sluiten van een raailcon- tract du weer de veertiendaagsche dienst was ingesteld. Om met de vreemde mails te kunnen concur reer en, moest de dienst voor alles een sneldienst zijn, maar de ver dere onderhandelingen daaromtrent strandden bp minister Keuchesius, wiens voornemen het was ook de mij. „Holland" te belaste» met het vervoer van gouvernementslading, ierwiji de Nederl, maatschappijen al leen dan tot het aanschaffen van kostbare snelle booten konden over gaan, indien de regeering den con current niet langer steunde. Na langdurige oaderhandeliBgep werd ten slotte toch» een contract aan gegaan, waarbij ook de Hcyd subsi die voor het vervoer der mail ont ving onder zskere voorwaarden. Inmiddels was de felle strijd mat den Liverpoolschen reeder Holt ontbrand, die door de oprichting van da K. P. M. zijn vervoer vaa Deli- tabak zag bedreigd. Het gevolg was, dat in Indie scherp tegen de K. P. M. werd geconcurreerd, terw. een dienst Amsterdam—Batavia werd geopend welk kort daarop werd gevolgd door de oprichting van de „Nederlandsche stoomvaart-maatschappij Oceaan." Ook de Dnitsehe Sunda-ljjn voerde in die dage» een felle concurrentie. Eerst in 1893 werd de toestand beier; de Oceaan bleef wel den dienst op Batavia voortzetten, maar legde zich in hoofdzaak toe op het ver voer van goederen en hadji's. Be Sunda-lijn moest de vaart opgeven Zoo had de „Nederland" opnieuw een serie moeilijke jaren doorge worsteld en toen eindelijk »a veel geharrewar, niet het minst in de Kamer, de kwestie der malcon tracten afdoende was geregeld, kon eindelijk met kracht de aanvulling en de moderniseering van de vloot der mailbooten worden aangevat. In 1894 werd door de maatschappij een eigen vrachtbureau ingericht en toen zij het volgende jaar haar 25- jarig bestaan herdacht kon met den geregelden maildienst een aan vang worden gemaakt. In 1896 werd begonnen met het bouwen van vrachtbooten met groo- ter tonnage ten einde in de steeds grooter wordende behoefte aan vrachtruimte te voorzien. Het was ook in die jaren, dat groote cultures in Indië zich sneller gingen ontwik kelen en dat de produetenafvoer hoogere eischen begon te stellen. Boor de verbetering van het Noord zee-kanaal en de sluis te IJmuiden werd het mogelijk schepen van grooter type in de vaart te brengen, voor den bouw waarvan het maat schappelijk kapitaal eerst op zeven millioea, daarna op tien millioea werd gebracht. Het aantal mail schepen werd ia die jaren uitge breid met de „Koningin Wilhel- mina", de „Koning Willem I", de „Willem II" en „Willem III", het aantal vrachtschepen met de" Ma doera„ „Ambon" en de „Java". Over dia jaren viel dan ook een aanzienlijke toeneming van de ver voerde vrachten te eonstateerea Dr. de Boer, van wiens gegevens hier gebriuk kon worden gemaakt, heeft in zjjn overzieht van de ge schiedenis der Nederlandsche stoom vaart uitvoerig stilgestaan bjj de oprichting en het bedrijf der Konink lijke Paketvaart Maatschap^ en inderdaad heeft deze een niet onaan- zienlijken invloed uitgeoefend op de ontwikkeling der „Nederland" in de de negentieaer jaren. B$j deoprich ting der K.P.M. hadden trouwens de heeren Boissevain, Tegel berg en Ruys een belangrijke rol gespeeld. In de eerste jaren dezer eeuw wa ren de omstandigheden voor de „Ne- lerlasd" in alle opzichten gunstig om een snelle ontwikkeling van haar bedrijf te bevorderen. Be overzeesehe handel had een groote vlucht geno men en de opkomst van Japan en va» verschillende haveas in het Verre Oosten was de oorzaak, dat voor den wereldhandel nieuwe cen tra ontstonden, waarvoor een snel verkeer overzee noodzakelijk werd. Toen in 1903 op verzoek der regee ring wetd besloten Sabang aan te doen, werd opnieuw overgegaan tot uitbreiding van de mailvioot. De Rembrandt", „Vondel" en „Grotius' werden aangebouwd tegelijk met een geheele reeks van steeds grootere vrachtschepen. De Indische cultures waren een tijdperk van ongekende» bloei inge gaan en door het verleggen van de ijjn over Sabang, werden ook de producten van Noord Sumatra met de „Nederland" afgevoerd. Be con currentie stak intnsschen ook in dien tjjd krachtig het hoofd op, vooral van de Duitsehe zijde, maar de positie der Nederlandsche maat schappijen werd aanzienlek krach tiger door het stichten van de Scheep vaartunie in 1908. Na het afsluiten van de nieuwe regeeringscontractes betrtflaudo het mail- es goederen vervoer in hetzelfde jaar werd de vloot der „Nederland" met nog veel grootere en snellere schepen uitge breid. De „Prinses Jnliana", de „Ko ningin der Nederlanden", de „Prins der Nederlanden" en de „Jan Pieters zoon Coen" kwamen in de vaart, voor het pass&giersverkeer ingericht geheel naar de eischen van het mo derne verkeer. In dit tijdperk werden ook her haaldelijk nieuwe lijnen op buiten den Archipel gelegen plaatsen geo pend, vooral in de oorlogsjaren, in den tijd van de Bataviasche vrach- tencanferentie, waarover voor het oogenblik gezwegen wordt. In 1903 was met steun van de regeering de Java-ChiBa-Japan-ljjn geopend, in 1915 kwam in samenwerking met den Lloyd en de „Nederland" de Pacificljjn tot stand. De vracht- stoomers der mij. „Nederland" be varen thans alle wereldzee6a en hun vlag kan men lien in alle groote handelshavens. En wat den mailbooten betreft, zjj, die vele reizen naar het Oosten maakten, ook met EngelBche, Fransche of Japansehe stoomers, zijn alles vol lef over het verblijf aai boord der Nederlandsche stoomers, zoowel wat het verkeer als de onvolprezen tafel aangaat. De vloot der maatschappij telt thans acht groote mailstoomers, n.l. de „Oranje", de „Rembrandt", „Von del" en „Grotius", de „Prinses Ju liana", de „Koningin der Neder landen", de „Pri*s der Nederlanden" en de J. P. Coen", terwijl de „Johan de Witt" spoedig in de vaart zal komen. Het aantal vrachtschepen bedraagt op het oogenblik niet min der dan 31, terwjjl, wat van zeer veel belang voor de toekomst is, een, kan men wel zeggen, geheele nieuwe vloot van II vrachtbooten op het oogenblik in aanbouw is. Dit in enge grenzen gebonden beeld der veelbewogen geschiedenis van de „Nederland", kan toch den indruk vestigen, dat het zeker niet gemakkelijk is geweest de schitte rende positie te veroveren, waarin de maatschappij thans bij haar gou den feest verkeert. Daarbij naag niet vergeten worden de arbeid te her< denken der vele Nederlandsche zee vaarders, die in dienst dezer maat schappij jarenlang het verkeer tus schen West en Oost en Oost en West hebben onderhouden. De zee manskunst der Nederlandsche ge zagvoerders is internationaal be roemd en het vertrouwen van de passagiers in de bekwaamheid d«r equipages van de mailstoomftra is bijna spreekwoordelijk geworde». De herinnering aan de reizen met de stoomers dezer maatschappij is le vendig gebleven bij talloozen, die van hier gekomen reeds jaren wer ken onder de tropische zo» of van daar zjjn teruggekeerd, om uit te rusten in het land. I» de bosken der nieuwe ea nieuwste historie van Nederlandsefe- Oost-Iadiö vult de geschiedenis der mij. „Nederland" een der voornaam ste hoofdstukken. Wat zjj voor de economische ontwikkeling van oaze overzeesehe gewesten heeft bijge dragen, is van een onschatbare waarde. Tienduizenden werkers brachten haar schepen over naar het land waar uitgestrekte gebieden op ontginning en bewerking wacht ten, millioenen picols van de pro ducten der grootcultures brachten zjj over naar de groote handels centra. Een aanzienlijk deel van den roem onzer nationale zeevaart ligt be lichaamd in de geschiedenis der jnbi- leerende stoomvaart maatschappij. Daarom dat ook bniten de muren der directie-kamer feestklanken op den dag der herdenking van baar vijftigjarig bestaan vernomen mogen worden. De „Johan de Wit" zal dezer dagen proefstoomen. De J. P. Coen" ligt trots en voornaam, toonbeeld van kracht, op het IJ gereed om naar het Oosten nit te varen. Ver schillende vrachtstroomers laden voor een nieuwe reis naar de tro pische landen. Als een onschatbare zegen voor ons land en voor enze gewesten daarginds bloeit de handel en de scheepvaart, doet haar plicht voor de toekomst onzer welvaart. Een nieuw blad der historie ligt voor de „Nederland" opengeslagen. Moge het opnieuw een blad worden, dat blinke van geestkracht, welvaart, glorie... Daarvan teek hangt voor een voornaam deel af de welvaart van ons eigen land en volk en die van onze overzeesehe gewesten. Voor* ons land aan de zee zjjn de meest vitale belangen innig nauw verbonden aan den bloei onzer nationale scheepvaart, welke door de „Nederland" zoo fier vertegen woordigd wordt. Plaatselijk Nieuws. IJMUIDEN. Gepasseerde» Dinsdagavond heeft Dr. Rutten in het Witte Kruis gebouw te IJmuiden de cursus voor de onlangs weder opgerichte red dingsbrigade met zjjn eerste les geopend. De aanwezige dames A. Gomes, J. Kremer, J. Bargerbos en heeren G. W. Bljjdorp, P. v. d. Valk, B. de Korte, J. de Korte, B. de Winter Jr. O. F. C. M&gel en A. van Nieuwkoop, dank zij het ijverige werken van den algemeenen leider der brigade, den heer B. de Korte daartoe aange zocht, hebben zieh met groote bereid willigheid beschikbaar gesteld tot het verleenen van eerste hulp bjj ongelukken inzonderheid van schip breuk- en drenkelingen. Zjj volgden met veel belangstelling de leerzame voordracht door Br. Rutten op boeiende en aantrekkelijke wijze ge houden over de samenstelling van het menscheljjk lichaam betreffende het beenderenstelsel en den bloeds omloop. Verschillende platen en afbeeldin gen verduidelijkten het gesprokene, terwjjl de noodige verbandmiddelen aanwezig waren om practisch onder- IJMUIDER COURANT

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1920 | | pagina 1